De context van dit praktijkvoorbeeld is een door NRO-PPO gesubsidieerd kortlopend onderzoek met de titel 'Vliegwielen voor Begrijpend Lezen'. In dit onderzoek hebben leerkrachten bovenbouw van twee basisscholen in Lelystad hun gebruikelijke lessen 'begrijpend lezen' onder begeleiding en in een professionele leergemeenschap, vervangen door zelf ontworpen lessen Wetenschap & Technologie, volgens de didactiek van Onderzoekend en Ontwerpend Leren, maar nog steeds met de bedoeling de vaardigheden voor begrijpend lezen te ontwikkelen. Want begrijpend lezen wordt ook door domeinkennis en goede gesprekken bevorderd. In dit artikel reflecteren we op de vraag in hoeverre deze aanpak leerkrachten bekwaamt in het ontwerpen van nieuw, geïntegreerd onderwijs, volgens een didactiek die ze niet beheersen, en in een inhoudelijk domein waar ze niet goed in thuis zijn.
DOCUMENT
In dit rapport wordt de kwaliteit van het lectoraat Geïntegreerd Natuur- en Landschapsbeheer geëvalueerd aan de hand van de input en output van het lectoraat, een evaluatie van “gebruikers” van het lectoraat (docenten, studenten en vertegenwoordigers van het werkveld), met een reflectie van de lectoren daarop en een schets van het toekomstperspectief van het lectoraat.De missie van het lectoraat ‘Geïntegreerd Natuur- en Landschapsbeheer’ is om de kennis, vaardigheden en competenties van kenniswerkers in het veld en afgestudeerden aan Van Hall Larenstein voor de opleiding Bos en Natuurbeheer beter te laten aansluiten bij de praktijk van het hedendaagse werkveld Natuur- en Landschapsbeheer. Onder geïntegreerd natuur- en landschapsbeheer verstaat het lectoraat een beheer of ontwikkeling van natuur en landschap waarbij conomische, ecologische, sociale en cultuurhistorische belangen samen worden gewogen, om te komen tot een duurzame bescherming, beleving en benutting van natuur en landschap. Door het combineren van sociale, ecologische en economische kennis is de terreinbeheerder van morgen beter toegerust om in te spelen op verschillende en soms tegengestelde wensen vanuit de maatschappij. Zo kan hij/zij kansen zien om natuur- en landschapswaarden te integreren in andere ruimtelijke functies, en het bestaande natuur- en landschapsbeheer koppelen aan andere wensen en belangen.
DOCUMENT
Natuur en landschap zijn menselijke maaksels. Dat betekent dat het beheer ervan uit meer moet bestaan dan louter ecologische kennis. Het vraagt om een soort co-productie van ecologie, economie, sociologie en cultuurhistorie, en dat alles is in de term geïntegreerd natuur- en landschapsbeheer vervat. Indien economen serieus genomen willen worden in de discussies over natuur en landschap, dan dient binnen het conventionele economische denken plaats gemaakt te worden voor een meer ecologisch-economisch denken. Tegelijkertijd vereist dit wel dat bestaande economische principes, bijvoorbeeld over de 'marginale waarde' van natuur (en niet de absolute waarde ervan), niet uit het oog verloren mogen worden.
DOCUMENT
Lectoraten van Hogeschool Utrecht, Hogeschool van Amsterdam en Fontys Hogeschool sloegen, in opdracht van Zestor, de handen ineen om onderzoek te doen naar de professionele ontwikkeling van hbo-docenten in teamverband. De praktijkkwestie die het vertrekpunt voor het onderzoek vormt, is: Hoe kunnen docententeams gezamenlijk leren om hun vakbekwaamheid en professionele identiteit te versterken?
