Het opleiden van persoonsgerichte professionals in de gezondheidszorg behoeft curriculum-innovatie. Persoonsgerichtheid wordt wereldwijd gezien als noodzakelijk, om humanistische zorgprincipes meer ruimte te bieden. Gezondheidszorgorganisaties geven hieraan invulling door het creëren van omgevingen en relaties waarin alle betrokkenen tot hun recht kunnen komen. Gezondheidszorgopleidingen kunnen dit proces versterken door studenten tijdens de opleiding zelf persoonsgerichte relaties te laten ervaren. Dit kan tevens uitval van studenten tijdens de opleiding tegengaan. We ontwikkelden een innovatief raamwerk dat het ontwerpen, uitvoeren en evalueren van gezondheidszorgcurricula ondersteunt. Deze best practice in de vorm van een faction, beschrijft het persoonsgericht opleiden van verpleegkundigen met dit raamwerk.
DOCUMENT
Protocollair gestuurde zorg en individuele afstemming van verpleegkundige zorg lijken op gespannen voet te staan met elkaar, maar is dit ook zo? In de evidence-based practice (EBP) zijn drie componenten belangrijk voor een zorgvuldige besluitvorming: bewijs uit wetenschappelijk onderzoek, kennis over best practices en kennis over voorkeuren en waarden van zorgvragers. Veel belang wordt toegekend aan bewijs uit wetenschappelijk onderzoek dat vooral zichtbaar is in de toepassing in richtlijnen en protocollen. In de huidige regelgerichte zorg ligt veel nadruk op het naleven van die protocollen, veel minder aandacht gaat uit naar het afstemmen op de individuele voorkeuren van de patiënt.
DOCUMENT
De zorg voor ouderen staat onder druk. Om de zorg uitvoerbaar, toegankelijk en betaalbaar te houden en bovenal persoonsgericht en kwalitatief op hoogwaardig niveau, is een andere manier van zorgen nodig, waarbij technologische hulpmiddelen een rol kunnen spelen. Hoe doen we dat op een manier die echt werkt?
LINK
De zorg voor ouderen staat onder druk. Om de zorg uitvoerbaar, toegankelijk en betaalbaar te houden en bovenal persoonsgericht en kwalitatief op hoogwaardig niveau, is een andere manier van zorgen nodig, waarbij technologische hulpmiddelen een rol kunnen spelen. Hoe doen we dat op een manier die echt werkt? Rol van het technologische hulpmiddel Om tot anders zorgen te komen, kunnen we op drie speelvelden innovaties inzetten: ten behoeve van het voorkomen of het verplaatsen van zorg en voor het verbeteren van zorg en zorgrelaties (zie tabel 1). Deze categorieën zijn niet strikt gescheiden: zo kan monitoring op afstand van aandoeningen zoals COPD (een chronische obstructieve longziekte) en hartfalen niet alleen leiden tot succesvol verplaatsen van zorg, maar ook tot betere kwaliteit van de zorg en het voorkomen van (zwaardere) zorg.
