Nuffic organiseert een online sessie omdat niet al onze collega’s in de gelegenheid waren om deel te nemen aan de EAIE in Barcelona. Ze wilden op deze manier de opgedane kennis en nieuwe inzichten delen met de rest van de internationalisation (at home) community in het hoger onderwijs in Nederland en Vlaanderen.
DOCUMENT
Hogeschool van Amsterdam heeft het thema diversiteit als een van haar beleidsspeerpunten geformuleerd. In het hoger onderwijs is al geruime tijd veel aandacht voor de thema’s diversiteit en inclusie. Het Faculteit Business en Economie van de Hogeschool van Amsterdam heeft een onderzoek door het Hogeschool-lectoraat Teamprofessionalisering van Daniel van Middelkoop geïnitieerd teneinde inzicht te verkrijgen in de wijze waarop docenten en management met diversiteit en inclusie omgaan in de dagelijkse onderwijspraktijk. Deze inzichten zijn waardevol, maar zijn waardevoller als daarbij ook de stem van studenten wordt gehoord. In het onderzoek dat in dit rapport zal worden toegelicht, staat de vraag centraal hoe studenten van het Faculteit Business en Economie het thema diversiteit en inclusie beleven binnen de Hogeschool. Wat is volgens hen een diverse en inclusieve hogeschool? Wat zijn voorwaarden om dat te bewerkstelligen? Voelen ze zich thuis? Wat zijn hun ervaringen en belevingen binnen de opleiding waaraan ze studeren als het gaat om het contact met docenten, met medestudenten, de dynamiek tijdens de colleges of de inhoud van het curriculum? Dit rapport weerspiegelt de ervaringen en belevingen van de studenten van de vijf opleidingen: Bedrijfskunde, Commerciële Economie, Finance en Accounting, HRM en de internationale opleiding Amsib. Beoogd wordt aan het einde van de onderzoeksperiode, die uit twee delen bestaat en in oktober 2022 wordt afgesloten, inzicht te bieden in de wijze waarop de opleidingen een divers en inclusief opleidingsklimaat kunnen realiseren. De deeltijdopleiding heeft in een eerdere fase al met hun studenten gesproken, voor deze opleiding zijn gedurende de onderzoeksperiode drie inspiratiesessies voor het management- en het docententeam georganiseerd.
DOCUMENT
Inclusief werken betekent dat ongeacht al je achtergronden je mag zijn wie je bent. Hoe haal je daar zoveel mogelijk potentie uit? Dat doe je door de dialoog aan te gaan én in gesprek te blijven. Maar vooral door iedereen – en niet alleen de toplaag – bij die dialoog te betrekken.Wij gingen het gesprek aan met Lector Klaske Veth van het lectoraat Duurzaam HRM en senior onderzoeker Karolien Dons van het lectoraat Music in Context. Over hun visie op diversiteit en inclusie binnen het bedrijfsleven en de kunstsector. Een gesprek over hoe het muzikale begrip meerstemmigheid ervoor zorgt dat je diversiteit als inclusief kunt ervaren.
LINK
Docenten Lichamelijke Opvoeding (LO) ervaren uitdagingen bij het omgaan met de diversiteit van hun leerlingen, terwijl de kwetsbaarheid van jongeren tijdens de gymles groter is dan in andere lessen. Het samenwerkingsproject “Samen bewegen” onderzoekt pedagogisch-didactische handvatten om recht te doen aan de diversiteit van leerlingen en daarmee een inclusiever beweegaanbod te realiseren.MethodeBij zeven docenten LO werden tijdens een gymles verbale uitingen en handelingen geobserveerd op het gebied van diversiteit en inclusie, zoals neurodiversiteit, gender, geaardheid, cultuur, religie en sociaaleconomische status. Daarna reflecteerden docenten op lessituaties in een semigestructureerd interview. Observaties en interviews waren gestructureerd volgens het COM-B model waarin de mogelijkheden (Capability), het vermogen (Opportunity) en de motivatie (Motivation) van leerlingen om actief deel te nemen (Behavior) gekoppeld werd aan pedagogisch-didactisch handelen van de docent LO.“De meesten willen wel, maar ze schamen zich gewoon”ResultatenDocenten LO in deze studie gaven meerdere belemmeringen aan, zoals schaamte: leerlingen wilden niet deelnemen aan bepaalde beweegactiviteiten wanneer andere leerlingen keken of er negatief over spraken. Ook was er een gebrek aan sociale veiligheid en zorgde de genderindeling voor dilemma’s, waarbij scholen dit thema verschillend benaderden.Een terugkerend pedagogisch-didactisch handvat was het belang van “verbinding met de docent”. Zo verdiepten de docenten in deze studie zich in culturen en religies van de leerlingen en hielden daar waar mogelijk rekening mee. Ook stonden docenten ervoor open om leerlingen in aparte kleedkamers te laten omkleden, indien daar behoefte aan was. Docenten benadrukten dat ze leerlingen aanspreken op uitlachen of schelden, hoewel dit tijdens de lesobservaties niet altijd gebeurde. Opvallend was dat neurodiversiteit en LHBTIQ+ nauwelijks benoemd werden.Discussie en conclusieDe verbinding tussen docent en leerling lijkt een belangrijk pedagogisch-didactisch handvat om D&I te bevorderen. Door uit te vragen naar individuele behoeften kunnen docenten beter omgaan met specifieke dilemma’s als culturele gevoeligheden of genderkwesties.
