Wat hebben maatschappelijk werkers, leraren in het middelbaar onderwijs, ondernemers in een grootstedelijke winkelstraat, schoonmakers in een verzorgingstehuis en hbo studenten in de Randstad met elkaar gemeen? Dat ze werken en leren in een omgeving waar 'autochtone' Nederlanders niet meer vanzelfsprekend in de meerderheid zijn. Integratie is hier een zaak van een samenleving van minderheden geworden. (Hoe) lukt het mensen om in zo'n 'superdiverse' omgeving relaties aan te gaan over de grenzen van hun 'eigen' groep heen: op welke terreinen vinden ze elkaar, en wanneer stokt de communicatie? En welke rol spelen verschillen in cultuur hier eigenlijk bij? Dit boek bevat het verslag van een aantal casestudies naar alledaagse omgangsvormen in de grootstedelijke samenleving, verricht door onderzoekers verbonden aan het lectoraat Burgerschap en Diversiteit van De Haagse Hogeschool.
In 2020 hebben drie docentonderzoekers (Irene de Kleyn, Mariska Dinkelman en Marleen IJzerman) vanuit het lectoraat Meertaligheid en Onderwijs een inventarisatieonderzoek opgezet en uitgevoerd onder een representatieve afvaardiging van lerarenopleiders en studenten van de internationale varianten van de lerarenopleidingen Duits, Engels, Frans en Spaans van Instituut Archimedes (IA) die zijn gebundeld onder “Teacher Education” (TeacherEd). Het onderzoek had als doel inzicht te krijgen in de rol/plek van meertaligheid als leermiddel, leerdoel en context in de verschillende curricula van de TeacherEd.
Media4ME Intercultureel is een samenwerkingsverband tussen stichting Mira Media, het eSociety Instituut van De Haagse Hogeschool en PDC.Media4ME heeft als doel actief burgerschap, interculturele dialoog en sociale cohesie op wijk- en lokaal niveau te stimuleren, door het bevorderen van een samenhangend geheel van interculturele sociale media en ICT – tools. De opzet van Media4ME Intercultureel is om in Amsterdam Nieuw -West en Overvecht (Utrecht)interculturele sociale en andere media in te zetten ter verbetering van de kwaliteit van het leven in de wijk. Het doel van onderhavig onderzoek is om wijkmedia beter te gebruiken om zo bij te dragen aan de kwaliteit van het leven voor bewoners en de wijk. Voor dit onderzoek is gesproken met wijkprofessionals en bewoners in de twee wijken. In deze publicatie laat het eSociety Instituut zien wat het effect van de inzet van wijkmediaprojecten is op het mediagebruik van professionals en van bewoners ten behoeve van sociale doeleinden. Dit kan wijken helpen in hun aanpak met betrekking tot het gebruik van wijkmedia. De analyse van de gesprekken heeft geleid tot de volgende conclusies: • Professionals en bewoners zijn positief over het gebruik van media ten behoeve van sociale doeleinden. • Professionals hebben normale reserves over techniek, doelgroep, organisatie en zichzelf. • De trainingen en activiteiten van Media4ME worden door de deelnemers als succesvol ervaren. • Het gebruik van sociale en andere media dragen positief bij aan de kwaliteit van het leven van bewoners
Sinds 2017 vindt er landelijk een reorganisatie van de economische opleidingen plaats. De 35 nieuwe opleidingen zullen in september 2018 gaan starten. In voorbereiding op deze herstructurering is er landelijke onderzoek o.a. in samenwerking met grotere bedrijven en multinationals uitgevoerd. Echter, veel afgestudeerden uit het internationaal-economische domein – vooral de afgestudeerden van de landelijk gelegen hogescholen – zouden graag na hun afstuderen in de regio blijven en solliciteren daarom bij het regionale MKB. Tegelijkertijd valt te verwachten dat als gevolg van toegenomen globalisering binnen het MKB nog steeds veel behoefte bestaat aan afgestudeerde HBOers met een internationaal profiel. Om die reden is een aanvullend regionaal onderzoek relevant. Centraal staat hierbij een behoefteanalyse van het regionale MKB - waaronder veel familiebedrijven - in de landelijk gelegen gebieden waarin de deelnemende hogescholen zich bevinden. Dit onderzoek wil ingaan op de behoeften die de regionale MKBs en familiebedrijven hebben aan economisch-internationaal geschoolde medewerkers en aan de vaardigheden waaraan deze moeten voldoen, specifiek m.b.t. de zogenaamde 21st century skills. De internationaal geschoolde afgestudeerden die in de regio aan de slag gaan noemen wij “internationale bruggenbouwers” en deze kunnen door hun internationale achtergrond de regionale economie (indirect) versterken, mits zij ook voldoen aan de vaardigheden die bekend staan onder de 21st century skills. Kortom: Dit onderzoek combineert een behoefteanalyse vanuit de kenniskant van de opleiding International Business (IB) met de vaardighedenkant (21 century skills), waarbij de nadruk zal liggen op de facetten: intermenselijke communicatie, interculturele competenties, de kritische reflectie en het onderzoekende vermogen zoals ook de creatief-flexibele werk- en denkwijze.
Kinderen bewegen minder dan hun ouders vroeger deden. Dit heeft nadelige gevolgen voor de fitheid en motoriek van kinderen: kinderen zijn minder sterk en flexibel, maar ook minder vaardig in bewegen. De afgelopen jaren is er meer aandacht van professionals uit verschillende domeinen voor de achterblijvende motorische ontwikkeling van kinderen. Echter, de ondersteuning van ouders voor beweegaanbod ontbreekt vaak. Ook heeft een uurtje fysiotherapie of extra gymles op school weinig effect als er binnen het gezin van kinderen geen aandacht is voor regelmatig en gevarieerd bewegen. In dit project ontwerpen we samen met kinderen, ouders en professionals twee toolboxen: één voor de professionals in het partnerschap met ouders en daaraan gekoppeld één voor voor de ouders en kinderen in de thuissituatie. De toolboxen bieden kennis, vaardigheden, handvatten en activiteiten om 1) pedagogisch partnerschap tussen ouders en professionals te verstevigen, waarbij op maat gesneden kennis en vaardigheden worden aangeboden; 2) te zorgen dat meer kinderen, waarbij een achterstand in de motoriek is gesignaleerd, starten met ondersteunend buitenschools beweegaanbod en blijven deelnemen; 3) kinderen thuis meer gestimuleerd worden om regelmatig en gevarieerd te bewegen. Bij dit project is een breed consortium betrokken: de doelgroep zelf en partners uit praktijk en beleid vanuit de verschillende domeinen (onderwijs, pedagogiek, sport en zorg), hogescholen, en universiteiten.