Individuals in multiproblem situations frequently seek frontline legal support. The support by frontline legal professionals is limited by its focus on the legal issue instead of the underlying problems. A strong focus on client values – i.e. on the outcome that these services yield in the client’s perception – may lead to a more effective approach by targeting underlying problems. Through individual interviews with clients and professionals, the current study examines client values and services that may contribute to those client values. Besides functional client values that focus on resolving the problem situation, emotional client values, such as trust prove at least as important. Furthermore, client values are not only supported by the professional’s legal expertise, accessibility and ability to build a relationship, but also by the professional’s knowledge and skills relevant to multiproblem situations, such as his ability to empower the client, the willingness to work on concrete needs, and his ability to adopt an integrated approach. Research findings confirm the relevance of an integrated approach to multiproblem situations, with due attention to different client values. Similarly, it proves important to incorporate skills and knowledge that specifically address multiproblem situations in education and training programmes of frontline legal professionals. Nederlandse samenvatting: Mensen in multiprobleem situaties maken veelvuldig gebruik van eerstelijns rechtshulp. De ondersteuning door eerstelijns rechtshulp wordt beperkt door de focus op de voorliggende rechtsvraag, in plaats van de onderliggende problematiek. Een sterke focus op klantwaarden – de opbrengsten van de dienstverlening in de ogen van de cliënt – zou weleens tot een effectievere werkwijze kunnen leiden, omdat de achterliggende problemen worden aangepakt. Aan de hand van diepteinterviews onder cliënten en professionals is onderzocht welke klantwaarden voor deze doelgroep relevant zijn en welke dienstverleningsaspecten daaraan kunnen bijdragen. Naast functionele klantwaarden gericht op oplossingen voor de probleemsituatie, blijken emotionele klantwaarden als vertrouwen en ontzorging minstens zo relevant. Ook dragen niet alleen juridisch vakmanschap, bereikbaarheid en de vaardigheden om met de klant een relatie op te bouwen van de professional aan klantwaarden bij, maar ook specifieke kennis en vaardigheden gericht op multiproblematiek, zoals de vaardigheid om de klant te empoweren, de bereidheid om te werken aan concrete behoeften, en het werken met een geïntegreerde aanpak. De onderzoeksbevindingen onderstrepen de relevantie van een integrale aanpak bij multiproblematiek met aandacht voor diverse klantwaarden. Evenzo blijkt van belang dat vaardigheden en kennis die specifiek gericht zijn op multiproblematiek in de opleiding van eerstelijns rechtshulp professionals worden geïncorporeerd.
DOCUMENT
Het onderzoek Tussen Burgers en Recht Lokaal? dat in 2018 werd uitgevoerd onder wijkteams in Utrecht is een vervolg op het rapport Tussen Burgers en Mensenrechten Lokaal: Sociale Professionals over Toegang tot Zorg en Ondersteuning. In dit eerdere rapport van het lectoraat Toegang tot het Recht stelde lokale sociaal werkers en teamleiders vier belemmeringen in toegang tot zorg en ondersteuning vast. Deze belemmeringen waren: de beperkte toegang tot de specialistische zorg, een te hoge inschatting van de zelfredzaamheid van burgers, de onduidelijke grenzen tussen de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en de Wet langdurige zorg (Wlz) en een gebrek aan specifieke kennis en ervaring. Door middel van interviews met tien sociaal raadslieden zijn de belemmeringen nu ook vanuit een sociaal-juridische perspectief onderzocht. Uit dit onderzoek blijkt dat sociaal raadslieden een bescheiden rol spelen in het versterken van toegang tot het recht van cliënten in relatie tot zorg en ondersteuning. Tegelijkertijd is er een risico dat ze dit helemaal niet of minder doen vanwege hun relatie met de gemeente, indirect hun werkgever, of collega-sociale professionals met wie ze nauw samenwerken. Dit heeft, ondanks de belangrijke adviserende eerstelijns-rol van sociaal raadslieden, zijn weerslag op het waarborgen van mensenrechten voor de meest kwetsbare burgers in onze maatschappij.
DOCUMENT
Het zorglandschap In Nederland is momenteel sterk aan het veranderen en dat heeft grote gevolgen voor het vastgoed en voor de locatie waar de zorg in de toekomst zal worden verleend. Zo moeten de zorginstellingen hun vastgoed verrekenen in hun bedrijfsvoering, wat voor die tijd niet het geval was. Tegelijkertijd krijgen de huisartsen steeds meer functies toebedeeld, wat er toe leidt dat zij steeds meer gezamenlijk vanuit centrale praktijken zullen moeten gaan werken, waar ook specialistische kennis en apparatuur aanwezig is.Om de concurrentiepositie van ziekenhuizen te verbeteren worden steeds meer onderdelen van de ziekenhuiszorg verplaatst naar de eerstelijnszorg. Dit vraagt om een nauwere samenwerking tussen het ziekenhuis en de eerstelijnszorg (huisartsen).