DOCUMENT
In 1999 is bij Fontys de duale opleiding voor het Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie (Bve) van start gegaan. In het artikel Duaal opleiden samen met ROC s: drie jaar maatwerk-ervaring (P.L.van der Plas, 2002) wordt deze opleiding nader toegelicht. In het onderwijsmodel vormt de opleiding tot onderwijsassistent de eerste fase. Bij het ontwerp van de opleiding is gekozen voor een nieuwe opleidingsmethode, producerend leren, die het leren op de werkplek verbindt aan het leren op de opleiding. Bij de start van de opleiding in september 1999 was het concept van producerend leren globaal uitgewerkt. In het drie-wekelijkse overleg van opleiders kwam de invulling van producerend leren in de praktijk veelvuldig aan bod. De projectleiding heeft besloten flankerend onderzoek te laten verrichten naar de vraag Wat is producerend leren voor dit duale opleidingstraject, hoe wordt het ingevuld en hoe zou het moeten worden ingevuld volgens de participanten? Participanten bij producerend leren zijn de duale studenten, ROC-coaches en Fontys-opleiders. In dit artikel wordt eerst ingegaan op de keuze voor producerend leren als opleidingsmethode. Vervolgens worden de onderzoeksaanpak toegelicht en de voornaamste onderzoeksresultaten gepresenteerd. Afsluitend wordt gekeken naar de invulling van producerend leren elders in het onderwijs alsmede naar de vraag of producerend leren een rol kan spelen voor het inrichten van de werkplek als krachtige leeromgeving.
DOCUMENT
Innovatie en wendbaarheid zijn twee essentiële voorwaarden voor economische groei en welzijn. De noordelijke regio heeft veel potentie maar de benutting ervan is niet vanzelfsprekend. Het lectoraat Wendbaar Vakmanschap draagt bij aan Vital Regions, het hogeschoolbrede zwaartepunt waarmee NHL Hogeschool zich inzet voor het sociaalmaatschappelijk welzijn van de regio door praktijkgericht onderzoek te doen naar huidige en vernieuwende leerprocessen die veelal met samenwerkingspartners vorm krijgen. Het onderwijs bereidt jonge mensen voor op een actieve rol in de samenleving, economische zelfredzaamheid en een leven lang leren. Het lectoraat is ingesteld om kennis te ontwikkelen over leren, veranderen en innoveren. Het richt zich op leerprocessen die van invloed zijn op de wendbaarheid van vakmensen en professionals. Het zijn immers de wendbare professionals die innovaties aanjagen en maatschappelijke meerwaarde creëren en daarmee een cruciale rol spelen in de regionale activiteitensystemen
DOCUMENT
In "Collectief leren in schoolorganisaties" wordt het belang van collectief leren voor schholontwikkeling en professionele ontwikkeling beschreven. De condities voor collectief leren in schoolorganisaties worden uitgebreid en modelmatig weergegeven. Tenslotte wordt collectief leren in de context van professionele leergemeenschappen geplaatst en wordt het ontwerpen en ontwikkelen van colellectief leren getypeerd als participeren in een leergemeenschap.
DOCUMENT
Natuurbeschermingsorganisaties staan voor een grote nieuwe uitdaging. De overheid trekt zich terug en moet bezuinigen. Daardoor moet natuur- en landschapsontwikkeling meer dan ooit concurreren met andere vormen van landgebruik. Om voldoende draagvlak te krijgen voor natuur is het daarom niet meer genoeg om alleen naar soorten en habitats te kijken. Naast ecologische moeten ook economische en sociale afwegingen gemaakt worden. Die zijn bepalend voor de manier waarop het landschap wordt beleefd en gewaardeerd. De landschapsbeheerder van vandaag is daar onvoldoende op voorbereid. De beheerder van de toekomst moet beschikken over geïntegreerde kennis en handelingsperspectieven vanuit het ecologische, cultuurhistorische en economische kennisdomein en moet deze op een interactieve manier kunnen inzetten. Om dit te bereiken zijn bij Hogeschool Van Hall Larenstein Velp drie Groene Pluslectoren in deeltijd benoemd. Deze zijn elk gespecialiseerd in een ander aspect van natuur- en landschapsbeheer: milieu-econoom Martijn van der Heide, ecoloog John Janssen en sociaal wetenschapper Derk-Jan Stobbelaar. Het lectoraat Geïntegreerd Natuur- en Landschapsbeheer streeft naar een bredere visie op natuurbeheer, waarbij de ecologische waarden van natuur samenhangen met de geschiedenis van het landschap en met de economische mogelijkheden voor behoud, beheer en ontwikkeling daarvan. Bevat een interview met Derk-Jan Stobbelaar en Martijn van der Heide.
