Uitspoeling van nutriënten uit landbouwpolders heeft een negatieve invloed op de waterkwaliteit in de Friese boezem. Deze diffuse bron levert een aanzienlijk deel van de nutriëntenbelasting op de Friese boezem. Mede hierdoor heeft Wetterskip Fryslân grote moeite de door haar gestelde doelen voor de Kaderrichtlijn Water te realiseren. Dit rapport beschrijft de uitkomsten van een theoretische verkenning van de (on)mogelijkheid om deze nutriëntenstroom af te vangen in zuiverende moerassen. Voor deze moerassen gaan we uit van gewassen die ook interessant zijn voor hun biomassaproductie, zodat de nutriënten na te zijn omgezet in biomassa weer terug kunnen worden gebracht in de agrarische productieketen, of als apart product kunnen worden vermarkt.
MULTIFILE
Bij het klimaatrobuust inrichten van een beekdallandschap ontstaan er plaatsen waar agrarische percelen natter worden. Op deze percelen is dan een andere bedrijfsvoering nodig. Natte landbouw (paludicultuur) kan een oplossing bieden waar zowel de agrariër als de natuur een voordeel hebben. Uit dit onderzoek blijkt dat er veel soorten natte teelten geschikt zijn. Lisdodde heeft de meeste potentie om een rendabele teelt te worden vanwege de teeltmogelijkheden en groeiende afzetmarkt. Er komen steeds nieuwe toepassingen op de markt, zoals de verwerking tot duurzame, veenvrije potgrond. De business case voor lisdodde is nu nog niet sluitend. Teelt wordt rendabeler als de markt volwassener wordt en ecosysteemdiensten worden beloond. Hoe de biodiversiteit versterkt kan worden met een slimme landschappelijke inpassing van natte teelten wordt momenteel nog onderzocht. Zo kunnen in de toekomst landbouw en natuur nog meer baat hebben bij een klimaatrobuuste water- en landinrichting.
MULTIFILE
De globale trend van bevolkingsgroei en verstedelijking leidt onherroepelijk tot meer vraag naar voedsel in de stad. Tegelijkertijd is er een trend in de vraag naar duurzaam en/of lokaal geproduceerd voedsel te herkennen. Het in de stad produceren van voedsel, Urban Farming, kan een antwoord bieden op beide trends. Er zijn verschillende vormen van Urban Farming te benoemen. Eén daarvan is verticale landbouw, waarbij er in hoogbouw in de stad teelt van groente, fruit en wellicht ook vis en vlees plaatsvindt. Hoewel er inmiddels veel kennis over verticale landbouw voorhanden is, zijn er nog altijd geen high-tech verticale boerderijen in Nederland gerealiseerd. De hoge mate van leegstand van kantoorpanden in Amsterdam in combinatie met de aanwezige kennis biedt veel mogelijkheden voor de realisatie van een hoogwaardige ‘Urban Farm’ in deze stadsregio. In dit boekwerk leest u de resultaten van het toegepast onderzoek naar verticale stadslandbouw, ook wel vertical farming genoemd. Dit is één van de twee publicaties van het onderzoeksproject Sustainable Systems for Food. Het project is uitgevoerd door het CleanTech onderzoeksprogramma met behulp van RAAK-mkb subsidie van de Stichting Innovatie Alliantie. Deze publicatie is bedoeld voor professionals geïnteresseerd in de technologische aspecten van verticale stadslandbouw. Het boek geeft inzicht in wat verticale stadslandbouw inhoudt en welke technologieën en innovatieve concepten nu en in de toekomst voorhanden zijn om verticale stadslandbouw te bedrijven. Het boek laat ondernemers en beleidsmakers zien hoe verticale teelt kan bijdragen aan hun doelstellingen en voor welke uitdagingen ze staan. Daarnaast geeft het eigenaren van leegstaande gebouwen inzicht in de mogelijkheden en implicaties van verticale teelt voor hun pand. Voor bedrijven die technologische systemen ontwikkelen en leveren voor gebouwen en (glas)tuinbouw, biedt deze publicatie een blik op de toekomstige technologische mogelijkheden en geeft het een aanzet tot een strategische ontwikkelagenda voor verticale stadslandbouw. Tot besluit toont deze publicatie de onderzoeksactiviteiten die de HvA op dit terrein ontplooit, waaronder de ontwikkeling van vertical farming prototypes en demonstrators, en waar voor eenieder mogelijkheden liggen voor samenwerking.
