De impact van technologie wordt in allerlei beroepen steeds groter. Hoe stoomt HR medewerkers klaar voor een digitale toekomst? En vergeet HR zichzelf niet? HR loopt achter en datagestuurd werken op de HR-afdeling is nog ver weg. Technologie heeft veel impact op organisaties. en op het werk zelf. Ook voor HR betekent digitalisering verandering van het werk. Er worden in het verlengde hiervan ook andere competenties en kwalificaties van HR zelf verwacht. De zogeheten 21st century skills spelen een belangrijke rol: analytisch vermogen, probleemoplossend vermogen, samenwerking, creativiteit én in het bijzonder het vermogen om met grote hoeveelheden informatie om te gaan.
DOCUMENT
Docenten van Fontys Hogeschool Bedrijfsmanagement, Educatie en Techniek (BEnT) hebben geëxperimenteerd (Gorissen, 2014) met Flipping the Classroom in relatie tot de taxonomie van Bloom. Bij dit concept worden lage kennisniveaus uit deze taxonomie voor de les aangesproken en in de les worden hogere kennisniveaus aangesproken. Bij het herontwerp van hun lessen zijn docenten ondersteund door workshops, gegeven door Fontys Educatief Centrum (FEC). Het onderzoek geeft inzicht in de ervaringen van docenten als ze Flipping the Classroom toepassen en dient als input voor FEC zodat toekomstige workshops nog beter aansluiten bij behoeften van docenten. De hoofdvraag is: Wat zijn ervaringen van docenten en studenten van een HBO-instelling met het toepassen van de taxonomie van Bloom in relatie tot Flipping the Classroom? Hiervoor zijn drie deelonderzoeken uitgevoerd, te weten een kwalitatieve analyse van de lesvoorbereidingen en individuele interviews met docenten en een kwantitatief onderzoek onder studenten over de door hun gevolgde lessen via dit concept. Resultaten laten zien dat docenten het concept correct toepassen en ze hiervoor activerende werkvormen en ICT tools inzetten. Docenten zijn enthousiast over de toepassing ondanks dat herontwerp tijdrovend is. Studenten kenden het concept vooraf niet maar hérkenden het wel, zowel voorafgaand als in de les. Vanwege de lage respons onder studenten kan alleen een voorzichtige conclusie getrokken worden dat het concept bijdraagt aan betere verwerking van de leerstof en dat het vaker toegepast mag worden. De belangrijkste aanbevelingen zijn gericht op kennisdeling tussen docenten die dit concept (willen gaan) toepassen in het onderwijs en nader onderzoek naar de invloed op de leerprestaties van de studenten.
DOCUMENT
Technologische vooruitgang dient twee tegengestelde verlangens. Het verlangen van de ultieme controle over de werkelijkheid en het verlangen naar afstand tot diezelfde werkelijkheid. Het verlangen naar grip en verlichting. Het verlangen naar macht en virtualisering. Dat zijn oude verlangens, die al eeuwen leven in de mythes rond 'de golem' en de mythe van 'de engelen'. De geschiedenis van de technologische vernieuwing laat zich lezen als een verhaal van steeds meer ingrijpen in de werkelijkheid, en tegelijkertijd als een terugtrekkende beweging uit die werkelijkheid. Elke technologische vooruitgang versterkt dat spanningsveld. En omdat digitale technologie met een logaritmisch versnelling vooruit dendert, wordt die kloof in het verlangen pijlsnel groter. Bioproducten online bestellen met je iPad. De beelden van je trektocht door ongerept natuurgebied online bewaren in ‘the cloud’. Een actiegroep voor het behoud van een exotische, uitstervende diersoort op facebook… De samenleving heeft behoefte aan nieuwe mythes waarrond ze de wijzigende structuren kan organiseren. Het zijn mythes die ons laten samenwerken - of het nu om een religie gaat, de mythe van de waarde van geld, de mythe van gerechtigheid, van democratie… Kunstenaars leven in de dynamiek van de samenleving. Hun werk is ook onderhevig aan de dwang van technologische vooruitgang. Maar door een stap achteruit te zetten, afstand te nemen en kritisch te kijken naar een logaritmisch snel veranderende samenleving, kunnen ze nieuwe verhalen scheppen, nieuwe wegen tonen, nieuwe beelden, nieuwe mythes... Net zoals de beelden van engelen en de verhalen van de golem uit de middeleeuwen (en daarna) krachtige, tijdloze mythes toonden. Omdat de computer onvermijdelijk beter wordt in alles wat objectief meetbaar is (dat is bijna een tautologie), wordt de skill van het creatieve denken, van het ongedachte bedenken... 'the unique selling point' van de mens. Kunst heeft niet alleen toekomst. Het is de toekomst.
