Voorafgegaan door een korte historische schets is het domein van communicatie bepaald in de afstemming tussen de overheidswereld en de buitenwereld met een focus op contactmomenten en informatiedragers. Het gereedschap dat de communicatieprofessional inbrengt is het vermogen om de organisatie te confronteren met het perspectief van de buitenwereld waarbij hij in staat is om informatie van betekenis te voorzien. Binnen dat kader heeft hij oog voor alle gedragsaspecten van de overheid en niet alleen voor zaken die op grond van traditie of op grond van een manifeste vraag aan hem worden voorgelegd. Vervolgens is besproken welke verschijningsvormen van communicatie in de praktijkbeoefening te onderscheiden zijn. De succesvolheid van de inspanningen worden getoetst via het criterium van de effectiviteit. Tenslotte is aan de orde geweest het type doel waaraan de effectiviteit afgemeten kan worden. Dat doel is normaliter geformuleerd in termen van een geslaagde interactie en alleen bij de uitvoering van beleid kan dit op basis van democratische legitimering het verkopen van beleid zijn.
In dit rapport wordt verslag gedaan van een onderzoek met behulp van de Most Significant Change benadering, naar de impact van een Professionaliseringstraject Ethisch Actorschap (PEA). Ethische reflectie is de laatste jaren ‘booming business’. Steeds meer organisaties besteden aandacht aan ethiek op de werkvloer en stimuleren ethische reflectie van medewerkers. Als ethici en onderzoekers verwelkomen wij deze ontwikkeling uiteraard, maar wij stelden onszelf ook de vraag: wat levert al die reflectie de medewerkers en cliënten eigenlijk op? Deze vraag was aanleiding om een onderzoek hiernaar in te richten, met als hoofdvraag: Tot welke ethische impact leidt een ethisch professionaliseringstraject en op welke manier kunnen we deze in beeld brengen?
Reclame is in onze samenleving een zeer aanwezig fenomeen waarin bovendien veel geld omgaat. Een hoge dunk van het verschijnsel heeft de consument niet; reclame werkt prijsverhogend, is misleidend en geeft geen betrouwbare informatie. Bovendien gaat er een systeembevestigende en manipulatieve werking van uit. Vooral de jonge consument prikt de droomwereld genadeloos door, zo blijkt uit onderzoek. Het komt toch weer aan op authenticiteit, kwaliteit en service. Criteria als goede smaak en fatsoen zijn zeer omstreden, niet alleen omdat het vage normen zijn die vrij willekeurig toegepast lijken te worden, maar ook uit een oogpunt van uitingsvrijheid. Bovendien is er nog het probleem van de morele consensus in onze pluriforme samenleving. Al met al voldoende redenen om te bepleiten dat ook de reclame in de mediaopvoeding voldoende aandacht krijgt en dat nieuwe generaties mediaconsumenten worden ingewijd in de werking van de reclame, niet alleen in psychologisch maar zeker ook in moreel opzicht. Voorts zou de zich in ons land maar moeizaam ontwikkelende mediakritiek meer aandacht kunnen besteden aan wat in de reclamewereld gebeurt. Maatschappelijk debat is efficiënter en effectiever dan restrictieve bepalingen.
Dit promotieproject richt zich op Conversational Agents en hun rol in de dienstverlening in het publieke domein. Geautomatiseerde vormen van communicatie komen steeds vaker voor. Dit roept vragen op over het opbouwen van relaties, vertrouwen, vormen van servicegebruik en data-ethiek.Doel De interdisciplinaire studie onderzoekt kritisch hoe de interacties van burgers met Conversational Agents het vertrouwen in publieke organisaties vormgeven. Resultaten Inzichten over huidig en eerder onderzoek naar vertrouwen en Conversational Agents door middel van een systematisch literatuuronderzoek Identificatie van ‘trust markers’ in gebruikersinteracties met bots Inzichten over opvattingen en reacties van burgers op verschillende gradaties van antropomorfisering in CA-design Begrip over de rol van Conversational Agents in de citizen journey Looptijd 01 januari 2023 - 01 januari 2027 Aanpak Er zullen vier onderzoeken worden uitgevoerd, afgestemd op dimensies van vertrouwen. Deze studies gaan over concepten van vertrouwen, identificeren ‘trust markers’ in mens-bot-dialogen, voeren experimenten uit rond mens-bot-relaties en onderzoeken de rol van CA's in de burgerreis door digitale diensten. Afstudeerproject Chatbots en Voice assistants Tijdens het onderzoeksproject Bots of Trust (BOT) zijn er verschillende mogelijkheden om met studenten samen te werken aan een gerelateerd vraagstuk zoals chatbots en/of voice assistants en hoe deze vorm geven aan vertrouwen in verschillende sectoren.
