In de jaren 2017-2019 is er door onderzoekers van de Hanzehogeschool Groningen, in opdracht van K&C/Compenta onderzoek gedaan naar ‘leergemeenschappen cultuureducatie’.
Inschatten van het risico van herhaald delictgedrag is steeds belangrijker in het forensisch sociale domein. In dit artikel wordt beschreven hoe de risicotaxatie het best vorm kan krijgen in de praktijk en wat de rol van de verpleegkundig specialist hierin kan zijn. Aan de hand van de casus over Kimberly wordt duidelijk hoe risicotaxatie gebruikt kan worden in de behandeling.
Onderzoek naar onderzoek, dat kan nogal abstract en ver weg van de praktijk klinken. Martine Ganzevles, docent en onderzoeker Sociaal Werk aan Hogeschool Utrecht, promoveert op sociaal werk-onderzoek, in het bijzonder praktijkgericht onderzoek dat sinds 2001 door lectoraten in het Nederlandse hbo wordt uitgevoerd. Hoe draagt dat onderzoek bij aan de doelen van het sociaal werk zelf; aan sociale inclusie, sociale participatie en sociale rechtvaardigheid?
We maken vrij toegankelijk, online opleidingsmateriaal voor lerarenopleidingen wiskunde. De basis hiervan vormt bestaand materiaal voor het voortgezet onderwijs uit het digitale repository van het Freudenthal Instituut. Dit materiaal wordt geactualiseerd en voorzien van opdrachten die studenten in de lerarenopleidingen uitdagen met het materiaal te oefenen in ontwerpen en uitvoeren van onderwijs.Doel We maken vrij toegankelijk, online opleidingsmateriaal voor lerarenopleidingen wiskunde. De basis hiervan vormt bestaand materiaal voor het voortgezet onderwijs uit het digitale repository van het Freudenthal Instituut. Dit materiaal wordt geactualiseerd en voorzien van opdrachten die studenten in de lerarenopleidingen uitdagen met het materiaal te oefenen in ontwerpen en uitvoeren van onderwijs. Om de effectiviteit van het materiaal te borgen en bij de opleidingen vertrouwen te kweken in het gebruik hiervan, ontwikkelen we een kwaliteitsstandaard. Zie voor meer informatie het activiteitenplan. Consortium/projectpartners HU, UU, NHL, HW, UvA, SLO (ondersteunend partner) Relevantie voor het onderwijs Momenteel geven alle lerarenopleidingen online opleidingsmateriaal een steeds grotere plaats in het curriculum. De wens, geëxpliciteerd in bijvoorbeeld het overleg van Samenwerkende Lerarenopleidingen Wiskunde, is om hierin samen te werken en materiaal ook open beschikbaar te stellen; dit is echter nog niet gerealiseerd. Een van de beoogde effecten van het plan is een verdere impuls in het gebruik en gezamenlijk beheer van open en online materiaal in alle opleidingen. Consortium/projectpartners HU, UU, NHL, HW, UvA, SLO (ondersteunend partner) Cofinanciering SURF Stimuleringsregeling Open en Online Onderwijs Resultaten We leveren in het project als resultaten op: (1) een verzameling open en online opleidingsmaterialen, (2) een kwaliteitsstandaard voor dergelijke materialen, (3) publicaties en structuren die bijdragen aan kennisdisseminatie en verduurzaming. Implementatie De kern van het project is om de rijke collectie leerlingmaterialen van het Freudenthal Instituut te actualiseren en vervolgens in te bedden in opleidingsmateriaal voor leraren-in-opleiding. Op deze manier slaan we een brug tussen het leerlingmateriaal en de behoeftes van de lerarenopleidingen, zodat de kwaliteit van de lerarenopleidingen verbetert en er zo impact is op het afnemend beroepenveld door effectiever didactisch handelen van leraren. Onderstaande figuur geeft een overzicht van de relevante producten; we zullen deze nu nader toelichten. Om het bestaande leerlingmateriaal te gebruiken als opleidingsmateriaal zullen we het voorzien van studieopdrachten. In deze studieopdrachten zal de verbinding worden gelegd met het theoretische materiaal dat reeds is geproduceerd door de samenwerkingsverbanden van lerarenopleidingen. Deze studieopdrachten zijn van tweeërlei aard: een deel richt zich op uitvoering en een deel op ontwerp. Opdrachten