Sport, en bij uitbreiding beweging, is in de afgelopen decennia opgeschoven van een maatschappelijk randverschijnsel naar het centrum van de samenleving: sport en beweging zijn alledaags geworden. Deze ontwikkeling heeft voor heel wat veranderingen in het sport- en bewegingslandschap gezorgd. Zo is er niet enkel een grote verscheidenheid aan sport- en bewegingsactiviteiten, maar ook een variatie aan aanbieders van deze activiteiten. In dit boek staat het strategisch, tactisch en operationeel management van organisaties die sport en beweging aanbieden centraal. Het betreft organisaties uit zowel de non-profit, de publieke als de commerciële sector. In het boek wordt onder meer uitvoerig aandacht besteed aan de balans die sport- en bewegingsorganisaties dienen te vinden tussen hun externe omgeving en de eigen interne werking. Daarnaast wordt ingegaan op aspecten zoals het human resources management in sport- en bewegingsorganisaties, het opzetten van samenwerkingsverbanden, het effectief en efficiënt managen van organisaties, etc. Het boek verschaft kennis en inzichten in deze en andere aspecten van sport- en bewegingsmanagement, maar reikt daarnaast ook de nodige tools en modellen aan die toelaten om deze inzichten te vertalen en toe te passen in de dagelijkse praktijk. De regels van het spel: management van sport en beweging is voornamelijk geschreven voor studenten, beleidsmakers en professionals die actief zijn en/of interesse hebben in het managen van sport- en bewegingsorganisaties. Het schrijven van dit boek wordt geleid door twee centrale vragen: (i) welke kennis over (organisatie)management is cruciaal voor mensen die actief (zullen) zijn in de sport- en bewegingssector, en (ii) hoe kan maximaal de vertaalslag gemaakt worden naar het managen van organisaties in het domein sport en beweging.
DOCUMENT
Little is known about innovation in the non-profit sport sector. The current research addresses this gap by questioning whether and to what extent sport federations innovate. It aims to identify types of innovation implemented by sport federations and their attitude and preferences towards innovation. An online questionnaire was administered to a sample of key representatives (i.e. Chair, Secretary General or Directors) of regional sport federations in Belgium (n = 101; 70% response rate). Directed content analysis of the service innovations described by respondents reveals ten different types of sport and non-sport service innovations. Results suggest that membership size and categories of sport influence preferences in knowledge creation/appropriation, and ultimately the type of innovation developed. This paper also suggests that sport federations are driven by demands by members in meeting their expectations of new services and are not risk averse. On average, the sport federations surveyed have a positive attitude towards newness that favours innovativeness. The current study would help researchers to advance further into the knowledge of service innovation in non-profit organisations. It should act as a foundation for research and practice on specific types of service innovation in sport. Managers should realise the importance of attitude for innovation and use the suggested typology to provide new services in different categories and meet members’ expectations.
LINK
This book fills an important gap in the sport governance literature by engaging in critical reflection on the concept of ‘good governance’. It examines the theoretical perspectives that lead to different conceptualisations of governance and, therefore, to different standards for institutional quality. It explores the different practical strategies that have been employed to achieve the implementation of good governance principles. The first part of the book aims to shed light on the complexity and nuances of good governance by examining theoretical perspectives including leadership, value, feminism, culture and systems. The second part of the book has a practical focus, concentrating on reform strategies, from compliance policies and codes of ethics to external reporting and integrity systems. Together, these studies shed important new light on how we define and understand governance, and on the limits and capabilities of different methods for inducing good governance. With higher ethical standards demanded in sport business and management than ever before, this book is important reading for all advanced students and researchers with an interest in sport governance and sport policy, and for all sport industry professionals looking to improve their professional practice.
DOCUMENT
Sport, en bij uitbreiding bewegen, is in de afgelopen decennia opgeschoven van een maatschappelijk randverschijnsel naar het centrum van de samenleving: sport en bewegen zijn alledaags geworden. Deze ontwikkeling heeft voor heel wat veranderingen in het sport- en beweeglandschap gezorgd. Zo is er niet enkel een grote verscheidenheid aan sport- en beweegactiviteiten, maar ook een variatie aan aanbieders van deze activiteiten. In dit boek staat het strategisch, tactisch en operationeel management van organisaties die sport en bewegen aanbieden in Nederland en Vlaanderen centraal. Het betreft hier organisaties uit zowel de non-profit, de publieke als de commerciële sector. In het boek wordt onder meer uitvoerig aandacht besteed aan de balans die sport- en beweegorganisaties dienen te vinden tussen hun extreme omgeving en de eigen interne werking. Daarnaast wordt ingegaan op aspecten zoals het human resources management in sport- en beweegorganisaties, het managen van sportaccommodaties, -evenementen en -projecten, het opzetten van samenwerkingsverbanden, het effectief en efficiënt managen van organisaties, etc. Het boek verschaft kennis en inzichten in deze en andere aspecten van het management, maar reikt daarnaast ook de nodige tools en modellen aan die toelaten om deze inzichten te vertalen en toe te passen in de dagelijkse praktijk. Sport- en beweegmanagement in de Lage Landen is voornamelijk geschreven voor studenten, beleidsmakers en professionals die actief zijn en/of interesse hebben in het managen van sport- en beweegorganisaties. Het schrijven van dit boek wordt geleid door twee centrale vragen: (i) welke kennis over (organisatie)management is cruciaal voor mensen die actief (zullen) zijn in de sport- en beweegsector, en (ii) hoe kan maximaal de vertaalslag gemaakt worden naar het managen van organisaties in het domein sport en bewegen.
