De onderzoeksvraag die in dit onderzoek gesteld is, was: “Welke invloed heeft het CORI-model op de motivatie en leeropbrengsten bij begrijpend lezen van leerlingen in de groepen 5 tot en met 8 van de basisschool?”
MULTIFILE
Het JeugdSynergiePlan beschrijft de wijze waarop er bij verenigingen door een effectieve samenwerking tussen de verschillende stakeholders meer kan worden bereikt voor iedereen. De belangrijkste samenwerkende partijen (stakeholders) bestaan uit de leden, de ouders en vrijwilligers, de verenigingen, de bonden, de overheid, de zorgverzekeraars, de sponsors en de zakelijke dienstverleners. Speerpunt vormt de kwetsbare groep van middelbare scholieren voor wie er in praktijk te weinig aandacht bestaat. Door de samenwerking waarbij de partijen gebruik gaan maken van elkaars sterktes en kansen ontstaat er synergie: het effect van de samenwerking is groter dan wat iedere partij afzonderlijk had kunnen bereiken. In het rapport komen theorie en praktijk bij elkaar. De theorie inzake synergie wordt op een unieke manier beschreven en verduidelijkt. Ook staan er veel unieke oplossingen beschreven in het rapport waarmee synergie in praktijk kan worden uitgevoerd. Er wordt meer bereikt en er worden kosten bespaard. Het rapport biedt dan ook grote winstmogelijkheden voor de leden, voor de verenigingen, voor de overheid, de jeugdzorg, het onderwijs, voor de zakelijke dienstverlening; kortom de hele maatschappij. Belangrijke zaken komen eerst en daarom gaat welzijn boven welvaart en een pro-actief beleid gaat voor restrictief beleid. Dat kan allemaal met dit model! Vast staat dat de jeugd een enorme potentie heeft voor velen. Hier groeien de toekomstige winnaars voor 2028, maar hier groeien ook de toekomstige werknemers, politici, uitvinders. Doorzettingsvermogen, discipline, ijver en sociale vaardigheden vormen aspecten die we in het verenigingsleven kunnen stimuleren. Maatschappelijke doelstellingen als integratie, armoedebeleid en gezondheid, zijn daarmee te sturen vanaf het speelgras en het honk. Het kind en de vereniging kunnen hiermee uitgroeien tot het maatschappelijk goud en het olympisch vuur.
MULTIFILE
Dit project beoogt te onderzoeken hoe lokale ondersteuningsnetwerken (professioneel en vrijwillig, met/zonder digitale inclusie als kerndoel), beter kunnen bijdragen aan het bereiken/motiveren om digivaardiger te worden middels inzet van de DigiHandig-app en bijbehorend lespakket.
Gezien de klimaatproblematiek wordt Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) steeds belangrijker. Bedrijven zijn op zoek naar praktische invulling van dit begrip. Hergebruik van grondstoffen is daarin een belangrijk uitgangspunt. In de meeste kantoorgebouwen wordt het bioafval niet gescheiden van het restafval, in tegenstelling tot in huishoudens. Redenen hiervoor zijn ongemakken zoals geur, schoonmaken en frequent legen van de bakken. Daarnaast verwachten veel mensen dat de hoeveelheid bioafval uit kantoorgebouwen klein is, maar uit verkennend onderzoek is gebleken dat in kantoorgebouwen bijna net zo veel bioafval per persoon wordt geproduceerd als in huishoudens. Echter, de kantoor/bedrijfsomgeving verschilt met de thuisomgeving, omdat er in kantoren een andere betrokkenheid en gedeelde verantwoordelijkheid is voor de afvalscheiding. Om gescheiden inzamelen van bioafval succesvol te laten zijn is duurzame betrokkenheid van de gebruikers nodig. Het doel van dit project is dan ook om samen met drie verschillende type bedrijven op het businesspark een bioafval scheidingssysteem op te zetten die werkt voor hen. Om het gescheiden inzamelen van afval op een duurzame manier te organiseren is de volgende onderzoeksvraag geformuleerd: “Op welke manier kan, voor de verschillende type bedrijven, bioafval het best worden gescheiden?” Door naar de eisen en wensen per type bedrijf te luisteren, wordt per bedrijf de juiste strategie gekozen om medewerkers te blijven motiveren om bioafval te scheiden en een efficiënt en hygiënisch systeem inclusief transport naar de composteerder ontwikkelt. Succesfactoren worden vertaald in ontwerprichtlijnen per bedrijfstype die relevant zijn voor andere bedrijven die bioafval willen gaan scheiden.
Er zijn manieren om met behulp van moderne technologie, namelijk chatbots, startende docenten te ondersteunen in de eerste jaren van hun werk. Deze veelbelovende mogelijkheid willen we in de praktijk verkennen en beproeven. Begeleiding van startende docenten op de scholen staat onder druk door het lerarentekort. Startende docenten staan regelmatig voor de uitdaging om zelf te zoeken naar aanvullende kennis over lastige situaties die ze tegenkomen zoals: orde houden in de klas en motiveren van leerlingen. Omdat adequate begeleiding niet altijd voorhanden is willen we onderzoeken of een chatbot voor startende docenten op het gebied van pedagogisch-didactische vaardigheden een bijdrage kan leveren in de begeleiding van startende docenten. Vragen waar we antwoord op willen krijgen zijn: Naar welke kennis zijn startende docenten op zoek en welke formuleringen gebruiken startende docenten om hulp te vragen? Om dit project te kunnen uitvoeren is een consortium van meerdere partijen gecreëerd omdat voor het ontwikkelen van een chatbot kennis en expertise uit verschillende domeinen nodig is zoals onderwijskunde, Conversational Interfaces en ICT. Dit consortium bestaat uit de lerarenopleiding van de Hogeschool Utrecht, twee opleidingsscholen in de regio en Helpr. Dit project levert als eindproduct een werkende versie van een chatbot voor startende docenten in het VO op het gebied van pedagogisch-didactische vragen en een evaluatie onder zowel begeleiders/coaches en startende docenten inzake de ervaring met deze chatbot. Na dit project wordt besloten om wel of niet door te gaan met het doorontwikkelen van deze chatbot en deze breed in de praktijk in te zetten voor ondersteuning van startende docenten in het VO en mogelijk ook in het primair en hoger onderwijs.