DOCUMENT
Uit de onderzoeken van lectoraat Diversiteitsvraagstukken van Hogeschool Inholland blijkt dat het onderwijs voor veel jongeren een plek is waar ze voor de eerste keer in contact komen met leeftijdsgenoten die niet op ze lijken en met wie ze gedurende hun eerdere levensloop of schoolloopbaan vrijwel geen contact hebben gehad. Die onbekendheid met elkaar kan zorgen voor interesse en belangstelling in elkaars leef en denkwereld, maar ook voor wrijving, conflicten en het bevestigen van (voor)oordelen over elkaar. Dat betekent dat er een groot beroep wordt gedaan op de pedagogische, didactische en sociale kwaliteiten van docenten. Het betekent ook dat docenten zich voortdurend bewust zijn van de wijze waarop ze zich verhouden tot (de opvattingen en gedragingen van) deze jongeren om verbindingen tussen en met deze jongeren te ontwikkelen. Om inzicht te krijgen in de wijze waarop de docenten van Vocal Statements via het muziekonderwijs verbindingen met jongeren in het vmbo tot stand brengen, welke handvatten daarvoor nodig zijn en tegen welke vragen ze daarbij oplopen, is een verkennend onderzoek uitgevoerd in de periode september 2021 – mei 2022 door het lectoraat Diversiteitvraagstukken. Dit rapport weerspiegelt de ervaringen en belevingen van docenten van Vocal Statements en geeft inzicht in de betekenisvolheid van hun werk, maar ook de complexe dynamiek waarin dit werk zich afspeelt.
DOCUMENT
In dit artikel zetten we het proces en de bevindingen uiteen van een actieonderzoek gericht opdiversiteit en inclusie. Het realiseren van meer diversiteit en inclusie in onderwijsinstellingen isgeen gemakkelijke opgave. Vanuit bevlogenheid en goede bedoelingen zetten betrokken professionals verschillende initiatieven op. Binnen mbo’s zijn tal van initiatieven, maar niet alle initiatieven hebben een geïnformeerd en gestructureerd karakter. Om daar verbetering in te brengen is een team van zes professionals in het mbo, aan de slag gegaan met actieonderzoek. Actieonderzoek biedt de mogelijkheid om gestructureerd en geïnformeerd de praktijk te verbeteren.
LINK
Artikel over in dialoog met studenten over diversiteit en inclusie
DOCUMENT
In het werving- en selectieproces proberen organisaties in eerste instantie zoveel mogelijk geschikte kandidaten te laten solliciteren (een marketing/ branding probleem) om daaruit dan de meest geschikte kandidaat te kiezen (een selectieprobleem).Het is wettelijk verboden om bij het selecteren van kandidaten te discrimineren op kenmerken die niet relevant zijn voor de selectie (zoals huidskleur, geloof of leeftijd). Maar een eerlijk en rechtvaardig proces moet verder gaan dan de wet. Een ethische aanpak zorgt ervoor dat gelijk gesitueerde mensen gelijk behandeld worden, dat vooroordelen geen kans hebben, dat kandidaten met menswaardigheid en respect behandeld worden, dat de procedures en uitkomsten voor iedereen helder zijn, dat de kandidaat zinnige feedback krijg na het proces, en dat de voorspellingen over het toekomstige werksucces van een kandidaat daadwerkelijk kloppen.Voor elk van de fasen van werving- en selectie zijn er kunstmatige intelligentiesystemen op de markt die organisaties kunnen helpen bij het proces. Die technologieën hebben gevolgen voor wie er wel of niet worden geselecteerd en kunnen dus een impact hebben op de diversiteit van een organisatie.De diversiteit binnen een organisatie kan op drie manieren worden vergroot. Je kunt de bestaande bias uit het proces proberen te halen, je kunt barrières die ervoor zorgen dat alleen specifieke groepen kunnen of willen solliciteren wegnemen, en je kunt actief op zoek gaan naar kandidaten met een divers profiel.Technologie zou op drie manieren kunnen helpen bij het verminderen van bias binnen het proces. Irrelevante persoonskenmerken kunnen automatisch buiten beschouwing worden gelaten en je kunt een stuk makkelijker dan bij een menselijke recruiter meten op wat voor manier het systeem biased is. Ook zou technologie kunnen helpen bij het vindenvan nieuwe groepen kandidaten die eerder nog