Sommige ouders krijgen in hun leven te maken met een opeenstapeling van omstandigheden die hun welbevinden negatief beïnvloeden, zoals schulden, gezondheidsproblemen en werkloosheid. Het kan voor deze ouders lastig zijn om te focussen op opvoeden. Zij kunnen profiteren van groepsgerichte opvoedingsondersteuning: preventieve activiteiten bedoeld om opvoedingscompetenties te vergroten en zo opvoedingsomstandigheden te verbeteren. Dit artikel beschrijft een onderzoek naar de factoren die door ouders, vrijwilligers en jeugdprofessionals als werkzaam worden ervaren in het versterken van ouders en het ontstaan van steunende netwerken, en de rol die jeugdprofessionals en vrijwilligers hierin spelen. Er werd een participatief, narratief onderzoeksdesign gehanteerd. Uit de analyse van de ervaringen van de betrokkenen komen drie inhoudelijke ervaren werkzame factoren naar voren: (1) uitwisselen en leren, (2) ontmoeten en steunen, en (3) ontspannen en opladen. Daarnaast komen er drie procesmatige ervaren werkzame factoren naar voren: (4) professionele vaardigheden van jeugdprofessionals en vrijwilligers, (5) structuur, en (6) groepsdynamiek. Deze zes ervarenwerkzame factoren dragen er gezamenlijk aan bij dat ouders een steunend netwerk ontwikkelen en zich gesterkt voelen in hun ouderrol.
Sommige ouders krijgen in hun leven te maken met een opeenstapeling van omstandigheden die hun welbevinden negatief beïnvloeden, zoals schulden, gezondheidsproblemen en werkloosheid. Het kan voor deze ouders lastig zijn om te focussen op opvoeden. Zij kunnen profiteren van groepsgerichte opvoedingsondersteuning: preventieve activiteiten bedoeld om opvoedingscompetenties te vergroten en zo opvoedingsomstandigheden te verbeteren. Dit artikel beschrijft een onderzoek naar de factoren die door ouders, vrijwilligers en jeugdprofessionals als werkzaam worden ervaren in het versterken van ouders en het ontstaan van steunende netwerken, en de rol die jeugdprofessionals en vrijwilligers hierin spelen. Er werd een participatief, narratief onderzoeksdesign gehanteerd. Uit de analyse van de ervaringen van de betrokkenen komen drie inhoudelijke ervaren werkzame factoren naar voren: (1) uitwisselen en leren, (2) ontmoeten en steunen, en (3) ontspannen en opladen. Daarnaast komen er drie procesmatige ervaren werkzame factoren naar voren: (4) professionele vaardigheden van jeugdprofessionals en vrijwilligers, (5) structuur, en (6) groepsdynamiek. Deze zes ervaren werkzame factoren dragen er gezamenlijk aan bij dat ouders een steunend netwerk ontwikkelen en zich gesterkt voelen in hun ouderrol.
