Voor dit boekje ‘(Her)ken je student!’ hebben studenten en medewerkers hun verhaal verteld over vier verschillende studenttypes, ingedeeld op basis van bevlogenheid en emotionele uitputting. Deze vier types hebben hun eigen karaktereigenschappen en behoeftes. Natuurlijk is iedere student uniek en is geen student precies hetzelfde. Maar dat maakt het ook ongrijpbaar. Want hoe ga je dan om met alle verschillende behoeftes van de honderdduizenden studenten die alleen al in Nederland studeren? De vier herkenbare studenttypes in dit boekje geven richting en bewustwording voor zowel studenten als docenten. Daarnaast worden in dit boekje praktische handvatten aangeboden. Zo kan je als student zelf testen hoe het staat met je eigen bevlogenheid en uitputting. En docenten kunnen de gesprekstips gebruiken om te onderzoeken wat de behoeftes zijn van de student en wat nodig is om deze te kunnen vervullen.
DOCUMENT
Aranka Dol doet onderzoek naar virtual personalized coachingssystemenvoor o.a. emotie eters. Emotie eten wordt beschouwd als een risicofactorvoor gewichtstoename, obesitas en eetstoornissen en wordt gezien als eenbelangrijk symptoom van overeten en eetbuien. Het onderzoek richt zich ophet tegengaan van emotioneel eten, hier gedefinieerd als de drang tot (over)eten als reactie op negatieve emoties. Er wordt onderzocht hoe emotie eterskunnen worden bijgestaan als zorgverlening niet beschikbaar is, door onderandere het aanbieden van bij de probleemsituaties (het ervaren van cravings,en het hebben toegegeven aan een eetbui) passende coaching.
DOCUMENT
Background: Around 13% of the world’s population suffers from obesity. More than 40% of people with obesity display emotional eating behaviour (eating in response to negative emotions or distress). It is an alternate to moreeffective coping strategies for negative emotions. Our study explored the opportunities for helping adults with emotional overeating using a virtual coach, aiming to identify preferences for tailored coaching strategies applicable in a personal virtual coach environment. Three different coaching strategies were tested: a validating, a focus-on-change, and a dialectical one – the latter being a synthesis of the first two strategies. Methods: A qualitative study used vignettes reflecting the two most relevant situations for people with emotional eating: 1. experiencing negative emotions, with ensuing food cravings; and 2. after losing control to emotional eating, with ensuing feelings of low self-esteem. Applied design: 2 situations × 3 coaching strategies. Participants: 71 adult women (Mage 44.4/years, range 19–70, SD = 12.86) with high scores on the DEBQ-emotional eating scale (Memo 3.65, range 1.69–4.92, SD = .69) with mean BMI 30.1 (range 18–46, SD = 6.53). They were recruited via dieticians’ practices, were randomly assigned to the conditions and asked how they would face and react to thepresented coaching strategies. Data were transcribed and a thematic analysis was conducted. Results: Qualitative results showed that participants valued both the validating coaching strategy and the focus-onchange strategy, but indicated that a combination of validation and focus-on-change provides both mental supportand practical advice. Data showed that participants differed in their level of awareness of the role that emotions play in their overeating and the need for emotion-regulation skills. Conclusion: The design of the virtual coach should be based on dialectical coaching strategies as preferred by participants with emotional eating behaviour. It should be tailored to the different stages of awareness of their emotions and individual emotion-regulation skills.
DOCUMENT
Objectives: Emotional eating is recognized as a potential contributor to weight gain. Emotional eaters often hide their problems because of feelings of shame about their behavior, making it challenging to provide them with the necessary support. The introduction of a virtual coach might offer a potential solution in assisting them. To find out whether emotional eaters are receptive to online personalized coaching, we presented emotional eaters with two essential proto-typical problem situations for emotional eaters: “experiencing cravings” and “after giving in to cravings,” and asked them whether they preferred one of the three coaching strategies presented: Validating, Focus-on-Change and Dialectical.Methods: An experimental vignette study (2 × 3 design) was carried out. The vignettes featured two distinct personas, each representing one of the two common problem scenarios experienced by emotional eaters, along with three distinct coaching strategies for each scenario. To identify potential predictors for recognition of problem situations, questionnaires on emotional eating (DEBQ), personality traits (Big-5), well-being (PANAS), and BMI were administrated.Results: A total of 62% of the respondents identified themselves with “after giving in to cravings” and 47% with “experiencing cravings.” BMI, emotional eating and emotional stability appeared to be predictors in recognizing both the problem situations. In “experiencing cravings,” the participating women preferred Dialectical and the Validation coaching strategies. In the “after giving in to cravings” condition, they revealed a preference for the Dialectical and the Focus-on-Change coaching strategies.Conclusion: Using vignettes allowed a less threatening way of bringing up sensitive topics for emotional eaters. The personas representing the problem situations were reasonably well recognized. To further enhance this recognition, it is important for the design and content of the personas to be even more closely related to the typical problem scenarios of emotional eaters, rather than focusing on physical characteristics or social backgrounds. This way, users may be less distracted by these factors. With the knowledge gained about the predictors that may influence recognition of the problem situations, design for coaching can be more customized. The participants represented individuals with high emotional eating levels, enhancing external validity.