DOCUMENT
Het gemeentelijke aanbod en de organisatie van eerstelijns sociaaljuridische ondersteuning in Nederland vertoont geografische verschillen, zo bleek uit een eerder uitgevoerd landelijk inventarisatieonderzoek door Significant Public in 2023. Uit dat onderzoek kwam naar voren dat niet alle vormen van ondersteuning overal en evenveel aanwezig zijn. Dit riep vragen op over de toegang tot het recht van burgers in Nederland. In opdracht van Divosa, in het kader van het Programma Robuuste Rechtsbescherming, heeft het Lectoraat Toegang tot het Recht van Hogeschool Utrecht, een aanvullend onderzoek uitgevoerd. Het doel van dit onderzoek was inzicht te krijgen in hoeverre het huidige sociaaljuridische ondersteuningsaanbod van gemeenten aansluit bij de behoeften van haar inwoners. Eerstelijns sociaaljuridische ondersteuning (hierna: SJO) wordt aangeboden door verschillende partijen, waaronder het Juridisch Loket, sociaal raadslieden, rechtswinkels, wijkteams, Slachtofferhulp Nederland of Vluchtelingenwerk Nederland. Het gaat hierbij om het gratis fysieke, telefonische en schriftelijke aanbod van informatie, advies of ondersteuning aan inwoners binnen een gemeente. Alle inwoners van Nederland hebben recht op ondersteuning, maar sluit het lokaal aanbod aan bij de behoefte van inwoners? In dit onderzoek is vooral gekeken naar de behoefte van inwoners. Aan de hand van statistische analyses is onderzocht of bepaalde inwoners- en gemeentekenmerken verklaringen konden geven voor de geografische verschillen in het sociaaljuridische ondersteuningsaanbod. Door het koppelen van data over inwoners en gemeenten “(data van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG)) aan data over het SJO-aanbod was het mogelijk om verbanden tussen SJO-behoefte (inwoners) en SJO-aanbod te onderzoeken. Daarnaast heeft het onderzoek gekeken naar de mate waarin deze verbanden de geografische verschillen in het SJO-aanbod (het aantal SJO-vestigingen, type ondersteuning en leefgebieden) kunnen verklaren. Een hoger inwoneraantal, gemiddeld lager opleidingsniveau en minder gunstig arbeidsverleden van inwoners in de gemeente hangen samen met een breder SJO-aanbod in de gemeente. Deze bevindingen wijzen op een aansluiting tussen de behoefte van inwoners en het aanbod aan eerstelijns sociaaljuridische ondersteuning in gemeenten. De kenmerken van gemeenten (in dit onderzoek: solvabiliteit van de gemeentelijke budgetten en stedelijkheid) bleken maar heel beperkt samen te hangen met het aanbod. Uit het onderzoek komt naar voren dat de aansluiting tussen inwonersbehoefte en het SJO-aanbod veel sterker is dan de aansluiting tussen kenmerken van een gemeente (solvabiliteit van gemeentelijke budgetten en stedelijkheidsgraad) en het SJO-aanbod. Uit het onderzoek kwamen ook omgekeerde, onverwachte verbanden naar voren. Zo bleken gemeenten met meer welvarende inwoners een breder (d.w.z. op meer leefgebieden) SJO-aanbod te hebben. Daartegenover stond dat gemeenten met relatief meer gedupeerden van de Kinderopvangtoeslagaffaire of met gemiddeld meer huishoudens met problematische schulden, minder eerstelijns SJO-vestigingen bleken te hebben. Bovendien kwam naar voren dat gemeenten met relatief meer gedupeerden van de Kinderopvangtoeslagaffaire of met meer bijstandsgerechtigden, een minder breed SJO-aanbod hebben. Dit is echter wel afhankelijk van hoe de breedte van het aanbod gemeten wordt. Overigens is er geen verband gevonden tussen het aantal inwoners met een migratieachtergrond en het SJO-aanbod. Deze resultaten impliceren een gebrek aan aansluiting tussen de SJO-behoefte van inwoners en het SJO-aanbod van gemeenten. Alle bovengenoemde kenmerken samen verklaren 79% van de verschillen tussen gemeenten wat betreft het aantal SJO-vestigingen, en 35% van de verschillen in de inhoudelijke breedte van het aanbod. Dit onderzoek heeft niet alleen inzicht gegeven in een cijfermatige aansluiting tussen behoefte en aanbod, maar heeft ook inzichtelijk gemaakt waar het lokale aanbod van eerstelijns sociaaljuridische ondersteuning in gemeenten vermoedelijk niet aansluit bij de behoefte van inwoners. Op basis van de onderzoeksresultaten is een aantal aanbevelingen geformuleerd. In de eerste plaats zouden de behoeften van inwoners op lokaal niveau meer, beter en systematischer in kaart moeten worden gebracht. Dit kan als basis dienen voor beleid over het sociaaljuridische ondersteuningsaanbod op lokaal niveau. Dit zou bij voorkeur moeten gebeuren aan de hand van informatie over het SJO-gebruik in gemeenten en de resultaten van deze dienstverlening. Dan pas kunnen er conclusies worden getrokken over de aansluiting en doelmatigheid van het SJO-aanbod in gemeenten. Verder is landelijke regie en monitoring nodig om de aansluiting tussen SJO-behoefte en SJO-aanbod op gelijke wijze te laten plaatsvinden. Dit heeft als voordeel dat er dan gestuurd kan worden om (nieuwe) geografische verschillen in aansluiting te voorkomen. Bovendien is er meer kennis en inzicht nodig over gemeentelijk beleid en besluitvorming, inclusief inkoop, rondom de organisatie en inrichting van eerstelijns sociaaljuridische dienstverlening.
