In deze fase bepaalt het team of de aanpak aansluit bij de behoeften van het team en/of het team voldoet aan de voorwaarden. Ook wordt verkend of er een complexe leervraag voor het primaire onderwijsproces bestaat. Als het team besluit dat het verder wil met de aanpak, is het belangrijk om de randvoorwaarden voor het teamleertraject op orde te brengen. Deze fase resulteert in een plan van aanpak voor het teamontwikkeltraject.
LINK
31-12-2023Background: The purpose of this study was to explore physiotherapists’ knowledge, attitude, and practice behavior in assessing and managing patients with non-specific, non-traumatic, acute- and subacute neck pain, with a focus on prognostic factors for chronification. Method: A qualitative study using in-depth semi-structured interviews was conducted with 13 physiotherapists working in primary care. A purposive sampling method served to seek the broadest perspectives. The knowledgeattitude and practice framework was used as an analytic lens throughout the process. Textual data were analyzed using qualitative content analysis with an inductive approach and constant comparison. Results: Seven main themes emerged from the data; physiotherapists self-estimated knowledge and attitude, role clarity, therapeutic relationship, internal- and external barriers to practice behavior, physiotherapists’ practice behaviors, and self-reflection. These findings are presented in an adjusted knowledge-attitude and practice behavior framework. Conclusion: A complex relationship was found between a physiotherapist’s knowledge about, attitude, and practice behavior concerning the diagnostic process and interventions for non-specific, non-traumatic, acute, and subacute neck pain. Overall, physiotherapists used a biopsychosocial view of patients with non-specific neck pain. Physiotherapists’ practice behaviors was influenced by individual attitudes towards their professional role and therapeutic relationship with the patient, and individual knowledge and skills, personal routines and habits, the feeling of powerlessness to modify patients’ external factors, and patients’ lack of willingness to a biopsychosocial approach influenced physiotherapists’ clinical decisions. In addition, we found self-reflection to have an essential role in developing self-estimated knowledge and change in attitude towards their therapeutic role and therapist-patient relationship.
MULTIFILE
31-12-2021Een Geriatriefysiotherapeut is een geschoolde en vakbekwame fysiotherapeut die zich, middels een, door de NVAO Geaccrediteerde en KNGF en NVFG erkende, opleiding, heeft gespecialiseerd in de zorg voor kwetsbare ouderen.Het specialisme richt zich op verbetering en behoud van gezondheid, zelfredzaamheid, participatie en kwaliteit van leven van kwetsbare ouderen of ouderen die het risico lopen kwetsbaar te worden, met de focus op het bewegend functioneren.Het domein van de geriatriefysiotherapie valt onder de medische, bewegings- en gedragswetenschappen en baseert zich op actuele wetenschappelijke inzichten, methoden en technieken uit deze kennisgebieden.
Niet specifieke nekpijn (NSNP) vormt een groot probleem binnen de volwassen westerse bevolking. Deze aandoening is complex, invaliderend en kent een heterogene presentatie, waardoor NSNP moeilijk te behandelen is. Een brede beoordeling van de (complexe) klacht waarbij medische en psychosociale prognostische factoren een centrale rol spelen is essentieel om te kunnen beoordelen welke zorg het meest passend is. Dit verhoogd de doelmatigheid van zorg en verminderd de kans op onnodige zorg. Meer inzicht in heterogene patiëntengroepen door het bepalen van verschillende fenotypen kan nuttig zijn bij het ontwikkelen van gerichte interventies om het behandelresultaat te verbeteren. Psychologische en sociale factoren spelen een belangrijke rol bij het in standhouden van de ervaren pijn. De nieuwste wetenschappelijke inzichten en praktijkrichtlijnen adviseren dan ook met nadruk een biopsychosociale benadering bij patiënten met NSNP. Hoewel fysiotherapeuten hierin geschoold worden, ervaren zij nog wel regelmatig ongemak en uitdagingen bij het integreren van psychologische en sociale factoren in de diagnostiek en behandeling van deze patiëntengroep. Daarom rijst de vraag uit het werkveld: Hoe kunnen fysiotherapeuten in de eerstelijn beter in staat gesteld worden om bij mensen met nekpijn de complexiteit van de klachten in te schatten en behandelingen op maat aan te bieden en waar nodig samen te werken met een gespecialiseerde fysiotherapeut? Of is een andere discipline in de eerstelijnszorg noodzakelijk om multidisciplinair mee samen te werken? Om deze vraag te beantwoorden hebben wij een breed consortium samengesteld uit eerdere en nieuwe (MKB) partners. Het doel van dit onderzoek is om fysiotherapeuten handvatten te bieden voor het op maat (gepersonaliseerd) behandelen van patiënten met NSNP. Het onderzoek bestaat uit drie delen; (1)het fenotyperen op het gebied van psychosociale factoren in patiënten met (sub)acute NSNP, (2)het maken van een screeningstool om de fenotypen te identificeren en (3)het evalueren van een passende behandeling bij de verschillende fenotypen.
