We use a randomised experiment to study the effect of offering half of 556 freshman students a learning analytics dashboard and a weekly email with a link to their dashboard, on student behaviour in the online environment and final exam performance. The dashboard shows their online progress in the learning management systems, their predicted chance of passing, their predicted grade and their online intermediate performance compared with the total cohort. The email with dashboard access, as well as dashboard use, has positive effects on student behaviour in the online environment, but no effects are found on student performance in the final exam of the programming course. However, we do find differential effects by specialisation and student characteristics.
MULTIFILE
Tinto’s integration theory has highly influenced research on student success in Europe and America. However, due to the complexity of the theory and the enormous amount of variables, the theory is not suitable for use in regular evaluations in higher education.By including only the best-proven predictive variables, I reduced the amount of variables from Tinto’s theory, avoiding the capitalization of chance and establishing a more easy to use model for teachers and management. The latent variable ‘satisfaction’ was built by using a fraction of the original manifest variables. It was tested, using principal component analysis, in a previous study to prove a good fit of the model. In this paper I focus on the role of background variables (gender, ethnicity, previous education and living situation), to measure their possible influence. A multi-group comparison (X2 difference test) in SPSS AMOS is conducted and path analysis is done to uncover differences on individual paths between the variables.This paper is part of my PhD research, wherein I investigate the possible influence of the use of social media by first year students in higher education.
Kernproblemen in de aansluiting met het hoger beroepsonderwijs zijn de weinig flexibele overgang vanuit voortgezet en middelbaar beroepsberoepsonderwijs en de uitval en vertraging in de propedeuse. Vanaf 2002 werkt Fontys Hogescholen aan een goede doorstroom en aansluiting, die aanhaakt bij de innovaties in het hbo en mbo. De ontwikkeling van de Fontys Competentie Wijzer (FCW) is een belangrijk initiatief hierbij. De FCW is ontwikkeld als instrument voor de student in het middelbaar beroepsonderwijs om te onderzoeken of een vervolgstudie in het hbo iets voor hem is. De FCW is een selfassessment waarin de student zijn loopbaanoriëntatie, studie-interesses, algemene en sectorspecifieke hbo-begincompetenties, leerstrategieën, studiegedrag en ontwikkelpunten zichtbaar maakt. Het invullen van de (digitale) vragenlijst kost ongeveer één uur tijd en de resultaten komen direct beschikbaar. De mbo-student kan met de resultaten een beter onderbouwde keuze maken voor eventuele doorstroom. Ook vormen ze een prima uitgangspunt om te gaan werken aan minder sterke punten. Dit voornemen van de student kan input zijn bij het opstellen van een persoonlijk ontwikkelingsplan (POP). Kortom, de FCW is een instrument om beter regie te kunnen voeren over de eigen studieloopbaan en daardoor kansrijker door te stromen naar en te studeren in het hbo. Wil de FCW succesvol zijn, dan is inbedding in de studieloopbaanbegeleiding voorwaardelijk. Vanuit de ervaringen met de FCW voor het mbo zijn de FCW voor het voortgezet onderwijs (havo) ontwikkeld alsmede de Fontys Propedeuse Wijzer (FPW).
Ontwikkelingsgerichte feedback biedt enorme kansen om de zelfregulatie van studenten te bevorderen. Verschillende principes zijn in dit project gebruikt om onderwijs te ontwerpen voor de propedeuse van de HUpabo. Er wordt gewerkt met principes van programmatisch toetsen, met leeruitkomsten, met leerteamleren, met het digitale portfolio Scorion en een feedbacktraining voor studenten.
