Hoofdzonden zijn van oorsprong religieus geënte leefregels die monniken moesten behoeden voor dwaling, ongeluk en het missen van het gestelde (religieus bepaalde) doel. Hoogmoed, lust, hebzucht, woede, gulzigheid, afgunst, apathie en melancholie zijn daarmee in beginsel indicatoren van een verkeerde levenshouding. Besef hiervan ging gepaard met schuld, maar berouw en vergeving gaven de penitent een nieuwe kans. Tegenwoordig wordt in het begaan van de zonde verlossing gezocht. Het betreft de verlossing van het besef tekort te schieten, van onvermogen en persoonlijk falen. Om aan dit bewustzijn te ontsnappen doen we vaak wat de tragiek van het eigen bestaan juist bevestigt. Uit onderzoek blijkt dat het theologische zondebegrip in een cultuur van narcisme niet meer verwijst naar hetgeen verboden is, maar vooral uitdrukking geeft aan hetgeen wordt gemist [Derckx 2006]. Zonde en schuld zijn daardoor niet langer de twee kanten van eenzelfde medaille. Nee: in een cultuur van narcisme gaan we vanwege een diep besef van persoonlijk tekort, vooral gebukt onder gevoelens van schaamte die de ervaren imperfectie bevestigt. Omdat schaamte in een cultuur van narcisme overheerst, is het van belang dat de relevantie van deze zijnswijze ook binnen het pastorale werkveld wordt erkend. Het is opmerkelijk dat de hoofdzonden, die meestal in verband worden gebracht met schuld en boete, hierbij een belangrijke rol vervullen.
DOCUMENT
This article offers the first substantial survey of the Middle Dutch satire Dit es de Frenesie since the work of C.P. Serrure in the mid nineteenth century. It contests much of the conventional wisdom surrounding De Frenesie, challenging the poem's usual classification as an early boerde or fabliau. Instead it is argued that the text is an experimental work, which blends together elements of several satiric traditions without committing itself to any one. The implications of this maneuver and others within the text are considered, revealing the poem's clear sympathy with the newly educated and articulate laity. De Frenesie itself is appended in both the original Middle Dutch and an English verse translation.
DOCUMENT
Dit handboek is geschreven voor zowel de praktiserende mediator in strafzaken als de mediator die dat nog wil worden. Wij hopen dat dit handboek bijdraagt aan het zich eigen maken en/of verdiepen van de kennis en kunde die de praktijk van de mediator in strafzaken vraagt. Omdat niet alle (beginnende) mediators in strafzaken ook jurist zijn, is geprobeerd om de juridische informatie in dit boek zo te verwoorden dat ook de niet-jurist deze informatie kan begrijpen. De MfN (Mediationfederatie Nederland) vraagt van haar mediators een hbo-denkniveau; dit boek sluit hierbij aan en is geschreven op hbo-denkniveau. Mediation in strafzaken is een beroep in ontwikkeling. Dit handboek is daarom ook een boek in ontwikkeling. Mocht u aanbevelingen hebben voor de verdere ontwikkeling van dit handboek dan nodigen wij u van harte uit om die met ons te delen
DOCUMENT
Met betrekking tot dat moment dat ik niet de waarheid sprak (hoewel ik het kon.) Het werk van beeldend kunstenaar en PhDArts onderzoeker Eleni Kamma bestaat uit twee delen: een portretserie die bekentenissen van onoprechtheid toont en onderzoeksmateriaal waarbij ze parrèsia of het vrijmoedig spreken onderzoekt.Op het Griekse eiland Tinos, waar Kamma een tijdelijke communale plek creëerde, nodigde zij mensen uit om momenten op te biechten waarop zij onoprecht waren. Een lokale fotograaf heeft hen geportretteerd op paspoortformaat, terwijl ze een moment van onoprechtheid herbeleefden en naspeelden. In haar rol als beeldend kunstenaar was het portretteren een manier om persoonlijke drijfveren te visualiseren en te testen of een theatrale activiteit, zoals een re-enactment of performance, een verzoenende functie kan vervullen en aan kan zetten tot delen en co-creatie.Afgelopen september in Groningen vroeg Kamma, ten behoeve van haar onderzoek, bijna het tegenovergestelde; ze nodigde mensen uit tot het beoefenen van parrèsia. Een Grieks begrip waarbij de spreker zo volledig en nauwkeurig mogelijk verslag doet van zijn of haar gedachten, zodat toehoorders precies in staat zijn te begrijpen wat de spreker denkt. Middels audio-opname van deze getuigenissen onderzoekt Kamma niet alleen de vrijheid van meningsuiting, maar ook de morele verplichting om de waarheid te spreken voor het algemeen welzijn, zelfs als dat ten koste gaat van eigenbelang.
LINK
Het belangrijkste kapitaal van organisaties is het intellectueel kapitaal: alle bedrijfsmiddelen die je niet concreet vast kan pakken omdat ze ontastbaar zijn. Organisaties zijn succesvol vanwege hun kennis, de vaardigheden van hun medewerkers of hun octrooien. Organisaties zijn uniek vanwege de kracht van hun merken en hun wijze van werken. De belangrijkste bedrijfsmiddelen zijn ontastbaar geworden zoals relaties met klanten, een monopolie op een standaard waar niemand omheen kan of relaties met leveranciers. Dit boekje beschrijft het toenemende belang van intellectueel kapitaal voor ondernemers. Vervolgens wordt aangegeven hoe lectoraten van hogescholen kunnen bijdragen aan de kennis binnen het MKB.
DOCUMENT
Een onderzoek in opdracht van Focaris naar de positie en toekomstmogelijkheden van christelijke zorg in Nederland. Als vereniging van vooral gereformeerde zorgaanbieders bestrijkt Focaris een klein deel van de zorgmarkt. Deze zorgmarkt is sterk in ontwikkeling en bij de Focaris-leden leeft de vraag naar de positie van christelijke zorginstellingen in de toekomst. Bieden beleidsmatige, demografische en sociaal-culturele ontwikkelingen nieuwe kansen of bedreigen ze de positie van christelijke zorgaanbieders? Hoe kunnen zorginstellingen het beste anticiperen op nieuwe ontwikkelingen? testwoord
DOCUMENT