Waar in verschillende landen al voortvarend wordt gewerkt met (varianten van) de persoonlijke gezondheidsomgeving (pgo), blijft Nederland achter. De overheid moet de regie oppakken en zorgverleners moeten stappen gaan zetten.
DOCUMENT
Het grootste deel van de kunstmatig veroorzaakte, gemiddelde stralingsbelasting in Nederland is afkomstig van medische blootstellingen. In opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en de Inspectie voor de Volksgezondheid (IGZ) verricht het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) onderzoek naar Medische Stralingstoepassingen in Nederland. In publicaties worden gegevens over aard en omvang van medische stralingsblootstelling bijeengebracht. Deze gegevens worden onder andere gepubliceerd op de website van het RIVM onder Medische Stralingstoepassingen (www.rivm.nl/ims).
DOCUMENT
Lectorale rede bij de aanvaarding van het ambt van lector Medische Technologie Medische Technologie is een zeer breed begrip dat reikt van infuuspompen tot operatierobots tot lineaire versnellers, et cetera. In het vorige hoofdstuk is al uit de doeken gedaan waar het lectoraat Medische Technologie zich specifiek op richt: medische beeldvorming, radiotherapie en ICT in de zorg. Dat is bij elkaar een zeer breed vakgebied waarvan het lectoraat niet alle facetten kan bestrijken. Daarom richt het lectoraat zich op ontwikkelingen op die terreinen die belangrijke veranderingen in het werkproces teweeg kunnen brengen. Dat zijn de onderwerpen die van belang zijn voor de toekomstige Zorgprofessional 2.0. Hieronder worden de verschillende vakgebieden nader geïntroduceerd en er worden een aantal voor de Zorgprofessional 2.0 belangrijke historische trends beschreven. Samenvattend kan gesteld worden dat het lectoraat Medische Technologie zich heeft ontwikkeld van een specialistisch op radiotherapie gericht lectoraat, naar een breder op medische beeldvorming, radiotherapie, ICT in de zorg en eHealth georiënteerd lectoraat dat op diverse, met name gezondheidszorggerelateerde, terreinen een bijdrage levert aan de opleidingen van Hogeschool Inholland. De bijdrage van het lectoraat Medische Technologie heeft daarbij als doel afstudeerders van diverse studierichtingen op te leiden tot wat in deze rede wordt aangeduid met Zorgprofessional 2.0. Hiermee wordt in deze rede een beroepsbeoefenaar bedoeld die openstaat voor (ICT/technische) innovatie, die zorgconsumenten daarover kan adviseren en die innovatie in de beroepspraktijk weet te implementeren. Praktijkgericht onderzoek speelt daarbij een centrale rol: het draagt bij aan de onderzoekende blik van de Zorgprofessional 2.0, aan het up-to-date houden van de kennis van docenten en studenten en aan de verbinding met het werkveld.
DOCUMENT
Dit artikel gaat over de huidige scheiding tussen medische- en verpleegkundigedocumentatie en doet een pleidooi om deze twee synergetisch te integreren.
DOCUMENT
1e alinea column: De kwetsbaarheid van onze IT-infrastructuur en informatiesystemen is de afgelopen jaren uitgegroeid tot een levensgroot issue. Van het Diginotar-debacle tot het lekken van medische gegevens van honderdduizenden Nederlanders, keer op keer wordt duidelijk dat de beveiliging van gevoelige informatiesystemen te wensen overlaat en dat dat leidt tot grote schade. Tegelijkertijd is er maar weinig verbetering in de beveiliging van onze systemen en lijkt het soms alsof we de afgelopen 10 jaar geen meter opgeschoten zijn. We lossen het maar niet op.
