Op 22 februari 2022 spraken dr. Anne Loonen en dr. Joost Schoeber hun lectorale rede uit, tijdens een bijeenkomst in gebouw Nexus van Fontys Hogescholen op de campus van de TU/e Eindhoven. Daarin spraken ook dr. Jan Bernards, lector Thin Films & Functional Materials bij het lectoraat Applied Natural Sciences), dr. Adriaan van den Brule (Jeroen Boschziekenhuis), dr. ir. Ivo Roessink (Wageningen University and Research) en prof. dr. Maarten Merkx (TU/e).
YOUTUBE
Bij een aan- of afwezigheidsdetectie zijn de moleculair diagnostische methoden (PCR) sneller dan de klassieke kweekmethode. De detectiegrenzen die de fabrikanten van beide PCR kits aangeven worden ruimschoots gehaald, terwijl detectie bij de klassieke kweekmethode regelmatig bemoeilijkt werd of onmogelijk was door stoorflora. Zowel deze flora als de matrix hebben geen invloed op de detectiegrens van beide PCR kits.
DOCUMENT
Het doel van deze studie was het testen van een dertigtal familieleden op Charcot-Marie-Tooth type 1A met behulp van een real time kwantitatieve polymerase kettingreactie. Duplicatie van het gen werd bij 50 % van de familieleden gevonden, overeenkomend met Mendeliaanse overerving.
DOCUMENT
In de openbare les van mijn collega lector Raymond Pieters, is het domein van het lectoraat ‘Innovative Testing in Life Sciences & Chemistry’ toegelicht. Kort samengevat richt dit lectoraat zich op de ontwikkeling en toepassing van innovatieve teststrategieën om geneesmiddelen, voedingsmiddelen of chemicaliën (stoffen) te beoordelen op hun werkzaamheid (effectiviteit) en veiligheid. De nadruk ligt op de ontwikkeling van snelle, kosteneffectieve testmethoden die een relevante voorspelling van effecten op de gezondheid van de mens en het milieu opleveren én waarbij geen of minder proefdieren worden gebruikt. In mijn les zal ik u laten zien waar proefdieren voor gebruikt worden. Hierbij zal ik mij voornamelijk richten op de Nederlandse situatie. Ik zal ingaan op de wetenschappelijke en maatschappelijke wens om minder proefdieren te gebruiken en op de vraag wat we verstaan onder ‘alternatieven voor dierproeven’. Daarna zal ik bespreken waarom er in Nederland en Europa recentelijk meer aandacht is voor dit onderwerp. Het overzicht zal niet uitputtend zijn, maar zal u een goede indruk geven van het landschap. Ook zal ik stil staan bij de vraag: Waarom zijn we tot nog toe zo weinig succesvol geweest op het gebied van alternatieven voor dierproeven? Wat zijn de obstakels en wat kunnen we hier van leren? Hoe zouden we in de praktijk de toepassing van alternatieven kunnen stimuleren? Wat moet er beter, en hoe gaan we dat doen? Als we slimmer willen testen moeten we de huidige grenzen verleggen, of beter over de grenzen van ons vakgebied heen kijken. Ik zal aangeven waar prioriteiten liggen en hoe we de meeste ‘winst’ kunnen behalen in termen van proefdiervermindering in relatie tot productinnovatie. Tot slot zal ik aangeven welke bruggen we moeten bouwen en wat de rol is van de Hogeschool Utrecht
DOCUMENT
Ingezonden artikel in MEMO RAD: dit artikel is een samenvatting van afstudeeronderzoek dat de eerste auteur heeft uitgevoerd ter afronding van de bachelor opleiding Medisch Beeldvorming en Radiotherapeutische Technieken aan de hogeschool Inholland.
LINK
In 2004 is aan de Fontys Hogescholen de nieuwe opleiding Applied Science gestart en in juli 2008 hebben we de eerste afgestudeerden kunnen feliciteren. Applied Science is een competentiegestuurde, breed natuurwetenschappelijke opleiding die zich richt op het microbiologische, chemische en chemisch technologische werkveld. Na een brede instroom kan een student door de vele keuzemogelijkheden zich specialiseren in een van de zeven beroepsdomeinen. Een belangrijk ontwerpprincipe is de verwevenheid van het werkveld in de opleiding. De eerste afgestudeerden hebben zeer succesvol de opleiding afgerond. In het vervolg van dit tijdschrift worden samenvattingen van een aantal afstudeeropdrachten gepresenteerd.
DOCUMENT
Dit betreft een verkennend onderzoek, met als doel een eerste indruk te geven van hoe doorwerking bij praktijkgericht onderzoek eruit kan zien en hoe het tot stand komt. Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van, en gefinancierd door, Regieorgaan SIA met het uitdrukkelijke doel dat het regieorgaan zelf ook kan leren van het onderzoek en input krijgt voor onder andere de ontwikkeling van de rapportagesystematiek.
