Mensen in een lage sociaaleconomische positie geven de voorkeur aan ondernemend sport- en beweegaanbod ten opzichte van verenigingsaanbod. Uit interviews met sleutelfiguren en in straatinterviews met wijkbewoners blijkt dat er verschillende redenen zijn om voor dit ondernemende aanbod te kiezen, zoals flexibiliteit in tijd en intensiteit, beweegschaamte, gemak en toegankelijkheid. Het onderzoek biedt ook inzichten over het verschil tussen commerciële en sociale ondernemende aanbieders, de invloed van taal en aandacht voor mensen in de meest kwetsbare positie. Het onderzoek biedt inzichten voor beleidsmakers en sportaanbieders om hun aanbod toegankelijk te maken voor mensen in een lage sep. Het verkennende kwalitatieve onderzoek is uitgevoerd in opdracht van het Kenniscentrum Sport en Bewegen en is uitgevoerd in de aandachtswijken Poelenburg in Zaanstad en in Haarlem-oost.
MULTIFILE
Vaker sporten. Minder alcohol drinken. Stoppen met roken. Nu echt op tijd naar bed. Dat leefstijlverandering lastig kan zijn, weten we allemaal. Maar voor sommigen lijkt het welhaast onmogelijk. Leefstijlverandering kost energie en aandacht. Wat als je daar helemaal geen ruimte voor hebt, omdat je wordt afgeleid door belangrijkere zaken, zoals de zorg voor een ziek familielid of doordat je de huur weer niet kunt betalen? Waar moet je het in zo’n situatie vandaan halen om gezonder te gaan leven? Vooral onder mensen met een lage sociaaleconomische status (SES) komt zo’n situatie regelmatig voor. Welke bijdrage zou de eerstelijnsgeneeskunde hieraan kunnen leveren? De oplossing is gecompliceerd en de weg ernaartoe is vaak frustrerend, vooral omdat gezondheidscommunicatie alleen kan werken als het in nevenschikking met andere instrumenten wordt gecombineerd. Het antirookbeleid is een mooi voorbeeld waar veel is bereikt door een combinatie van instrumenten.
LINK
In Nederland hebben mensen met een hoge sociaaleconomische status meer kansen op een goede gezondheid dan mensen met een lage sociaal economische status. Ondanks de groeiende welvaart in Nederland en de toegenomen sociale mobiliteit blijken sociaaleconomische gezondheidsverschillen een hardnekkig fenomeen. Hoe komt dat nu, en wat kunnen we daar aan doen? Verschillende lectoraten van Platform Stad en Wijk doen hier al jaren onderzoek naar. In het digitale magazine ‘Gezondheidsverschillen’ bundelen we deze kennis. Deze publicatie is een samenwerking van zestien lectoraten van elf verschillende hogescholen die samenwerken in het Platform Stad en Wijk. Deze onderzoeksgroepen van hogescholen verschaffen inzicht in en dragen oplossingen aan voor maatschappelijke vraagstukken in stad en wijk. Met name gericht op participatie en veerkracht.
LINK
Het belang van duurzaamheid dringt door in alle agrarische sectoren, ook in de hippische sector. Door middel van de duurzaamheidsscan, laat dit rapport de huidige status van duurzaamheid op paardenbedrijven en hun eigen ambitieniveau zien. Het verschil tussen huidige status en eigen ambitieniveau van het bedrijf toont aan waar de wens tot ontwikkeling naar een duurzamer paardenbedrijf ligt. De duurzaamheidsscan is gebaseerd op de MVO prestatieladder en in samenwerking met Omgevingsdienst Flevoland Gooi en Vechtstreek.
DOCUMENT
Mensen uit wijken met een lage sociaaleconomische status (SES) zijn moeilijk te bereiken voor natuuractiviteiten. Samenwerking met welzijnsorganisaties blijkt een succesfactor bij het betrekken van bewoners van lage "SES-wijken". Deze organisaties hebben al een goed netwerk onder deze mensen. Het komt er wel op aan om deze samenwerking een vervolg te geven. Een van de projecten die probeert hier wat aan te doen is Natuur om de Hoek. Dit is eensamenwerkingsverband dat Naturalis heeft opgezet met lokale partners in enkele lage SES-wijken in Leiden en Katwijk.
