In dit rapport is verslag gedaan van explorerend onderzoek naar de geldigheid van de opleidingscompetenties van Commercieel Management, bij een overgang van lineair naar circulair economisch model. Daarbij is vooral gezocht naar de eventuele gevolgen op het gebied van de marketingfunctie (marketing, marketingonderzoek en marketingcommunicatie) binnen bedrijven in een circulair economisch systeem.
DOCUMENT
De wijze waarop organisaties kunnen bijdragen aan de “brief of our lives” – de opdracht van ons leven – waarover reclamebureau Havas het heeft, is door hun (non )commerciële doelstellingen te bereiken met inachtneming van deze drie spelregels.
LINK
Uit de management summary: "Selficient is een start-up organisatie dat ondersteund wordt door de Hogeschool Utrecht en externe partners. Het concept van Selficient is het bouwen van een zelfvoorzienende, modulaire en circulaire woning. Selficient heeft als doel een zelfvoorzienende woning als nieuw bouwstandaard te introduceren. Op dit moment beschikt de organisatie van Selficient niet over de vaardigheden om de juiste doelgroep te selecteren en het concept onder de aandacht te brengen bij de consument en/of potentiële doelgroep. Om tot een oplossing te komen voor het probleem is er een micro-, meso- en macroanalyse uitgevoerd. Vanuit het intern onderzoek werd duidelijk dat Selficient zich voornamelijk richt op het technische aspect en zich nog niet verdiept heeft in de consument. Selficient moet meer naar de wensen en behoefte van de doelgroep kijken. Als Selficient dit niet verandert, zal het blijven hangen in haar grootste probleem. Het huis kan helemaal perfect gemaakt worden, maar als het de wensen en behoefte van de consument niet invult zal het geen succes zijn. Uit het marktonderzoek werd duidelijk dat de doelgroep duurzame aanjagers een lastig te bereiken doelgroep is. Omdat er een duidelijk verschil is tussen duurzame groene personen zijn er verschillende groepen gemaakt. De nieuwe potentiële doelgroep voor Selficient zijn de duurzame sympathisanten, die het huis als een pronk juweel zien. De doelgroep wil bij aankoop van een Selficient huis een return on investment. De doelgroep heeft meer geld over voor een duurzaam huis, maar dan moet er laten wel iets terug worden verdient. De doelgroep wil graag eigen inbreng hebben in het ontwerpen van zijn of haar eigen duurzame huis, maar wat ook erg opvalt, is dat heel weinig mensen weten wat circulair en modulair wonen is. De markt voor duurzame woningbouw is geen blue ocean. Er zitten al concurrenten op de markt die duurzame huizen bouwen. De duurzame mens zit niet veel op internet en sociale media en is vooral veel in de natuur te vinden. Er zijn dus erg weinig Touch points met de doelgroep, de Touch points die er met de doelgroep is zijn erg kostbaar en moeten dus goed ingezet worden. Het heeft niet veel zin om groot te adverteren op billboards en in tv-programma’s. De doelgroep moet bereikt worden in zijn of haar vertrouwde omgeving, zonder dat hij of zij gehinderd wordt in zijn doen of laten.. Vanuit een macro oogpunt is het voor Selficient van belang om de vergrijzing binnen de bevolking in de gaten te houden. De Europese Unie vindt duurzaamheid en minder vervuiling een belangrijk item, maar Amerika gaat niet akkoord met het Parijs akkoord. De technologische ontwikkelingen binnen de duurzame branche neemt enorm toe. Selficient zal zichzelf snel moeten doorontwikkelen en meegaan in de ontwikkeling. Door communicatie middelen in te zetten langs wandel en fietsroutes weten we de doelgroep te bereiken. Er zullen Ipad standaards geplaatst worden langs deze route met daarop een informatievideo over het huis en de toepassingen. Daarnaast moet het huis ook meer tot leven gaan komen, het moet tastbaar gemaakt worden. Dit kan gedaan worden door Virtual Reality, maar een pop-up store behoort ook tot de mogelijkheden. Verder deelt de doelgroep graag ervaringen en is het bijhouden van een bewonersblog ook een handige tool om de doelgroep te overtuigen. Ook speelt return on investment een belangrijke rol, met een simpele berekeningstool kan de doelgroep sneller overtuigd worden. Met de implementatie van deze communicatie-tools zal de naamsbekendheid vergroot worden. Wanneer het product tastbaar gemaakt wordt zal de doelgroep meer interesse tonen waardoor er uiteindelijk een verlangen ontstaat. Dit verlangen kan met de juiste marketingmix uitmonden in een aankoop. Het is voor Selficient met name belangrijk een keuze te maken voor een doelgroep en de focus leggen op customer intimacy."
