In de onderwijspraktijk is de laatste jaren steeds meer aandacht ontstaan voor de functie en de kwaliteit van evalueren. Net als andere vakgebieden is ook het vakgebied LO in toenemende mate op zoek naar de juiste plek en vorm van evaluatieactiviteiten binnen het curriculum. Activiteiten waarmee we het leerproces van leerlingen kunnen optimaliseren en ondersteunen. Voor deze laatste opdracht lijkt met name formatief evalueren onmisbaar.
DOCUMENT
Zoals reeds vermeld in het artikel 'Formatief evalueren' van Weeldenburg & Slingerland (2019) dient formatief evalueren beschouwd te worden als een essentieel onderdeel van het bewegingsonderwijs om het leren van leerlingen te stimuleren en ondersteunen. Echter lijkt evalueren binnen het bewegingsonderwijs in het basisonderwijs vaak gezien te worden als een 'papieren tijger'. In dit artikel wordt daarom een aantal praktische methodes toegelicht waarmee formatieve evaluatie toegepast kan worden in de lessen. Hierbij wordt ingegaan op manieren waarmee de formatieve procescyclus van het geven van feedup, feedback en feedforward ingepast kan worden in de lessen, zonder daarbij de leerkracht te veel te belasten. Praktische handvatten omtrent leerdoelkaarten, zelfevaluatie en peerevaluatie worden in dit stuk besproken.
DOCUMENT
Docenten zijn zich steeds meer bewust van het belang van formatief evalueren. Het versterkt het leren van de leerlingen, zorgt voor een grotere betrokkenheid bij het eigen leerproces en bewerkstelligt dat het leren beter beklijft. De verwachting van docenten en schoolleiders is dat net afgestudeerde studenten aan de lerarenopleidingen op de hoogte zijn van formatief evalueren en beschikken over een (vak)didactisch handelingsrepertoire om formatief evalueren in de praktijk te brengen. In dit onderzoek worden de kennisbases van 14 eerstegraads en 18 tweedegraads lerarenopleidingen geanalyseerd op de aandacht voor formatief evalueren, met als doel inzicht te krijgen in het beoogde curriculum. Met een kwantitatieve en kwalitatieve analyse van de kennisbases aan de hand van de formatieve evaluatiecyclus, wordt duidelijk dat de aandacht voor formatief evalueren verschillend is tussen de kennisbases van de eerstegraads lerarenopleidingen en van de tweedegraads lerarenopleidingen en dat er grote verschillen zijn tussen de verschillende vakspecifieke kennisbases. In het algemeen kan gesteld worden dat er relatief weinig aandacht is voor formatief evalueren. Dit onderzoek levert een bijdrage aan een herziening van de kennisbases en is een opmaat naar een vervolgonderzoek waarin gekeken wordt hoe het gerealiseerde curriculum van lerarenopleidingen ten aanzien van formatief evalueren eruit ziet.
DOCUMENT
Veel scholen zijn op zoek om zonder ‘formele toetsen’ inzicht te krijgen in de ontwikkeling van leerlingen. Zij zetten daarbij de formatieve functie van toetsen centraal. Het blijkt dat docenten in staat zijn om losstaande formatieve leeractiviteiten toe te passen, maar handelingsverlegenheid ervaren bij het ontwerpen en uitvoeren van een programma van formatieve leeractiviteiten: een combinatie van bewust gekozen en in samenhang ingezette formatieve leeractiviteiten die de juiste informatie oplevert om beslissingen te kunnen nemen over hoe het onderwijs verder vorm te geven ten dienste van het verdere leren van leerlingen. Binnen het RAAK-project Formatief Evalueren als brug tussen onderwijs en leren ontwikkelen we handvatten die docenten ondersteunen bij het ontwerpen en uitvoeren van een dergelijke combinatie van formatieve leeractiviteiten. In de periode maart 2021-juli 2021 zouden de docenten voor het eerst aan de slag gaan met het daadwerkelijk onder begeleiding ontwerpen van een programma van formatieve leeractiviteiten. Gezien de huidige situatie in het voortgezet onderwijs (vanwege de covid 19-maatregelen) blijkt dit niet haalbaar. Dat betekent concreet dat het daadwerkelijk ontwerpen van programma’s wordt verschoven naar september 2021. In het raak-project dat binnen de Impuls-regeling wordt aangevraagd, willen we docenten de mogelijkheid bieden en stimuleren om tot september 2021 wel actief aan de slag te blijven gaan met formatief evalueren. Enerzijds om het draagvlak voor het project te continueren, anderzijds om de docenten de gelegenheid te bieden zich blijvend te ontwikkelen. Voor de participatie van de praktijkpartners worden per deelnemende school als nieuwe werkwijze ter overbrugging tot september 2021 online bijeenkomsten georganiseerd waarin de betrokken onderzoekers de docenten ondersteunen bij het gebruik van formatieve leeractiviteiten. Hiermee wordt geborgd dat de docenten, zodra dat weer mogelijk is, in staat én gemotiveerd zijn aan de slag te gaan met het ontwerpen van programma’s van formatieve leeractiviteiten.
