De bijdrage van Ervaringsdeskundigheid van professionals in de praktijk van zorg en welzijn.
Het onderzoek heeft geleid tot een nieuwe rol in het veld van zorg en welzijn: de ZME, oftewel de zorgprofessional met ervaringsdeskundigheid. In het handboek Professioneel inzetten van Ervaringsdeskundigheid is deze rol en de bijdrage hiervan aan de kwaliteit van zorg beschreven en wordt duidelijk welk proces een individu, team en organisatie doorloopt om de ZME te kunnen positioneren. Het boek is bedoeld voor onderwijs en praktijk. Het is een full-color praktijkboek (uitgegeven door Boom uitgeverij) met veel tekeningen, foto’s en, beelden en (van bijvoorbeeld ‘voelsprieten’ ). Ervaringskennis is namelijk niet altijd goed in taal uit te drukken. Gedurende het onderzoek is een daarom een ‘arts-based lab’ opgericht. De nieuwe rol die het onderzoek in twee jaar tijd creëerde, de ZME, heeft inmiddels ook buiten de deelnemende organisaties ingang gevonden. Alle deelnemende organisaties willen verder met het vernieuwingsproces dat in gang is gezet, zij blijven hier aan werken in consortiumverband en een aantal nieuwe organisaties (waaronder Iriszorg) haakt aan. Het onderzoek heeft een beweging veroorzaakt die verder gaat dan de deelnemende partijen. In de twee festivals die gedurende het onderzoek zijn georganiseerd bleek dat ook al: de belangstelling hiervoor was overweldigend: meer dan 600 mensen wilden meedoen met workshops en presentaties bijwonen. Het professioneel benutten van ervaringskennis van zorgprofessionals bleek een relevante thema waar veel vragen over waren.
Het onderzoek kreeg in de praktijk de naam RAAK!Ervaringsdeskundigheid. In vijf grote zorgorganisaties (Dimence, Trajectum, GGnet, RIBWGO, en MEE IJsseloevers Veluwe) is men aan de slag gegaan met het aanboren, ontwikkelen en benutten van ervaringsdeskundigheid van reguliere zorgprofessionals. We ontdekten (in een survey-onderzoek) dat ongeveer de helft van de medewerkers ervaringen heeft met ontwrichting en herstel, die lijken op die van de cliënten die zij begeleiden. De meeste van deze medewerkers doen hier weinig mee in hun werk. Zij hebben geleerd hun persoonlijke ervaringen te scheiden van hun werk. Er is ook schaamte: je wilt vaak niet dat je collega-hulpverlener weet dat je óók depressief of verslaafd bent geweest, of in de schuldsanering hebt gezeten. In de hulpverlening wordt bovendien ook gestigmatiseerd, iets wat in dit onderzoek ook diverse keren schrijnend naar voren kwam. In de zorg is er echter ook veel behoefte aan ervaringskennis. De nieuwe ontwikkelingen brengen met zich mee dat professionals gelijkwaardig en wederkerig kunnen samenwerken met cliënten en kwetsbare burgers in hun leefwereld. In ons actie-onderzoek zijn we daarom met deze (vaak pijnlijke) persoonlijke ervaringen van professionals aan de slag gegaan. Elke organisatie die deelnam had een ontwikkelteam van waaruit activiteiten werden bedacht en uitgevoerd. De cliëntervaringen van maatschappelijk werkers, sociaal-pedagogisch hulpverleners, verpleegkundigen, woonbegeleiders en geestelijk verzorgers kregen ruimte als extra bron van kennis en kunde. Deze professionals leerden al doende hun ervaringsdeskundigheid inzetten. Zij werden een ZME: een zorgprofessional-met-ervaringsdeskundigheid. Zij gebruikten deze nieuwe deskundigheid in cliëntgesprekken, maar ook in teambijeenkomsten, op studiedagen in managementsessies. De ZME’s voerden actie met posters, flyers, presentaties en workshops, waarin zij ruimte vroegen voor ervaringskennis van de professionele medewerkers. Hoewel de besturen van de vijf deelnemende organisaties pal achter deze beweging stonden en alle acties steunden, bleek het niet gemakkelijk voor zorgprofessionals om ervaringsdeskundigheid expliciet en zichtbaar in te zetten. Hoewel cliënten het