Het werk van verpleegkundigen is niet zelden onzichtbaar, met als uitzondering hun werk tijdens epidemieën en oorlogen. Aan de hand van een aantal voorbeelden zetten we hier de rol van verpleegkundigen tijdens crises in historisch perspectief, met COVID-19 als laatste wapenfeit. Cruciaal verpleegkundig werk is namelijk van alle tijden.
DOCUMENT
Met grote blijdschap presenteert het bijzonder lectoraat Geschiedenis van het sociaal werk dit boek. Hiermee onderbouwen we het programma voor praktijkgericht historisch onderzoek en onderwijs. Het onderzoek van het lectoraat omvat de geschiedenis van het brede werkveld van het sociaal werk en wordt mede gevoed door actuele vraagstellingen. Het gaat om historisch onderzoek naar duurzame waarden en praktijken in het sociaal werk. De onderwijspraktijk van het lectoraat komt voort uit en is primair gericht op de bacheloropleidingen Social Work en op de nascholing. Daarbij gaat het om kennis van de geschiedenis als onderdeel van de beroepsvorming. Het bijzonder lectoraat Geschiedenis van het sociaal werk is aangehaakt bij het lectoraat Innovatieve Maatschappelijke Dienstverlening. Het is ingebed in het Kenniscentrum Sociale Innovatie van Hogeschool Utrecht.
DOCUMENT
In het Nationaal Park Drentsche Aa startte in 2021 het driejarige programma “Energietransitie en participatie’. Hierin staan de opvattingen van bewoners en hun energie-initiatieven centraal: Wat vinden inwoners kwaliteiten op gebieds- en dorpsniveau? Hoe wil men hier in het kader van de energietransitie mee omgaan? Welke concrete projecten kunnen zij hieruit ontplooien? Voor de uitvoering van dit programma maken zij graag gebruik van de integrale methodiek zoals beschreven in het werkboek “WI’J DOONT! Samen energie steken in onze waardevolle gebouwen, dorpen en landschappen”. Met dit nieuwe werkboek kunnen lokale gemeenschappen zelf, vanuit de kracht van hun dorp en erfgoedkwaliteiten, een energievisie en concrete plannen ontwikkelen. Het werkboek is gereed voor toepassing in een pilot. Omdat binnen het programma geen ruimte is voor de (inhoudelijke) ondersteuning van het werkboek wordt in dit KIEM-project een training ontwikkeld voor gebruikers en procesbegeleiders. Dit KIEM-project heeft op verschillende manieren een vernieuwend karakter: - Lokale gemeenschappen zijn centrale besluitvormers over energieplannen en niet slechts een partij die inspreekt op een plan van overheid of energiebedrijven. - Verschillende disciplines werken samen: energie, gebouwd erfgoed en landschappelijk erfgoed. In de huidige praktijk werken deze vaak na elkaar. - Vanuit een theoretisch perspectief is het werkboek het eerste integrale instrument dat aansluit bij de ‘erfgoed als ruimtelijke vector-benadering’. In dit KIEM-project vindt de eerste toepassing plaats. - Met de training en begeleiding heeft dit KIEM-project een directe impact op de praktijk, wat de lokaal gedragen energietransitie ten goede komt. De consortiumpartners voor dit project zijn de Hanzehogeschool Groningen, de Drentse vereniging voor Dorpsbelangen en Dorpshuizen (BOKD), de Natuur- en Milieufederatie Drenthe (NMFD). Daarnaast zullen enkele externe partijen worden ingehuurd voor inhoudelijke ondersteuning van de lokale gemeenschappen (de deelnemers).
In 2019 stonden ADAS (Advanced Driver Assistance Systems) centraal in veel projecten op het gebied van autotechniek, verkeersveiligheid en rijvaardigheid. Op 3 juni ondertekenden 57 organisaties het ADAS-convenant, waarin zij het gezamenlijke doel stellen om binnen 3 jaar het veilig gebruik van rijhulpsystemen met tenminste 20% te verhogen (ADAS Alliantie, 2019 ). Hoewel zogenaamde ‘Advanced’ rijhulpsystemen relatief nieuw zijn, zijn sommige rijhulpsystemen al vele decennia in gebruik, zoals het Antiblokkeersysteem (ABS) of de autoradio met verkeersinformatie ; . In project HOOR ‘Ns wil een consortium van (ervarings)deskundigen de recente innovaties op het gebied van rijhulpsystemen in een breder, historisch perspectief plaatsen. Het doel van dit onderzoek is om systematisch succes- en faalfactoren te identificeren in de ontwikkeling, implementatie en acceptatie van rijhulpsystemen in Nederland sinds de jaren ‘50. Het onderzoek zal derhalve bestaan uit archiefonderzoek bij en kwalitatieve interviews met (oud)medewerkers van langlopende (familie)autobedrijven, aangevuld met literatuuronderzoek op het gebied van praktische ontwikkeling, verkoop en gebruik van rijhulpsystemen. Onderzoeksproject HOOR ‘Ns is het resultaat van gesprekken met verschillende bedrijven en organisaties die zich dagelijks bezighouden met (de historie van) rijhulpsystemen, en die graag relevante lessen uit het verleden willen inzetten voor de succesvolle implementatie van de nieuwe systemen. Het onderzoek zal leiden tot een helder overzicht van factoren die invloed hebben op de innovatie van rijhulpsystemen in Nederland. Dit zal worden vertaald in een adviesdocument dat kan worden ingezet door MKB’s en kennisinstellingen bij het ontwikkelen en implementeren van de aankomende generatie ADAS-systemen, welke in 2022 worden verwacht.
Drie Nederlandse MKB-bedrijven in het veld van de landschapsarchitectuur en stedenbouw (H+N+S, Palmbout en Bosch Slabbers) bouwen een portfolio op op de Amerikaanse markt. Zij brengen een specifiek Nederlandse traditie in van integrale planning, die erg goed aansluit bij het concept van circulaire economie. Het toepassen van die Nederlandse traditie in een Amerikaanse context vraagt om allerlei kleinere en grotere innovatiestappen. Zij schatten in dat hun marktaandeel groter kan zijn als opdrachtgevers beter kunnen plaatsen wat hun werk inhoudt. In het project wordt een bekend 19e-eeuws ontwerp voor Back Bay Fens in Boston (VS) van de beroemde Amerikaanse landschapsarchitect Frederick Law Olmsted, nader geanalyseerd vanuit het oogpunt van duurzaamheid en circulaire economie. Door het ontwerp en de onderliggende duurzaamheidsprincipes te vergelijken met enkele hedendaagse projecten van de bureaus wordt inzicht verkregen in de verschillen en overeenkomsten in de ontwerpbenadering en –aanpak. We willen van deze vergelijking leren en hiermee laten zien hoe de bureaus een dergelijk gedachtengoed in de huidige beroepspraktijk operationeel maken. Het project gebruikt dus het terugblikken op een historisch Amerikaans ontwerp en ontwerpproces om hiervan te leren voor hedendaagse ontwerpopgaven en om huidige eigen ontwerpen voor potentiële Amerikaanse opdrachtgevers beter begrijpbaar te maken, perspectief te geven en daarmee de positie van de Nederlandse bureaus op het gebied van innovatieve en duurzame projecten op de Amerikaanse markt te versterken.