DOCUMENT
Deze eindrapportage van het project ‘competenties van de zorgprofessional van de toekomst’ is uitgevoerd in opdracht van de Health Hub Utrecht, Coalitie Aantrekkelijke Arbeidsmarkt. De rapportage is tot stand gekomen met inbreng van een groot aantal mensen uit zorg, welzijn en opleidingen, die in dialoogsessies mee hebben gedacht over hoe de zorgprofessional van de toekomst goed toegerust kan worden. Met elkaar is gezocht naar de uitdagingen die zorg en welzijn, en opleidingen denken tegen te komen richting 2030 en er is nagedacht over richtingen die bijdragen aan het goed toerusten van deze professionals. De tweede publicatie betreft het tussenrapport: Competenties van de zorg- en welzijnsprofessional van de toekomst: Tussenrapportage ter afsluiting van fase 1. (Drs. J. Dijkstra RN, dr. M. Jacobs, Drs. B. Berkhout, 2023)
MULTIFILE
Dit rapport is een verslag van de voortzetting van het door de Raad voor de Rechtsbijstand gefinancierde project ‘Passende Hulp bij Multiproblematiek’ (subsidieregeling innovatieve ideeën stelselherziening rechtsbijstand). Dat project is gestart in januari 2021 en geëindigd in januari 2022. In het najaar van 2022 en begin 2023 is het project in samenspraak met Het Juridisch Loket hervat, met financiering van het lectoraat Toegang tot het Recht van Hogeschool Utrecht. Van conclusies naar advies Een aantal conclusies uit het project ‘Passende Hulp bij Multiproblematiek’ fungeerde als basis voor het huidige project: • Voor een multi-criteria decision (MCD) tool voor diagnose en doorverwijzing van multiproblematiek hebben we gekozen voor een netwerkmodel in plaats van een beslisboommodel met takken. • Een holistische uitvraag blijft het uitgangspunt. Daarom hebben we gekozen voor een multicriteria-vragenlijst, met daarin de criteriumgebieden ‘juridische problemen’, ‘sociaal-maatschappelijke problemen’ en ‘draagkracht (zelfredzaamheid) van de rechtzoekende’. Het netwerkmodel impliceert dat er geen vaste volgorde in de vragenlijst zit. • Om de gebruiksvriendelijkheid van de MCD-tool te vergroten hebben we gekozen voor een visualisatie, waarbij in één oogopslag af te lezen is op welke gebieden problemen bestaan en waarop doorverwijzing noodzakelijk is. • Het eindproduct van dit project bestaat uit een prototype met uitgewerkte criteriumgebieden, en een vaste set vragen die leiden tot een advies met betrekking tot doorverwijzing. Op deze manier kan deze tool geïntegreerd worden in een toekomstig digitaal diagnose-instrument van Het Juridisch Loket. • Om draagvlak binnen Het Juridisch Loket voor het gebruiken van de MCD-tool te bevorderen, is inbedding in het strategische beleid van Het Juridisch Loket noodzakelijk. We ontwikkelden daartoe een training en handleiding ter ondersteuning van de MCD-tool, om zo een gevoel van urgentie betreffende de dienstverlening richting mensen met multiproblematiek te creëren. • Concluderend besloten we om voor medewerkers van Het Juridisch Loket een digitale visualisatie in de vorm van een clickable demo te ontwikkelen, een handleiding en een training. De clickable demo-versie van de MCD-tool, met gespreksleidraad Er was sprake van vooruitschrijdend inzicht tijdens het onderzoeks- en ontwikkelproces van de MCD-tool. Het belangrijkste inzicht was dat ‘one tool fits all’ niet de oplossing is. Het diagnoseproces start met een intakegesprek dat aan de balie plaatsvindt. De juridische professional maakt op basis van het baliegesprek en non-verbale signalen een inschatting of er sprake is van multiproblematiek. Indien hier sprake van is, checkt de professional of de rechtzoekende openstaat voor een vervolggesprek. Het vervolggesprek geeft uitsluitsel over de vraag of sprake is van multiproblematiek. Naast de juridische vraag wordt in dit gesprek aandacht