Developing a research approach from Amsterdam Zuidoost. We are committed to using our presence in the area to contributea) continuing promoting interest in, and acquiring knowledge of, Zuidoost; b) respecting and embracing its versatility and c) eliminating barriers in its layout.In all three elements, we adopt the metaphor of a guided tour that provides a physical and mental map to share. We relate such a map to anexisting tradition of what we like to call ‘translators’ of the area, people suchas guide Jenny van Dalen, or architect Peter Dautzenberg. These are peoplewho recognised the beauty of places such as the Bijlmer before others, andwho taught many to appreciate (and conserve) them. In this sense, theirwork has contributed to a revalorisation of Bijlmer heritage and to a morewidespread awareness of its value.However, there are also concerns that this revalorisation could result inexcessively lucrative operations that may be detrimental to the currentresidents of Zuidoost. The renovation of the Amsterdamse Poort and thetransformation of the emblematic ‘Zandkasteel’ (Sand Castle) building intoluxury apartments has been met with mixed feelings, as these works couldaffect accessibility and increase prices throughout the area. More than ever,especially in relation to point ‘b’ above, concerted efforts need to be made toensure that investments will improve collective public spaces and will buildon an inclusive and diverse cultural and historical awareness.More specifically, The Bijlmer has now acquired legitimacy and cannot simplybe demolished. Its history is also linked to the many newcomers that broughtnew rhythms to the city of Amsterdam.We are convinced that Zuidoost’s sustainable plans and metropolitanambitions will only succeed if they also include, reflect upon and safeguard this versatility.In cooperation with Carla Hoffschulte
DOCUMENT
Laaggeletterdheid is een erkend maatschappelijk probleem en staat de laatste jaren nadrukkelijk op de politiek-bestuurlijke agenda. De cijfers over laaggeletterdheid zijn verontrustend. Volgens het onderzoek van de OESO geldt landelijk 12% procent van de beroepsbevolking als laaggeletterd, voor Amsterdam was al bekend dat 16% behoort tot die categorie (Buisman en Houtkoop, 2014). Uit eerder veldonderzoek van het lectoraat Management van Cultuurverandering komen veel hogere uitkomsten naar voren dan de cijfers die al bekend waren: 27% van de beroepsbevolking in Amsterdam Nieuw-West is hoogstwaarschijnlijk onvoldoende leesvaardig. De hoogste percentages zijn te vinden in Slotermeer Noordoost (41%) en Slotermeer Zuidwest en Geuzenveld (allebei 37%) (Achbab, Fukkink, Straathof & Faddegon, 2015). Leesvaardigheid is een noodzakelijke voorwaarde voor geletterdheid. Dat betekent dus dat het probleem van laaggeletterdheid in een aantal delen van Amsterdam mogelijk groter is dan men denkt. Dat geldt waarschijnlijk ook voor Amsterdam Zuidoost. Veel van die problematiek is verborgen laaggeletterdheid waardoor de populatie moeilijk te bereiken is.
DOCUMENT
In de stadsdelen Slotervaart, Zuidoost en Noord zijn door zestien studenten Pedagogiek in de periode maart en april 2009 onder begeleiding van lectoraat Leefwerelden van Jeugd van Hogeschool INHolland interviews gehouden met 73 ouders en 89 jongeren. De interviews moeten antwoord geven op de vraag: Rond welke kwesties en op welke manier sluiten voorzieningen volgens migrantenouders en tieners aan bij wat ze in de leeftijd van 10 tot 14 jaar, bij de overgang van basis naar voortgezet onderwijs, nodig hebben?
DOCUMENT
Community, lab, werkplaats, netwerk, systeem, multi-stakeholder leeromgeving, leerwerkplaats, hybride leeromgeving: de termen buitelen over elkaar heen. Het gaat om omgevingen waarbij betrokkenen vanuit verschillende werelden met elkaar samen werken, leren en innoveren over grenzen heen, vaak rondom een maatschappelijke opgave. Bij de HU is gekozen voor de term ‘rijke leeromgevingen’. Vanwege het samen werken, leren en innoveren over grenzen heen, vinden wij ‘grensoverstijgende leeromgevingen’ een passend concept.