DOCUMENT
Kijkend naar de ontwikkelingen in de medische en farmaceutische zorg, concludeer ik dat het belang van innovaties niet altijd in overeenstemming is met de snelheid waarmee die innovaties hun plek krijgen in het standaardhandelingsarsenaal van zorgverleners. Veranderingen in de zorg gaan vaak langzaam en doorbraken worden slecht herkend. De vraag is hoe dit komt. Er blijken vele factoren van invloed op het mogelijke succes van een innovatie. Van groot belang is het inzicht dat innoveren meer is dan iets bedenken en dan maar aannemen dat het wel zal worden opgepikt door de (potentiële) doelgroep. Het aan de man brengen (‘dissemineren’) van de innovatie is mede bepalend voor een succesvolle implementatie. In de farmaceutische zorg is voor deze overbruggingsfunctie een belangrijke rol weggelegd voor de farmakundige. Mijn lectoraat, dat is gekoppeld aan de opleiding Farmakunde, zal zich bezighouden met het onderzoek naar het proces om farmaceutische innovaties te dissemineren. In deze openbare les licht ik de context en consequenties van dit onderzoeksthema nader toe. Ik begin met een uitleg van de farmakundige en diens toegevoegde waarde in het werkveld (hoofdstuk 1), en vervolg met een korte beschrijving van recente veranderingen binnen de zorg (hoofdstuk 2). In het begeleiden van die veranderingen ligt een belangrijke meerwaarde van de farmakundige, en de missie van dit lectoraat. Daarna (hoofdstuk 3) beschouwen we het innoveren in de (farmaceutische) gezondheidszorg in meer detail. Hoofdstuk 4 geeft diverse handvatten voor het kiezen van de juiste interventies om de afstand tussen de innovator en de toekomstige gebruiker te overbruggen en zodoende de toegang voor de gebruiker tot de innovatie te verbeteren. De keuze van de onderzoekslijnen van mijn lectoraat, zoals in hoofdstuk 5 beschreven, is daarvan afgeleid
DOCUMENT
Het lectoraat wil de rol en de bijdrage van technologie aan zorg in onze ouder wordende samenleving onderzoeken vanuit een persoonsgerichte visie. Met de titel Technologie, onze zorg geef ik uitdrukking aan mijn relationele mensbeeld binnen de zorgpraktijk. Hierin wordt houdbare zorg gecreëerd door een combinatie van zelfzorg, mantelzorg, zorg door vrijwilligers én professionele zorg. Persoonsgerichtheid is essentieel om recht te doen aan eenieder die hierin is betrokken. Technologie biedt kansen om in deze ‘samenzorg’ een bemiddelende rol te spelen. Voorbeelden zijn surveillance-, zelfredzaamheidsondersteunende-, belevingsgerichte-, informatie- en communicatietechnologie. De implementatie van deze vormen van technologie vraagt om een aanpak op verschillende niveaus: Micro-niveau: het betekent voor het primaire proces, daar waar zorgvraag en zorgaanbod elkaar ontmoeten, dat we denken en handelen vanuit wederzijds respect en gedeelde besluitvorming; Meso-niveau: via regionale samenwerking tussen zorg-, onderwijs- en onderzoeksorganisatie en bedrijfsleven kunnen we ván en mét elkaar leren; Macro-niveau: overheidsbeleid kan randvoorwaarden scheppen om een persoonsgerichte benadering van technologie in samenzorg te stimuleren.