DOCUMENT
In deze afscheidsrede worden verschillende onderwijsthema’s en onderzoeken besproken die in een lectoraatsperiode van 2004 tot 2018 de revue zijn gepasseerd. De kern van het onderzoeksprogramma was, met accentverschillen in de loop der jaren, opgebouwd rond een aantal thema’s, die in dit boek aan de orde komen: − Maatschappelijke, culturele en persoonlijke vorming (Bildung & burgerschap); − Pedagogisch klimaat en omgaan met verschillen; − Samen pedagogisch handelen (ouders, brede school, IKC); − Activerend, onderzoekend en ontwerpend leren. Daarnaast is er aandacht voor onderzoek in en samen met het werkveld, opleiden in de school en beroepsvorming.
DOCUMENT
Dit project was een samenwerking tussen Hogeschool Utrecht, de LFB en zorgorganisaties Amerpoort, Amsta Karaad, Cordaan, Philadelphia Zorg en Zorgeloos Ambulant. Het project heeft praktische werkwijzen opgeleverd om de samenwerking tussen cliënten met een licht of matig verstandelijke beperking, begeleiders en naasten te verbeteren. Deze werkwijzen zijn tot stand gekomen in twee ontwikkelwerkplaatsen, een in Utrecht en een in Amsterdam. Hierin werkten cliënten, verwanten, ervaringsdeskundigen en begeleiders samen met onderzoekers en ontwerpers van Hogeschool Utrecht. In deze werkplaatsen werden kennis en ervaringen gedeeld rond de vraag wat belangrijk is voor gelijkwaardige samenwerking. Tevens werden (spel)vormen ontwikkeld die bijdragen aan goede communicatie en samenwerking. Binnen de de ontwikkelwerkplaatsen hebben we de fasen van de zogenaamde dubbele diamant doorlopen. Er is inzicht gekregen in de wijze waarop gewerkt kan worden aan een betere samenwerking in de driehoek van cliënten, begeleiders en naasten, welke factoren hierbij van belang zijn. Uit de thematische analyse van de procesdata (observaties, projectdocumenten en informele gesprekken met betrokken actoren) zijn de volgende factoren gevonden die gelijkwaardige samenwerking in de gehandicaptenzorg mogelijk maken: 1. Ruimte bieden voor intrinsieke motivatie en het delen van persoonlijke interesses en ervaringen. 2. Het bevorderen van echt contact tussen deelnemers en het bieden van veiligheid. 3. Activiteiten afstemmen op de beschikbaarheid en veerkracht van deelnemers. 4. Aan de slag gaan met samenwerken en leren: doen en samen iets creëren/maken in plaats van alleen praten. In het proces van co-creatie zijn 4 (prototypes van) tools ontwikkeld die bijdragen aan (meer) gelijkwaardige communicatie en samenwerking. 3 tools zijn in kleine oplage geproduceerd en beschikbaar. Van elke tool hebben de betrokken deelnemers een filmpje gemaakt waarin ze toelichting geven over het doel en gebruik van de tool. Klik op de links om de video’s te bekijken. Team voor Taal (hu.nl) Rad van Gesprek (hu.nl) wist je dat? (hu.nl) Bekend maar niet zichtbaar (hu.nl) - Er is een toepassing beschreven van de methodiek Steunend Relationeel Handelen (SRH) voor begeleiders, dat gebruikt kan worden om goede begeleiding vorm te geven in samenwerking met 7 cliënten en hun netwerk. Het boekje is open access beschikbaar, zowel gedrukt als digitaal) boekje als een middel voor co-creatie van zorg gericht op kwaliteit van (samen)leven binnen de gehandicaptenzorg. Via de projectpagina is een PDF-bestand van het boekje te downloaden. Er is een training beschikbaar die implementatie van producten in onderwijs en praktijk ondersteunt. Er is een concept handreiking geschreven over de methode van de ontwikkelwerkplaats om te werken aan gelijkwaardige samenwerking. De intentie is om deze methode verder uit te werken en te testen in een vervolgproject. Er zijn netwerken ontstaan van begeleiders, naasten en mensen met een verstandelijke beperking die binnen hun eigen zorgorganisatie en/of regio met behulp van de tools samen meer gelijkwaardige samenwerking demonstreren. Alle producten zijn te vinden via https://www.hu.nl/onderzoek/projecten/inclusief-samenwerken-rond-mensen-met-een-verstandelijke-beperking
DOCUMENT