This article explores the perceptions of development through metaphor use by students of International Business Management Studies at The Hague University. Students’ reflections upon the concepts of nature and development before and after educational intervention are examined through discourse analysis and narrative analysis. Results show that initially students reflect the dominant development paradigm which tends to conflate ‘nature’ with ‘natural resources’. This study suggests that the critical course has the potential to shift the student focus from the unquestioning acceptance of economic development and instrumental view of nature to recognition of more ecologically benign and culturally variable paths to sustainability. In terms of pedagogy, the ‘trans-human’ Gestalt, or mindset conducive to planetary consciousness, may require a distinct type of didactic strategy, discussed in this article. It is concluded that while transformative social learning towards sustainability requires the integrative switching back and forth between the various mindsets, effective, ecologically engaged and critical learning may require a more fixed, committed and above all affirmative action approach. https://doi.org/10.1177/0973408214529989 https://www.linkedin.com/in/helenkopnina/
MULTIFILE
This chapter examines some of the challenges of unlearning anthropocentrism - i.e. the deep-seated cultural, psychological and enacted prejudices of human specialness - in nature-based early childhood education programs. We begin with a critical exploration of recent trends in environmental philosophy and the conservation sciences that seek to move beyond the so-called archaic notions of “wilderness” and “nature” towards more managerial models of human dominion over planetary “ecosystem services.” We suggest the trouble with these discursive moves is that they shirk from the courageous conversations required from environmental education in a time of ecological emergency. We conclude by drawing on research at nature-based schools in the Netherlands and Canada to illustrate the tenacity of anthropocentric “common-sense” and suggest the beginnings of pedagogy of childhoodnatures guided by notions of rewilding and ecological humility. https://doi.org/10.1007/978-3-319-51949-4_40-1 LinkedIn: https://www.linkedin.com/in/helenkopnina/
MULTIFILE
Onderzoeksrapport van praktijk- en onderzoekscentrum De Karthuizer over de sociale en culturele effecten van het kunstproject "De zingende stad'. Het project betrof een cultuureducatieve lessenserie die muziekonderwijs combineert met nieuwe media. Daarnaast wordt aandacht besteed aan democratisch burgerschap en kaartvaardigheden van kinderen. Dit alles is aangeboden binnen een context van samenwerkend leren. Het onderzoek evalueert de effecten aan hand van zes pijlers van culturele en sociale ontwikkeling: creativiteit, mediawijsheid, empowerment, de interpersoonlijke sociale ontwikkeling, de identificatie van de kinderen met hun leefomgeving en de betrokkenheid van de ouders. Daarnaast is het project in een internationale context van vergelijkbare, educatieve en creatieve projecten geplaatst.
Dominante onderwijsbenaderingen zien de school als plaats waar je wordt voorbereid op later. Echter, de student leeft nu en in een complexe wereld waarin voorbereiding nooit af is. Wat betekent dat inzicht voor de docent-student-relatie?Doel Met dit onderzoek willen we bijdragen aan een verdere emancipatie van de leerling. Dit behelst dat we ruimte willen vergroten voor de existentiële vragen en ervaringen die de leerling bezig houden en de wijze waarop ze al op jonge leeftijd actief kunnen bijdragen aan de samenleving. Door dit te verbinden aan de rol van de leraar en praktijkervaringen van leraren leggen we de focus op de docent-student-relatie. Resultaten Koen verdedigt op 24 juni 2022 zijn proefschrift "Pedagogy of entanglement: a response to the complex societal challenges that permeate our lives" ("Pedagogiek van verstrengeling: een antwoord op de complexe maatschappelijke uitdagingen die ons leven doordringen…") aan de Universiteit Utrecht. Populaire samenvattingen van zijn proefschrift zijn te vinden onder deze links: populaire samenvatting Nederlands en populaire samenvatting Engels. De wetenschappelijke samenvattingen zijn eveneens te downloaden (zie hieronder). Een pdf of fysieke versie van het proefschrift zijn op te vragen bij Koen (k.r.wessels@uu.nl) Eerdere impressies van zijn onderzoek: Digitale HU-lezing juni 2020 en/of Podcast september 2020 rondom thema "Verstrengeling". Looptijd 01 maart 2018 - 28 februari 2022 Aanpak In de context van het onderzoek gaan we samen met docenten op zoek naar nieuwe manieren om leerlingen en de eigen rol als docent te zien. Hiertoe doet Koen biografische interviews en focusgroepen met een groep docentonderzoekers. Ook doet Koen literatuurstudie en bouwt hij voort op casuïstiek afkomstig uit zijn eigen projectmatige werk in het onderwijsveld verbonden aan De Bildung Academie.