HKU wil Impuls 2020 inzetten voor de doorontwikkeling en versterking van de onderzoeksomgeving binnen de kunsthogeschool als onderwijs- en kennisinstelling enerzijds; Anderzijds voor de ontwikkeling en versteviging van netwerken en samenwerkingsverbanden in de regio en met andere (kunst)hogescholen in duurzame en kansrijke initiatieven met maatschappelijke impact. Het hbo-postdoc onderzoek ‘Common Ground, Praktijk, filosofie en ethiek van onderzoek aan HKU’ dat bijdraagt aan de articulatie van de verschillende methodologieën aan HKU, wordt verlengd. Om nieuwe en bestaande onderzoeksgroepen kwalitatief goed te ondersteunen, willen we het fundament van de ondersteunende onderzoeksinfrastructuur aan HKU verder versterken. Door opdrachtmatige uitbreiding van het team van kennismedewerkers zorgen we voor een goede verankering van nieuwe onderzoeksposities in het functiehuis en professionalisering van de bedrijfsvoering van het onderzoek. We brengen een versnelling op gang in ons traject “HKU Op weg naar Open Science” door een extra investering in menskracht en een online platform voor HKU Press. Strategisch zijn we actief betrokken bij het ontwikkeljaar van de pilot derde cyclus in het hbo vanuit het cluster Kunst + Creatief. HKU heeft de ambitie om de samenwerking met het brede zorgdomein in Utrecht te intensiveren. We willen investeren in een stevige onderzoeksomgeving en het regionaal kennis-ecosysteem op het gebied van Health, met aandacht en ruimte voor de specifieke rol en meerwaarde die praktijkgericht kunstonderzoek heeft in onderzoeksprojecten in (samenwerking met) dit domein. Dit doen we door een Kwartiermaker aan te trekken. Samen met AHK willen we de mogelijkheden voor meer samenwerking tussen de kunsthogescholen, en specifiek tussen onze beide instellingen concreet gaan onderzoeken. Om de thematische en methodologische raakvlakken in kaart te brengen, en kennismaking en uitwisseling tussen onderzoeksgroepen te organiseren, stellen we gezamenlijk een verkenner/aanjager aan. Onderdeel van de verkenningsopdracht is om te kijken naar aansluiting op de landelijke beleidsagenda’s en de haalbaarheid van gezamenlijke aanvragen.
“ The Voice beerput” (Volkskrant, 2022), ziekmakende werkcultuur DWDD (Telegraaf 2022) , “Er ligt een deken van angst over IT bedrijf Centric” (Financieel Dagblad, 2022), zo maar een aantal bedrijven die afgelopen jaar in het licht kwamen vanwege een onveilige en/of verziekte werkcultuur. In veel journalistieke artikelen hieromtrent werd de rol van de leider breed uitgemeten. Niet zonder reden, want leiders spelen een spilfunctie waar het gaat om het scheppen van een veilig werkklimaat. Ondanks dat een groeiend aantal leiderschaps-en managementprogramma’s aandacht besteedt aan goed leiderschap, een gezonde werkcultuur of een vruchtbaar werkklimaat, is er nog beperkte kennis omtrent het uitdragen van zogeheten ‘ethisch leiderschap’ zowel in de organisatie als extern via media-uitingen en interviews. In Moreel Leiderschap schetst voormalig ombudsman Brenninkmeijer hoe leiders niet zelden valse berichten via journalistieke uitingen verspreiden en zo het morele kompas van een organisatie en het ethos van de leider vertroebelen. De link tussen ethisch leiderschap in relatie tot media-uitingen is echter spaarzaam onderzocht. Dat is opmerkelijk daar van veel leiders steeds vaker een po-actieve houding naar de media gevraagd wordt en daarnaast veel misstanden omtrent leiderschap via de media wordt geagendeerd. Kennis omtrent de manieren om goed leiderschap over te dragen ontbreekt, terwijl die juist van pas kan komen om handelingsperspectieven te bieden voor het beter agenderen van ethisch leiderschap. In dit onderzoek zoomen we in op de rol van leiders in bedrijven die afgelopen jaren de door Intermediair samengestelde top 10 aanvoerden van beste werkgevers. Middels een discoursanalyse kijken we naar de visuele en verbale middelen om ethisch leiderschap uit te dragen. Wat zijn de handelingsrepertoires van leiders waar het gaat om in-en externe communicatie van de organisaties die afgelopen jaren goed scoren vanwege een gezond en vruchtbaar werkklimaat? Hoe kunnen we inzichten hieromtrent meenemen voor het vormgeven van toekomstig leiderschap?