Achtergrond: Ouderen (65+) gaan steeds eerder na een
heupfractuur-operatie naar huis of een revalidatie-instelling.
Heupfractuurcliënten die revalideren in een revalidatie-instelling
worden gekenmerkt door de aanwezigheid van meerdere
comorbiditeiten en beginnende cognitieve problemen.
Zorgprofessionals geven aan dat zij onvoldoende zicht hebben
op de activiteiten van de cliënt en daarom moeilijk zicht krijgen
op het effect van de revalidatie. Het doel van dit
onderzoeksproject was het ontwikkelen van een multidisciplinair
behandelprotocol met sensortechnologie dat meet hoe actief de
cliënten zijn.
Methode: Het behandelprotocol met sensortechnologie is tot
stand gekomen vanuit drie invalshoeken; praktijkonderzoek,
literatuuronderzoek en technisch ontwerp. Door middel van
focusgroep gesprekken, interviews en het uitvoeren van twee
pilots werd informatie verkregen vanuit de praktijk. Zo is in cocreatie
met zorgprofessionals (fysio- ergo- en
oefentherapeuten) uit vier verschillende revalidatie-instellingen
het pakket van eisen voor het sensorsysteem ontwikkeld en het
behandelprotocol geschreven. Het literatuuronderzoek diende
ter onderbouwing van het behandelprotocol en gekozen
sensorsysteem.
Resultaten: Zorgprofessionals gaven aan dat het
behandelprotocol aansluit bij hoe zij heupfractuur cliënten
behandelen. Op basis van het pakket van eisen was er
gekozen voor een draagbare sensor die gecombineerd werd
met omgevingssensoren in de thuissituatie. Daarbij is een
(beveiligde) website ontworpen met cliëntenapplicatie, die de
verzamelde activiteitendata van de sensoren inzichtelijk maken
voor de zorgprofessionals en cliënten.
Conclusie: De zorgprofessionals benoemen dat het
sensorsysteem hen meer inzicht geeft in het activiteitenpatroon
van de cliënten. Hierdoor ondersteunt het de zorgprofessionals
om in te schatten of doelen haalbaar zijn en of
behandelafspraken effect hebben in het dagelijks functioneren
van de cliënt.
Aanleiding:
Ouderen gaan steeds eerder na een heupoperatie naar huis. Het revalidatietraject wordt dan steeds vaker vanuit multiprofessionele zorg (ergotherapie, fysiotherapie en oefentherapie) thuis uitgevoerd. Therapeuten geven aan dat de effectiviteit van de behandeling vaak te wensen over laat. Ze hebben behoefte aan instrumenten om op afstand de thuissituatie en de behandeling te monitoren. Zo kunnen ze de patiënt beter coachen en zo een effectievere behandeling bieden.
Doelstelling
E-Healthtechnologie lijkt op dit vlak een bijdrage te kunnen leveren. ICT en sensoren in de woonomgeving kunnen enerzijds worden gebruikt om activiteiten en oefeningen op afstand te monitoren en anderzijds om de patiënt te motiveren en te coachen.
In dit RAAK-publiek project 'Hipper' ontwikkelen en onderzoeken de deelnemers een nieuw behandelprotocol waar sensortechnologie een wezenlijk onderdeel van uitmaakt. Dit gebeurt door cocreatie samen met de therapeuten en patiënten. De methode wordt in 3 'living labs' getest bij patiënten die revalideren na een heupoperatie.
De onderliggende onderzoeksvraag luidt: Hoe kan een behandelprotocol met behulp van sensortechnologie worden vormgegeven zodanig dat therapeuten meer inzicht in de voortgang van de patiënt hebben teneinde een efficiënte en effectieve revalidatiebehandeling gericht op zelfmanagement te kunnen bieden?
Beoogde resultaten
De concrete resultaten van dit project zijn onder andere:
" een handleiding voor professionals;
" trainingen over revalidatie met behulp van sensortechnologie, die door deelnemende therapeuten bij andere zorginstellingen gegeven gaan worden;
" een website met resultaten om kennis tussen alle betrokkenen te kunnen laten circuleren;
" een nieuwsbrief om deelnemers en geïnteresseerden op de hoogte te houden van de ontwikkelingen binnen het project;
" minimaal 3 publicaties in wetenschappelijke tijdschriften en op wetenschappelijk congressen;
" presentaties door onderzoekers en lectoren op relevante internationale congressen;
" presentaties van deelnemende therapeuten en onderzoekers voor medewerkers van de betrokken publieke instellingen die niet participeren in het onderzoek;
" een post-hbo-cursus op basis van de ontwikkelde kennis.