Na een oncologische buik- of longoperatie begint een intensief herstelproces. Het is vaak lastig om oude activiteiten weer op te pakken en gezond te blijven eten. Toch is dit cruciaal voor een zo optimaal mogelijk herstel. Een goede begeleiding helpt daarbij. Maar de zorg staat onder druk: het is niet mogelijk om alle patiënten persoonlijk te begeleiden nadat ze uit het ziekenhuis worden ontslagen. Hoe kan deze begeleiding toch effectief worden voortgezet? Zorgtechnologie kan helpen om gepersonaliseerde zorg te bieden aan patiënten die thuis moeten herstellen. Binnen het project Samen beter met AI van de Hogeschool van Amsterdam (HvA) werken zorgprofessionals en onderzoekers samen om zorg op maat te bieden en te werken aan de zorg van de toekomst. Docent-onderzoeker en promovenda Charlotte van Westerhuis vertelt erover in dit artikel.
Voor patiënten met long- of gastro-intestinale kanker die een operatie hebben ondergaan zijn een goed op elkaar afgestemde hoeveelheid lichamelijke activiteit in combinatie met voldoende eiwitinname, na de operatie essentieel voor een goed herstel. Na ontslag uit het ziekenhuis is de inzet van een fysiotherapeut en diëtist die elkaar aanvullen geen vanzelfsprekendheid terwijl zij elkaar juist kunnen versterken. Met het bestaande OPRAH (Optimizing-Physical-Recovery-After-Hospitalization) herstelprogramma ondersteunen fysiotherapeuten en diëtisten patiënten na een operatie met een eHealth applicatie met monitoring en coaching. Omdat de beroepen fysiotherapie en diëtetiek van oudsher hands-on zijn vraagt deze manier van behandelen een transitie in denken en manier van werken. Professionals vinden het moeilijk om de behandeling op elkaar af te stemmen, op afstand te coachen en de technologie van een eHealth applicatie te integreren in de praktijk. Daarnaast is nog niet bekend wat de optimale combinatie van hoeveelheid voeding en beweging is en waarom bepaalde patiënten wel goed op het OPRAH herstelprogramma reageren en andere patiënten niet. De technologie van OPRAH waarbij grote hoeveelheden informatie over voeding en beweging wordt verzameld, biedt de mogelijkheid om met kunstmatige intelligentie nieuwe verbanden te leggen en deze praktijkvragen te beantwoorden maar deze techniek wordt nog niet toegepast. Het doel van deze aanvraag is om de interprofessionele samenwerking tussen fysiotherapeuten en diëtisten bij de behandeling van patiënten met kanker te versterken en het OPRAH herstelprogramma te optimaliseren. In dit project onderzoeken we verbanden tussen veranderingen in voeding en beweging bij patiënten met kanker die een operatie ondergaan, ontwerpen we een infrastructuur voor structurele dataverzameling van voeding en beweging (WP1) en onderzoeken we hoe we de interprofessionele afstemming kunnen versterken (WP1). Op basis van de bevindingen passen we het OPRAH herstelprogramma aan en testen we deze in de praktijk (WP3). WP4 is gericht op doorwerking naar de beroepspraktijk en het onderwijs.
Wat je leest in dit artikel
Voeding en beweging hangen nauw samen voor een optimaler herstel na een operatie. Toch werken professionals nog niet altijd effectief samen om patiënten daarbij goed te begeleiden. Het project Samen beter met AI onderzocht hoe technologie kan worden ingezet voor een betere samenwerking tussen zorgprofessionals en een snellere herstelperiode voor patiënten.
Over het onderzoek
Binnen het Amsterdam UMC verbeteren onderzoekers en zorgprofessionals de revalidatie van patiënten na oncologische maag-, lever-, darm- en longoperaties: met behulp van e-health. Daarnaast exploreren zij op welke manier AI hierin een rol zou kunnen spelen. Binnen het project Samen beter met AI staat innovatie in zorg en opleiding centraal. Hoe draagt zorgtechnologie bij aan betere samenwerking tussen zorgprofessionals, het optimaliseren van zorg op afstand en het herstel van patiënten?
Charlotte van Westerhuis is docent-onderzoeker bij de opleiding Fysiotherapie van de HvA. Ze studeerde fysiotherapie aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen en behaalde haar master Bewegingswetenschappen aan de Universiteit Maastricht. Nu werkt ze aan haar promotieonderzoek binnen Samen beter worden, een vervolgproject van Samen beter met AI.
Van Westerhuis: “Tijdens mijn master raakte ik sterk geïnteresseerd in onderzoek. Drie jaar geleden startten we Samen beter met AI, waaraan ik enthousiast meewerkte. Ik was nauw betrokken bij zowel het opzetten als het evalueren van de interventie die uit ons onderzoek rolde. Nu vervolg ik dat project in mijn promotieonderzoek, dat daarop voortborduurt. Daarvoor ga ik onderzoeken wat er nog meer nodig is om goede, gepersonaliseerde zorg te verlenen. Ik hoop uiteindelijk een toolkit te ontwikkelen die dat ondersteunt.”
Om het herstel van patiënten na een oncologische buik- of longoperatie te bevorderen werd OPRAH opgezet (Optimal Physical Recovery After Hospitalization). Dit programma ondersteunt patiënten bij de opbouw van beweging en eiwitinname na ontslag uit het ziekenhuis, met behulp van een activiteitenmonitor, een app en coaching op afstand van een fysiotherapeut en diëtist uit het ziekenhuis.
