In het kader van actualisering van voorlichtingspublicaties (een samenwerkingsverband tussen FDP, FME, NIL, NIMR, Syntens en TNO Industrie & Techniek), is deze voorlichtingspublicatie aangepast aan de huidige stand der techniek. De originele publicatie is in 1991 tot stand gekomen door samenwerking van de Vereniging FME/CWM en het Nederlands Instituut voor Lastechniek in het kader van het FME/NIL project "Het lijmen als verbindingstechniek"
DOCUMENT
In het kader van actualisering van voorlichtingspublicaties (een samenwerkingsverband tussen FDP, FME, NIL, NIMR, Syntens en TNO Industrie & Techniek), is deze voorlichtingspublicatie aangepast aan de huidige stand der techniek. De originele publicatie is in 1992 tot stand gekomen door samenwerking van de Vereniging FME/CWM en het Nederlands Instituut voor Lastechniek in het kader van het FME/NIL project "Het lijmen als verbindingstechniek".
DOCUMENT
In deze publicatie wordt ingegaan op het verbinden van dunne plaat en buis met behulp van de diverse lijmprocessen. Deze publicatie is er een uit een serie van vijf die naast de algemene publicatie (TI.03.13) tevens drie andere verbindingstechnieken behandelen, zoals lassen (TI.03.14), mechanisch verbinden (TI.03.16) en solderen (TI.03.17).
DOCUMENT
Deze praktijkaanbevelingen, te hanteren bij het maken van lijmverbindingen voor GVK-buizen, zijn bedoeld als richtlijn voor het toezichthoudend personeel. Ze bevatten geen gedetailleerde voorschriften voor de uit te voeren werkzaamheden. Uitgangspunt bij deze aanbevelingen is dat het uitvoerend personeel de beschikking heeft over de werkvoorschriften van de leverancier.
DOCUMENT
Deze publicatie is in 1995 tot stand gekomen in het kader van het demonstratieproject "Voorgelakte plaat voor binnengebruik" van de Vereniging FME-CWM. In 2007 is deze publicatie lichtelijk aangepast aan de huidige normen. De inhoud van deze publicatie behandelt aspecten welke van belang zijn voor het ontwerpen en produceren van producten uit voorgelakte staalplaat voor binnenhuis toepassingen.
DOCUMENT
Kenniscafé: Langzaam denken De Baak en TNO ICT organiseerden op 15 november jl samen een kenniscafé waar MKB-ers een dialoog voerden aan de hand van de stelling: Innoveren moet je doen. In een café-achtige setting bespraken de deelnemers in een klein groepje aan een tafel het thema. De belangrijkste resultaten daarvan legden ze vast op het tafelkleed. Om te voorkomen dat mensen door elkaar heen praatten mocht alleen de persoon met het zogenaamde talking object (een poppetje) in de hand het woord voeren. Bij een nieuwe ronde wisselde iedereen van tafel, behalve één vaste persoon per tafel die fungeerde als stamgast. Die lichtte zijn nieuwe gasten in over het eerdere verloop van de dialoog aan de hand van het tafelkleed. De nieuwe groep bouwde daarop voort, tot het weer tijd was voor een nieuwe ronde. Na drie rondes vertelde iedere stamgast wat zich aan zijn tafel had afgespeeld en werd de oogst aan inzichten gedeeld en verder besproken. Christiaan Stam, gespreksleider en programmamanager over deze werkvorm: ‘Tijdens een kenniscafé gaan we niet in discussie, we zoeken de dialoog. Dialoog is een vorm van langzaam denken, gericht op diepgang. Om tot een dialoog te komen hanteren we een aantal principes, zoals het stellen van krachtige vragen, op elkaar voortbouwen en het opschorten van je oordeel.’