DOCUMENT
Om de opwarming van de aarde onder de 1,5 graden te houden en ernstige gevolgen van klimaatverandering zoveel mogelijk te voorkomen, moeten we naar nul uitstoot in 2050 (Net Zero). Welvarenden kunnen hierin een sleutelrol vervullen. Mensen met een hoge sociaaleconomische positie (SEP) consumeren namelijk relatief veel en hebben een grote ecologische voetafdruk. Daarnaast heeft de hoge SEP groep grote invloed op de voetafdruk van anderen via hun sociale netwerk en financiële middelen, ook wel de ‘handafdruk’ genoemd. Aansturen op minder consumptie en veranderen van de sociale norm ten aanzien van duurzame keuzes, met name bij én door mensen met een hoge SEP, is tot dusverre nog relatief onderbelicht in onderzoek, beleid en uitvoering. In dit rapport delen we de resultaten van de 55 vragen die we deelnemers hebben gesteld verdeeld over vijf thema's: 1. Zorgen over klimaatverandering; 2. Percepties van rol(len); 3. Huidig gedrag, descriptieve norm, samenlevingsnorm; 4. Veranderbereidheid - vrijwillig en via regulerend beleid; 5. Kennis van klimaatimpact van gedrag.
DOCUMENT
Naturalis probeert met dit project natuurbetrokkenheid te stimuleren bij bewoners met een lage sociaaleconomische status (SES). Deze mensen zijn moeilijk te bereiken voor groene activiteiten. Daarom wordt in Leiden Zuid-West de samenwerking aangegaan met sociale organisaties.De Factsheet is onderdeel van het CoE Groenproject 'Natuurinclusief gedrag van burgers'.
DOCUMENT
Kinderen met een lage sociaaleconomische status (SES) hebben een verhoogd risico op een suboptimale start in het leven met hogere kosten voor de gezondheidszorg. Deze studie onderzoekt de effecten van SES op individueel (maandelijks huishoudinkomen) en contextuele SES (huishoudinkomen en buurtdeprivatie), en perinatale morbiditeit op de zorgkosten in het vroege leven (0-3 jaar). Conclusie: Meer buurtdeprivatie was direct gerelateerd aan hogere zorgkosten bij jonge kinderen. Bovendien was een lager huishoudinkomen consistent en onafhankelijk gerelateerd aan hogere zorgkosten. Door de omstandigheden voor lage SES-populaties te optimaliseren, kan de impact van lage SES-omstandigheden op hun zorgkosten positief worden beïnvloed.
MULTIFILE
Mensen met een lage sociaaleconomische status en/of een niet-Nederlandse achtergrond hebben een groter risico op leefstijlgerelateerde aandoeningen als hart- en vaatziekten en diabetes; leefstijlinterventie is vaak geïndiceerd. Om hen te ondersteunen bij gedragsverandering kunnen mHealth-toepassingen (gezondheidsapplicaties voor telefoon of tablet) mogelijkheden bieden. Voorwaarde is wel dat de toepassing persoonlijk is afgestemd op de doelgroep.1 In deze kwalitatieve studie is onderzocht welke mogelijkheden Hindoestanen zien voor het gebruik van dergelijke mHealth-toepassingen. Deze doelgroep heeft van nature een verhoogd risicoprofiel voor leefstijlgerelateerde ziekten. https://ntvd.media/artikelen/mhealth-voor-leefstijlinterventie-bij-hindoestanen/ Linkedin: https://www.linkedin.com/in/luka-van-der-veken-ab5532188/ https://www.linkedin.com/in/machteldvanlieshout/ https://www.linkedin.com/in/jacqueline-langius/
MULTIFILE
DOCUMENT