De PLG (Professionele Leergemeenschap) bestaat uit academische leerkrachten die naast hun werk in de klas graag worden uitgedaagd door het doen van onderzoek. De afgelopen anderhalf jaar hebben zij onderzoek gedaan naar motiverende factoren die helpen om Utrechtse onderwijsprofessionals te behouden voor het basisonderwijs. Uit het onderzoek komen vier thema’s naar voren die bijdragen aan de motivatie van leerkrachten én schoolleiders. De groep doet enkele duidelijke aanbevelingen richting schoolleiders en bestuurders
DOCUMENT
Dit eindrapport bevat verschillende hoofdstukken. Het eerste hoofdstuk beslaat een beleidssamenvatting waarin de belangrijkste resultaten uit het onderzoek worden uiteengezet. In de volgende drie hoofdstukken wordt de relevante literatuur rond de loopbanen van onderwijsprofessionals beschreven. Het vijfde hoofdstuk vat deze literatuur samen in een theoretisch kader. Hoofdstuk zes houdt een beschrijving in van de gehanteerde onderzoeksmethoden. In hoofdstuk zeven wordt gerapporteerd over de resultaten van de vier onderzoeksvragen volgens de data verzameld in de interviews. Deze gegevens worden in hetzelfde hoofdstuk telkens per onderzoeksvraag vergeleken met de bevindingen uit de focusgroepgesprekken. De conclusies van dit onderzoek naar de loopbanen van onderwijsprofessionals worden weergegeven in hoofdstuk acht. Tot slot worden er beleidsaanbevelingen geformuleerd op basis van de conclusies van het onderzoek in hoofdstuk 9.
DOCUMENT
De samenleving stelt hoge eisen aan onderwijsprofessionals. Niet alle belangrijke kennis en handelen kan worden ontwikkeld tijdens de lerarenopleiding. De noodzaak van kwalitatief hoogstaande professionalisering na de opleiding is daarom groot. Onderwijsprofessionals moeten zich continu ontwikkelen om goed onderwijs te blijven bieden aan leerlingen en studenten. Dit is een grote uitdaging in tijden van een toenemend leraren- en schoolleiderstekort. Over professioneel leren van onderwijsprofessionals is veel bekend. Effectieve professionalisering kenmerkt zich door actief leren, een sterke link met de inhoud van het werk en het primaire proces van lesgeven, bevat coaching en feedback, richt zich op voortdurend leren over langere tijd en bouwt voort op bestaande kennis. Onderwijsprofessionals leren op allerlei manieren, met opbrengsten in verschillende domeinen, zoals ontwikkelde kennis, opvattingen of handelen. We illustreren twee belangrijke thema's rond Blijven ontwikkelen vanuit onderzoeksprojecten van lectoraat Werken in Onderwijs: het belang van samen leren en de rol van een ondersteunende cultuur en structuur.
DOCUMENT
Het onderwijs, een prachtig werkveld, maar waar horen we dat nog? Over werkplezier in het onderwijs gaat het zelden, over werkdruk als structureel en groot probleem des te vaker. Werkplezier bevorderen kan een sleutel zijn om de problemen in het onderwijs aan te pakken, volgens lector dr. Mieke Koeslag-Kreunen van Hogeschool Utrecht (HU). Op 24 november gaf zij haar openbare les.
DOCUMENT
In deze blog gaat het Expeditieteam Lerarenagenda in op de houding van onderwijsprofessionals ten aanzien van onderwijsinnovaties met een ICT-component. En, meer specifiek, op hoe het adaptief vermogen eruitziet van onderwijsprofessionals die geconfronteerd worden met de afwijzing van collega’s wanneer zij een onderwijsinnovatie voorstellen.
DOCUMENT
Wat zou jij doen als je Kyra en Luca was? Een scenariostudie, wat houdt dat in? Het Expeditieteam doet onderzoek naar de leraar van morgen. De inzichten die we als Expeditieteam tot dusverre hebben opgedaan toetsen we op verschillende manieren. Eén daarvan is een scenariostudie waarin we leraren en schoolleiders twee situaties rond een fictieve leraar, Kyra en Luca, voorleggen en ze vragen hierop te reageren via de vragen: 1. Wat is hier aan de hand? Waarom? 2. Wie zijn de betrokkenen in deze situatie? Waarom? 3. Wat zou jij doen als jij Kyra/Luca was? Wat zou jij doen als jij Elisa/Marina was? Waarom? Wat levert het op? Inleven in de vignetten geven je een moment om te reflecteren op hoe jij reageert op veranderingen in jouw school. De beleving van de situaties vanuit je eigen ervaring en de inbreng van je eigen overtuigingen staan hierbij centraal. Je wordt je (mogelijk) bewust van jouw eigen rol en afwegingen in voor jou herkenbare situaties. Bekijk de twee vignetten. Je kan ze zelf als reflectie instrument inzetten, maar dit bijvoorbeeld ook doen met je team inclusief de leidinggevende. Benieuwd hoe andere leraren en leidinggevenden omgaan met verandering? Lees het onderzoeksartikel: ‘Adaptief vermogen van leraren en leidinggevenden: een vignettenstudie naar omgaan met verandering’.