Van Westerhuis: “In ons onderzoek werkten we samen met het OPRAH-herstelprogramma en het Amsterdam UMC. We focusten ons op het herstel van patiënten na hun operaties in de oncologische zorg en keken hoe zorgtechnologie ze kon ondersteunen. Ook de samenwerking tussen verschillende zorgprofessionals stond centraal, omdat het herstel deels op afstand gebeurde. We wilden weten: hoe kunnen fysiotherapeuten en diëtisten de patiënten beter begeleiden na ontslag uit het ziekenhuis? Dat gebeurde bijvoorbeeld met de beweegsensor. In een bijbehorende app konden patiënten hun fysieke activiteit zien en hun voeding bijhouden. De fysiotherapeut en diëtist keken op afstand mee en gaven advies. De beweegsensor en de app gaven patiënten inzicht in hun herstel. Dat motiveerde om optimale doelen te stellen en te behalen. Patiënten reageerden positief: ze zagen vooruitgang en hadden het gevoel er niet alleen voor te staan. Dat werkte stimulerend.”
Voeding en beweging zijn belangrijk voor een optimaal herstel. Om dat proces te optimaliseren moesten zorgprofessionals intensief en op een andere manier gaan samenwerken.
Van Westerhuis: “De samenwerking tussen fysiotherapeut en diëtist was niet vanzelfsprekend. We vroegen ons af: wat houdt zo’n samenwerking precies in, is dat elkaar fysiek zien of gezamenlijk werken aan hetzelfde doel? In de app zag zowel fysiotherapeut als diëtist de voortgang van een patiënt. Ze waren ook beter op de hoogte van elkaars behandelingen, wisten elkaar beter te vinden en zetten hun eigen expertise in. Ook maakten ze gebruik van elkaars expertise, maar van het afstemmen van een gezamenlijk doel was nog niet echt sprake. Of dat wél nodig is, gaan we nu verder onderzoeken.”
Bij het herstel van patiënten na een operatie zit volgens Van Westerhuis de uitdaging in de overgang van tweede- naar eerstelijnszorg: “In het ziekenhuis worden patiënten intensief begeleid, maar zodra ze naar huis gaan, vallen ze vaak in een gat. Fysiotherapeuten in de eerste lijn worden nog niet standaard ingezet voor deze nazorg, al zou dat wel veel kunnen opleveren. Maar de druk op de zorg maakt het lastig om elke patiënt langdurig te begeleiden. Het vervolgonderzoek, mijn promotie, richt zich onder andere op de vragen: Wat is nodig om die overgang beter te laten verlopen? Hoe kunnen we professionals beter met elkaar laten afstemmen? Welke rol kan technologie daarin spelen? Zo kunnen we gezamenlijk werken aan de zorg van de toekomst.”
Met haar promotietraject wil Van Westerhuis zich blijven inzetten voor het verbeteren van samenwerking in de eerstelijnszorg en het gebruik van technologie om de zorg efficiënter in te richten. “In het vervolgonderzoek willen we verder bouwen aan gepersonaliseerde zorg. Ook hoop ik dat dit onderzoek doorwerkt binnen het onderwijs, zodat studenten zich bewuster worden van het belang van interprofessionele samenwerking en leren om disciplineoverstijgend te werken. We zagen dat voeding en beweging cruciaal zijn voor een snel herstel; ik hoop dat de samenwerking tussen deze disciplines verder geprofessionaliseerd wordt en we zo kunnen bijdragen aan de optimalisatie van patiëntenzorg.”
Meer weten? Bekijk hier de projectpagina Samen Beter met AI.
Voor patiënten met long- of gastro-intestinale kanker die een operatie hebben ondergaan zijn een goed op elkaar afgestemde hoeveelheid lichamelijke activiteit in combinatie met voldoende eiwitinname, na de operatie essentieel voor een goed herstel. Na ontslag uit het ziekenhuis is de inzet van een fysiotherapeut en diëtist die elkaar aanvullen geen vanzelfsprekendheid terwijl zij elkaar juist kunnen versterken. Met het bestaande OPRAH (Optimizing-Physical-Recovery-After-Hospitalization) herstelprogramma ondersteunen fysiotherapeuten en diëtisten patiënten na een operatie met een eHealth applicatie met monitoring en coaching. Omdat de beroepen fysiotherapie en diëtetiek van oudsher hands-on zijn vraagt deze manier van behandelen een transitie in denken en manier van werken. Professionals vinden het moeilijk om de behandeling op elkaar af te stemmen, op afstand te coachen en de technologie van een eHealth applicatie te integreren in de praktijk. Daarnaast is nog niet bekend wat de optimale combinatie van hoeveelheid voeding en beweging is en waarom bepaalde patiënten wel goed op het OPRAH herstelprogramma reageren en andere patiënten niet. De technologie van OPRAH waarbij grote hoeveelheden informatie over voeding en beweging wordt verzameld, biedt de mogelijkheid om met kunstmatige intelligentie nieuwe verbanden te leggen en deze praktijkvragen te beantwoorden maar deze techniek wordt nog niet toegepast. Het doel van deze aanvraag is om de interprofessionele samenwerking tussen fysiotherapeuten en diëtisten bij de behandeling van patiënten met kanker te versterken en het OPRAH herstelprogramma te optimaliseren. In dit project onderzoeken we verbanden tussen veranderingen in voeding en beweging bij patiënten met kanker die een operatie ondergaan, ontwerpen we een infrastructuur voor structurele dataverzameling van voeding en beweging (WP1) en onderzoeken we hoe we de interprofessionele afstemming kunnen versterken (WP1). Op basis van de bevindingen passen we het OPRAH herstelprogramma aan en testen we deze in de praktijk (WP3). WP4 is gericht op doorwerking naar de beroepspraktijk en het onderwijs.