LINK
https://crimsonpublishers.com/ggs/fulltext/GGS.000645.php Sinds kort is er in Nederland meer aandacht voor de intieme en seksuele behoeften van ouderen, zowel in hun privé-thuisomgeving als in de langdurige zorg. Het is algemeen bekend dat een persoonsgerichte aanpak nodig is om de kwaliteit van de zorg aan ouderen te verbeteren. Er zijn verschillende hulpmiddelen ontwikkeld om de intieme en seksuele behoeften van oudere volwassenen te ondersteunen. Desondanks is er in de praktijk nog steeds een gebrek aan begrip bij zorgprofessionals (HPC 's) en organisaties hoe ze deze tools in specifieke situaties kunnen gebruiken. Het matchen van de juiste tool met de juiste organisatie, HPC 's, ouderen en hun dierbaren is essentieel om persoonsgerichte intieme en seksuele ondersteuning te bieden aan oudere volwassenen.Sleutelwoorden: Oudere volwassene; Intimiteit, Seksualiteit, Persoonsgericht, Co-creatie, Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg (HCP 's)
MULTIFILE
Narratives are being increasingly used in nursing and action research. In this participatory action research study, nurse leaders of an acute care of the older person unit collectively, critically and creatively reflected on lived experiences in order to explore the concept of person-centred leadership within their own practice. This paper describes a critical and creative reflective inquiry (CCRI) structure and processes, as well as participant evaluations. CCRI has a threephased structure: descriptive, reflective, critical/emancipatory. Reflectivity moves from 'consciousness' to 'critical consciousness' as participants critique and gain insight into their being within context. In the descriptive phase one participant shares a narrative, supported by group members applying the principles of narrative interviewing. As the narrator distances self from the narrative the reflective phase opens, where individuals creatively express their interpretation of the narrative shared. Collective and critical reflection begins as group members dialogue interpretations. As mutual understandings emerge, these are further contested and theorised in the critical/emancipatory phase. Both perspective and practice transformations were expressed within the CCRI space and observed outside it. The CCRI method created a communicative space for leaders to critically reflect, feel supported and develop knowledge and skills that they could immediately apply to daily leadership practice. Skilled facilitation was found to be essential for enabling learning and efficacy and the use of creative expression enriched the inquiry, offering new and unexpected insights. In conclusion, CCRI offers action researchers and participants a new method to explore (new) concepts relevant, and intended, to improve practice.
DOCUMENT
Professional Excellence in Meaningful Music in Healthcare (ProMiMiC) is het onderzoeksproject (2019-2023) naar persoonsgericht musiceren voor ziekenhuispatiënten en hun verpleegkundigen. In het onderzoek is de interprofessionele samenwerking tussen musici en verpleegkundigen onderzocht en is gekeken naar hoe persoonsgerichte (live) muziek kan worden ingezet als katalysator voor een compassievolle patiëntrelatie. Ook zijn modules voor onderwijs en professional development van musici en zorgprofessionals ontwikkeld. Het ProMiMiC consortium bestaat uit muziek- en ziekenhuiszorgpartners uit Groningen (met Hanzehogeschool als penvoerder), Den Haag, Wenen en Londen.
LINK
Inleiding Van praktijkondersteuners wordt verwacht dat zij samen met chronische zieke patiënten doelen en actieplannen formuleren. Dit vraagt een verandering van hun rol: van medisch expert naar coach. Wij onderzochten de ervaringen van praktijkondersteuners en patiënten met COACH, een nieuwe aanpak voor gezamenlijke besluitvorming, en hun mening over de implementatiemogelijkheden van deze aanpak. Methode Vijftien praktijkondersteuners in Noord-Limburg kregen een training in de nieuwe aanpak; 23 patiënten deden mee aan het onderzoek. De kwantitatieve en kwalitatieve procesevaluatie omvatte individuele interviews (n = 15), een focusgroep (n = 9) en vragenlijstonderzoek bij de praktijkondersteuners, interviews met patiënten (n = 10) en dertien audio-opnamen van een consult. Resultaten De praktijkondersteuners vonden COACH waardevol om tot persoonsgerichte doelen te komen, maar moeilijk te integreren in de bestaande werkroutines. Ze ervoeren een rolconflict ten aanzien van het medisch protocol en voelden zich daarin weinig ondersteund door de huisartsen. De helft van de geïnterviewde patiënten merkte geen verschil in de werkwijze van de praktijkondersteuner; de anderen meldden dat de praktijkondersteuner meer vragen had gesteld en dat zij meer inzicht in hun situatie hadden gekregen. Conclusie Om praktijkondersteuners daadwerkelijk te kunnen inschakelen bij gezamenlijke besluitvorming, zullen praktijkondersteuners en huisartsen samen moeten nadenken over een gezamenlijke rolopvatting.
DOCUMENT