in de categorie uitvoering richten zich op de inzet van het leerlingmateriaal in de stagepraktijk, inclusief een evaluatie daarvan. Zo doen leraren-in-opleiding concrete ervaringen op met vernieuwende didactiek zonder dat ze alle complexe didactische keuzes meteen zelf moeten maken. De categorie ontwerp betreft aanpassing of uitbreiding van het leerlingmateriaal door studenten. Ook hier geldt weer dat studenten bij een complexe taak, te weten onderwijsontwerp, al een structuur krijgen aangereikt. Dit sluit aan bij de voornoemde opleidingsdidactische aspecten: authenticiteit, modelling, scaffolding en inzet van boundary objects. Om de effectiviteit van het materiaal te borgen en bij de opleidingen vertrouwen te kweken in het gebruik hiervan, ontwikkelen we een kwaliteitsstandaard. Deze standaard bestaat uit drie onderdelen: i) criteria ten aanzien van vormgeving, ii) relevantie van het materiaal vanuit het oogpunt van de gewenste ontwikkeling van het wiskundeonderwijs, en iii) bruikbaarheid en effectiviteit. Ten behoeve van deze laatste categorie testen we de materialen gedurende de looptijd van het project in cursussen van de lerarenopleidingen. Alles wat in het project wordt samengebracht en doorontwikkeld, dus de opleidingsmaterialen met de daarin ingebedde leerlingmaterialen, publiceren we onder een open licentie zodat het vrij is voor hergebruik en aanpassingen. Metadatering en publicatie op het Wikiwijs leermiddelenplein verhogen de vindbaarheid van het materiaal. Om de bekendheid te bevorderen, zullen we de materialen onder de aandacht brengen van alle Nederlandse lerarenopleidingen door een brochure die onder alle lerarenopleidingen wiskunde wordt verspreid, presentaties op conferenties voor leraren en lerarenopleiders en minimaal twee publicaties in vaktijdschriften. Het materiaal wordt al in de looptijd van het project ingebed in curricula van de deelnemende lerarenopleidingen en verbonden met de vakdidactische literatuur uit onder andere SLW. Aan het einde van een project is een gebruikerspool actief die zich blijvend eigenaar voelt van het materiaal. Looptijd 01 september 2019 - 28 februari 2021 Aanpak
In deze Top-up zetten we in op doorwerking van de resultaten uit het project ‘Passende Zorg bij Zwangerschap’. In dit project is de basis gelegd voor een duurzame kennisinfrastructuur ter ondersteuning van verloskundigen bij het evidence-based handelen. Deze kennisinfrastructuur bestaat uit 1) twee factsheets over relevante, verloskundige onderwerpen en 2) twee Blended Practice Communities (BPC) waarin verloskundigen samenwerken en samen leren hoe EBM gebruikt kan worden in de praktijk. Evaluatie laat positieve resultaten zien, maar geeft ook inzicht in verbeterpunten voor praktijk en onderwijs. Deze Top-up heeft als doel het ontwikkelen van een derde, volledig online, BPC en in te gaan op een derde epidemiologisch domein, te weten Interventie-onderzoek. In een pilot willen we evalueren of deze variant tot dezelfde opbrengsten leidt als de twee eerder ontwikkelde BPC’s. Indien dit het geval is, beogen we deze eerder ontwikkelde BPC’s aan te passen om zo een vollediger programma te kunnen aanbieden aan verloskundigen. Daarnaast onderzoeken we in de Top-up de potentie van het programma in de stagepraktijk waar VIO’s en verloskundigen elkaar ondersteunen in hun ontwikkelproces met uitwisseling van theoretische kennis, klinisch redeneren en praktijkervaring. Deze Top-up draagt bij aan verdere kennis over een totaalprogramma voor verloskundigen (in opleiding) om hen te ondersteunen bij evidence-based werken. Het uiteindelijke programma verspreiden we via ons landelijk netwerk in de verloskundige zorg en onderwijs.
Werkplekleren is een belangrijk onderdeel van beroepsopleidingen. Toch weten we weinig over hoe praktijkopleiders het leren van studenten op de werkplek ondersteunen. In dit promotieonderzoek wordt de begeleiding van studenten tijdens stages onderzocht.