LINK
Wat betekent het bestaan van aan hulp- en dienstverlening gerelateerde websites voor de praktijk van de hulp- en dienstverlening binnen het Algemeen Maatschappelijk Werk? Om een eerste antwoord op deze vraag te vinden hebben drie maatschappelijk werkers gedurende twee maanden een logboek bijgehouden over hun ervaringen met clienten bij wie internet een rol speelde in het hulp- en dienstverleningscontact. Het betrof 5 mannen en 6 vrouwen, in de leeftijd van 22 tot 74 jaar. Daarnaast legden deze maatschappelijk werkers al hun clienten een enquete voor over hun mogelijke toegang tot en gebruik van internet. Uit de gegevens komt naar voren dat er veel relevante informatie is te vinden op internet. Criteria m.b.t. de kwaliteit van sites worden genoemd, zoals de betrouwbaarheid van de organisatie die de website verzorgt. Besproken wordt hoe en wanneer de werkers gebruik hebben gemaakt van internet tijdens een clientcontact. Eveneens of clienten die informatie op het net hebben gezocht dan met een ander soort vragen komen. De maatschappelijk werkers zien de client mondiger worden, de relatie gelijkwaardiger. Zij gaan meer coachend, volgend werken en houden de vinger aan de pols of de door de client gevonden informatie een echt antwoord is op de vragen van de client. De inrichting van de ruimte blijkt een punt van aandacht. In de discussie worden 'toegang tot internet', 'criteria met betrekking tot de kwaliteit van websites', het gebruik van internet door clienten c.q. patienten', 'bedoelde en onbedoelde effecten van het zoeken van informatie door clienten c.q. patienten', 'een mogelijk veranderende rol van de werker'en 'de werker als deskundig internetgebruiker' vergeleken met gegevens uit andere onderzoeken en werkvelden (zoals het Sociaal en Cultureel Planbureau, de medische wereld).
DOCUMENT
GGZ verpleegkundigen die voor een crisisdienst werken moeten tijdens hun werk beslissingen nemen over het wel of niet delen van persoonsgegevens met ketenpartners. In de literatuur zijn randvoorwaarden gevonden voor het doorbreken van het medisch beroepsgeheim. De GGZ verpleegkundigen wisten niet of hun instelling een beleid heeft op dit gebied. Ze maken zelf per casus een inschatting, op basis van ingeschat gevaar, inschatting wat nodig is voor goede zorg en het belang van samenwerking met de ketenpartner. Die inschatting kan dus per GGZ verpleegkundige anders uitvallen. Welke gegevens dan precies gedeeld worden laten de GGZ verpleegkundige afhangen van ingeschatte relevantie van gegevens en hoe recent ze zijn. Het delen van persoonsgegevens met ketenpartners wordt niet structureel vastgelegd in dossiers. De GGZ verpleegkundigen gaan ervan uit dat ketenpartners zelf de betrokkene op de hoogte stellen.
DOCUMENT
Dit artikel is een vertaling van het artikel “Digital Radiography Reject Analysis: Results of a Survey Among Dutch Hospitals” dat in de mei/juni 2020 editie van het blad Radiologic Technology is gepubliceerd. Korte samenvatting: In opdracht van de Inspectie voor de Gezondheidszorg is aan een steekproef van Nederlandse ziekenhuizen gevraagd hoe zij omgaan met medische beelden die worden afgekeurd. De resultaten laten zien dat de meeste ziekenhuizen deze opnames niet bewaren voor analyse.
DOCUMENT
Hoe gaat de journalistiek om met kritiek uit de buitenwereld?
DOCUMENT
Het pakket bestaat uit twee delen en meerdere praktische bijlage die u in de praktijk meteen kan toepassen: Deel A: Theoretische onderbouwing en aanbevelingen: hierin wordt u een theoretische onderbouwing van de richtlijn gegeven, dat resulteert in aanbevelingen voor hulpverleners. Deze gegevens zijn van belang om goed met de richtlijn te kunnen werken. Deel B: Gegevensverzameling en interventies: in dit deel worden de aanbevelingen specifiek uitgewerkt voor de verpleegkundige beroepsgroep. Het effectief gebruik van de richtlijn, de wijze van gegevensverzameling en het kiezen van interventies komen aan bod.
MULTIFILE