Om te kunnen functioneren in de huidige kennismaatschappij worden kritische en onderzoekende vaardigheden belangrijk geacht voor toekomstige professionals (De Boer, 2017). Hogescholen spelen een belangrijke rol in het opleiden van deze professionals en hebben mede daarom de wettelijke taak gekregen om onderzoek te doen en dit te integreren in het onderwijs (Griffioen & De Jong, 2015). Hoe dragen docenten, onderzoekers, onderzoek- en onderwijsmanagers in de dagelijkse praktijk bij aan het samenbrengen van onderzoek en onderwijs? Om deze vraag te beantwoorden werden N=61 interviews afgenomen met deze actoren binnen drie Nederlandse hogescholen. De resultaten laten zien dat de gedragsintenties die de respondenten bespreken verdeeld kunnen worden in drie categorieën: integratie van onderzoek in onderwijs; integratie van onderwijs in onderzoek; en het samenkomen van onderzoek en onderwijs. In de drie categorieën kan zowel ‘direct gedrag’ als ‘ondersteunend gedrag’ onderscheiden worden. Opvallend is dat de focus binnen de gedragsintenties ligt op het integreren van iets van onderzoek in het onderwijs, en in mindere mate van iets van onderwijs in het onderzoek. De implicaties van de resultaten en de opzet van het vervolgonderzoek worden bediscussieerd met het publiek tijdens het congres.
DOCUMENT
Intreerede in verkorte vorm uitgesproken bij de aanvaarding van de positie van lector Vitale Vakdidactiek aan NHL Stenden Hogeschool op vrijdag 15 november 2019 door dr. Siebrich de Vries
DOCUMENT
Het onderzoek naar vreemdetaalverwerving en de onderwijspraktijk in de moderne vreemde talen lijken twee werelden die niet veel gemeen hebben. Maar het tegendeel is waar. Taalonderzoek en taalonderwijs kunnen bouwen op elkaars inzichten: het begrip van essentiële verschijnselen als taal, communicatie en cultuur kan inhoud geven aan het talenonderwijs en het taalleerproces versterken.
DOCUMENT
Nederlands is een kernvak op school dat een belangrijke rol speelt bij de ontwikkeling van taalvaardigheid van alle leerlingen. Inzicht in de grammatica van een taal kan daaraan bijdragen. Het huidige grammaticaonderwijs in scholen is echter nog (te) vaak gericht op het leren van ezelbruggetjes, trucjes en ‘teaching to the test’, en draagt in die vorm nauwelijks bij aan taalinzicht van leerlingen. Leraren weten vaak niet goed hoe ze grammaticaonderwijs op een betekenisvolle manier kunnen vormgeven en leerlingen begrijpen vaak niet waar ze grammatica voor nodig hebben. Uit onderzoek bij vwo-leerlingen blijkt dat grammaticaonderwijs betekenisvoller wordt door het gebruik van zogeheten ‘metaconcepten’ en het stimuleren van grammaticale redeneervaardigheid. Een dergelijke benadering leidt bij die leerlingenpopulatie eveneens tot sterke verbeteringen in het redeneren over grammaticale problemen, en daarmee tot een dieper inzicht in de materie. Over de invloed van een ‘metaconceptuele’ didactische aanpak gericht op taalinzicht van vmbo-leerlingen is echter nog weinig bekend, terwijl juist bij deze leerlingen de ontwikkeling van taalvaardigheid doorgaans extra aandacht vraagt. Taalbeheersing speelt immers een belangrijke rol in kansen en mogelijkheden die leerlingen zowel tijdens als na hun schoolloopbaan krijgen. Het hier voorgestelde onderzoek heeft als doel betekenisgericht grammaticaonderwijs te ontwikkelen voor vmbo-kaderleerlingen. In de eerste fase van het project wordt de Lesson Study-methodiek ingezet om grammaticaonderwijs voor vmbo-kader leerlingen te ontwerpen gericht op de ontwikkeling van taalinzicht en redeneervermogen en, parallel daaraan, de vakdidactische professionalisering van de deelnemende leraren Nederlands te stimuleren. Vervolgens wordt in de tweede fase van het project een quasi-experimenteel interventieonderzoek uitgevoerd om zicht te krijgen op de invloed van de ontworpen didactische aanpak op de ontwikkeling van het grammaticale inzicht en redeneervermogen van de onderzoeksgroep.
De zomer van 2021: extreme hitte aan de westkust van de VS, overstromingen in Nederland en Duitsland, de wereldwijde coronacrisis en een humanitaire ramp in Afghanistan. Aardrijkskunde is bij uitstek het schoolvak om leerlingen voor te bereiden op hun rol in de toekomst en de maatschappij. In dit onderzoek zoeken we uit wat ervoor nodig is om de best mogelijke aardrijkskundeleraren op te leiden.
De zomer van 2021: extreme hitte aan de westkust van de VS, overstromingen in Nederland en Duitsland, de wereldwijde coronacrisis en een humanitaire ramp in Afghanistan. Aardrijkskunde is bij uitstek het schoolvak om leerlingen voor te bereiden op hun rol in de toekomst en de maatschappij. In dit onderzoek zoeken we uit wat ervoor nodig is om de best mogelijke aardrijkskundeleraren op te leiden.Doel Er is in Nederland een groeiend lerarentekort: er is behoefte aan meer leraren en vooral aan goede leraren. Met dit onderzoek willen we inzicht krijgen in de vakdidactische ontwikkeling van aardrijkskunde leraren-in-opleiding. Met deze kennis kunnen lerarenopleiders hun studenten optimaal begeleiden in hun ontwikkeling tot leraar. Resultaten Met dit onderzoek ontwikkelen we kennis van en krijgen we inzicht in: de vakdidactische kennis van de startbekwame leraar aardrijkskunde de manier waarop werkplekbegeleiders hun studenten vakdidactisch begeleiden de overeenkomsten en verschillen tussen hbo-bachelor lerarenopleidingen aardrijkskunde in Nederland Waardoor we uiteindelijk: van 24 aardrijkskunde leraren-in-opleiding leerportretten kunnen maken die een beeld geven van hun vakdidactische ontwikkeling handvaten hebben voor de optimale vakdidactische begeleiding van leraren-in-opleiding Looptijd 01 september 2021 - 31 augustus 2026 Aanpak We volgen een groep aardrijkskundestudenten tijdens drie opeenvolgende jaren van hun opleiding tot leraar en onderzoeken hoe zij zich vakdidactisch ontwikkelen. We bekijken de invloed van de lerarenopleiding en de invloed van de werkplekbegeleider. Daarvoor leggen we elk jaar een lesbezoek af en interviewen we studenten over hun eigen vakdidactische ontwikkeling. Cofinanciering Dit project wordt mogelijk gemaakt door een financiering van de NWO promotiebeurs voor leraren.