DOCUMENT
De transitie van het onderwijs in de foodsector in de Rotterdamse regio
DOCUMENT
De nationale en internationale ambities op het vlak van Circulaire Economie zijn groot, en veel bedrijven en organisaties dragen bewust of onbewust reeds bij aan de Circulaire Economie. Een Circulaire Economie reguleert het fundamenteel anders omgaan met grondstoffen, door het hergebruik van producten en grondstoffen centraal te stellen en afval en schadelijke emissies naar bodem, water en lucht zoveel mogelijk te voorkomen. De belofte van de Circulaire Economie is om verschillende vormen van duurzaamheid op verschillende niveaus te organiseren als een liefst integrale economische opgave. Hierbij zijn het voorkómen van afval en het (her)waarderen van materie belangrijke uitgangspunten. Naast technische ontwikkelingen zijn hier ook sociale en zelfs systeeminnovaties bij nodig. Daar hoort bijvoorbeeld ook bewustwording, gedragsbeïnvloeding en zakelijke haalbaarheid bij. De transformatie naar een circulaire samenleving is een grootschalige maatschappelijke transitie. Hogeschool Inholland beweegt mee met deze ontwikkeling in de maatschappij, door middel van onderzoek en onderwijs in samenwerking met het werkveld. Deze position paper is een verkenning van bestaande theorieën, maatschappelijk debat, relevante beleidskaders en financieringsinstrumenten (het externe beeld), alsmede een eerste inventarisatie gericht op het aanbod binnen Inholland (het interne beeld), om daarmee een dialoog te initiëren over een betere positionering van Inholland op het vlak van Circulaire Economie. Als vervolgstappen worden o.a. een verdere inventarisatie van het aanbod en betere inbedding binnen verschillende opleidingen en een versterking en bundeling van onderzoekscapaciteit door middel van een domeinoverstijgende aanpak aanbevolen, alsmede een marktonderzoek om vraag en aanbod beter op elkaar te kunnen laten aansluiten. Mede op basis van deze bouwstenen kan de communicatie en positionering van Inholland op het vlak van Circulaire Economie, zowel intern als extern, verstevigd worden. Deze position paper is een groeidocument, dus de deur blijft open staan om in de toekomst nieuwe kennis, inzichten, aanbevelingen en interventies mee te nemen.
DOCUMENT
Seksueel overdraagbare aandoeningen (SOA) zijn wereldwijd een groot probleem. Het aantal SOA-gerelateerde consulten bij huisartsen (eerstelijnszorg) in Nederland is de afgelopen jaren met 12,5% gestegen naar bijna 335.000. Momenteel komen patiënten met SOA-gerelateerde klachten bij de huisarts en leveren urine of een swab in ten behoeve van in vitro moleculaire diagnostiek (IVD). Het patiëntmateriaal wordt naar een ziekenhuislaboratorium (tweedelijnszorg) getransporteerd en getest op enkele veelvoorkomende veroorzakers. De patiënt krijgt bij een positieve uitslag een tweede consult waarin mogelijk een antibioticakuur wordt voorgeschreven. In sommige gevallen was er al antibiotica voorgeschreven die soms onjuist of onterecht blijkt. Antibioticaresistentie is mede daarom een toenemend probleem bij allerlei infectieziekten. Door IVD testen in de eerstelijnszorg uit te voeren wordt die verbeterd. Voor de patiënt betekent het minder reisbewegingen, minder doorverwijzingen, snellere uitslag van de laboratoriumtest en een beter afgestemd behandelplan (juiste antibioticum). Huisartsen hebben behoefte aan Point-of-Care Testen (POCT) op basis van moleculaire diagnostiek om ter plekke een diagnose te kunnen stellen. In dit project willen we op vraag van eerste- en tweedelijns zorgspecialisten een SOA IVD platform ontwikkelen en als prototype POCT maken, dat eenvoudig is in gebruik, snel antwoorden kan genereren en toegepast kan worden in de eerstelijnszorg. Daartoe zullen we een nieuwe innovatieve DNA detectiemethode toepassen in combinatie met bestaande technieken en materialen. We werken samen met zorgspecialisten, MKBers en de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e) aan de ontwikkeling en het maken van een prototype POCT op basis van isotherme amplificatie en optische detectie. Dit doen we voor de SOA’s Chlamydia en Gonnoroe (bacteriën) en genitale wratten (virus) als praktijkgerichte toepassing en demonstrator. De generieke technologie kan in de toekomst ook ingezet worden voor de ontwikkeling van andere IVD zoals die voor seizoensdiagnostiek (bijv. influenzavirus).