In de context van zorghuisvesting voor langdurige zorg wordt verondersteld dat, vanwege de specifieke doelgroep (kwetsbare mensen) die hierin gehuisvest is, aanvullende eisen voor luchtkwaliteit en het thermische binnenklimaat wenselijk zijn ten opzichte van de eisen voor de gemiddelde gezonde (jong) volwassene. Echter, in hoeverre dit vraagt om specifieke eisen ten aanzien van het binnenklimaat is onduidelijk en, indien dit het geval is, welke condities dan de voorkeur zouden hebben is eveneens niet bekend. Om hier antwoord op te vinden is onderzoek nodig dat in dit rapport is beschreven.
DOCUMENT
Ondanks de toegenomen virtualisering van ons werk en de daarmee samenhangende nieuwe werkvormen is het kantoor voor veel mensen nog steeds de belangrijkste plek waar het werk wordt gedaan. Daarmee is het kantoor ook een plek waar veel tijd wordt doorgebracht. Maar hoe is de situatie feitelijk? En hoe beleven de medewerkers het comfort in kantoorgebouwen? Verrassend genoeg is daarover nog weinig bekend, met name op het snijvlak van de reële en gepercipieerde situaties. Het onderhavige onderzoek ‘Comfort Professionele Kantoorgebouwen’, een samenwerking tussen de Hanzehogeschool Groningen en De Haagse Hogeschool, probeert in die leemte te voorzien. Het doel van het onderzoek is om verschillen en overeenkomsten tussen reële en gepercipieerde situaties in kantoren inzichtelijk te maken. Met de resultaten kunnen deelnemende organisaties bijsturen op geïdentificeerde knelpunten. In brede zin beogen de Hanzehogeschool Groningen en De Haagse Hogeschool met dit onderzoek inzicht te krijgen in de kwaliteit van het comfort in kantoorgebouwen. Daarnaast wil men inzicht verkrijgen in de maatregelen die het binnenmilieu kunnen verbeteren. Tot slot willen de onderzoekers het bewustzijn van studenten Facility Management op het gebied van het binnenklimaat vergroten door deze intensief te betrekken bij het uitvoeren van het onderzoek. Het onderzoek is voor deze studenten dus een belangrijke leerervaring. Daarmee beoogt het Lectoraat een nieuwe generatie beslissers te inspireren, niet alleen om het inzicht in het functioneren van organisaties te vergroten, maar ook om de prestaties te verbeteren.
DOCUMENT
Ondanks de toegenomen virtualisering van ons werk en de daarmee samenhangende nieuwe werkvormen is het kantoor voor veel mensen nog steeds de belangrijkste plek waar het werk wordt gedaan. Daarmee is het kantoor ook een plek waar veel tijd wordt doorgebracht. Maar hoe is de situatie feitelijk? En hoe beleven de medewerkers het comfort in kantoorgebouwen? Verrassend genoeg is daarover nog weinig bekend, met name op het snijvlak van de reële en gepercipieerde situaties. Het onderhavige onderzoek ‘Comfort Professionele Kantoorgebouwen’, een samenwerking tussen de Hanzehogeschool Groningen en De Haagse Hogeschool, probeert in die leemte te voorzien. Het doel van het onderzoek is om verschillen en overeenkomsten tussen reële en gepercipieerde situaties in kantoren inzichtelijk te maken. Met de resultaten kunnen deelnemende organisaties bijsturen op geïdentificeerde knelpunten. In brede zin beogen de Hanzehogeschool Groningen en De Haagse Hogeschool met dit onderzoek inzicht te krijgen in de kwaliteit van het comfort in kantoorgebouwen. Daarnaast wil men inzicht krijgen in de maatregelen die het binnenmilieu kunnen verbeteren. Tot slot willen de onderzoekers het bewustzijn van studenten Facility Management op het gebied van het binnenklimaat vergroten door deze intensief te betrekken bij het uitvoeren van het onderzoek. Het onderzoek is voor deze studenten dus een belangrijke leerervaring. Daarmee beoogt het Lectoraat een nieuwe generatie beslissers te inspireren, niet alleen om het inzicht in het functioneren van organisaties te vergroten, maar ook om de prestaties te verbeteren
DOCUMENT
