Greenhouses are in need of new monitoring tools, as they size grow bigger and bigger but still using old labour intensive methods ways of caring for the crop. HiPerGreen is set out to create a new tool, which can drive onto the pre-existing heating pipes to provide a birds eye perspective for image analysis purposes. However, clear images are necessary for consistent usable data. This presentation resumes the steps taken during the reporting: the optimisation of a rail based system towards clear images. This is done through analysis of resulting images, understanding vibrations and oscillations, and finally presents results based on prototyping. Moreover, a re-design of the electronics and hardware was also introduce to facilitate prototyping. The results are promising, laying within the requirements.
DOCUMENT
Er verschijnen doorgaans minder vrouwen dan mannen voor de rechter en het overgrote deel van de justitiële en forensisch psychiatrische instellingen wordt bevolkt door mannen. In de literatuur naar voorspellers van crimineel gedrag komt ‘man zijn’ steevast naar voren als één van de sterkste voorspellers. Hoewel vrouwen en meisjes een duidelijke minderheid vormen binnen justitiële en forensische psychiatrische instellingen (tussen de 6 en 10%), lijkt hun aandeel in de criminaliteit de laatste 20 jaar toe te nemen. Wereldwijd wordt gezien dat er meer vrouwen worden veroordeeld en gedetineerd of opgenomen in de forensische zorg (zie de Vogel & Nicholls, 2016; Walmsley, 2015). De laatste jaren is er dan ook beduidend meer aandacht gekomen voor de vrouw als dader.1 Het meeste onderzoek naar criminologische en forensisch psychologische vraagstukken is echter nog altijd verricht binnen mannelijke populaties. De vraag is dan ook of de huidige theoretische en empirische kennis over mannelijke daders wel voldoende van toepassing is op vrouwelijke daders en wat mogelijke verschillen betekenen voor de sanctietoepassing.
DOCUMENT
Veel professionals in dit forensisch sociale domein, het domein tussen hulp en recht, hebben een sociaal-agogische opleiding op hbo-niveau. De kennis en vaardigheden die zij nodig hebben om hun vak goed te kunnen uitvoeren, maakten tot een aantal jaren geleden nauwelijks expliciet onderdeel uit van de curricula van sociaal-agogische hbo-opleidingen. Een gevolg hiervan was dat beginnende forensisch sociale professionals slecht voorbereid waren op het werken in een gedwongen kader. Om dit op te vangen boden de organisaties in het werkveld post-initiële trainingen aan hun medewerkers om hen de noodzakelijke kennis en vaardigheden bij te brengen. Soms betekende dit dat deze professionals methodische uitgangspunten of vaardigheden moesten afleren die ze op het hbo hadden aangeleerd. Gelukkig is er in de afgelopen jaren veel ten goede veranderd. Er is meer praktijkgerichte kennis beschikbaar gekomen, zoals het methodiekboek Werken in gedwongen kader (Menger, Krechtig, & Bosker, 2016). Ook is er meer initieel onderwijs op dit terrein ontwikkeld op basis van een scherper beeld van wat het werken in gedwongen kader aan kennis en vaardigheden van professionals vraagt. In beide ontwikkelingen heeft Anneke Menger een cruciale rol vervuld. In deze bijdrage beschrijven we deze ontwikkelingen. We starten met een schets van wat het werk van forensisch sociale professionals kenmerkt.
DOCUMENT
De voorwaarden en mogelijkheden voor kwalitatief goed beslissen in de forensisch sociale praktijk zijn de afgelopen decennia enorm verbeterd. De toenemende evidence based kennis over ontwikkeling en afbouw van delinquent gedrag, en de vertaling daarvan in methodieken en instrumenten, ondersteunt professionals in dit werkveld bij het nemen van soms ingrijpende en complexe beslissingen. Over de vraag of een voorwaardelijke sanctie met reclasseringstoezicht verantwoord is, hoe aanwezige risico’s beheersbaar kunnen blijven, welke interventies delinquenten kunnen ondersteunen om de kans op herhaald delictgedrag te verkleinen, of rapportage aan het OM noodzakelijk is omdat een cliënt zich onvoldoende aan de voorwaarden of afspraken houdt. Toch blijken veel forensisch sociale professionals de beschikbare methoden en kennis maar mondjesmaat in te zetten. In deze bijdrage beschrijf ik eerst kort de introductie van evidence based kennis en methoden in het forensisch sociale werkveld, vervolgens ga ik in op de vraag hoe evidence based kennis en ervaringskennis worden ingezet in de dagelijkse werkpraktijk. Ik onderbouw de meerwaarde maar ook kanttekeningen bij beslissen op grond van ervaringskennis, en sluit af met een aantal noties over professioneel beslissen.
