Duurzame ontwikkeling is een thema dat je bij ieder schoolvak kunt toepassen. Het is een manier van denken, waarbij je streeft naar het voorkomen van een onevenwichtig gebruik van menselijke en natuurlijke hulpbronnen in de samenleving. Hier ligt een belangrijke taak voor leerkrachten en docenten. Dit boek biedt een didactische handreiking, waarbij het accent ligt op de zogenoemde contentanalyse van maatschappelijke en natuurkundige onderwerpen. Via een didactisch analysemodel leer je om onderwerpen uiteen te rafelen, gebaseerd op de principes van duurzame ontwikkeling. De focus van het boek ligt uiteindelijk op de vraag hoe je onderwijs over duurzame ontwikkeling moet toepassen in de lessituatie.
De wens en noodzaak om het onderwijs goed af te stemmen op verschillen tussen leerlingen zijn groter dan ooit. Het afstemmen op verschillen tussen leerlingen vraagt complexe differentiatievaardigheden en kennis van de leraar, naast het omgaan met praktische uitdagingen. Om te differentiëren maken leraren keuzes ten aanzien van leerdoelen, leeractiviteiten en groeperingsvormen op basis van verwachtingen die zij vormen over individuele leerlingen. Meestal vormen leraren accurate verwachtingen van hun leerlingen. Echter, van gestigmatiseerde groepen leerlingen vormen leraren soms onterecht lage verwachtingen. Deze lage verwachtingen kunnen, onbewust en onbedoeld, het handelen van de leraar beïnvloeden. Het is nog onvoldoende duidelijk hoe professionalisering leraren het beste kan helpen bij het afstemmen op diversiteit. De praktijkvraag van de betrokken werkveldpartijen is dan ook: ‘Hoe kunnen leraren door voortgezette professionalisering geholpen worden om beter af te stemmen op diversiteit in hun klas?’ In dit project werken een Hogeschool, een Universiteit en drie werkveldpartners samen om deze vraag te beantwoorden in drie deelstudies. Gestart wordt met een onderzoek naar de huidige praktijk; het handelen, de opvattingen, de dilemma’s van leraren worden in kaart gebracht, naast de manier waarop zij verwachtingen vormen. In deelstudie 2 wordt onderzocht welke inhouden en vormen van voortgezette professionalisering leraren als effectief ervaren voor hun ontwikkeling op het gebied van het afstemmen op diversiteit in de klas. In deelstudie 3 wordt een professionaliseringsinterventie ontwikkeld, geïmplementeerd en geëvalueerd wat betreft de effecten op het handelen, de opvattingen, dilemma’s en de vorming van leerkrachtverwachtingen. Daarnaast wordt het effect van de interventie op de mate van ondersteuning die leerlingen van hun leraar ervaren onderzocht. Op basis van de uitkomsten van de drie deelstudies ontwikkelen we een passend professionaliseringspalet voor leraren ten behoeve van het afstemmen op diversiteit in de klas in de vorm van onder meer een routekaart en inspiratiekaarten voor leraren.