Gezonde gebouwen met biobased materialen: Onderzoek naar de impact op gebruikers. Binnen het RAAK AWARD-genomineerde BIO-ISO onderzoek is een unieke testfaciliteit ontwikkeld. Hierin worden gevels van 6 bij 3 meter onderzocht, waarmee dampopen gevelconstructies met biobased materialen getest worden. Het eerdere BIO-ISO onderzoek richtte zich vooral op de thermo-hygrische eigenschappen van deze materialen. Dit nieuwe onderzoek gaat een stap verder en onderzoekt de effecten van deze gevels op het binnenklimaat én de gezondheid van mensen. Het doel? Aantonen dat deze duurzame constructies niet alleen goed zijn voor het milieu, maar ook voor onze gezondheid! Om de relatie tussen het binnenklimaat en gezondheid volledig te begrijpen, zijn de volgende vragen cruciaal: 1. Welke factoren bepalen precies hoe het binnenklimaat onze gezondheid beïnvloedt? 2. Welke meetmethoden zijn er om de effecten van het binnenklimaat op onze gezondheid te bepalen? 3. Welke biobased dampopen constructie biedt de optimale balans tussen energieprestaties en gezondheidseffecten? 4. Wat is de invloed van het vochtbufferingsvermogen van deze constructies op onze gezondheid? 5. Hoe ontwikkelen we optimale constructies die zorgen voor een gezond en comfortabel binnenklimaat? En hoe kunnen we de biobased materialen met de beste eigenschappen efficiënt aanbrengen? Dit gaan we onderzoeken met een sterk consortium bestaande uit verschillende hogescholen (AVANS, HZ, HU, HAN), Kingspan, Pro Suber®, Strobouwer, IsoHemp, NPSP, Van der Weegen, Monks stukadoors, en K&I Netwerk Circulair Bouwen Nederland. We weten nog maar weinig over de langetermijneffecten van biobased materialen op onze gezondheid. Wat gebeurt er bijvoorbeeld met de luchtkwaliteit binnen? En hoe beïnvloeden deze materialen onze gezondheid op de lange duur? Daarom is dit onderzoek zo belangrijk. Het helpt ons om de risico's én de voordelen van biobased materialen beter te begrijpen. Zo kunnen we in de toekomst gezondere én duurzamere gebouwen ontwerpen, waar mensen met plezier en gezondheid kunnen wonen en werken.
In sociaal economische wijken is hittestress een groot probleem. Vaak lukt het bewoners niet om hieraan zelf wat te doen. Hittestress kan voorkomen worden door maatregelen binnenshuis (bijv. zonnewering en isolatie) en buitenshuis (bijv. vergroening), maar voor deze investeringen is bij bewoners vaak geen geld beschikbaar. Buiten hittestress leidt warmere lucht door opwarming van de aarde tot meer en grotere neerslag extremen. In versteende wijken kan dit snel tot extreme wateroverlast leiden, waardoor wegen onbegaanbaar worden en wijken slechter bereikbaar zijn voor hulpdiensten. In dit project wordt onderzoek gedaan naar de inzet van een modulair wateropslagsysteem, als basis voor een slimme, ‘groene’ overkapping om het binnenklimaat van sociale huurwoningen te verbeteren. Er wordt onderzocht hoeveel deze overkapping voorzien van een groen dak, of van een lamellen systeem voor regeling van schaduwwerking / daglichttoetreding kan bijdragen aan het voorkomen van een te hoge binnentemperatuur. Er wordt gekeken of het water uit de waterberging het huis actief kan koelen en hoe een slim sensorsysteem het binnen- en buitenklimaat kan koppelen om het leefklimaat van de bewoner te optimaliseren; tevens wordt het gebruik van dit water voor de bewatering van de tuin of de waterhuishouding van een huis onderzocht. De slimme sensor wordt ook ingezet als grote extreme neerslag verwacht wordt, zodat de buffers geleegd kunnen worden om de piek van de neerslag te kunnen afvlakken. Er wordt in kaart gebracht of het systeem het beste van circulaire materialen gemaakt kan worden of dat het systeem als module herbruikbaar is. Door de betrokkenheid van de hele keten (van ontwikkelaars tot onderhoudsbedrijf en woningbouwcoöperatie als eindgebruiker) met invloed op de sociale woningbouw kan in sociaaleconomisch armere wijken op deze manier grote impact gemaakt worden. Dit project is een samenwerking van Zark Ontwerpbureau, Eco-Makelaar, Lentekracht, De Variabele, Wonion, Iconica en Saxion-lectoraat International Water Technology.