DOCUMENT
Het Project TBTOP is een samenwerkingsproject tussen onderwijsinstellingen voor VMBO, MBO en HBO om het techniek onderwijs samen met bedrijven in de regio aantrekkelijker te maken voor studenten, docenten en bedrijfsleven. Dit wil men realiseren door meer praktijknabij onderwijs te ontwikkelen. Ook wil men de vak-disciplinaire visie op het beroep verbreden en studenten kennis laten maken met doorstroommogelijkheden in studie en beroep. Een groep projectleiders uit de verschillende onderwijsinstellingen draagt zorg voor de voortgang van de vernieuwingsprocessen en verankering in het onderwijs. De betrokkenen hebben samenwerking in een nieuwe context ervaren namelijk samenwerking met de beroepspraktijk, samenwerking met andere vakdisciplines en samenwerking met andere onderwijsinstellingen (en dus onderwijsniveaus). Het samenwerken aan praktijkopdrachten in multidisciplinaire TOPteams is een nieuw proces geweest voor docenten en bedrijfsmedewerkers. Dit proces heeft, los van de concrete producten en processen, een cultuurverandering in het onderwijs in gang gezet. Groepen docenten zijn getriggerd om over de grenzen van hun vakgebied te kijken en naar het onderwijs te kijken, vanuit de bril van de praktijk. Hiermee hebben de betrokkenen zich geprofessionaliseerd. In de film die gemaakt is naar aanleiding van dit project, vertellen betrokkenen hun ervaringen binnen de nieuwe samenwerkingsvormen. De film is interactief en op verschillende momenten in te stappen.
MULTIFILE
* Poster 1 - Weet wat er leeftDoor data van computer vision, eDNA, geuren en omgevingssensoren te voeden aan een AI systeem, kan de verspreiding van soorten in kassen snel worden bepaald. Met TKI PPS Weet wat er leeft wordt een dergelijk systeem ontwikkeld. De HAS is betrokken bij de werkgroep Vision* Poster 2 - Weet wat er leeft: Hoe meer hoe beter?Het aantal soorten op een vangplaat kan van invloed zijn op de performance van een Vision model. Hier testten we in hoeverre het mogelijk is om automatisch verschillende plaatsoorten op plakplaten te herkennen* Poster 3 - Weet wat er leeft: Bestrijders in the pictureHet aantal soorten op een foto kan van invloed zijn op de performance van een Vision model. Hier testten we in hoeverre het mogelijk is om automatisch verschillende biologische bestrijders te herkennen* Poster 4 - Weet wat er leeft: Een licht schijnen op telefoonsOm automatische beeldherkenning goed te kunnen gebruiken moet een model goed zijn afgestemd op het uiteindelijke gebruik. Hier testen we het effect van verschillende telefoons en lichtcondities op de performance* Poster 5 - Weet wat er leeft: Combineren van Vision en eDNAZowel computer vision als eDNA technieken worden steeds meer gebruikt om soorten te monitoren. Ze kennen beiden hun voordelen en beperkingen. In deze studie onderzoeken we hoe ze elkaar kunnen aanvullen* Poster 6 - Weet wat er leeft: Optimaliseren van modelEen model is zo goed als de data waar het op getraind is. Door grote verschillen in aantallen insecten en locaties, kan bias plaatsvinden. In dit project is trainingsdata van een Custom Vision model aangepast en is bepaald of het model daar beter van wordt* Poster 7 - Weet wat er leeft: Combinatie van techniekenPlaatmonitoring in de kas is arbeids- en kennisintensief. In dit onderzoek is onderzocht op welke manier automatische beeldherkenning en eDNA elkaar aanvullen in zowel een gecontroleerde al sin een praktijkomgeving als alternatieve monitoringstechnieken* Poster 8 - Weet wat er leeft: verschillende platenHet Custom Vision model (CV2) dat gebruikt wordt binnen het project is getraind op gele droge platen. Hier onderzoeken we of dat model ook geschikt is voor andere platen, of dat het nodig is nieuwe modellen te trainen* Poster 9 - Weet wat er leeft: plakplaten door de tijdIn de praktijk blijven plakplaten om te monitoren meerdere weken in de kas hangen. Dit kan invloed hebben op de performance van een model, omdat insecten verouderen en de dichtheid toeneemt
DOCUMENT
Dit document is samengesteld om constructeurs uit de mechatronica industrie met ervaring met metalen een inleiding in ontwerpen met composieten te geven. Het geeft basis info over de belangrijkste verschillen, eigenschappen en voor/nadelen van composieten. Het is niet bedoelt een ontwerphandleiding te schrijven maar een document met basisinformatie en vuistregels.
DOCUMENT