DOCUMENT
De schuldenproblematiek in Nederland is nog steeds groeiende. De impact op de schuldenaar, maar ook op de samenleving, is groot. Financiële problemen zijn voor een groot deel een gedragsvraagstuk. In deze dissertatie staat het gedrag van de groep consumenten met een financiële achterstand centraal. Uit de analyses blijkt dat het niet één specifieke gedraging is die leidt tot financiële problemen, maar een combinatie van verschillende gedragingen die het risico op financiële problemen vergroten. Zo spelen niet bijhouden van de administratie, post en niet vooruit plannen een rol. Analyses naar de oorzaken van deze gedragingen laten bovendien zien dat er verschillende factoren en processen zijn die samenhang vertonen met het financiële gedrag. Onder meer de rol van self-efficacy, self-control en sociale steun, is onderzocht en blijken een samenhang te hebben. Financiële problemen kennen een eigen dynamiek. Eenmaal geconfronteerd met financiële problemen, verandert het gedrag van de consument. Deze verandering wordt deels veroorzaakt, doordat hij zich moet aanpassen en bijvoorbeeld meer gaat bezuinigen. Maar de verandering van gedrag is ook het gevolg van processen zoals schaarste en een veranderende houding ten opzichte van schulden.
DOCUMENT
Lector Sanne de Vries startte tien jaar geleden als lector bij het lectoraat Gezonde Leefstijl in Stimulerende Omgeving (GLSO). In het afgelopen decennium veranderde de focus van het lectoraat én groeide de kenniskring uit tot een maatschappelijk betrokken groep onderzoekers met impact in het werkveld. Een terugblik op tien jaar onderzoek met de lector die zelf minimaal drie keer per week sport en houdt van gezond én lekker eten.
DOCUMENT
Background Emotional eating is a complex problem fostering obesity and resulting from maladaptive emotionregulation. Traditional behavioural weight loss interventions have shown insignificant effect. They can be improvedby targeting the specific needs of individuals with emotional eating.Objective The current study explored a tailored online approach with the aim to positively influence affect (positiveand negative) and emotion regulation by applying one of three exercises: body scan, opposite action, and positivereappraisal.Design An embedded mixed‑method design (questionnaire data (t0, t1, t2) and perceived usefulness of exercisesin t2) was used to evaluate the effects of a two‑week online quasi‑experimental pilot study.Subjects/setting In total, 80 participants with self‑reported emotional eating difficulties (DEBQ‑E; Memo = 3.48,SD = .64, range 1.62–4.92) finished baseline measurements; 15 completed the intervention. The study sample was pre‑dominantly female (95%), from 18 till 66 (Mage = 38,0 ± SD = 14.25).Results Participants reported that the exercises helped them to pay attention to their physical sensations, and to see positive aspects in negative matters. The exercises were considered difficult by the participants, with too littleexplanation, and dull, due to minor variation. The observed changes revealed small, and moreover, not significant improvements of the three exercises on positive and negative affect and overall emotion dysregulation. Although the quantitative results did not reach significance, the qualitative data highlighted which aspects of the tailored exer‑cises may have contributed to mood and emotion regulation outcomes. A notable observation in the present studyis the substantial dropout rate, with the number of participants decreasing from 80 at baseline (T0) to 15 at the post‑intervention stage (T2).Conclusions Future studies should identify tailored online exercises in emotion regulation skills in more detailand explore the contexts in which they are most effective in a personalized virtual coach virtual coach to be devel‑oped for individuals with emotional eating. Given the high dropout rate, more emphasis should be given to a properpresentation of the exercises, as well as more explanation of their usefulness and how to perform them.
