Studenten opleiden tot professionals die kunnen leven en werken in de huidige complexe en diverse samenleving. Kunnen acteren met mensen van verschillende achtergronden en de verhoudingen in de wereld kennen. Wereldburgers opleiden die zelfbewust zijn en met een kritische en empathische blik naar de wereld om hen heen kijken. Zodat ze na hun opleiding professionals zijn die begrijpen dat onderwerpen door henzelf en anderen vanuit verschillende invalshoeken kunnen worden aangevlogen. En in staat zijn om oplossingen te vinden voor ingewikkelde vraagstukken. Dat is een leven lang leren! Aan die ontwikkeling draag jij als onderwijsprofessional, op jouw manier, bij. Maar, dat vraagt ook van jou om steeds meer te acteren op het snijvlak van de interne leeromgeving van school en een externe (leer)omgeving, waarbij het cocreëren met verschillende stakeholders steeds belangrijker wordt voor het slim vormgeven van leerprocessen. De afgelopen periode onderschrijft des te meer dat we in een sneltreinvaart toe bewegen naar het ‘nieuwe normaal’, waarbij van ons wordt verwacht om anders te werken én te denken. Ingesleten denk- en werkpatronen volstaan niet meer in onze internationale samenleving die steeds complexer en onvoorspelbaarder wordt. Je ontkomt pas aan die patronen door opnieuw te gaan denken, te leren afstand nemen van vooropgestelde ideeën over wat er zou moeten zijn en ontstane situaties als kansen voor ontwikkeling te zien. Juist in deze tijd is flexibilisering van het onderwijs en cocreatie hard nodig om bij te dragen aan het ‘nieuwe normaal’. Design Thinking is een gedachtegoed, aanpak en onderwijsmethodiek die hierbij kan helpen. Het is een manier om vanuit een mens-perspectief te kunnen vernieuwen. In deze Design Thinking ‘proeverij’ hebben we gepoogd onze ervaringen met Design Thinking in living labs voor business en management studenten te bundelen met ervaringen van anderen en theorie. Daarvoor hebben we ervaringen van andere hogeschooldocenten die Design Thinking reeds toepas sen in hun onderwijsomgevingen en een praktische vertaling van de theorie over Design Thinking & Doing gebruikt. Met als doel dat jij voor jezelf kunt gaan ontdekken of Design Thinking (& Doing) iets is voor jou, en voor jouw studenten. Wie weet, misschien ontdek je zelfs dat je al een onbewust, bekwame Design Thinker bent.
Deze publicatie is als volgt opgebouwd. In hoofdstuk 1 wordt het onderwerp ingeleid en wordt uitgelegd hoe deze publicatie tot stand is gekomen. In hoofdstuk 2 wordt een impressie gegeven van de verschillen en overeenkomsten tussen de ateliers. In hoofdstuk 3 gaat Mathijs Rutten, directeur Facility Management, in op de vraag wat er nodig is om al die ateliers ook echt een plekje te geven in de gebouwen van de hogeschool. Daarna komt in hoofdstuk 4 Siebren Baars aan het woord. Hij is - naast zijn functie als docent-onderzoeker - een ervaren architect die verschillende schoolgebouwen heeft ontwikkeld. Hij gaat in op rol die de fysieke onderwijsomgeving van gebouwen ateliers speelt in het onderwijs. De 31 ateliers zijn beschreven in hoofdstuk 5 en worden voorafgegaan door een inleiding van Frank Scholten. In hoofdstuk 6 beschrijven Roelien Wierda en Ron Barendsen hun ervaringen tijdens de ontwikkeling van het InnovationLab. Tenslotte gaat Gerry Geitz in hoofdstuk 7 in op de relatie tussen ateliers en Design Based Education
To promote student writing development, integrated approaches such as genre-based writing instruction (GBWI) are advocated in tertiary education. However, most subject lecturers are not used to centralise writing in their subjects as they focus on content teaching. Capitalising on teacher learning within GBWI is therefore necessary. Design-based research can offer a fruitful learning environment for such innovative type of content and language integrated instruction. In a multiple case study (n=2) in Dutch higher professional education, we aimed to explore what subject lecturers can learn in a design-based research project in terms of scaffolding students’ writing. Qualitative data on teacher learning were collected through logs and interviews before, during and after three GBWI interventions. These data were transcribed verbatim and analyzed using transcription software. Results showed the subject lecturers reported multifaceted learning outcomes, particularly concerning changed knowledge and beliefs. Some of these were directly related to GBWI (e.g., metalanguage, deconstruction, text features) whereas others were related to scaffolding language in subject learning more generally, and to the lecturers’ teaching roles. Both lecturers also reported learning outcomes in terms of changed practices, but to a lesser extent. This may be related to the challenging character of enacting GBWI in the subjects. On a more general level, this study has yielded valuable insights into what factors are at stake when subject lecturers learn to enact GBWI. Further, it has shown the potential of a design-based research learning environment which we view as part of a causal field instigating subject lecturers’ professional development.
