Om te kunnen functioneren in de huidige kennismaatschappij worden kritische en onderzoekende vaardigheden belangrijk geacht voor toekomstige professionals (De Boer, 2017). Hogescholen spelen een belangrijke rol in het opleiden van deze professionals en hebben mede daarom de wettelijke taak gekregen om onderzoek te doen en dit te integreren in het onderwijs (Griffioen & De Jong, 2015). Hoe dragen docenten, onderzoekers, onderzoek- en onderwijsmanagers in de dagelijkse praktijk bij aan het samenbrengen van onderzoek en onderwijs? Om deze vraag te beantwoorden werden N=61 interviews afgenomen met deze actoren binnen drie Nederlandse hogescholen. De resultaten laten zien dat de gedragsintenties die de respondenten bespreken verdeeld kunnen worden in drie categorieën: integratie van onderzoek in onderwijs; integratie van onderwijs in onderzoek; en het samenkomen van onderzoek en onderwijs. In de drie categorieën kan zowel ‘direct gedrag’ als ‘ondersteunend gedrag’ onderscheiden worden. Opvallend is dat de focus binnen de gedragsintenties ligt op het integreren van iets van onderzoek in het onderwijs, en in mindere mate van iets van onderwijs in het onderzoek. De implicaties van de resultaten en de opzet van het vervolgonderzoek worden bediscussieerd met het publiek tijdens het congres.
Praktijkonderzoek over integratie van practice based evidence en evidence based practice, nderzoeksresultaten toepassen in de praktijk,verbeteren in en door de praktijk.
Op basis van inzichten uit de integrale rehabilitatiebenadering, de presentietheorie, positieve psychologie en studies naar herstel, sociale inclusie, krachtgericht werken en ervaringsdeskundigheid wordt in dit boek de methodiek van Steunend Relationeel Handelen beschreven. De methodiek bestaat uit een ethisch fundament, bouwstenen voor herstel en kwaliteit van leven, en een viertal handelingen die centraal staan in het handelen van de professional.
LINK
Dit project richt zich op het realiseren van de volgende generatie batterijen met hogere energiedichtheden, langere levensduur en veel betere veiligheid dan de huidige, noodzakelijk voor een samenleving gebaseerd op duurzame energiebronnen. Gebruikmakend van unieke Nederlandse expertise wordt het hart van deze begeerde batterijen – het electrode-elektrolyt grensvlak – onderzocht en verbeterd met schaalbare technologieën. Om de maatschappelijke integratie van deze technologische doorbraken te verwezenlijken, wordt de sociale en economische impact geëvalueerd in directe samenwerking met verschillende belanghebbenden.
Dit project richt zich op kennisontwikkeling over integratie van zorginhoudelijke en technologische randvoorwaarden voor de ontwikkeling van een CVA-portaal dat persoonsgerichte CVA-zorg voor individuele patiënten ondersteunt. Het CVA-portaal is geen nieuwe administratietool maar richt zich op inzage in informatie uit de verschillende EPD’s van de bij een CVA-patiënt betrokken zorgverleners in de eerste lijn: verpleegkundigen en paramedici, zoals fysiotherapeuten, ergotherapeuten en logopedisten. Dit faciliteert digitale interdisciplinaire communicatie en samenwerking binnen het extramurale CVA-zorgproces, waarbij ook de patient en zijn sociale netwerk nauw bij betrokken is. Dit project bouwt voort op een recent door de HAN uitgevoerde exploratieve studie naar de wensen van verpleegkundige en paramedische zorgprofessionals in de eerste lijn met betrekking tot interdisciplinaire communicatie en samenwerking. In deze studie bleek dat er ruimte is voor een ‘verdiepingsslag’ waar het de randvoorwaarden voor een geïntegreerde en persoonsgerichte benadering van CVA-patiënten betreft. Hoewel zorgverleners zich zeker bewust zijn van het belang van samenwerking, bleken hun aanvankelijke wensen voor gedeelde informatie nog onvoldoende gebaseerd te zijn op het perspectief van de patiënt. Het met name monodisciplinaire en aanbodgerichte karakter van de wensen voor informatiedeling staat een geïntegreerde benadering van een individuele patiënt in de weg. Dit vervolgproject hanteert een iteratieve methode voor het vaststellen van de inhoudelijke en technologische randvoorwaarden van een CVA-portaal. Op basis van intensieve interactie tussen technologen en zorgprofessionals worden inzichten verworven in verbindingen tussen relevante informatie uit de eigen EPD’s met het beoogde CVA-portaal. In een pilot zullen de eerste gebruikerservaringen met het concept worden geëvalueerd op basis van casuïstiek. Dit project draagt bij aan de ontwikkeling van een technologische infrastructuur ter ondersteuning van persoonsgerichte zorg van de patiënt en zijn sociale netwerk. De projectresultaten vormen een ‘onderlegger’ voor een beoogd RAAK-mkb project waarin op basis van een werkende versie van een CVA-portaal gebruikersonderzoek zal worden opgeschaald.
Gemeente Arnhem heeft als doel geformuleerd dat alle wijken klimaatneutraal moeten zijn voor 2050. Voor de wijk Elderveld-Noord is de uitdaging om een duurzame aardgasvrije energie-infrastructuur te ontwikkelen, bestaande woningen te verduurzamen én energielasten voor huurders gelijk te houden. Deze uitdaging is niet alleen technologisch, maar ook sociaal-maatschappelijk complex. Naast energetische verbetering en gebruik van circulaire materialen gaat het ook om een gezonde en leefbare omgeving voor een zich veranderende populatie met een eigen economische contextkenmerken. De wijk Elderveld-Noord is als proeftuin gestart om deze transitie vorm te geven vanuit technologisch perspectief. De vraag bleef: hoe kan de sociale kant van samenwerking, participatie en implementatie hierbij worden ingevuld in een dynamisch leerproces? Via een proces van vraagarticulatie met de stakeholders in deze proeftuin is de praktijkvraag ontstaan hoe een actieve ontwerpgerichte en lerende gemeenschap te realiseren, waarbij een cocreatieproces tot een integrale, succesvolle energietransitie leidt. Vanuit deze praktijkvraag is de volgende onderzoeksvraag ontstaan: Op welke wijze kan een transdisciplinaire lerende gemeenschap worden gevormd die zich richt op meervoudige waardecreatie voor het aardgasvrij maken van de Arnhemse wijk Elderveld-Noord en hoe kan dit proces leiden tot de ontwikkeling van een lerende aanpak zodat in andere wijken van Arnhem hier ook mee gewerkt kan worden? Het beoogde resultaat is transformatieve kennisontwikkeling met een lerende gemeenschap ter ondersteuning van de energietransitie in de pilotwijk Elderveld-Noord, leidend tot een participatieve lerende aanpak voor energietransitie in andere wijken: De Arnhemse Lerende Aanpak. Dat vergt een systeemgerichte, transdisciplinaire opzet. De vraag is hoe we die cocreatie vormgeven en welke lessen we daaruit leren in een transdisciplinaire aanpak van integrale wijkvernieuwing. De beoogde impact van dit onderzoek is dat lerende gemeenschappen van publiek-private samenwerkingen voor de wijkgerichte energietransitie in hoge mate zullen bijdragen aan gezonde en klimaatneutrale wijken in Arnhem en in Nederland.