De zorg voor de 1.6 miljoen mensen met chronische musculoskeletale pijn in Nederland kan en moet beter. Hoewel fysio- en oefentherapeuten een belangrijke rol hebben in het herstel van mensen met chronische musculoskeletale pijn is de biomedische aanpak die veelal wordt gekozen niet in lijn met de nieuwste wetenschappelijke inzichten en praktijkrichtlijnen. Veel eerstelijns zorgverleners voelen zich op dit moment incompetent bij het integreren van biopsychosociale factoren in diagnostiek en behandeling bij deze patiëntengroep. Daarom is de vraag uit de beroepspraktijk: Hoe kunnen fysio- en oefentherapeuten in de eerste lijn beter in staat worden gesteld om mensen te herkennen die beperkt zijn door chronische pijn, een inschatting te maken van de complexiteit van de klachten, en te behandelen vanuit een biopsychosociale visie? Het project is opgedeeld in drie fasen. Al eerste zullen bestaande eerstelijns biopsychosociale Beweegzorg interventies in kaart worden gebracht met behulp een scoping review. Het doel hiervan is om kennishiaten te identificeren, maar ook om een set van kennis en vaardigheden op te stellen die essentieel is voor een effectieve behandeling. De tweede fase zal bestaan uit het ontwikkelen van een compleet scholingsprogramma, inclusief ondersteunende materialen zoals richtlijnen, vragenlijsten, oefeningen en intervisie-structuren. Dit totaalpakket stelt fysiotherapeuten in staat om een state-of-the-art biopsychosociale interventie vorm te geven die aansluit op de specifieke hulpvraag en de persoonlijke context patiënten. In de derde fase zal deze aanpak worden getest in een feasibility studie, met als doel om inzicht te krijgen in de haalbaarheid van het scholingsprogramma en de biopsychosociaal georiënteerde interventies. Met behulp van dit project zal er een beweging worden gemaakt in de richting van eerstelijns Beweegzorg op maat, die inhoudelijk aansluit op de tweede- en derdelijns behandelprincipes. Daarnaast is het de ambitie van dit consortium om de inzichten uit dit project breed te verspreiden over aankomende en huidige zorgprofessionals.
In Nederland groeit het aantal mensen met artrose naar 2,28 miljoen in 2040. Het is dan de meest voorkomende chronische aandoening. Artrose treft meestal de heup of knie. Vanwege langdurige of terugkerende pijn-en stijfheidsklachten en beperkingen in functioneren bezoekt jaarlijks de helft een fysiotherapeut. Het evidence-based fysiotherapeutisch begeleidingstraject bestaat uit gerichte oefentherapie op maat en educatie. In de praktijk blijken het onvoldoende duurzaam toepassen van oefeningen en een inactieve leefstijl (gezond beweeggedrag) behandeleffecten te beperken. Om het begeleidingstraject te optimaliseren vraagt dit van fysiotherapeuten coachingsvaardigheden, maatwerk en aandacht voor het integreren van beweegadviezen in de eigen leefomgeving – oftewel: zelfmanagementondersteuning. Voor fysiotherapeuten in de eerstelijnszorg is deze coachende rol echter nog relatief nieuw. Ook de nieuwe KNGF-praktijkrichtlijn Artrose heup-knie biedt fysiotherapeuten weinig handvatten. Verder is onduidelijk welke zelfmanagementondersteunende competenties hierbij nodig zijn.