DOCUMENT
De schuldenproblematiek in Nederland is groot. Eén op de vijf huishoudens heeft risicovolle of problematische schulden (Westhof e.a. 2015). Dit wil zeggen dat er sprake is van serieuze schuldenproblematiek waarbij het meer (risicovol) of minder (problematisch) voor de hand ligt dat een huishouden de situatie op eigen kracht kan oplossen. Aanhoudende schuldenproblematiek werkt ondermijnend (Jungmann & Madern, 2017). Mensen gaan slechter functioneren in hun sociale netwerk, op de werkvloer en krijgen vaker gezondheidsproblemen. Bij mensen die onder reclasseringstoezicht staan is de problematiek groter. Ongeveer de helft heeft (hoge) schulden (Jungmann e.a. 2014). In deze bijdrage vragen wij aandacht voor het belang van een effectieve aanpak van schuldenproblematiek bij deze groep en werken we uit hoe dat vorm zou kunnen krijgen. Voorliggend hoofdstuk begint met een korte schets van de kennis die er is over de doorwerking van financiële problematiek op delinquent gedrag en het falen van het Nederlandse systeem van schuldhulpverlening voor cliënten in het gedwongen kader.
DOCUMENT
In het SCOUT (Sensoric data Catching Of highly Useful Terabytes) project wordt onderzocht hoe de verzamelde data verkregen door sensortechnologie in de tomatenteelt het beste verwerkt kunnen worden om een bruikbaar eindproduct op te leveren. In deze PowerPoint presentatie worden de belangrijke parameters en indicatoren van telplanten benoemd en wordt de data architectuur van de sensoren op robots en van de centrale controller beschreven.
DOCUMENT
To better control the growing process of horticulture plants greenhouse growers need an automated way to efficiently and effectively find where diseases are spreading.The HiPerGreen project has done research in using an autonomous quadcopter for this scouting. In order for the quadcopter to be able to scout autonomously accurate location data is needed. Several different methods of obtaining location data have been investigated in prior research. In this research a relative sensor based on optical flow is looked into as a method of stabilizing an absolute measurement based on trilateration. For the optical flow sensor a novel block matching algorithm was developed. Simulated testing showed that Kalman Filter based sensor fusion of both measurements worked to reduce the standard deviation of the absolute measurement from 30 cm to less than 1 cm, while drift due to dead-reckoning was reduced to a maximum of 11 cm from over 36 cm.
DOCUMENT
Background Several footwear design characteristics are known to have detrimental effects on the foot. However, one characteristic that has received relatively little attention is the point where the sole flexes in the sagittal plane. Several footwear assessment forms assume that this should ideally be located directly under the metarsophalangeal joints (MTPJs), but this has not been directly evaluated. The aim of this study was therefore to assess the influence on plantar loading of different locations of the shoe sole flexion point. Method Twenty-one asymptomatic females with normal foot posture participated. Standardised shoes were incised directly underneath the metatarsophalangeal joints, proximal to the MTPJs or underneath the midfoot. The participants walked in a randomised sequence of the three shoes whilst plantar loading patterns were obtained using the Pedar® in-shoe pressure measurement system. The foot was divided into nine anatomically important masks, and peak pressure (PP), contact time (CT) and pressure time integral (PTI) were determined. A ratio of PP and PTI between MTPJ2-3/MTPJ1 was also calculated. Results Wearing the shoe with the sole flexion point located proximal to the MTPJs resulted in increased PP under MTPJ 4–5 (6.2%) and decreased PP under the medial midfoot compared to the sub-MTPJ flexion point (−8.4%). Wearing the shoe with the sole flexion point located under the midfoot resulted in decreased PP, CT and PTI in the medial and lateral hindfoot (PP: −4.2% and −5.1%, CT: −3.4% and −6.6%, PTI: −6.9% and −5.7%) and medial midfoot (PP: −5.9% CT: −2.9% PTI: −12.2%) compared to the other two shoes. Conclusion The findings of this study indicate that the location of the sole flexion point of the shoe influences plantar loading patterns during gait. Specifically, shoes with a sole flexion point located under the midfoot significantly decrease the magnitude and duration of loading under the midfoot and hindfoot, which may be indicative of an earlier heel lift.
LINK
Deze Powerpoint presentatie werd door lector Cock Heemskerk gebruikt voor een lezing over zorgrobots in het Slimste Huis in Alkmaar. Na een korte uitleg over het werkveld van het lectoraat en de wetenschappelijke definitie van een robot wordt nader ingegaan op de inzetbaarheid van zorgrobots anno 2017. De testresultaten van de zorgrobots Alice en ROSE worden duidelijk uiteengezet. Er wordt ingezoomd op de 21ste eeuw vaardigheden van studenten verpleegkunde en die onderzoekers. Tot slot wordt de opbouw en de doelstelling van een klinische les (nagespeelde praktijksituatie) gepresenteerd.
DOCUMENT