waardeerden en noodzakelijk bleken te vinden dat hun hulpverleners hun ervaringsdeskundigheid gingen gebruiken, had een deel van de collega-hulpverleners er moeite mee. Zij verschansten zich sterker dan ooit in hun professionele rol. Zij waren gewend dat uitsluitend ervaringsdeskundigen – in een aparte rol- deze kennis inbrachten, en dat zijzelf zich niet zo persoonlijk bekend hoefden te maken. De zorgprofessional met ervaringsdeskundigheid (ZME) is in alle vijf de organisaties inmiddels een nieuwe rol en beschreven in een addendum of rolbeschrijving. De ZME heeft inmiddels ook in andere organisaties ingang gevonden De ZME vult de professionele rol anders in dan gebruikelijk is. Het professionele ‘vierkant’ is minder strak, en eigen ervaringen met ontwrichting en herstel worden gedeeld met cliënten en collega’s. Dat is wennen. voor de meeste zorgprofessionals. Hun beroepsidentiteit verandert als ervaringsdeskundigheid geïntegreerd wordt in de professionele rol. Een voorbeeld is te zien in dit filmpje:
https://vimeo.com/hokusfokusvideo/review/311460362/a19eac0e50
Duidelijk werd dat ervaringskennis als ‘derde bron van kennis’, naast wetenschappelijke en professionele kennis, in diverse rollen en functies in de breedte en hoogte van de organisaties beschikbaar moet komen om de kwaliteit van zorg te verbeteren. Hier is nog veel te doen.
Participatie van kwetsbare burgers en de vermaatschappelijking van de zorg vormen belangrijke beleidsthema’s van landelijke en lokale overheden en van organisaties op het gebied van zorg en welzijn. Ervaringsdeskundigheid, die gebaseerd is op persoonlijke ervaringen met ontwrichting en het herstel daarvan, is in dit kader sterk in opmars. Ervaringsdeskundigen hebben vaak creatieve oplossingen, kunnen vanuit eigen ervaring bemoedigen en verminderen het stigma dat participatie kan blokkeren. GGZ Nederland, het ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS) en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) zijn van mening dat ervaringsdeskundigheid het herstel en de participatie van ‘verwarde’ en kwetsbare burgers kan bespoedigen. De behoefte aan ervaringsdeskundigen binnen de zorgverlening is groot.
HBO-opgeleide zorgverleners met eigen cliënt- of probleemervaringen op het gebied
van verslaving of psychiatrie geven aan het moeilijk te vinden om hun ervaringsdeskundigheid een duidelijke en volwaardige plek te geven in hun werk. Veel zorgorganisaties moeten wennen aan het idee dat ook zorgprofessionals ervaringsdeskundig kunnen zijn. Deze zorgprofessionals hebben behoefte aan kennis en praktische handvatten zodat zij hun ervaringsdeskundigheid goed kunnen benutten.
In dit praktijkgerichte onderzoeksproject wordt samengewerkt tussen Windesheim en hogeschool Utrecht en vier grote zorginstellingen (GG-Net, RIBW-GO, MEE-IJsseloevers en Trajectum), met cliëntenpopulaties met complexe problematiek. De centrale onderzoeksvraag luidt: Op welke manier kan de ervaringsdeskundigheid van zorgprofessionals een bijdrage leveren aan het persoonlijk en maatschappelijk herstel van mensen met psychiatrische problemen en verslaving?
Doelstelling van dit project is het opdoen van nieuwe kennis waarmee zorgprofessionals hun ervaringsdeskundigheid op een professionele en effectieve manier kunnen inzetten. Het onderzoek beoogt hiermee bij te dragen aan het bestrijden van de participatieachterstand van mensen met verslavings- en psychiatrische problemen.
Dit project levert naast praktijkverbetering producten voor zorg en onderwijs: handleidingen voor zorgprofessionals-ervaringsdeskundigen (in opleiding); kennis over duurzame positionering en kwalitatieve borging van ervaringsdeskundigheid en tot slot een verzameling inspirerende, gevalideerde exemplarische voorbeelden van de bijdrage van ervaringsdeskundigheid van zorgprofessionals.