DOCUMENT
Diverse partijen, zowel marktpartijen als kennisinstellingen, gaan in 2020 samenwerken in een pilot om te toetsen in hoeverre zij de plant kardoen (familie van de artisjok distel) in haar volle potentieel kunnen gebruiken voor diverse commerciële doeleinden, zoals bloemen, voedsel, composiet en een lamp. Er wordt in deze pilot onderzoek gedaan naar: - Gebruik van reststromen als bodemverbeteraar - Teelt van kardoen - Verwerking van kardoen
De glastuinbouw in Nederland is wereldwijd toonaangevend en loopt voorop in automatisering en data-gedreven bedrijfsvoering. Voor de data-gedreven teelt wordt, naast het monitoren van de kas-parameters ook het monitoren van gewasparameters steeds meer gevraagd. De sector is daarbij vooral geïnteresseerd in niet-destructieve, contactloze en persoonsonafhankelijk monitoring van gewassen. Optische sensortechnologie, zoals spectrale afbeeldingstechnologie, kan veel waardevolle informatie opleveren over de staat van een gewas of vrucht, bijvoorbeeld over het suikergehalte, maar ook de aanwezigheid van plantziektes of insecten. Echter is dit vaak een te kostbare oplossing voor zowel de technologiebedrijven die oplossingen leveren als voor de telers zelf. In dit project onderzoeken wij de mogelijkheid om spectrale beeldvorming tegen lagere kosten te realiseren. Het beoogde resultaat is een prototype van een instrument dat tegen lage kosten met spectrale beeldvorming een of meerdere gewaseigenschappen kan kwantificeren. Realisatie van dit prototype heeft een sterke Fotonica-component (expertise Haagse Hogeschool) maakt gebruik van Machine Learning (expertise perClass) en is bedoeld voor toepassing op scout robots in de glastuinbouw (expertise Mythronics). Een betaalbare oplossing betekent in potentie voor de teler een betere controle over kwaliteit van het gewas en automatisering voor detectie van ziekte-uitbraken. Bij een succesvol prototype kan deze innovatie leiden tot betere voedselkwaliteit en minder verspilling in de glastuinbouw.
In onze visie voeren robots autonoom taken uit op de akker. Ze kunnen zaaien, oogsten, onkruid verwijderen, gewassen monitoren en verzorgen. Hierdoor zijn agrariërs minder kostbare tijd kwijt aan basistaken. Ook zijn er met dit soort robots geen (of veel minder) bestrijdingsmiddelen nodig en rijden er geen zware machines meer op het land. Dit leidt tot minder bodemverdichting en daardoor hoeft het land niet (of minder diep) te worden omgeploegd. Naast een enorme besparing op brandstof leidt dit ook tot een betere bodemkwaliteit en worden nieuwe teelten mogelijk. Agrarische robots zijn volop in ontwikkeling. Er zijn echter nog een aantal uitdagingen die opgelost moeten worden. Eén van die uitdagingen is volledig autonome, robuuste en veilige navigatie. De robot moet kunnen rijden zonder een bestuurder. Het AgriNav project: Agricultural Navigation In dit project werkt Saxion samen met drie pioniers op het gebied van agrarische robots in Nederland. Het doel is om een gedegen beeld van oplossingen voor het navigatieprobleem te ontwikkelen. We brengen daarvoor in kaart welke producten en frameworks er zijn en in hoeverre deze direct te gebruiken zijn. Op basis van de bevindingen maken we een afweging of de navigatie oplossing wordt ingekocht of dat deze zelf wordt ontwikkeld, bijvoorbeeld op basis van bestaande open source projecten. Onderdeel van dit KIEM project is het starten van vervolgtrajecten, zoals RAAK-mkb of RAAK-PRO. Impact Het project “AgriNav” geeft de inzet van kleine autonome zelfrijdende robots in de agrarische sector een boost, waardoor er nieuwe en duurzamere landbouw kan ontstaan. Dit past bij de ambitie van Nederland om voorop te lopen op het gebied van technologie voor voedselproductie. Door het project wordt de kennispositie van het consortium versterkt in zowel de topsector HTSM als AgriFood en de NWA routes “Duurzame productie van gezond en veilig voedsel” en “smart industrie”.
Lectoraat, onderdeel van HAS green academy
Lectoraat, onderdeel van HAS green academy
Lectoraat, onderdeel van HAS green academy