Aanleiding Pedagogisch medewerkers in de kinderdagopvang nemen een actieve, stimulerende en ontwikkelingsgerichte rol in wanneer ze binnen zijn met de kinderen. Maar eenmaal buiten verandert dat in een meer passieve, toezichthoudende rol. Een mogelijke oplossing om het gebruik van de buitenruimte als pedagogische ruimte te verbeteren, is de inzet van 'groene experts'. Dit zijn mensen met een rijke ervaring op het vlak van natuur. Verder hebben zij ervaring met jonge kinderen als ouder of door (vrijwilligers)werk. Doelstelling Het project beoogt het pedagogisch handelen van de pedagogisch medewerkers in de buitenruimte te professionaliseren, door de inzet van getrainde vrijwilligers die als 'groene experts' de pedagogisch medewerkers ondersteunen. De samenwerking met 'groene experts' moet de veranderingen in denken en doen bij pedagogisch medewerkers in kaart brengen ten aanzien van risicovermijding en exploratiemogelijkheden voor kinderen in de buitenruimte. Het project wil bovendien de inzet van 'groene experts' optimaliseren door succeservaringen en knelpunten te identificeren en zo tot een goed werkend format voor kinderdagverblijven komen. Beoogde resultaten Het concrete resultaat van dit project is een handboek voor kinderdagverblijven met daarin een model, praktijkverhalen en aanbevelingen. Verder levert het project voor de kinderdagverblijven kennis, inzicht en handelingsbekwaamheid op. Voor het lectoraat Natuur & Ontwikkeling Kind van Hogeschool Leiden en het Instituut voor Ecologische Pedagogiek van Hogeschool Utrecht biedt het project wetenschappelijke en beroepsmatige kennisontwikkeling. Er worden vier voorbeeldlocaties ingericht die worden beschreven in een vakpublicatie en zijn te bezoeken door professionals in de kinderdagopvang. Het traject levert minimaal één wetenschappelijke publicatie en/of presentatie op.
Het kunnen voeren van een ‘goed’ gesprek vraagt om veel ervaring en kost veel tijd. Door te oefenen en feedback te krijgen op de eigen gespreksvoering, doet de student deze ervaring op. Een online VR-leeromgeving biedt deze mogelijkheid èn komt tegemoet aan de behoefte om in de eigen tijd te leren en niet afhankelijk te zijn van een fysieke setting: het tijd- en plaatsonafhankelijk leren. Het oefenen van sociale vaardigheden met behulp van digitale middelen blijkt effectief te zijn: onderzoek heeft aangetoond dat het positieve impact heeft op de ontwikkeling van kennis en vaardigheden van communiceren. Aansluiting bij strategisch thema Dit project sluit aan op de strategische thema’s ‘horizontaal samenwerken intern’ en ‘samenwerken extern’. Vier partijen zijn betrokken: Instituut Archimedes (initiatiefnemer); lectoraat Communicatie in Digitale Transitie (onderzoek); lectoraat Digitaal Betekenisvol Innoveren (onderzoek) en DEVcake (software). Inzet van digitale middelen om gespreksvaardigheid te oefenen past binnen de HU-ambitie Digitalisering gericht op mens en cultuur. Doel Het doel van dit project is een online VR-leeromgeving te ontwikkelen waarmee een gespreksomgeving wordt gesimuleerd binnen de domeinen: Educatie en Zorg. Inzichten uit het veld van de van pedagogische gespreksvoering in docent-leerling interactie en discoursanalytische inzichten in zorgprofessional-patiënt interactie worden gebruikt om de oefentool, gericht op het voeren van slechtnieuwsgesprekken, te ontwerpen. Resultaten Het project heeft een online VR-leeromgeving opgeleverd, ontwikkelt met het werkveld: docenten en zorgprofessionals. Ontwerp, inhoud en effectiviteit van de tool zijn gevalideerd en getest in samenwerking met de praktijk binnen demo-sessies. Hierin zijn de opgeleverde Rubric, Interactieve PDF en online leeromgeving getest. Daarbij bleek uit de interviews dat een weergave van de verschillende fasen van gespreksvoering niet eerder op deze manier in het onderwijs zijn toegepast. Er volgt nog een wetenschappelijk artikel over het project. Doorwerking in het onderwijsDe tool wordt daarom gezien als een toegevoegde waarde voor het onderwijs, waarbij de docent/fysiotherapeut handelingsrichtlijnen krijgt. De resultaten zijn daarom ook gedeeld met verschillende insitituten binnen Hogeschool Utrecht. Hieronder vallen zowel docenten als studenten van het Insitituut voor Bewegingsstudies, voor Communicatie en Archimedes, instituut Social Work en Ecologische Pedagogiek en de lectoraten Betekenisvol Digitaal Innoveren en Communicatie in Digitale Transitie. Looptijd 01 februari 2020 - 30 december 2021 Aanpak Op basis van een literatuurstudie naar slechtnieuwsgesprekken binnen de twee domeinen Educatie en Zorg worden rubrics ontwikkeld. Deze rubrics zijn gevalideerd met behulp van 25 professionals (docenten en zorgprofessionals). De inhoud van de rubrics vormt – samen met resultaten uit promotieonderzoek - de basis voor de dialogen die in VR-video’s zijn opgenomen. Feedbackmessages zijn opgenomen in de tool. De VR-tool wordt getest onder educatie- en zorgprofessionals. In het laatste stadium van het project worden pilots opgezet binnen de domeinen Educatie en Zorg om de leereffecten te meten.