Ontwikkelingsgerichte feedback biedt enorme kansen om de zelfregulatie van studenten te bevorderen. Verschillende principes zijn in dit project gebruikt om onderwijs te ontwerpen voor de propedeuse van de HUpabo. Er wordt gewerkt met principes van programmatisch toetsen, met leeruitkomsten, met leerteamleren, met het digitale portfolio Scorion en een feedbacktraining voor studenten.Doel Dit project heeft als doel om met semester onderwijs ruimte te geven aan ontwikkelingsgerichte feedback. Het digitale portfolio wordt een centrale plek waarin studenten feedback ontvangen en hun ontwikkeling kunnen monitoren. De feedbacktraining heeft als doel dat studenten beter in staat zijn feedback te begrijpen en gebruiken. Behaalde resultaten Dit project zal een Nederlandstalig onderzoeksrapport opleveren, resultaten worden gedeeld via presentaties tijdens conferenties en publicaties. Deze opbrengsten zullen interessant zijn voor collega’s in het hoger onderwijs die gebruik maken of willen maken van ontwikkelingsgerichte feedback. Interview Bas Agricola: Ontwikkelingsgericht opleiden met een digitaal portfolio op de pabo aan de Hogeschool Utrecht Workshop Driestar (6 april 2023). Tijdens de landelijke assessorendag hebben deelnemers aan de workshop zelf een portfoliobeoordeling uitgevoerd enkel op basis van feedback van anderen. Lukt het zonder inhoudelijk expert te zijn om tot een holistisch oordeel te komen van de leeruitkomsten die centraal staan? Presentatie: Van toetscultuur naar feedback cultuur met leeruitkomsten en portfolio bij de HUpabo. Looptijd 01 mei 2022 - 30 oktober 2023 Aanpak We ontwerpen samen met docenten het onderwijs en het digitale portfolio inclusief de feedbackmomenten. We evalueren bij studenten hun ervaring met het ontvangen van feedback via het digitale portfolio en de invloed van de training op hun feedbackgeletterdheid en zelfregulatie. Dat gebeurt met focusgroep interviews. Impact Bij het ontwerpen en implementeren van de cursussen en de feedbacktraining wordt in dit project de focus gelegd op de student als feedback ontvanger. Deze focus van de feedback gever naar de feedback ontvanger wordt pas recent gemaakt. Het maakt daardoor niet uit waar de feedback vandaan komt: van een opleider, van een medestudent of van de student zelf. Wel heeft het gevolgen voor de onderwijspraktijk waarin opleiders en studenten samenwerken. Financiering Dit project wordt uitgevoerd met een NRO Comenius Teaching Fellow beurs (2022/NRO/40.5.22865.149) en met HU Digitale Leer Omgeving Kwaliteitsgelden. .
Project SMARTcode richt zich op de verdere ontwikkeling van software tools en bijbehorende workflows voor modelgebaseerde ontwikkeling van regelsystemen. SMARTcode volgde hiermee RAAK-Award 2015 winnend project Fast & Curious op. Fast & Curious richtte zich op de prototype fase. SMARTcode borduurt hierop voort door zich te richten op aspecten voor ontwikkeling van serieproducten en de servicing daarvan. Dat resulteerde in verrijkte tools met daarin ondersteuning voor bijvoorbeeld communicatieprotocollen gericht op serieproducten en een service mode van het programma HANtune, dat dient als real-time dashboard op een regelsysteem. Deze tools bieden MKB’ers de mogelijkheid om op een laagdrempelige manier de kracht van modelgebaseerd ontwikkeling te introduceren in de ontwikkeling van hun producten. Tegelijk vormen de tools marktrelevante gereedschappen in het onderwijs. Naast de software tools leverde SMARTcode ook workflows, verwerkt in hands-on workshops en tevens in de vorm van een recommended practice op het gebied van functionele veiligheid; een taai onderwerp voor het MKB en het onderwijs. Het top-up project beoogt twee doelen: - Het in een toegankelijke vorm publiceren van de ‘recommended practice’ op het gebied van functionele veiligheid. Dit gebeurt in ‘open-source’ vorm, middels een publieke wiki als onderdeel van de website www.openMBD.com, reeds ontwikkeld in het kader van het Fast & Curious top-up project. - De ontwikkeling van twee practica voor alle propedeuse studenten autotechniek op basis van de SMARTcode tools en workflows, waarmee de praktische kant van modelgebaseerde ontwikkeling van regelsystemen verder in het automotive curriculum verankerd wordt.