DOCUMENT
Dit project: Action Research Tweedehandskleding Circulair Experimenteren (ARTce) richt zich op het verbeteren van de mogelijkheden voor tweedehandskledingverkoop. Bij ARTce staan praktijkvragen centraal, zoals: Welke stromen afgedankte kleding zijn geschikt voor tweedehandsgebruik en waarom? Hoe kunnen deze stromen aan tweedehandskleding opnieuw aantrekkelijk gemaakt worden? Of worden ge-upcycled? Deze praktijkvragen spelen bij o.a. The Swapshop: een MKB-bedrijf met twee winkels (Amsterdam en Rotterdam). The Swapshop heeft een ‘ruil’-model waarbij de ontvangen kleding ‘swaps’ opleveren voor de klant. Deze swaps geven korting bij kledingaanschaf in de winkel. Dit model blijkt kwetsbaar, omdat er swap-waarde zit in de 40% aan kledingitems, die onverkoopbaar blijken te zijn. Door samenwerking met kledinginzamelaar Sympany, komt er iets van waarde retour. De Swapshop heeft op basis van uitkomsten van het circulaire fashion onderzoek van de HU contact met de HU-onderzoekrs gezocht. Hieruit is de kans ontstaan om Action Research onderzoek in te zetten voor onderzoek naar hoe uitgerangeerde tweedehandskleding vanwege de vezelwaarde zo lang mogelijk waardevol blijft circuleren. Hiervoor wordt een living lab opgezet waaraan The Swapshop en Sympany gaan deelnemen. De Green Offices op Utrecht Science Park (USP) van de HU en de Universiteit nemen deel aan het onderzoek. Het HU Denver House (Self-sufficient Challenge House van 2017) is de beoogde locatie voor het ‘Swap-Lab’, waar langere tijd onderzoek mag gaan plaatsvinden (KIEM-project plus opvolgende projecten de komende vijf jaar). Naast de inzichten levert ARTce een netwerk aan bedrijven, die diensten aanbieden om de kledingvezel-waarde te behouden (wassen, repareren, vermaken, hergebruiken voor andere items, wellicht zelfs als woningtextiel). Met inzicht in nieuwe mogelijkheden om kledingitems aantrekkelijk te maken en te houden voor hergebruik, wordt een vervolgonderzoek geformuleerd om de succesvolste gevonden oplossingen uit de Utrechtse praktijk landelijk te gaan opschalen. Met dat onderzoeksplan eindigt dit ARTce-project.
Zoals met meer onderwerpen gerelateerd aan duurzame toeristische ontwikkeling, is ook het onderwerp bewonersprofijt niet "af". Specifiek op dit onderwerp werd snel duidelijk dat het überhaupt inzichtelijk maken van wat bewonersprofijt precies is, waar het uit is opgebouwd en hoe het tot stand komt eerst noodzakelijk was. Met de door de koplopersgroep uitgewerkte theoretische afbakening en verdieping is een eerste belangrijke stap gezet in de richting van het meten van bewonersprofijt. Daarnaast zijn, aan de hand van (inter)nationale voorbeelden, ook de mogelijke interventies en methoden om bewonersprofijt van toerisme te vergroten duidelijker geworden. In 2024 wordt het theoretisch kader dat de positieve bijdrage van toerisme aan het welzijn van inwoners inzichtelijk maakt, verder verrijkt. Er wordt onderzocht welke methoden momenteel worden toegepast om bewonersprofijt te meten en welke voor- en nadelen hiermee samenhangen. Tevens worden experimenten uitgevoerd om verschillende meetmethodes te testen. Ook blijven we actuele en relevante praktijkvoorbeelden publiceren ter inspiratie en stimuleren wij praktische interventies ter bevordering van bewonersprofijt. Het doel van deze aanpak is om stakeholders zoals gemeenten, DMO's en andere beleidsverantwoordelijken beter in staat te stellen om een geschikte meetmethode voor bewonersprofijt te selecteren. De doorontwikkeling van kennis en ervaring blijven wij uiteraard delen met de sector. PartnersHotelschool The Hague, HZ/ Kenniscentrum Kusttoerisme, Centre of Expertise leisure, tourism & hospitality (CELTH), Marketing Drenthe, Stichting Eilandmarketing Schouwen Duiveland, Marketing Oost, NBTC.
Het vakgebied Biomimicry gebruikt principes uit de natuur als inspiratiebron voor het ontwerpen van productinnovaties. In de marketingpraktijk worden principes uit de natuur nog niet gebruikt. Het lectoraat New Marketing van het Expertisecentrum Sustainable Business van Avans is in 2021 gestart met een oriënterend onderzoek naar de toepassingsmogelijkheden van biomimicry binnen marketing. Uit dit onderzoek komt naar voren dat principes uit de natuur bedrijven en merken kunnen helpen om hun marketingaanpak te verduurzamen. Met name op het onderwerp ‘groei’ biedt biomimicry kansrijke aanknopingspunten en inzichten. Groei is een belangrijk thema voor bedrijven en marketeers waar ze tegelijkertijd mee worstelen: hoe kunnen zij op een groene manier groeien? Het reclamebureau Heldergroen volgt het lopende onderzoek van Avans met grote belangstelling. Ze wil principes uit de natuur graag gaan gebruiken om (potentiële) klanten te helpen om hun marketingaanpak te verduurzamen. Daarom gaat het lectoraat New Marketing in samenwerking met Heldergroen en haar klanten onderzoek doen om “een bruikbare methodiek te ontwikkelen om inzichten uit de natuurlijke wereld te benutten voor het versnellen van de transitie naar een groene economie via het vakgebied marketing.” Het lectoraat New Marketing gaat in het kader van dit verdiepend onderzoek op basis van deskresearch, interviews en actieonderzoek aan de slag om hiervoor een methodologie te ontwerpen.
Lectorate, part of NHL Stenden Hogeschool