DOCUMENT
Verhuizen naar een verpleeghuis is vaak een emotioneel ingrijpende gebeurtenis die om een groot aanpassingsvermogen van nieuwe bewoners en hun sociale omgeving vraagt. Een van de uitdagingen voor zorgorganisaties is om te zorgen dat bewoners zich ondanks alles in het verpleeghuis thuis voelen. De vraag is welke factoren dit thuisgevoel beïnvloeden. Systematisch literatuuronderzoek door Fontys HHogescholen heeft deze nu in kaart gebracht
DOCUMENT
Kijkend naar de ontwikkelingen in de medische en farmaceutische zorg, concludeer ik dat het belang van innovaties niet altijd in overeenstemming is met de snelheid waarmee die innovaties hun plek krijgen in het standaardhandelingsarsenaal van zorgverleners. Veranderingen in de zorg gaan vaak langzaam en doorbraken worden slecht herkend. De vraag is hoe dit komt. Er blijken vele factoren van invloed op het mogelijke succes van een innovatie. Van groot belang is het inzicht dat innoveren meer is dan iets bedenken en dan maar aannemen dat het wel zal worden opgepikt door de (potentiële) doelgroep. Het aan de man brengen (‘dissemineren’) van de innovatie is mede bepalend voor een succesvolle implementatie. In de farmaceutische zorg is voor deze overbruggingsfunctie een belangrijke rol weggelegd voor de farmakundige. Mijn lectoraat, dat is gekoppeld aan de opleiding Farmakunde, zal zich bezighouden met het onderzoek naar het proces om farmaceutische innovaties te dissemineren. In deze openbare les licht ik de context en consequenties van dit onderzoeksthema nader toe. Ik begin met een uitleg van de farmakundige en diens toegevoegde waarde in het werkveld (hoofdstuk 1), en vervolg met een korte beschrijving van recente veranderingen binnen de zorg (hoofdstuk 2). In het begeleiden van die veranderingen ligt een belangrijke meerwaarde van de farmakundige, en de missie van dit lectoraat. Daarna (hoofdstuk 3) beschouwen we het innoveren in de (farmaceutische) gezondheidszorg in meer detail. Hoofdstuk 4 geeft diverse handvatten voor het kiezen van de juiste interventies om de afstand tussen de innovator en de toekomstige gebruiker te overbruggen en zodoende de toegang voor de gebruiker tot de innovatie te verbeteren. De keuze van de onderzoekslijnen van mijn lectoraat, zoals in hoofdstuk 5 beschreven, is daarvan afgeleid
DOCUMENT
De snelle toename van overgewicht en obesitas is een wereldwijd verschijnsel. Oorzaak? Richtlijnen voor gezonde voeding en lichamelijke beweging worden op grote schaal niet gehaald. Een belangrijke risicogroep als het gaat om ongezond gedrag wordt gevormd door jongeren die een laag opleidingsniveau volgen. Het opleidingsniveau en het jong zijn maken dat deze doelgroep moeilijk vatbaar is voor gezondheidsvoorlichting. Jongeren hebben vaak een onvolledig beeld over hoe ze gezond kunnen leven en onderschatten de gezondheidsrisico's die gepaard gaan met hun ongezonde leefstijl sterk. De overheid speelt een belangrijke rol bij de ontwikkeling van gezondheidbevorderende interventies. Zij heeft als taak burgers te informeren en oplossingen aan te dragen voor problemen in de samenleving. Deze verantwoordelijkheid heeft ertoe geleid dat de overheid al jarenlang campagnes ontwikkelt om burgers te wijzen op gezond en veilig gedrag. Er bestaat echter veel onduidelijkheid en onzekerheid over de waarde van communicatie als instrument om het gedrag van mensen te beïnvloeden. Gedrag beïnvloedende communicatie wordt in de overheidsvoorlichting al jarenlang als problematisch beschouwd. Om een blijvende gedragsverandering teweeg te brengen, is het noodzakelijk om te weten hoe het menselijk gedrag werkt en welke factoren hierop van invloed kunnen zijn. Een theorie die het verkrijgen en toepassen van dergelijke inzichten centraal stelt en zich sinds enige jaren in een groeiende belangstelling mag verheugen, is de 'theorie' van social marketing. De inzichten van deze multidisciplinaire aanpak zijn veelbelovend en sluiten goed aan bij het groeiende besef dat gezondheidsinterventies alleen succesvol kunnen zijn indien gekozen wordt voor een geïntegreerde aanpak. Deze publicatie beoogt een bijdrage te leveren aan het verbeteren van gezondheidsvoorlichting aan laagopgeleide jongeren. Er worden nog te veel campagnes ontwikkeld die er niet in slagen deze doelgroep te doordringen van de persoonlijke gezondheidsrisico's die zij lopen. In dit onderzoek zijn de inzichten van social marketing toegepast op de problematiek van overgewicht bij laagopgeleide jongeren. We zijn ervan overtuigd dat met diepgaande kennis van de doelgroep, inzicht in hun gedragingen, motieven, drijfveren, en mediagebruik, ook zij overtuigd kunnen worden van het nut van een gezonde leefstijl.
DOCUMENT