Lezing gehouden tijdens congres "Wie beslist er over wat: congres over subsidiariteit en het middenbestuur in de 21e eeuw" op 19 december 2005.
DOCUMENT
This research explores two processes: globalisation and regionalisation. They will be analysed by means of what the author calls the 'conceptual triangle': the mutual interdependence of politics, economy and society. This analysis will be undertaken from a cultural sociological perspective. This means, that especially the way people value and give meaning to the processes of globalisation and regionalisation - but also vice versa: how these processes influence the values and meaningful structures of people - are central to this study.
DOCUMENT
Sport kan net als kunst, muziek en kleding ook worden gezien als een maatschappelijk verschijnsel dat inzicht geeft in de hedendaagse cultuur. Verborgen competitie belicht juist deze kant van de sport. Hierbij staan eenvoudige vragen centraal die velen interesseren, maar waaraan nog maar weinigen aandacht hebben besteed. Waarom behoort American football tot de populairste sporten van de Verenigde Staten, is China een tafeltennisbolwerk, Nederland een schaatsland en Nieuw-Zeeland een rugbynatie? Waarom wordt voetbal wereldwijd massaal beoefend en kent korfbal alleen in ons land een grote populariteit? Maarten van Bottenburg beschrijft de verspreiding en popularisering van ongeveer dertig sporten over de hele wereld in de afgelopen honderd jaar en biedt de lezer daarmee een mondiaal sportpanorama. Door het lezen van Verborgen competitie krijgt u meer inzicht in de mondialisering van de hedendaagse cultuur en in de wijze waarop mensen zich door hun sportvoorkeuren aan anderen binden of zich van hen onderscheiden.
DOCUMENT
Fontys staat bekend om haar praktijkgerichte onderzoek met en voor haar studenten, medewerkers en de maatschappelijke relaties. De rappe mondialisering van onze samenleving vraagt echter ook om het intensiveren van onze onderzoeksinspanningen op internationaal niveau. Wij zien digitalisering als een belangrijk thema. De ontwikkelingen op dit gebied zijn voor onze studenten en ons ecosysteem dagelijks voelbaar en zichtbaar. Digitalisering is de aanjager van vele ontwikkelingen en mogelijkheden. Het is een enabler voor diverse maatschappelijke thema’s zoals smart mobility, de gezondheidszorg en circulaire economie. Digitalisering gaat niet alleen over de technologie maar juist over de context en de transitie. In termen van Fontys kennisthema’s zijn daarom verschillende thema’s betrokken, namelijk: Health, Circulair en Smart Mobility (automotive en logistiek) en Enabling Technologies (High Tech en AI). Dit voorstel richt zich op de vraag hoe wij de digitaliseringsvragen rondom health, circulair en smart mobility zo kunnen ontwikkelen dat wij stappen kunnen zetten om een Europees ecosysteem hiervoor te kunnen ontwikkelen. Tegelijkertijd kijken wij waar mogelijk onze leemtes zitten en Europese partijen (andere hogescholen, universiteiten, burgerinitiatieven) interessante andere aanvullende invalshoeken te bieden hebben. Op basis hiervan stellen we een multidisciplinaire vraagstelling en multi-stakeholder community op. Om zo de samenwerkingskansen met Europese partners te ontwikkelen. Met de SIA pilotregeling Richting Europa krijgen de expertisecentra de ruimte om deze vraagstelling met focus en capaciteit uit te werken om zo een centrale strategie te ontwikkelen op het gebied van digitalisering. Tevens kunnen we onderzoeken welke Europese netwerken geschikt zijn om op aan te sluiten. Vanuit een duidelijke propositie geven we aan op welke manier Fontys bij kan dragen. In een te ontwikkelen roadmap, waarin zowel de benodigde acties als de daarbij noodzakelijke ondersteuning wordt beschreven, wordt duidelijk hoe we tot Europese samenwerking willen komen.
Deze onderzoeksverkenning brengt de randvoorwaarden in kaart voor de realisatie van de transitie van het huidige technisch mbo-onderwijs naar innovatieve lerende gemeenschappen. Hiervoor prioriteren we drie richtinggevende gebieden: 1) het onderwijs, 2) monitoring van de student en studieresultaten en 3) de organisatie van het onderwijsinstituut. Als gevolg van maatschappelijke ontwikkelingen die samenhangen met onder andere mondialisering, technologisering, robotisering en ‘the Internet of Things’, worden andere eisen gesteld aan het ‘leren en ontwikkelen’ van burgers (OECD, 2016). Net als andere gevestigde instituten wordt het (beroeps-)onderwijs in deze z.g.n. Next Economy geconfronteerd met grote onzekerheden. Wij stellen dat niet alleen onderwijsinstituten en hun directe netwerk (waar men voor opleidt) betrokken dienen te zijn bij ‘leren en ontwikkelen’, maar dat samenwerking tussen opleidingen (cross-over onderwijs) en niet traditionele netwerkpartners en het bedrijfsleven cruciaal is. Deze verkenning zelf wordt op een innovatieve wijze uitgevoerd, als een co-creatief design proces. Alle direct betrokkenen (stakeholders) uit het onderwijs, bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties, nemen actief deel, werken samen en leveren een actieve bijdrage vanuit hun expertise veld.