niet in beeld waren.De voordelen van het gebruik van kunstmatige intelligentie hebben daarnaast vooral te maken met efficiëntie. Delen van het proces kunnen worden geautomatiseerd, en de werkwijze kan meer uniform gemaakt. Het zijn daarom vooral organisaties die grote aantal kandidaten werven die op dit moment gebruik maken van kunstmatige intelligentie.Er kleven ook grote risico’s aan het gebruik van kunstmatige intelligentie binnen werving- en selectieprocessen. Omdat veel van de technologie uitgaat van de huidige (succesvolle) werknemers is er de kans dat je de (weinige diverse) status quo juist handhaaft. Het is nooit uit te sluiten dat er hele specifieke vormen van bias met betrekking tot bepaalde groepen in het systeem blijven zitten, en dit soort systemen kunnen sowieso slecht omgaan met individuen die op een of andere manier afwijken van de norm. Die bias die – ook na een zorgvuldige implementatie – overblijft is dan wel meteen systematisch en schaalt mee met de inzet van de technologie. Verder blijft het moeilijk om te valideren of de kunstmatige intelligentie die je inzet wel goed werkt. Tot slot hebben dit soort systemen veel data nodig. Dit kan op het gebied van privacy en de vereiste dataminimalisatie problemen opleveren.Je hoort vaak dat we ons geen zorgen hoeven te maken over de inzet van kunstmatige intelligentie binnen werving- en selectie. Het is immers voorlopig nog steeds de mens die de uiteindelijke beslissing neemt. Dit klopt (vooralsnog) misschien nog wel voor het aannemen van de kandidaat, maar is allang niet meer het geval voor de kandidaten die worden afgewezen. Daar is het vaak al de machine die kiest, zonder enige menselijke tussenkomst.Als je er toch voor kiest om kunstmatige intelligentiesystemen binnen werving- en selectieprocessen te implementeren, dan moet je dat op een heel intentionele manier doen. En met een scherpe blik op de achterliggende waarden. Dit onderzoek heeft gereedschap opgeleverd dat daarbij kan helpen. Met de AI in Recruitment (AIR) Discussietool kun je aan de hand van de volgende vijf vragen (en de bijbehorende deelvragen) komen tot een zo verantwoord mogelijke implementatie:1. Wat is voor jouw organisatie eerlijke en rechtvaardige werving en selectie?2. Hoe zit het met de benodigde data?3. Blijft de mens de baas over het proces?4. Is jouw organisatie en is de technologie onbevooroordeeld?5. Weet je zeker dat de technologie werkt en dat het blijft werken?
MULTIFILE
‘Hartstikke leuk om een dagje onder collega’s te zijn en te praten over onderwijs, maar wat heb ik erverder aan? Morgen moet ik gewoon weer aan het werk’. Deze houding over de onderwijsconferentie, en misschien wel conferenties in het algemeen, zal velen bekend in de oren klinken. Het is vaak lastig te bepalen wat je nu precies hebt aan een conferentie, wat eruit voortkomt en wat voor impact de conferentie heeft op je dagelijkse werkzaamheden. Dat kan anders, dachten we als kleine groep onderzoekers van verschillende lectoraten van de Hogeschool van Amsterdam. En het moet eigenlijk ook anders, zeker als een zo belangrijk thema als inclusie en diversiteit op de agenda staat.Daarom zijn we aan de slag gegaan om de resultaten en actiepunten die voortkomen uit de onderwijsconferentie van 2017 in kaart te brengen. Dit verslag is daarvan het resultaat. Het is tot stand gekomen door een samenwerking van onderzoekers van drie lectoraten, die bij elkaar gebracht zijn op initiatief van lector Martha Meerman (gedifferentieerd HRM) en de organisatie van de Onderwijsconferentie.
MULTIFILE
Werken aan meer inclusie en participatie van mensen met beperkingen blijkt in de praktijk weerbarstig. Wat is er nodig om aan inclusie te werken? Welke kennis en competenties hebben professionals nodig? Wat wordt van mensen met beperking zelf en hun netwerk gevraagd? Welke werkwijzen en activiteiten dragen bij aan meer inclusie? Antwoorden op deze vragen kan het meedoen en meetellen van mensen met een verstandelijke beperking in de samenleving een stukje dichterbij brengen.
DOCUMENT