Mensen met ervaringskennis aan het woord laten in filmpjes of brieven maakt de communicatie persoonlijker en inlevender. Uit interviews bleek dat mensen met een smalle beurs een voorkeur hadden voor een filmpje waarin een voormalige cliënt van schuldhulpverlening vertelde over haar ervaringen. Dat filmpje trok de aandacht door het persoonlijke verhaal wat erin verteld werd. Het filmpje straalde ook meer empathie en een oordeelvrije houding uit en gaf mensen het gevoel niet de enige te zijn die met financiële problemen kampen. Deze verkenning levert eerste aanwijzingen op voor de meerwaarde van ervaringskennis meerwaarde in de communicatie via filmpjes. De werkzame bestanddelen die in directe communicatie naar voren komen, blijken ook via een filmpje te worden behaald. In het rapport zitten naast deze resultaten nog praktische tips voor wie zelf aan de slag wil met ervaringskennis in communicatie. Dit onderzoek is onderdeel van het onderzoek naar vroegsignalering in het kader van het project Eerder uit de schulden. In december 2023 zijn de succesfactoren van de Vroeg Eropaf-aanpak van de gemeente Amsterdam gepubliceerd in het achtergrondrapport ‘Vroeg Eropaf-aanpak binnen de gemeente Amsterdam – wat werkt?’. Ook werden drie verbeterslagen van vroegsignaleringsmethoden onderzocht. Een van die verbeterslagen was dit kwalitatieve onderzoek naar de meerwaarde van ervaringskennis onderzochten Susanne Tonnon en Laura Nuiver de toegevoegde waarde van de inzet van ervaringskennis in de communicatie rondom vroegsignalering.
DOCUMENT
Dit rapport bevat de resultaten van een evaluatieonderzoek naar de werking van vroegsignalering in de praktijk. We onderzochten onder meer de rol van vastelastenpartners (schuldeisers), hoe gemeenten signalen ontvangen en verwerken, hoe betrokken partijen samenwerken, en in hoeverre de aanpak daadwerkelijk bijdraagt aan het bereiken van mensen met (dreigende) problematische schulden. Doel van de evaluatie is om inzicht te bieden in wat werkt, wat beter kan, en in hoe vroegsignalering verder ontwikkeld kan worden. De uitvoering van het onderzoek was het werk van een samenwerkingsverband van onderzoekers van Panteia, Hogeschool Utrecht en Bureau Bartels. De opdrachtgever is het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
DOCUMENT
De schuldenproblematiek in Nederland neemt al jaren toe. Er zijn inmiddels bijna een miljoen huishoudens met een (risico op) problematische schulden (941.000). Omdat schuldhulpverlening lang niet altijd tot een schuldenvrije toekomst leidt, daarop flink bezuinigd wordt en de effectiviteit van schuldpreventie niet is aangetoond, is vroegsignalering van groot belang. Diverse crediteuren en partijen die betrokken zijn bij het oplossen van problematische schulden hebben gezamenlijk een systeem voor vroegsignalering ontworpen, het Landelijk Informatiesysteem Schulden (LIS). Door huur-, energie-, BKR-achterstanden te registreren op op daartoe gezette momenten door woningcorporaties, energiebedrijven, banken en kredietverstrekkers te laten raadplegen, kunnen zij waar nodig andere, meer passende keuzen maken in de levering van hun diensten en producten. Als gevolg hiervan komen minder huishoudens in een problematische schuldsituatie en/of zullen zij eerder schuldhulp zoeken.
DOCUMENT
Het Kenniscentrum Sociale Innovatie van Hogeschool Utrecht doet onderzoek naar de maatschappelijke effecten van de lokale aanpak extremisme. Centraal staat daarbij de vraag: beschikken eerstelijnswerkers over de nodige kennis en begrip om de mate van bereidheid voor (gewelddadig) extremisme en terrorisme van een individu te beoordelen? Vandaag komt het tweede rapport uit in een reeks van drie. Het verkennende onderzoek richt zich op risico-inschattingen van lokale veiligheidsprofessionals aangaande de volgende vraag: in hoeverre is een jongere over wie signalen van vermeende radicalisering binnenkomen, bereid om geweld te gebruiken? In de meeste gevallen gaat het wellicht om vijandige uitingen of gedrag, maar niet om jongeren die voornemens zijn om daadwerkelijk gewelddadige acties te ondernemen. Als zodanig beslissen eerstelijnsprofessionals bij het adresseren van risico’s of bedreigingen tegelijkertijd ook over het recht op vrijheid van meningsuiting. Dan is het wel van groot belang om in kaart te brengen hoe vermeende signalen gewogen en geduid worden op gemeentelijk niveau.
DOCUMENT
De afgelopen jaren richt terrorismebestrijding zich meer op het anticiperen op de dreiging die ervan uitgaat. Vroegsignalering van afwijkend gedrag onder jongeren is daarom een belangrijk onderdeel van de aanpak geworden. Eerstelijns professionals die in de haarvaten van de samenleving hun werk doen, worden aangespoord om radicaliseringsprocessen naar gewelddadig gedrag in een vroeg stadium te signaleren. Een rol die ook is toegewezen aan de wijkagent. Tot op heden is echter weinig bekend over hoe lokale politieagenten deze taak naar eigen inzicht oppakken. Ook verschenen in de Sdu uitgave Het tijdschrift voor de Politie 2020(3), 32-35.