LINK
This research aims to investigate the usefulness of a connected leadership model for sport organizations. The following research questions were designed: 1) How can professional sport managers successfully make use of thedevelopments of new professionalism (Leijnse, Hulst & Vromans, 2006), the new way of working and managerial leadership? 2) What are the features of a connected managerial leadership model? 3) What are the designprinciples of an applicable learning environment for professional sport managers 2.0? 4) What are thesimilarities or differences of connected managerial leadership in traditionally organized sports?
DOCUMENT
The Sport Empowers Disabled Youth 2 (SEDY2) project encourages inclusion and equal opportunities in sport for youth with a disability by raising their sports and exercise participation in inclusive settings. The SEDY2 Inclusion Handbook is aimed at anybody involved in running or working in a sport club, such as a volunteer, a coach, or a club member. The goal of the handbook is to facilitate disability inclusion among mainstream sport providers by sharing SEDY2 project partners’ best practices and inclusive ideas.
DOCUMENT
Bij Sport en Bewegen leven verschillende vragen rondom studiesucces. Een van de vragen die de opleiding heeft is gericht op de werking van drempels en de mogelijke invloed daarvan op het aantal langstudeerders. Sport en Bewegen geeft aan dat het lukt om langstudeerders te laten uitstromen, maar doordat er nieuwe langstudeerders bij blijven komen, de totale groep niet afneemt. Een factor die op de instroom van langstudeerders van invloed zou kunnen zijn is de aanwezigheid van drempels in het curriculum. Binnen het programma van Sport en Bewegen zijn er verschillende drempels in het curriculum ingebouwd. Ten eerste zijn er bepaalde eisen waaraan studenten moeten voldoen voordat zij aan de stage in het 3e jaar mogen beginnen. De opleiding biedt de studenten die nog niet met hun stage mogen beginnen de optie om alvast de vakken te volgen die ze anders ná de stage zouden krijgen. Deze vakken worden twee keer in het jaar aangeboden. Een andere optie is dat studenten het 2e jaar opnieuw doen. Door deze twee opties aan te bieden kunnen studenten die nog niet aan hun stage mogen beginnen hun achterstand wegwerken, actief met de studie bezig blijven en blijven ze in contact met de opleiding en klasgenoten
DOCUMENT
Er is veel geschreven over de rol van sport in het bevorderen van sociaal, psycho‐ logisch en fysiek welbevinden van mensen. Deze literatuur is echter grotendeels gericht op het sociaal domein en daarbinnen veel op jonge mensen, maar weinig op contexten binnen een justitieel kader, bijvoorbeeld de gevangenis of reclasse‐ ring. De wetenschappelijke aandacht voor de meerwaarde van sport en bewegen voor delinquenten is beperkt. In een lopend onderzoeksproject onderzoeken wij de belangrijkste factoren om sport in te zetten ter bevordering van participatie van mensen in een kwetsbare positie (in detentie, de reclassering en de maatschappelijke opvang). Daarbinnen is een literatuurstudie uitgevoerd naar de meerwaarde van sport en bewegen, specifiek voor delinquenten. Dit betreft dus personen die binnen een justitieel kader sport- en beweegactiviteiten ondernemen of binnen een sportcontext re-integreren (denk bij dat laatste bijvoorbeeld aan vrijwilligerswerk op een sportclub in de laatste fase van detentie). In dit artikel wordt antwoord gegeven op de vraag: wat is in de literatuur bekend over de meerwaarde van sport en bewegen voor het reintegreren van delinquenten?
DOCUMENT
Book of abstracts of the 14th Annual Congress of the European Association for Sport Management.
DOCUMENT
Little consensus has emerged about how organizational performance should be defined and measured. Most studies have used traditional approaches to give their own perspective about organizational performance and effectiveness, but none have recently tried to encompass these different views into one unified model. In the present paper, Chelladurai's systems view of organizations is used to integrate the dimensions of organizational performance highlighted by previous studies on non-profit sport organizations. These organizational performance dimensions are highlighted and categorized into macro-dimensions (e.g., financial resources acquisition, size, internal atmosphere, organizational operating, financial independence, achieving elite sport success and mass sport participation). Relationships between these macro-dimensions are analyzed. A multidimensional framework is developed which gives an overview of which dimensions constitute organizational performance in non-profit sport organizations and of how to measure them. Further research directions and management implications are discussed.
LINK