Er is een groeiende vraag naar meer inzichten in woon/zorgconcepten. Zulke projecten hebben een groot potentieel in een woningmarkt die voor jongvolwassenen vast zit. Leegstaande gebouwen kunnen tijdelijk gebruikt worden om de woonopgave voor jonge mensen te verlichten en tegelijkertijd te werken aan een goede start om (meer) zelfstandig te wonen en aan een meer inclusieve samenleving waarin iedereen de mogelijkheid heeft om deel te nemen. Projecten als deze dragen ook bij aan de vervulling van de behoefte aan woonvoorzieningen met ondersteuning, tussen intramuraal wonen en (begeleid) zelfstandig wonen in. Als er vanuit een visie gewerkt wordt, worden er andere keuzes gemaakt bij samenwerking, begeleiding, community building en zinvol organiseren. Het is belangrijk bij aanvang van een woon/zorgconcept uitgebreid aandacht te besteden aan de visie waarmee er binnen het concept gewerkt gaat worden. Onder uitgebreid verstaan wij, met de betrokken organisaties, toekomstige bewoners, verschillende disciplines en managementlagen. In zo’n meerstemmig gesprek wordt op die manier een visie ontwikkeld die gebaseerd is op een breder perspectief. Dit komt de kwaliteit van het project ten goede.
Geen samenvatting beschikbaar
'Sinds drie maanden heb ik mijn tas uitgepakt', zegt ervaringsdeskundige Eduard Bosman tijdens de strategiebijeenkomst 'Van beschermd wonen naar beschermd thuis: 8 jaar na de commissie Dannenberg' op 27 oktober jl. Het is muisstil in de zaal als Eduard zijn verhaal verteld. Hoe hij als jongen van 17 op straat kwam te staan en een tas kreeg van een hulpverlener. Die tas ging mee naar de talloze adressen waar hij tijdelijk terecht kon. En altijd bleef de tas ingepakt onder zijn bed staan. 'Want ik wist dat er altijd een moment zou komen dat ik weer weg moest.'Maar nu is de tas dus uitgepakt. Want Eduard heeft een eigen thuis.
Het ‘Living Lab, Eerst een Thuis’ van gemeente Utrecht en regiogemeenten geeft dakloze mensen directe toegang tot stabiele huisvesting met ambulante begeleiding. De Hogeschool Utrecht voert actieonderzoek uit. We achterhalen kritische succes- en faalfactoren bij huisvesting, begeleiding en landen in de wijk en zorgen ervoor dat we tussentijds samen kunnen leren en experimenteren. Doel Door dit project krijgen we inzicht in wat werkt bij het huisvesten, begeleiden en helpen landen in de wijk van dakloze mensen. Daarmee willen we de kans op duurzaam herstel van de bewoners vergroten. Leergang Housing First Housing First is bekend als model en systeemaanpak voor het beëindigen van dakloosheid. Wil je weten waar dit precies over gaat? Ben je benieuwd naar wat er bij de implementatie en doorontwikkeling komt kijken? Wil jij met Housing First een effectieve bijdrage leveren aan het beëindigen van dakloosheid? Meld je dan aan voor onze nieuwe Leergang Housing First die in januari '23 van start gaat en wordt verzorgd door Housing First Nederland en Hogeschool Utrecht. Resultaten Inzicht in de kritische succes- en faalfactoren op de thema’s begeleiding, huisvesting en landen in de wijk; Het vergroten van de kans op duurzaam herstel van mensen die na een periode van dakloosheid weer zelfstandig gaan wonen. Looptijd 01 april 2021 - 31 augustus 2023 Aanpak We organiseren groepssessies met bewoners, begeleiders en ketenpartners bij de verschillende projecten die onder het Living Lab vallen. Daarbij kijken wat goed gaat en wat beter kan en vertalen we de opgehaalde informatie naar interventies of actiepunten.
Het ‘Living Lab, Eerst een Thuis’ van gemeente Utrecht en regiogemeenten geeft dakloze mensen directe toegang tot stabiele huisvesting met ambulante begeleiding. De Hogeschool Utrecht voert actieonderzoek uit. We achterhalen kritische succes- en faalfactoren bij huisvesting, begeleiding en landen in de wijk en zorgen ervoor dat we tussentijds samen kunnen leren en experimenteren.
Door ontwikkelingen in de zorg leven meer mensen die intensieve ondersteuning nodig hebben zelfstandig of begeleid thuis. Tegelijkertijd stijgt het aantal mensen explosief dat het zonder professionele begeleiding thuis niet zelfstandig redt. Vooral voor mensen met licht verstandelijke beperking (LVB), is (begeleid) zelfstandig wonen en meedoen in de maatschappij niet makkelijk. Dit komt door de verstandelijke beperkingen én juist ook bijkomende problematiek. Effectieve behandeling van deze bijkomende problematiek is noodzakelijk. Vaktherapie is een behandelvorm die naadloos aansluit bij de aandachtspunten voor effectieve interventies bij deze doelgroep en wordt intramuraal al jarenlang als een waardevolle aanvulling gezien op behandelvormen met een meer verbale insteek. Echter, vaktherapie wordt nog nauwelijks in de leefomgeving van mensen met LVB aangeboden. Een ontwikkeling in deze richting is momenteel wel gaande. Vaktherapeuten werken vaker samen met FACT-LVB teams volgens een ontwikkeld samenwerkingskader. Dit kader blijkt niet toepasbaar voor andere contexten in de leefomgeving, waar structuur in samenwerking vaak niet aanwezig is en ook samenwerking met informele hulpverleners nodig is. Een aangepast samenwerkingskader om structurele samenwerking te realiseren tussen vaktherapeuten en (in)formele hulpverleners is essentieel. Evenals nader inzicht in welke vaktherapeutische interventies in de leefomgeving werken. In dit praktijkgericht onderzoek wordt het eerder ontwikkeld samenwerkingskader met focusgroepen doorontwikkeld en toepasbaar gemaakt voor meerdere contexten in de leefomgeving (deelonderzoek 1). De toepassing van dit kader wordt in een procesevaluatie geëvalueerd (deelonderzoek 2). Middels gestapeld N=1 onderzoek wordt onderzocht welke vaktherapeutische interventies in de leefomgeving werken bij welke indicaties (deelonderzoek 3). De inzichten worden verwerkt tot een breed toepasbaar samenwerkingskader, een indicatiemodel voor vaktherapeutische behandeling in de leefomgeving en een methode om vaktherapeutisch handelen te blijven evalueren.