LINK
De vroegsignaleringsaanpak in Amsterdam heeft een zeer hoog bereik: volgens dit recent onderzoek lukt het bij 80% van de inwoners met signalen van betalingsachterstanden om contact te maken. Bureau Bartels, Verwey-Jonker Instituut, Centraal Bureau voor de Statistiek en Hogeschool Utrecht brachten in samenwerking met Gemeente Amsterdam in kaart wat de Vroeg Eropaf-aanpak zo succesvol maakt: • Het outreachend werken en proactief benaderen van inwoners met betaalachterstanden. Dus: niet wachten tot inwoners zelf op zoek gaan naar hulp. • Gecombineerde aanpak: inwoners benaderen via huisbezoek en telefoon en e-mail en WhatsApp, en alle andere manieren die je kunt bedenken. • Verwachtingsmanagement: duidelijk en eerlijk zijn over mogelijke dienstverlening. • Maken van echt contact: luisteren naar de inwoner en horen welke vragen, twijfels, angsten of oplossingen de inwoner heeft. Vervolgens is op drie manieren geprobeerd de Vroeg Eropaf-aanpak nog effectiever te maken: de eerste brief werd aangepast, er werd een videoclip ingezet, en inwoners zijn bevraagd over een brief en een videoclip waarin een persoon met ervaringskennis aan het woord kwam. In het rapport ‘Drie verkenningen voor het optimaliseren van de Vroeg Eropaf-Aanpak’ in Amsterdam staan concrete tips om de schriftelijke communicatie te verbeteren, aandachtspunten bij de verspreiding van een videoclip en tips voor de inzet van ervaringskennis in communicatie inzake vroegsignalering.
DOCUMENT
Met subsidie vanuit het programma Vakkundig aan het werk van ZonMw deed het lectoraat Armoede Interventies in de afgelopen jaren onderzoek naar de Frontlijnbenadering, een outreachende werkwijze ontwikkeld door PPMO Frontlijn, een projectenbureau en innovatieplatform van de gemeente Rotterdam dat ongeveer vijftien jaar bestaat. Het rapport heet ‘Wanneer je uitvoerders de ruimte geeft’.Frontlijn werkt als organisatie met coaches die zichzelf plaatsen tussen de wereld van de burger en het systeem vanuit waar ze werken: een systeem dat doorgaans sterk inzet op afgebakende kaders zoals protocollen, richtlijnen en checklists. Tussen deze leef- en systeemwereld bevindt zich de ‘frontlijn’. Frontlijncoaches onderscheiden zich doordat ze met brede uitvoeringskaders werken. Outreachend werken kan bijvoorbeeld worden opgevat als het simpelweg verplaatsen van een gemeentelijk loket dichter naar de burger, maar het kan ook worden gezien als het actief benaderen van de burger, ongevraagd, om te kijken hoe het met hem of haar gaat.Projecten die Frontlijn geïmplementeerd heeft zijn bijvoorbeeld vroegsignaleringsprojecten voor kwetsbare burgers met financiële problemen, Moeders van Rotterdam, Samen Leren, het Administratief Juridisch Team en de Children’s Zone. Het lectoraat vervaardigde een interventie-beschrijving van de Frontlijn-benadering voor vroegsignalering en integrale hulpverlening en onderzocht de effecten.
DOCUMENT
De resultaten van het onderzoek ´vroegsignalering dementie en ICT´, een Slimme Zorg project )provincie Noord Brabant' wordt gepresenteerd.
DOCUMENT
Vroegsignalering van Dementie.... met ICT? Eveline Wouters, Stephan Roijers Doelstelling Dementie wordt vaak laat ontdekt. Onderzocht werd of en hoe een ICT-systeem ontworpen kan worden, waarmee vroege signalen van dementie vanuit de sociale omgeving van ouderen kunnen worden ingezameld en gebundeld. Doel is om problemen in de fase voorafgaand aan de diagnose te verminderen, acute opnames te voorkomen en het moment van opname in een verzorgings- of verpleegtehuis uit te stellen. Methodologie Het sociale netwerk van 12 ouderen is in kaart gebracht om mogelijke actoren te identificeren 12 Formele hulpverleners, 12 informele hulpverleners en 8 mantelzorgers van dementerenden zijn geïnterviewd omtrent hun ervaringen met (verwerking van) vroege signalen van dementie. Bij alle deelnemers werd hun houding ten opzichte van een centraal signaleringssysteem onderzocht Via een expertsessie met ruim 20 deelnemers zijn de resultaten vertaald naar aanbevelingen De aanbevelingen zijn tenslotte getoetst in focusgroepsessies met 25 senioren en mantelzorgers Resultaten De resultaten laten zien dat alle direct betrokkenen behoefte hebben aan ondersteuning in de beginfase van dementie, maar dat de drempels hoog zijn. De naaste familie staat centraal in het sociale netwerk van ouderen en de signalering van dementie; andere actoren zijn verwaarloosbaar. Ten opzichte van een centraal signaleringssysteem is men voorzichtig positief, met privacy als belangrijkste aandachtspunt. Praktische aanbevelingen Mensen moeten in eerste instantie vooral gecoacht worden tot het nemen van stappen en vervolgens alle informatie krijgen om zelf te kunnen bepalen welke stappen dat zijn. De huidige tools en communicatievormen zijn hiervoor onvoldoende geschikt en het hulpaanbod is te versnipperd en ondoorzichtig. Een laagdrempelig informatie/verwijssysteem gecombineerd met signaleringsfuncties kan hierbij helpen. Zo'n informatiesysteem moet niet stigmatiseren (niet het dementiestempel hebben), zeer vraaggestuurd zijn (huidige informatie is te generiek) en beheer van de gegevens bij de gebruiker laten (privacy). Een benadering vanuit de welzijnskant is toegankelijker dan een benadering vanuit de ziekte- of zorgkant. Keywords: dementie, vroegsignalering, vraagsturing, zelfregie
DOCUMENT