Size measurement plays an essential role for micro-/nanoparticle characterization and property evaluation. Due to high costs, complex operation or resolution limit, conventional characterization techniques cannot satisfy the growing demand of routine size measurements in various industry sectors and research departments, e.g., pharmaceuticals, nanomaterials and food industry etc. Together with start-up SeeNano and other partners, we will develop a portable compact device to measure particle size based on particle-impact electrochemical sensing technology. The main task in this project is to extend the measurement range for particles with diameters ranging from 20 nm to 20 um and to validate this technology with realistic samples from various application areas. In this project a new electrode chip will be designed and fabricated. It will result in a workable prototype including new UMEs (ultra-micro electrode), showing that particle sizing can be achieved on a compact portable device with full measuring range. Following experimental testing with calibrated particles, a reliable calibration model will be built up for full range measurement. In a further step, samples from partners or potential customers will be tested on the device to evaluate the application feasibility. The results will be validated by high-resolution and mainstream sizing techniques such as scanning electron microscopy (SEM), dynamic light scattering (DLS) and Coulter counter.
Teachers have a crucial role in bringing about the extensive social changes that are needed in the building of a sustainable future. In the EduSTA project, we focus on sustainability competences of teachers. We strengthen the European dimension of teacher education via Digital Open Badges as means of performing, acknowledging, documenting, and transferring the competencies as micro-credentials. EduSTA starts by mapping the contextual possibilities and restrictions for transformative learning on sustainability and by operationalising skills. The development of competence-based learning modules and open digital badge-driven pathways will proceed hand in hand and will be realised as learning modules in the partnering Higher Education Institutes and badge applications open for all teachers in Europe.Societal Issue: Teachers’ capabilities to act as active facilitators of change in the ecological transition and to educate citizens and workforce to meet the future challenges is key to a profound transformation in the green transition.Teachers’ sustainability competences have been researched widely, but a gap remains between research and the teachers’ practise. There is a need to operationalise sustainability competences: to describe direct links with everyday tasks, such as curriculum development, pedagogical design, and assessment. This need calls for an urgent operationalisation of educators’ sustainability competences – to support the goals with sustainability actions and to transfer this understanding to their students.Benefit to society: EduSTA builds a community, “Academy of Educators for Sustainable Future”, and creates open digital badge-driven learning pathways for teachers’ sustainability competences supported by multimodal learning modules. The aim is to achieve close cooperation with training schools to actively engage in-service teachers.Our consortium is a catalyst for leading and empowering profound change in the present and for the future to educate teachers ready to meet the challenges and act as active change agents for sustainable future. Emphasizing teachers’ essential role as a part of the green transition also adds to the attractiveness of teachers’ work.
Om tegemoet te komen aan de eisen die gesteld worden aan werknemers in de huidig snel veranderende samenleving heeft de NHL Stenden Hogeschool gekozen voor een nieuw onderwijsconcept, namelijk Design Based Education (DBE). DBE is gebaseerd op het gedachtegoed van Design Thinking en stimuleert iteratieve en creatieve denkprocessen. DBE is een student-georiënteerde leeromgeving, gebaseerd op praktijk-, dialoog-, en vraaggestuurde onderwijsprincipes en op zelfsturend, constructief, contextueel en samenwerkend leren. Studenten construeren gezamenlijk kennis en ontwikkelen een prototype voor een praktijkvraagstuk. Student-georiënteerde leeromgevingen vragen andere begeleidingsstrategieën van docenten dan zij gewend zijn. Van docenten wordt verwacht dat zij studenten activeren gezamenlijk kennis te construeren en dat zij nauw samenwerken met werkveldprofessionals. Eerder onderzoek toont aan dat docenten, zelfs in een student-georiënteerde leeromgeving, geneigd zijn terug te vallen op conventionele strategieën. De overstap naar een ander onderwijsconcept gaat dus blijkbaar niet vanzelf. Collectief leren stimuleert docenten de dialoog aan te gaan met andere docenten en werkveldprofessionals met als doel gezamenlijk te experimenteren en collectief te handelen. De centrale vraag van het postdoc-onderzoek is het ontwerpen en ontwikkelen van (karakteristieken van) interventies die collectief leren van docenten en werkveldprofessionals stimuleren. Het doel van het postdoconderzoek is om de overstap naar DBE zo probleemloos mogelijk te laten verlopen door docenten te ondersteunen DBE leeromgevingen te ontwikkelen in samenwerking met werkveldprofessionals en DBE te integreren in hun docentactiviteiten. De onderzoeksmethode is Educational Design Research en bestaat uit vier fasen: preliminair onderzoek, ontwikkelen van prototypes, evaluatie en bijdrage aan de praktijk. Het onderzoek is verbonden aan het lectoraat Sustainable Educational Concepts in Higher Education en wordt hiërarchisch en inhoudelijk aangestuurd door de lector. Docenten, experts, werkveldprofessionals en studenten worden betrokken bij het onderzoek. Dit onderzoek kan zowel binnen als buiten de hogeschool een bijdrage leveren omdat steeds meer hogescholen kiezen voor een ander onderwijsconcept.