HCA Groenvermogen NL vormt de aanleiding en het kader voor het aanstellen van Regionale Liaisons en het opstellen van Regionale Roadmapsin zes regio’s. Deze hebben als rol en functie de regio’s te mobiliseren voor Learning Communities en de uitwisseling binnen het Nationale Kennisplatform. Hierbij is Chemelot geïdentificeerd als één van die zes regio’s, en is Zuyd Hogeschool benaderd om een aanvraag voor te bereiden. ▪ Chemelot is een interessante locatie voor een doorgedreven inzet van Learning Communities op het gebied van waterstof. Waterstof is een belangrijk grondstof in de chemie en wordt vandaag geproduceerd uit aardgas. Ambitie is tegen 2050 duurzame waterstof zonder CO2- emissies te produceren. Samen met elektrificatie zal duurzame waterstof de energie- en grondstoffentransitie op Chemelot vormgeven. Daarnaast is op Chemelot reeds 10 jaar de Chemelot Innovation and Learning Labs (CHILL) actief, een publiek-private samenwerking tussen Universiteit Maastricht, Vista college, Zuyd Hogeschool en bedrijven als DSM, Sabic en Fibrant, en als dusdanig een Learning Community voor de verduurzaming van de chemie. ▪ De transitie naar een duurzame chemie is de inzet van de brede triple alliantie Chemelot Circular Hub (CCH) en haar Circulaire Economie Actieplan (CEAP). De CEAP vormt het referentiekader voor de verdere uitwerking van de Regionale Roadmap, met als focus het binden van talenten, aantrekken van gamechangers, topfaciliteiten voor onderzoek en innovatie incl. digitalisering. Het Regionale Liaisons-team is samengesteld uit experten vanuit de onderwijsinstellingen, CHILL, Brightsite en de CCH- programmamanager. Het team wordt ingebed in de CCH-governance, wat de afstemming met andere projecten binnen o.a. het Groeifonds en JTF borgt. Tot slot spiegelt onze aanpak zich aan de werkstromen binnen HCA GroenvermogenNL, dit in functie van een sterke synergie tussen regionale en nationale acties. Verdiepen van de kennisbasis, versterken van de samenwerking en versnellen van innovatieve onderwijs- en arbeidsmarktinitiatieven zijn hierin leidende principes.
Stadsdeel Schalkwijk in Zuidoost-Haarlem, telt relatief veel bewoners met een lage sociaal economische status en een migratieachtergrond, en scoort op verschillende gezondheidsparameters slechter dan de rest van Haarlem. Minder bewoners voldoen aan de beweegrichtlijnen, meer bewoners hebben overgewicht en 55% van de volwassenen in dit gebied heeft gevoelens van eenzaamheid. Om de gezondheidsverschillen in Haarlem te verkleinen worden preventieakkoorden op stadsdeelniveau gesloten waarvan het Preventieakkoord Schalkwijk de eerste is en als pilot dient voor de andere stadsdelen. In het kader van het preventieakkoord Schalkwijk zijn in 2021 de laagdrempelige wandelinterventies Kwiekroute Boerhaavewijk en Nationale Diabetes Challenge gestart om het beweeggedrag, de gezondheid en het welzijn te stimuleren. Deze interventies passen goed binnen het plan Heel Haarlem Wandelt, een recent gestart programma om wandelen in heel Haarlem te stimuleren. Beide interventies zijn geïmplementeerd en krijgen opvolging: er liggen plannen om nog twee Kwiekroutes aan te leggen en de Diabetes Challenge is een periodiek terugkerende interventie. Gemeente-, sport-, zorg- en welzijnsprofessionals die betrokken zijn bij Heel Haarlem Wandelt willen graag weten: 1) in welke mate en door wie de wandelinterventies in Schalkwijk gebruikt worden; 2) wat succes- en faalfactoren zijn voor gebruik van deze beweegstimuleringsinterventies in de openbare ruimte door betrokken professionals en bewoners; en 3) in hoeverre de juiste gemeentelijke en uitvoerende professionals bij deze interventies betrokken zijn en wat werkzame elementen zijn in hun integrale samenwerking. In dit project worden deze vragen samen met gemeente- en uitvoerend professionals uit de domeinen sport, openbare ruimte, gezondheid en welzijn beantwoord. Dit bevordert de integrale samenwerking bij het beweegvriendelijk inrichten van de openbare ruimte in Haarlem en levert kennis waarmee deze en vergelijkbare beweegstimuleringsinterventies verbeterd en succesvoller geïmplementeerd kunnen worden. Daarnaast creëren we met dit project draagvlak om (soort)gelijke interventies op meerdere plekken in Haarlem te implementeren.