MULTIFILE
Leren van leerlingen en studenten verder brengen is een kerntaak van onderwijsprofessionals, scholen en opleidingsinstituten. Focus op lerenden vraagt dat onderwijsprofessionals hun leerlingen/studenten kennen, weten wat hun leer- en onderwijsbehoeften zijn en daar op kunnen aansluiten. Dat is geen sinecure: het vraagt continue professionele ontwikkeling van de onderwijsprofessionals die met leerlingen/studenten werken. Én een goede inbedding van die professionele ontwikkeling in de schoolorganisatie. Hoe werken onderwijsprofessionals en schoolorganisaties aan hun focus op leren? we illustreren belangrijke thema's rond focus op lerenden vanuit onderzoeksprojecten van lectoraat Werken in Onderwijs.
LINK
De Professionele Leergemeenschap (PLG) van Utrecht Leert heeft een gesprekstool ontwikkeld voor leidinggevenden, waarmee zij in gesprek kunnen gaan met hun teamleden. Deze tool is gebaseerd op onderzoek naar het behouden van onderwijsprofessionals in het primair onderwijs. Je kunt deze tool gebruiken om op je school of in je schoolbestuur met elkaar in gesprek te gaan over motiverende factoren die maken dat je wil blijven werken op jouw school en bij jouw schoolbestuur. Deze motiverende factoren zijn gebaseerd op vier thema’s die uit het onderzoek naar voren zijn gekomen.
DOCUMENT
In het Expeditie-onderzoek is vanuit een systeemperspectief op micro-, meso- en macroniveau en in verschillende sectoren van het onderwijsveld gekeken naar of en hoe adaptief vermogen zich bij onderwijsprofessionals manifesteert. In het eindrapport presenteren we de bevindingen van het Expeditie-onderzoek in antwoord op de hoofdvraag: Op welke wijze is sprake van adaptief vermogen in het Nederlandse onderwijsveld in de wisselwerking tussen micro- (individu), meso- (organisatie) en macroniveau (opleiding en beleid) van leraarschap en wat zijn de belangrijkste kenmerken en verklarende en transfereerbare mechanismen van dit adaptief vermogen? Om die vraag te beantwoorden, hebben we gekeken naar manifestaties van adaptief vermogen in het systeem leraarschap, de beleving van onderwijsprofessionals bij veranderingen en factoren en mechanismen die daarbij een rol spelen. In het Expeditie-onderzoek ontdekten we dat twee kenmerken (naast andere kenmerken) die van invloed lijken te zijn op adaptief vermogen – systeem- en toekomstbewustzijn – waarover in de literatuur minder bekend is. In het eindrapport beschrijven we hoe systeem- en toekomstbewustzijn zich manifesteren in het systeem in de context van verandering. In de uitvoering van het onderzoek is gewerkt vanuit een specifieke benadering van sociaal-wetenschappelijk onderzoek genaamd kristallisatie. Kristallisatie omvat het gebruik van diverse onderzoeksmethoden, van wetenschappelijke methoden en technieken tot het inzetten van creatieve werkvormen) om een veelzijdig begrip van complexe vraagstukken te ontwikkelen. In de Expeditie hebben we kristallisatie vertaald naar zeven bouwstenen: literatuurstudie, praktijkvalidatie, TeacherTapp, veldstudie, kunst dialoog methoden, interventiestudie en vignettenstudie. De resultaten van uit de bouwstenen van het Expeditie-onderzoek zijn samengebracht in een model van adaptief vermogen voor het navigeren naar toekomstbestendig leraarschap. Implicaties voor wetenschap en praktijk zijn opgenomen in het rapport.
MULTIFILE
Onderzoekend vermogen is een term die vanaf 2009 binnen het hbo in gebruik is en sindsdien ook gebruikt wordt in de lerarenopleidingen en het mbo. Wat ‘onderzoekend vermogen’ precies inhoudt, wordt daarbij zelden helder gedefinieerd. Er is een enkele empirische studie die geprobeerd heeft hier meer duidelijkheid te bieden, maar tot op de dag van vandaag worden meerdere termen naast en door elkaar gebruikt waarbij niet duidelijk is of deze termen voor gebruikers dezelfde betekenis hebben of verschillende fenomenen aanduiden. Dat geeft een conceptuele verwarring die er bijvoorbeeld voor zorgt dat (leraren)opleidingen veel problemen ervaren als het gaat om het ‘hoe’ van de ontwikkeling van deze competentie bij een (aankomend) professional. Dit introducerende artikel op het themanummer van Tijdschrift voor Onderwijspraktijkstudies over het onderzoekend vermogen van onderwijsprofessionals probeert te laten zien hoe onderzoekend vermogen de satéprikker kan zijn die van de losse boterhammen ‘theorie’ en ‘praktijk’ een sandwich ‘professionele ontwikkeling’ kan maken. In dit artikel wordt eerst ingegaan op de verwarring rondom onderzoekend vermogen en een nieuwe definitie gepresenteerd die op basis van een systematische conceptanalyse tot stand gekomen is. Daarna wordt geschetst hoe die nieuwe definitie kan helpen om onderzoekend vermogen beter te ontwikkelen bij (aankomende) professionals en tegelijk een hulpmiddel kan zijn in mbo- en hbo-opleidingen om het leren binnen het opleidingsinstituut sterker te verbinden aan leren in de beroepspraktijk.
LINK