De transities naar een regionaal kenniscentrum (RKC) zijn te kenmerken als lokale chaotische processen, die moeilijk te plannen zijn. Hoe kun je hier als bestuur grip op krijgen? Hoe kun je iets structureren wat in essentie veelvormig is (de toekomst voor (v)mbo–studenten), en hoe daarmee om te gaan in de dagelijkse onderwijspraktijk? Dit onderzoek geeft daar handvatten voor.
DOCUMENT
De transities naar een regionaal kenniscentrum (RKC) zijn te kenmerken als lokale chaotische processen, die moeilijk te plannen zijn. Hoe kun je hier als bestuur grip op krijgen? Hoe kun je iets structureren wat in essentie veelvormig is (de toekomst voor (v)mbo–studenten), en hoe daarmee om te gaan in de dagelijkse onderwijspraktijk? Dit onderzoek geeft daar handvatten voor.
DOCUMENT
Wat is de waarde van het samenspel tussen kUS en het Kenniscentrum Sociale Innovatie (KSI)? Die is meervoudig. We bouwen met elkaar aan een duurzame regionale infrastructuur, met alle belangrijke partners, gericht op het oplossen van sociale vraagstukken. Het KSI is daarbij coördinator en penvoerder van het kUS. Het Kenniscentrum Sociale Innovatie is één van de vier kenniscentra van Hogeschool Utrecht, waar het praktijkgericht onderzoek is ondergebracht. Daar doen we onderzoek, in nauwe samenwerking met onderwijs en werkveld, in en vanuit het brede sociaal domein. Onze missie is: bijdragen aan een inclusieve, rechtvaardige en veilige samenleving. In en vanuit het kenniscentrum gebeurt veel moois en waardevols, waar ik hier niet verder op in kan gaan. Om u daar een indruk te geven, verwijs ik graag naar onze website.
DOCUMENT
Met dit opdrachtenboek wordt een brug geslagen tussen het onderwijs en externe bedrijven met onderzoeksvragen. In deze tweede versie van het Innovatiewerkplaats-opdrachtenboek in het kader van het Innovatiewerkplaats/Krachtig MKB van het Kenniscentrum Biobased Economy (KC BBE) en het Instituut voor Life Sciences & Technology (ILST) vindt u ILST-gerelateerde opdrachten voor de ILST-(honours)student of docent-onderzoeker. Deze opdrachten zijn geacquireerd in samenwerking met de Gebiedscoöperatie Westerkwartier en de Gebiedscoöperatie Oost-Groningen (i.o.); ‘opgehaald’ tijdens het door het KC BBE georganiseerde grassymposium en als kennisvraag ontstaan door eerdere verrichte onderzoeken vanuit het Innovatiewerkplaats-gebeuren.
DOCUMENT
Kenniscentrum NoorderRuimte doet praktijkgericht onderzoek naar de gebouwde omgeving in Noord- Nederland. Daarbij richten wij ons op de thema’s aardbevingen, krimp, duurzaamheid en gezondheid en welzijn. Onze aanpak is integraal. Onze lectoren, docent-onderzoekers en studenten verbinden de vakgebieden architectuur, bouwkunde, civiele techniek, facility management en vastgoed. Dat doen wij altijd samen met de praktijk.
DOCUMENT
In 2008 duiden signalen in de Eemsdelta-regio op een dreigende krapte op de arbeidsmarkt. Ondanks de dreigende problemen voor met name technische functies ondernemen de regionale arbeidsmarktactoren geen actie. Het ontbreekt hen aan detailinformatie per beroep gespecificeerd naar opleidingsrichting en –niveau. Zonder die informatie zien werkgevers niet of en voor welke concrete functies knelpunten ontstaan. Zij treffen dan ook geen maatregelen om de dreigende problemen te voorkomen of te matigen. Het ontbreken van inzicht bij de werkgevers maakt dat ook beleidsmakers zoals gemeenten en UWV informatie ontberen om gericht scholings- en arbeidsmarktbeleid te kunnen ontwikkelen. Beschikbare informatie uit bestaande bronnen is onvoldoende specifiek en niet goed vertaalbaar naar regionaal en lokaal niveau, laat staan naar bedrijfsniveau. Om de benodigde informatie te genereren en zodoende de patstelling te helpen doorbreken, heeft het Kenniscentrum Arbeid (KCA) van de Hanzehogeschool Groningen een methode voor dataverzameling over de personeelsbehoefte van bedrijven ontwikkeld. Met de methode kan op eenvoudige en efficiënte wijze de gewenste data van de bedrijven worden verzameld. Daarmee wordt op bedrijfsniveau inzicht verkregen in de verwachte personeelsbehoefte en in de mogelijke knelpunten om in die behoefte te kunnen voorzien. Door bundeling en analyse van de bedrijfsdata kan vervolgens op overkoepelend (sectoraal en/of regionaal) niveau een adequaat arbeidsmarktbeeld worden verkregen.
DOCUMENT
In 2013 the Centre of Applied Labour Market Research (Kenniscentrum Arbeid, KCA) has developed a method for data collection to get an insight in employer’s future demand for staff. The method is developed to contribute to solve an action problem in the Eemsdelta region. Despite indications of a threat of shortage of technicians in that region, none of the regional actors undertakes action. They miss detailed information about the employers’ future demand for staff. To be able to take tailor-made measures, the actors must have a proper idea of the labour market problems which can be traced back to company level. For each job opening must be clear to which profession it is related and to which educational specialism and educational level. These information appears to be not available. For employers it is, understandable, difficult to estimate their future demand for staff, because a lot of uncertain factors influence that need. Especially SME’s who often don’t have a HR-officer are missing the knowledge and time or money to invest in making a future picture of their need for staff. And data from existing labour market information sources can’t be translated well at regional or local level, never mind at company level. Without detailed information about the future employer’s demand for staff, possible problems stay latent. There is no sense of urgency for the employers to take action and the regional policy makers are missing information to develop specific educational and labour market policy. To get the needed detailed information, it has to be obtained from the employers themselves, at company level. During a research pilot in 2013 KCA has designed a method for data collection and practiced it with nine companies in the Eemsdelta region. The results indicate that the method works. In a relatively labour-extensive way the needed information can be obtained. At company level it gives the employer insight in his actual and future staff requirements and makes him aware of possible problems. As regards to the policy makers, the pilot was too small for a complete regional picture, but it demonstrates that the anonymised data of the individual companies can be merged to one umbrella data-file. From that file analyses can be made to find trends and possible problems at the labour market, both at regional and sectoral level and to obtain input for developing effective policy. The successful results of the pilot offers good reasons for a follow-up study with much more companies and to develop the method into a complete labour market monitor, by broadening the method with data about the labour supply and data of new employers.
DOCUMENT
Deze vier artikelen uit verschillende hoeken van de HU illustreren uiteenlopende ervaringen met de koppeling tussen onderwijs, onderzoek en beroepspraktijk. Uit hun verhalen blijkt dat deze verbindingen steeds meer vorm krijgen en dat de ervaringen met de HU als kennisinstelling vooral positief zin. Uitgegeven op het HU onderwijscongres 2008 als Passie & Precisie deel 02.
DOCUMENT
'Onderzoek naar de meerwaarde van het wijkservicepunt in Amsterdam-Noord. Hoe een laagdrempelige, sociale voorziening de verbinding kan zijn tussen informele en formele zorg.'
DOCUMENT