Een exploratie van principes voor beleid, zelforganisatie en solidariteit voor cultuur aan gene zijde van de Covid-crisis
MULTIFILE
Steeds meer straten, buurten en wijken ontwikkelen hun eigen websites. Ontstaan hierdoor nieuwe virtuele buurtgemeenschappen? Liggen er kansen voor het grijpen om mensen in buurten meer te betrekken bij elkaar en bij hun wijk?
Debates about social theory and social policy are highly fragmented and unclear in subject and direction. A recognised paradigm is failing. Maybe we have to accept that social reality is not to reconstruct in social theory. But we certainly need social theorists and social theories to support citizens, policy makers and social workers in improving social reality. Social reality in post modern societies is to be characterized by problematic relationships among citizens and between citizens and the public sector and by a sharp rise in problematic behaviour. The affluent society has failed to create a more sensitive world where people behave more socially. The dominant social problem is no longer seen from a social economic perspective but from a social cultural one. Social competences and social capital are considerer to be essential assets to cope with life in post modern society. For people weak ties and thin trust are essential to integrate into society. Thick trust and strong ties can bind people to much and cause inflexibility. The current social problem is a matter of designing a social world where relationships and behaviour are fair and reasonable. It asks for an interesting and creative social policy and social work, not too much stressing the problematic issues but encouraging people to trust each other. Current social policy is too much focused on the needs and problems. It has to change into a more expressive social policy, a policy that people challenges to express them and to create new relationships. Social behaviour asks for flexibility and creativity, for being authentic and playing roles. Scientists, policymakers, social workers and citizens are in the same field and have access to the same knowledge.
Tijdens de COVID-19 crisis heeft een aantal MKB-winkeliers zonder webwinkel op succesvolle wijze winkelbeleving op afstand toegepast. Met behulp van digitale technologieën werden klanten hierbij, ongeacht hun locatie, bij de fysieke winkel betrokken en in staat gesteld elementen van deze omgeving te beleven. Dit zou, gezien de verwachte toegenomen behoefte van klanten aan winkelen zonder fysiek in de winkel te zijn, het onderscheidend vermogen en de concurrentiepositie van de MKB-winkelier kunnen versterken. Vooralsnog ontbreekt echter toegepaste kennis van de manieren waarop winkelbeleving op afstand effectief toegepast kan worden. Drie MKB-winkeliers, namelijk DroomHout, Chase Concept Store en MeubelBaas, hebben ons consortium verzocht deze kennis te verstrekken. Dit verkennende onderzoek beoogt dergelijke kennis te creëren door het beantwoorden van deze onderzoeksvragen: • Wat zijn geschikte manieren om winkelbeleving op afstand toe te passen? • Wat zijn de (beoogde) effecten van deze toepassingen voor MKB-winkeliers, hun personeel en klanten? • Welke succes- en faalfactoren beïnvloeden deze effecten? • Welke stappen kunnen MKB-winkeliers gegeven deze succes- en faalfactoren zetten ten einde winkelbeleving op afstand effectief toe te passen? Het Centre for Market Insights van de Hogeschool van Amsterdam, TMO Fashion Business School en het lectoraat Regio Ontwikkeling van Saxion zullen dit project in samenwerking met de drie winkeliers uitvoeren. Hiertoe zullen een literatuuronderzoek, interviews, observaties, een survey en experimenten worden gedaan. Dit onderzoek biedt niet alleen waardevolle inzichten voor de retailsector, maar is ook een eerste stap in het opzetten van een langduriger onderzoeksprogramma. Het project zal resulteren in een rapportage over de effectieve toepassing van winkelbeleving op afstand, consortiumbijeenkomsten over de resultaten, een stappenplan voor winkeliers, twee vakpublicaties, een academisch working paper, bijeenkomsten om het consortium uit te breiden, een eindpresentatie aan het consortium en geïnteresseerden, en een RAAK-mkb opzet.