besteed aan de sociaal-maatschappelijke problematiek. Dit gebeurt aan de hand van een gespreksleidraad met gespreksstarters, die speciaal hiervoor ontwikkeld zijn. Tijdens of na afloop van het vervolggesprek vult de juridische professional de MCD-tool in. De uitkomst van de tool is een visualisatie en toelichting van de problematiek, die kan dienen ter overdracht naar een ketenpartner in het sociaal domein. We hebben een clickable demo-versie van de MCD-tool ontwikkeld. De clickable demo-versie van de MCD-tool met de gespreksleidraad, de handleiding en training voor holistisch werken, en de lessen uit dit rapport, bieden samen een goede basis voor Het Juridisch Loket om vanuit de eigen visie en koers de multiproblematiek bij rechtzoekenden breder aan te pakken. Het is mogelijk om dit project te vervolgen als een samenwerking tussen Het Juridisch Loket en het Lectoraat Toegang tot het Recht van Hogeschool Utrecht.
DOCUMENT
De zorg voor jeugd is enorm in beweging vanwege de transitie en transformatie van de jeugdhulp. Met de transitie wordt bedoeld dat sinds 1 januari 2015 gemeenten verantwoordelijk zijn voor alle zorg voor jeugd. Deze verandering is ingezet om de grote druk op gespecialiseerde zorg terug te dringen en de verkokerde manier van werken binnen de jeugdhulp aan te pakken. Tijdens de inaugurele rede gaat dr. Janneke Metselaar in op effectief werken in de zorg voor jeugd en hoe het lectoraat een bijdrage wil leveren aan de kennisontwikkeling op dit gebied. De sessies van het symposium variëren van onderwerpen als richtlijnen in de jeugdhulp tot digitale tools en de regie van zorg. Lectorale rede in verkorte vorm uitgesproken op 29 januari 2016, NHL Hogeschool
DOCUMENT
Mantelzorg is een van de kernpunten van de overheid. Zorg voor elkaar is een belangrijke troef bij het beteugelen van de toenemende zorgkosten door vergrijzing. Maar zijn de verwachtingen realistisch? De Eerstelijns analyseert. Mantelzorg komt meestal voor rekening van familieleden. Vrijwilligers, buren en vrienden hebben een bescheiden, ondersteunende rol. Er zijn diverse onderzoeken naar mantelzorg uitgevoerd. In dit artikel beschrijven we de conclusies op hoofdlijnen.
DOCUMENT
Nieuwe wetgeving voor jeugdzorg in Nederland heeft geleid tot de implementatie van teams, die geïntegreerde eerstelijns jeugdzorg bieden. Belangrijke doelen van de nieuwe Jeugdwet waren meer geïntegreerde, tijdige zorg en minder gebruik van intensieve vormen van zorg. Het doel van dit onderzoek was het bestuderen van veranderingen in het gebruik van jeugdzorg in de tijd en de rol van nieuw ingevoerde wijkgerichte ondersteuningsteams hierin. Patronen van jeugdzorggebruik veranderden naar meer lokaal geleverde primaire jeugdzorg, iets minder gespecialiseerde en iets meer residentiële jeugdzorg. Bovendien nam het jeugdzorggebruik onder jongere kinderen toe in de tijd. Deze trends komen deels overeen met de trends die de Jeugdwet beoogt. Er is weinig bewijs gevonden voor de rol van specifieke teamkenmerken op veranderingen in jeugdzorggebruik in de tijd.
MULTIFILE
Het belang van goede samenwerking in de begeleiding van cliënten in de forensische zorg is evident. Wanneer professionals binnen de forensische zorg goed met elkaar en met hun cliënt kunnen samenwerken, is de kans op succesvolle afronding van een behandeltraject aanzienlijk groter dan wanneer dit niet het geval is. Hoe komt het dan toch dat effectieve samenwerking vaak zo lastig te realiseren is in de dagelijkse praktijk? In dit artikel wordt uiteengezet door welke partners in de forensische zorg wordt samengewerkt en welke knel‐ punten en succesfactoren daarbij een rol spelen. Tot slot worden enkele aanbevelingen gedaan voor verbeteringen op gebied van samenwerking in de forensische zorg..
DOCUMENT