Hitteprotocol. In dit draaiboek staat de methodologie van het uitvoeren van hittemetingen volgens de methode uit het RAAK Hitte in de woning onderzoek aan de HvA.
MULTIFILE
Het rapport vat de resultaten samen van het onderzoek Hitteproef in woningen dat tot doel heeft meer inzicht te krijgen in de koelbehoefte van woningen en de factoren die van invloed zijn op oververhitting van woningen. Om dit te doen hebben de Hogeschool van Amsterdam en Tauw in samenwerking met het Klimaatverbond, Groene Huisvesters, de gemeenten Groningen en Amsterdam en woningbouwcorporatie Nijestee en huurdersvereniging !Woon tijdens de hittegolf van 2020 metingen verricht naar de ontwikkeling van de binnentemperatuur in 11 woningen verspreid over 5 locaties (Groningen en Amsterdam).
DOCUMENT
Hittemetingen, belevingsonderzoeken en een simulatiestudie geven inzicht in hitte oorzaken en effectieve maatregelen tegen hitte in typisch Nederlandse woonsituaties.
DOCUMENT
DOCUMENT
Het Project TBTOP is een samenwerkingsproject tussen onderwijsinstellingen voor VMBO, MBO en HBO om het techniek onderwijs samen met bedrijven in de regio aantrekkelijker te maken voor studenten, docenten en bedrijfsleven. Dit wil men realiseren door meer praktijknabij onderwijs te ontwikkelen. Ook wil men de vak-disciplinaire visie op het beroep verbreden en studenten kennis laten maken met doorstroommogelijkheden in studie en beroep. Een groep projectleiders uit de verschillende onderwijsinstellingen draagt zorg voor de voortgang van de vernieuwingsprocessen en verankering in het onderwijs. De betrokkenen hebben samenwerking in een nieuwe context ervaren namelijk samenwerking met de beroepspraktijk, samenwerking met andere vakdisciplines en samenwerking met andere onderwijsinstellingen (en dus onderwijsniveaus). Het samenwerken aan praktijkopdrachten in multidisciplinaire TOPteams is een nieuw proces geweest voor docenten en bedrijfsmedewerkers. Dit proces heeft, los van de concrete producten en processen, een cultuurverandering in het onderwijs in gang gezet. Groepen docenten zijn getriggerd om over de grenzen van hun vakgebied te kijken en naar het onderwijs te kijken, vanuit de bril van de praktijk. Hiermee hebben de betrokkenen zich geprofessionaliseerd. In de film die gemaakt is naar aanleiding van dit project, vertellen betrokkenen hun ervaringen binnen de nieuwe samenwerkingsvormen. De film is interactief en op verschillende momenten in te stappen.
MULTIFILE
Deze subsidieaanvraag dient als eerste stap voor de kennisontwikkeling over de daadwerkelijke koelbehoefte in bestaande woningen in Nederland. Gedurende dit onderzoek gaan wij op zoek naar de juiste vraagstelling en een uitbreiding van het consortium t.b.v. een aanvraag voor bijvoorbeeld een RAAK subsidie in 2020. Volgens de nieuwe klimaatscenario’s zal Nederland meer warme en extreem warme dagen kennen. In de huidige wet en regelgeving wordt de berekende koelbehoefte ‘zomercomfort’ genoemd. Nieuwbouw appartementen met EPC 0,4, hebben een berekende energiebehoefte voor zomercomfort die in de buurt komt van de energiebehoefte voor ruimteverwarming in de winter. De energiebalans in een woning veranderd, de behoefte naar koeling in woningen in de zomer groeit. Er is weinig tot geen kennis over de werkelijke binnentemperatuur en er is onvoldoende kennis over een mogelijke aanpak om effectief hittestress in woningen aan te pakken. (W/E adviseurs, RVO, 2018). Verschillende kenmerken op verschillende schaalniveaus hebben invloed op de daadwerkelijke binnentemperatuur van een ruimte in een woning; zowel stedebouwkundige kenmerken, als gebouwkenmerken als gedragskenmerken zijn van belang. Dit maakt het thema complex. Inzicht in de behoefte van bestaande woonsituaties (wijktypologie+gebouwtypologie) in combinatie met inzicht in de variabelen die invloed hebben op de binnentemperatuur, zal helpen bij het agenderen van het thema bij beleidsmakers voor een toekomstbestendige stad. -Hoe groot is de koelbehoefte in verschillende woonsituaties in Nederland?- Met dit onderzoek wordt de daadwerkelijke binnentemperatuur gemeten en de behoefte naar koeling in verschillende woonsituaties geïnventariseerd op basis van ervaringen en literatuur. Deze inzichten worden samengebracht in een overzicht. Dit overzicht zal dienen ter kennisdeling en om partijen te binden aan een vervolgonderzoek.
Full text via link. Op 1 juli 2012 treedt de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening in werking. Gemeenten zijn nu al druk bezig om nieuw beleid op te stellen. Niet iedereen hoeft meer aan een schuldenvrije toekomst geholpen. De nieuwe inzet is gericht op het hoogst haalbare
LINK
Anders dan in een particulier huishouden hoeft de begroting van de overheid niet structureel 'op orde' te zijn.
LINK
Door klimaatverandering is het vaker en langer heet in de stad. Hinder door oververhitting in woningen neemt toe. In woonwijken worden steeds meer airconditionings zichtbaar om woningen ook in de zomer comfortabel te houden, met een toenemend energiegebruik als gevolg. Verschillende factoren zijn van invloed op de hoogte van de temperatuur in de woning, zoals het gebied, het gebouw en het gedrag van de bewoner. Professionals van woningcorporaties staan voor ontwerpkeuzes bij renovatie van woningen en willen zekerheid over het effect van die keuzes op de binnentemperatuur. De kennis over de daadwerkelijke binnentemperatuur in bestaande woningen, de beleving van de bewoner en het effect van mogelijke maatregelen is beperkt. Ook is de invloed van de directe omgeving van woningen onbekend. Gemeenten en provincies werken samen aan Regionale energiestrategieën (RES) en warmtevisies. De koelbehoefte wordt hierin momenteel niet meegenomen. Het project Hitte in de woning heeft als doel antwoord te geven op de vraag wat de (toekomstige) koelbehoefte van Nederlandse woningen is en welke maatregelen woningcorporaties, gemeentes en provincies effectief in kunnen zetten om op energiezuinige manier aan deze behoefte te voldoen. Door praktijkmetingen wordt de koelbehoefte en het effect van verschillende maatregelen bepaald. Hiermee wordt in kaart gebracht in welke praktijksituaties daadwerkelijk hinder ontstaat en welke maatregelen zinvol zijn. Ook worden met deze metingen rekenmethodieken aan de praktijk getoetst. Woningcorporaties krijgen handvatten voor zowel ontwerpkeuzes bij renovatie als voor de communicatie naar bewoners over effectief (ventilatie)gedrag. Voor gemeenten en provincies worden de meetresultaten vertaald naar scenario's op het niveau van een stad. Wat is het effect van klimaatverandering op de koelbehoefte (en energievraag) van een stad en wat zijn mogelijke maatregelen waar professionals van gemeenten op kunnen sturen?
Een ‘terugtrekkende overheid’ en een groter beroep op ‘burgerkracht’ hoeft niet tot grotere ongelijkheid tussen wijken te leiden, mits de overheid kwaliteit levert en zuinig is op de ‘stenen’, de verbanden en de gevoelens van eigenwaarde die (individuele en collectieve) zelfredzaamheid mogelijk maken.
LINK