Mixed reality is een techniek die het mogelijk maakt om met een speciale bril, zoals de Hololens van Microsoft, beelden en informatie in de brillenglazen te tonen die precies op de werkelijkheid passen en deze deels overlappen. De verwachting is dat deze techniek een krachtig hulpmiddel zal worden bij het organiseren van samenwerking op plaatsen waar veel plaats gebonden informatie moet worden gedeeld en gebruikt, zoals bij forensisch onderzoek. In het proces van opsporing en vervolging in de strafrechtketen, dat begint met een onderzoek van de plaats delict en via laboratorium en andere onderzoeken eindigt met de presentatie van alle onderzoeksresultaten in de rechtbank, wordt veel verwezen naar plaatsen en omstandigheden waarin sporen of bewijsmateriaal zijn gevonden. Hierbij wordt veel gebruik gemaakt van forensische visualisatie in vormen die variëren van tekeningen, fotoalbums, video-opnames, virtual reality tours tot en met interactieve 3-dimensionale computermodellen. In dit voorstel wordt onderzocht wat de rol van mixed reality kan worden in het onderzoek op een plaats delict, en in de opleiding en training van rechercheurs. De verwachting is dat de verworven inzichten ook bruikbaar zullen zijn in andere werkvelden waar regelmatig bijzondere situaties moeten worden onderzocht. Dit onderzoek zal worden uitgevoerd door het lectoraat Digital Forensics & E-discovery van Hogeschool Leiden in samenwerking met het Lectoraat/Onderzoeksprogramma Forensisch Onderzoek van de Hogeschool van Amsterdam en de Politieacademie.
De slimme stad van de toekomst is een stad met drones. In toenemende mate onderzoeken aanstormende tech-bedrijven hoe ze businesscases kunnen maken van drone-diensten in uiteenlopende toepassingen. Denk aan bezorgdrones, drones voor landbouwbewerking, drones voor gebouwinspectie, drones om zonnepanelen schoon te maken, of drones die spoedbezorgingen uitvoeren in de medische sector. Er is een enorm technologisch enthousiasme onder ontwerpers van drone-toepassingen om tot waardevolle producten en diensten te komen. Tegelijkertijd staat dat in schril contrast met zorgen en wantrouwen onder burgers rondom belangrijke publieke waarden, zoals privacy, veiligheid, duurzaamheid en leefbaarheid. Voornaamste uitdagingen hierbij zijn dat burgers zich weinig kunnen voorstellen bij drone-toepassingen, ze zich onvoldoende geëquipeerd voelen mee te denken over hoe een slimme stad met drones eruit moet zien, en dat drone-ontwikkelaars onvoldoende zicht hebben op de ethische vraagstukken van de burgers die voortvloeien uit dronetoepassingen. Er wordt veel onderzoek gedaan over burgers, maar niet met burgers. Gezien de snelle technologische ontwikkelingen is het stellen van juridische- of beleidskaders een onvoldoende werkbaar antwoord, en is er vooral behoefte aan ‘moral design’ als belangrijke bouwsteen voor innovatie. Zodoende staat in dit projectvoorstel de volgende onderzoeksvraag centraal: Welke designprincipes voor drone-toepassingen in de openbare ruimte ontstaan wanneer je burgers als co-designer betrekt bij het ontwerp ervan? Hiertoe hebben we een breed consortium opgezet rondom Brainport Eindhoven waarbinnen drone-ontwikkelaars, onderzoekers en burgers samen kunnen ontwerpen, op basis van drie verschillende dronetoepassingen1 om zodoende te komen tot designprincipes voor civiele dronetoepassingen die passen bij een slimme stad van de toekomst. Om het voorstellingsvermogen zo goed mogelijk op te rekken, wordt gebruik gemaakt van VR-technologie in een zogeheten Moral Lab in het Stadslab Eindhoven. Studenten van ROC Tilburg, Fontys Eindhoven en Technische Universiteit Eindhoven staan centraal binnen dit project, en werken onder meer samen in een Innovatiehub Digital Transformation (Fontys Hogescholen).