Om pabo-studenten betere feedback te geven tijdens hun stage, ontwikkelen we nieuwe formulieren waarmee studenten hun lessen kunnen voorbereiden.Doel De instructie die leraren aan leerlingen in het basisonderwijs geven moet beter. Dit is een belangrijke factor in het verbeteren van de prestaties van leerlingen. Tijdens hun stage krijgen pabo-studenten feedback op de manier waarop ze les geven. De formulieren voor lesvoorbereiding en voor feedback zijn niet voldoende. We ontwikkelen nu formulieren die de student beter ondersteunen in zijn professionele ontwikkelingsfase. Ook onderzoeken we in de praktijk of studenten baat hebben bij dit nieuwe formulier. Resultaten Uit het onderzoek blijkt dat de studenten die via de nieuwe manier werken een grotere groei vertonen in hun pedagogisch-didactische vaardigheden dan studenten van pabo’s die werken met het oude formulier. De combinatie van een nieuw lesvoorbereidingsformulier en feedback en observatie door de praktijkbegeleider blijkt dus succesvol. De nieuwe formulieren zijn na het onderzoek in gebruik genomen bij alle pabo-opleidingen. We blijven nauw samenwerken met de opleidingsinstellingen en met scholen waar pabostudenten werkervaring opdoen. Als lectoraat zullen we data blijven verzamelen over deze werkwijze, zodat we de aanpak kunnen aanpassen en verbeteren waar nodig. Looptijd 01 september 2013 - 31 december 2020 Aanpak Als eerste stap voeren we een literatuurstudie uit naar de bruikbaarheid van theorieën over de professionele ontwikkeling van aanstaande leraren. Dit is een raamwerk voor lesvoorbereidingsformulieren die aansluit op de fase waarin de student zich bevindt. Vervolgens ontwikkelen we deze formulieren. In de volgende fase van het onderzoek vergelijken we groepen studenten met elkaar. De ene groep krijgt een fase georiënteerde coaching aanpak, de andere groep niet. Deze aanpak bestaat uit drie onderdelen: Studenten gebruiken het nieuwe lesvoorbereidingsformulier, dat is afgestemd op hoe ver ze in hun opleiding zijn. Praktijkbegeleiders of schoolopleiders observeren de studenten op systematische wijze. Praktijkbegeleiders of schoolopleiders geven de studenten feedback op basis van hun observaties.
Moderne vreemde talen-docenten op middelbare scholen willen zich meer richten op de communicatieve kant van taalonderwijs. Bestaande taaltoetsen sluiten niet altijd aan op de leerdoelen. Hoe kunnen we toetsen aanbieden waarin communicatie centraal staat? Welke gevolgen heeft dit voor de manier van lesgeven?Doel We onderzoeken hoe een toetsprogramma gericht op communicatieve taalvaardigheden eruit moet zien en wat er nodig is om zo'n programma aan te bieden in het voortgezet moderne vreemde talen onderwijs. Hiermee willen we het toetsprogramma laten aansluiten op het onderwijs van moderne vreemde talen, waarin communicatie steeds belangrijker is. Praktijkverkenning In de eerste fase van het project is de praktijk van het Nederlandse vreemdetalenonderwijs verkend op het gebied van didactiek en toetsing. De mate van samenhang tussen leerdoelen, didactiek en toetsing is onderzocht door in tien verschillende talensecties docenten te interviewen, toetsen te analyseren, lessen te observeren en leerlingen te bevragen. De resultaten van de inventarisatie laten een gebrek aan samenhang zien tussen de drie elementen: de leerdoelen zijn communicatief, maar de aangeboden toetsen en leeractiviteiten zijn dat niet of niet voldoende. Aanpak In een tweede zogenaamde ontwerpgerichte projectfase is een professionele leergemeenschap gevormd, bestaande uit 21 vreemdetalendocenten uit 15 verschillende scholen. Ze hebben zich een schooljaar lang gebogen over de vraag: “Minder en beter toetsen: hoe doe je dat?” Aan de hand van theorie en praktijkervaringen hebben ze in co-creatie materiaal ontwikkeld voor de ontwikkeling van een eigen communicatief toetsprogramma voor de onderbouw van het voortgezet onderwijs. De betrokken docenten hebben eerst het ontwikkelde materiaal uitgeprobeerd in hun praktijk. Na evaluatie en bijstelling is het materiaal verzameld in een handleiding (zie publicatie) en beschikbaar gesteld aan tien nieuwe scholen die hiermee een communicatief toetsprogramma ontwikkeld en geïmplementeerd hebben in de praktijk. Ervaringen van zowel docenten als leerlingen waren veelal positief. De effecten van de implementatie op het didactisch handelen van de docenten worden momenteel onderzocht. Resultaten Dit onderzoek loopt. Na afronding vind je hier een samenvatting van de resultaten. We zullen de resultaten daarnaast beschikbaar maken via een proefschrift en presentaties op conferenties en studiedagen voor docenten. Looptijd 01 september 2018 - 31 december 2023 Masterstudenten moderne vreemde talen die lesgeven in het derde leerjaar van het VO kunnen meedoen aan het onderzoek. Catherine van Beuningen (hoofddocent Talenonderwijs en Meertaligheid, Hogeschool van Amsterdam) is als copromotor bij dit project betrokken.