Toetsen is een essentieel onderdeel van het onderwijs. Helaas leidt het huidige gebruik van toetsen vooral tot kortetermijn-effecten op leren: leerlingen werken van toets naar toets en het leren stopt bij het ontvangen van het cijfer. Deze constatering heeft veel VO-scholen gestimuleerd andere aanpakken te verkennen. Formatief evalueren is een bewezen aanpak die de ontwikkeling, betrokkenheid en het langetermijnleren van leerlingen versterkt. Momenteel stellen veel scholen de formatieve functie van toetsen centraal: zo reduceren scholen bijvoorbeeld het aantal momenten waarop cijfers worden gegeven en investeren zij in de kwaliteit van feedback. Zij zoeken naar manieren om zonder ‘formele toetsen’ inzicht te krijgen in de ontwikkeling van leerlingen. Docenten die binnen hun eigen lespraktijk aan de slag zijn met formatieve evaluatie, geven zelf aan dat dit op kleine schaal tot mooie resultaten leidt: docenten ervaren een toenemende motivatie en eigenaarschap bij leerlingen, en geven aan zelf meer plezier te hebben in het lesgeven. Toch ervaren zij ook de nodige knelpunten. Het blijkt dat docenten weliswaar in staat zijn om losstaande formatieve leeractiviteiten toe te passen, maar handelingsverlegenheid ervaren bij het ontwerpen en uitvoeren van een programma van formatieve leeractiviteiten: een combinatie van bewust gekozen en in samenhang ingezette formatieve leeractiviteiten die de juiste informatie oplevert om beslissingen te kunnen nemen over hoe het onderwijs verder vorm te geven ten dienste van het verdere leren van hun leerlingen. Doel van dit project is wetenschappelijk onderbouwde én praktische handvatten te ontwikkelen die docenten ondersteunen bij het ontwerpen en uitvoeren van een dergelijke combinatie van formatieve leeractiviteiten. De kernopbrengsten van dit project zijn ontwerpprincipes die docenten helpen bij het maken van een programma van formatieve leeractiviteiten dat docenten aantoonbaar ondersteunt bij het nemen van beslissingen over leerlingen en een praktische handreiking om deze combinatie van activiteiten in te zetten in de dagelijkse onderwijspraktijk.
Doel van het vak Lichamelijke Opvoeding (LO) is dat leerlingen niet alleen beter leren bewegen, maar dat er ook aandacht is voor omgangs- en regelbekwaamheden (bijvoorbeeld fair play, het zelfstandig kunnen spelen van een spel, het organiseren van een activiteit, etc.). Ook het verwerven van (zelf)kennis en inzicht is een doel en daarmee het ontwikkelen van een eigen beweegidentiteit. De huidige praktijk van leerlingevaluatie sluit hier onvoldoende op aan en is soms zelfs demotiverend voor leerlingen. De focus van evalueren ligt daarbij vooral op de (eind)prestatie. Om leerlingen te motiveren en te ondersteunen, zou het leerproces van leerlingen richting de te bereiken doelen meer centraal moeten staan. Leraren LO vinden het echter een uitdaging om leerprocessen te monitoren en formatief te evalueren. Het ontbreekt binnen de LO aan een gebruiksvriendelijk en effectief instrument om dit te doen, passend bij de uiteenlopende doelen van het vak. Onderzoeksliteratuur en beperkte praktijkervaringen stellen een digitaal portfolio voor als mogelijk geschikt instrument. De Sportfolio App is een voorbeeld van zo’n digitaal portfolio, recent ontwikkeld voor LO. Deze app biedt nu nog onvoldoende aansluiting bij de gevarieerde doelen van het vak en is niet gericht op formatieve evaluatie. In het voorgestelde project, vormgegeven volgens de principes van Participatory Design Research, worden ontwerpprincipes en gebruiksrichtlijnen opgeleverd van een digitaal portfolio, waarmee effectief en gebruiksvriendelijk leervorderingen van leerlingen bij het vak LO inzichtelijk gemaakt kunnen worden. Deze principes en richtlijnen zullen toepasbaar zijn op verschillende vormen van (digitale) portfolio’s, waardoor scholen deze kunnen aanpassen aan de eigen mogelijkheden en wensen. Om dit te bereiken wordt er samengewerkt in een netwerk van hbo-onderzoekers, lerarenopleiders, leraren LO uit het voortgezet onderwijs, en ontwikkelaars van de Sportfolio App. De projectopbrengsten worden breed gedissemineerd binnen het werkveld van de LO.