MULTIFILE
Lectorale rede, in verkorte vorm uitgesproken bij de aanvaarding van de functie van lector Mens en Technologie aan Fontys Hogeschool HRM en Psychologie op 7 juni 2013. In deze rede wordt men meegenomen op een tochtje door de wereld van mens en technologie. Eerst worden een aantal relevante ontwikkelingen op het snijvlak van psychologie en technologie getoond. Vervolgens wordt men meegenomen in de praktijk door voor verschillende toepassingsdomeinen de mogelijkheden van technologie te laten zien en relevantie onderzoeksvragen te bespreken. Tenslotte wordt door de wereld van het HBO en het lectoraat gereisd, waarbij wordt getoond wat de missie is van het lectoraat en hoe er gestalte aan gegeven zal worden. Onderweg wordt geregeld uit het raampje gekeken om inspirerende voorbeelden te zien van projecten, producten en samenwerkingsverbanden.
DOCUMENT
Wereldwijd vergrijst de bevolking in een rap tempo. Wanneer we naar Nederland kijken, dan is de prognose dat binnen 25 jaar een kwart van de bevolking zal bestaan uit 65-plussers. Nieuwe technologie kan het leven van deze ouderen een stuk aangenamer maken, maar technologie kan ook ingewikkeld zijn, en zorgen voor ongemak. Tegenwoordig wordt er veel verwacht van technologie als hulpmiddel om ouderen te helpen bij het zelfstandig wonen. Maar wat zorgt er nu voor dat een ouder iemand technologie in huis neemt of krijgt? En wat zorgt ervoor dat hij of zij technologie wil en kan gebruiken? In dit document wordt de laatste wetenschappelijke kennis op dit vlak op een toegankelijke manier besproken.
DOCUMENT
Cliënten, hun naasten en voedingsprofessionals (diëtisten en voedingskundigen) worden geconfronteerd met technologieën gericht op het verbeteren of behouden van gezondheid en/of kwaliteit van leven. Technologieën worden tevens ingezet om de efficiëntie en/of kosteneffectiviteit van zorg te verbeteren. Voorbeelden hiervan zijn beeldschermzorg en ziekte specifieke apps voor de smartphone. De perspectieven van alle betrokkenen in een praktijksituatie in de gezondheidszorg bepalen hoe technologieën gebruikt worden. In dit hoofdstuk worden verschillende perspectieven op technologie, gezondheid en zorg bediscussieerd en worden dilemma’s beschreven die hieruit kunnen ontstaan. Theorie en praktijk tonen het belang van bewust nadenken over de eigen, persoonlijke perspectieven op technologie, gezondheid, voeding en zorg en over perspectieven van anderen. Conclusie: diëtisten en voedingskundigen hebben de verantwoordelijkheid om sensitiviteit te ontwikkelen voor potentiële dilemma’s bij het gebruik van technologieën om daar in de praktijk zorgvuldig mee om te gaan.
DOCUMENT
In het kader van het internationale project Designing & Evaluating Innovative Mobile Pedagogies (DEIMP) zijn een literatuurstudie en een verkennend onderzoek uitgevoerd. De focus binnen het project ligt op inzet van innovatieve didactische inzet van mobiele technologie in het basisonderwijs. De doelen zijn om kennis te ontwikkelen over innovatieve inzet van mobiele technologie, leermiddelen te ontwerpen en testen die leerkrachten ondersteunen in het ontwerpen van leerpraktijken én leerpraktijken te delen. In deze presentatie komen de bevindingen van deze eerste onderzoeken aan bod. Zo geven leerkrachten aan wel behoefte te hebben aan de inzet van devices ten behoeve van samenwerkend leren, personalisatie en authentieke leerpraktijken. Deze presentatie werd gegeven tijdens de Onderwijs Research Dagen 2019.
DOCUMENT
Technologie speelt een onmiskenbare en steeds groter wordende rol in de retail. Niet langer is de invloed ervan beperkt tot de logistieke processen zoals voorraadbeheer en financiële processen zoals kassabeheersystemen, maar technologie is ook steeds prominenter aanwezig in de directe dienstverlening aan de consument. Bij zaken als personalisatie, het creëren van klantbeleving en klantloyaliteit is technologie steeds meer zichtbaar aanwezig, zowel online als offline. Echter, de introductie van nieuwe technologie in de retail gaat langzaam. Redenen hiervoor zijn onder andere: de overdaad aan keuze aan nieuwe technologieën, de soms benodigde grote investeringen, de technologie is niet altijd uitontwikkeld, de onzekerheid over effecten op de werkelijke omzet en een zeker conservatisme bij de retailer (“ik heb dat niet nodig”).
DOCUMENT