MULTIFILE
De wereldwijde dronemarkt in 2025 bedraagt 12 MRD€, waarvan 2 MRD€ in Europa. Nieuwe Europese wetgeving maakt automatisch vliegen mogelijk, waardoor de toepassingsbusiness cases valide worden (precisielandbouw, veiligheid, inspectie & maintenance). Vele drone systeem integratoren zijn bezig met oplossingen voor deze specifieke toepassingen. Zij hebben echter allen behoefte aan noodzakelijk technologie voor het autonoom vliegen: (1) autonoom en obstakelvrij een pad vliegen (2) automatisch landen en opstijgen (3) automatisch opladen en payload wissel. De voorziene Business-to-Business startup levert deze technologieën als component aan de drone systeem integratoren. De business case wordt ver ontwikkeld en het team aangevuld
Elektrisch rijden heeft zijn definitieve doorbraak gemaakt. Het opladen van deze auto’s zorgt echter voor een verzwaring van de belasting van het lokale elektriciteitsnetwerk. Gemeentes en netbeheerders onderzoeken samen welke slimme laadtechnieken een oplossing kunnen bieden op grote schaal om zo grote investeringen in het elektriciteitsnet te voorkomen. Door de snelheid waarmee het probleem op ons afkomt en de diverse stadia van ontwikkeling van de oplossingen zorgt dat gemeentes geen goed overzicht hebben van welke techniek waar en wanneer het beste kan worden toegepast. De onderzoeksvraag binnen dit project luidt daarom ook: Hoe kunnen gemeentes en netbeheerders kiezen tussen de (combinaties van) verschillende slimme technieken voor het inpassen van laadpalen voor elektrische auto’s in het elektriciteitsnet met een evenwichtige afweging van de belangen van alle ketenpartners? De doelstelling van dit project is bij te dragen aan de evaluatie van verschillende slim laden technieken zodat publieke partijen zoals gemeentes, regionale overheden en netbeheerders rondom keuzes voor slimme inpassingen van laadinfrastructuur voor elektrische auto’s. Omdat verschillende technieken zich in verschillende stadia van ontwikkeling bevinden, maar er een hoge mate van urgentie is voor het verminderen van de druk op het elektriciteitsnet wordt er voor de publieke partijen een analyse gemaakt van het potentieel van de verschillende technieken in de tijd. De analyse bevat kennis over het potentieel, de technische toepassing, de organisatorische randvoorwaarden en een financiële afweging. Deze kennis zal zorgen voor het versnellen van de transitie naar zero-emissie vervoer binnen de gemeentes. De analyse wordt gedaan aan de hand van evaluatie van diverse projecten in de praktijk met een breed scala aan technieken, van de toepassing van (stationaire) batterijen, integratie in lokale energienetten en het grootschalig toepassen van slim laden. Inzichten hieruit worden geëvalueerd om tot een integraal advies voor publieke partijen te komen.
In Nederland wordt flink nagedacht over mobiliteitsconcepten waarmee problemen als emissies, fijnstof, parkeerdruk en congestie kunnen worden teruggedrongen. Vooral in stedelijke omgevingen is hier veel aandacht voor om de leefbaarheid en toegankelijkheid binnen deze gebieden te vergroten. Lichte elektrische voertuigen (LEVs) zijn klein, schoon en wendbaar en kunnen in de mobiliteitstransitie die dit toekomstbeeld vereist een prominente rol spelen. Één van de vereisten voor deze transitie is de mogelijkheid om deze voertuigen – van monowheels tot microcars – veilig en toegankelijk te kunnen laden, zodat zij hun functie als duurzame vervanger van traditionelere vervoersmiddelen met verbrandingsmotor kunnen vervullen. Hiervoor is een wijdverspreid netwerk van laadmogelijkheden nodig. Voor LEVs is dit in theorie niet zo heel moeilijk, omdat de accu's van deze voertuigen zowel via (publieke) laadpalen als via een willekeurig stopcontact zouden kunnen worden opgeladen. Gemak dient de mens, zou je dus zeggen? Echter, bestaande laadpalen zijn hiervoor op dit moment niet beschikbaar. Daarnaast hebben veiligheidsrisicoanalisten de noodklok geluid over de veiligheidsrisico's van het laden van LEV-accu's. Zij vrezen dat door onjuist hanteren of het laten vallen of stoten van de accupakketten de brandveiligheid van de accu's niet te garanderen en controleren is; een probleem dat de brandweer publiekelijk onderschrijft. In “LEV: Laad Maar!” duiken vier praktijkpartners in deze nieuwe problematiek en beantwoorden we de vraag: Middels welke laad technologieën kan het veilig en toegankelijk laden van LEVs in Nederland worden verbeterd? Het doel is om een handreiking voor techniekontwikkelaars en veiligheidsadviseurs te ontwikkelen op basis waarvan keuzes over de laadsystemen voor LEVs kunnen worden ondersteund. Hiertoe worden in dit project literatuuronderzoek, interviews en studentenprojecten met betrekking tot optimale ontwikkeling van laadinfrasystemen uitgevoerd. De resultaten zullen worden gepubliceerd in factsheets, vakpublicatie(s) en presentatie(s) voor de doelgroep, en worden opgenomen in het onderwijs op de HAN over laadinfra en (LEV-)accusystemen.