Local online retail platforms (LORPs) are gaining popularity as digital channels that can increase physical retail agglomerations’ attractiveness and viability by stimulating online sales and consumer footfall. However, insights are needed to enrich academic understanding and guide practitioners in their decision-making process regarding use and optimization of these platforms for boosting retail agglomeration vitality. Drawing on uses and gratifications theory, an online survey of 442 Dutch consumers revealed that positive attitudes toward browsing LORPs induced both online purchase and offline visit intentions. Interestingly, despite LORPs' local focus, non-place-specific motives more substantially impacted positive browsing-related attitudes toward LORPs than place-specific ones.
This article investigates the aesthetic advice posted by temporary employment agencies on their websites. These agencies organise a substantial part of the Dutch labour market and they are known to apply exclusionary practices in their strategies of recruitment and selection in order to meet employers’ preferences. This article sheds light on (1) the content of the advice; (2) how it legitimises the importance of aesthetics for finding work; and (3) in what ways the advice serves the purposes of the agencies. An in-depth content analysis illustrates how the advice has the potential to reproduce exclusions, thus helping employment agencies adhere to employers’ exclusionary requests. Creating online content that generates traffic to the websites in this case causes a circular logic in which the importance of aesthetics is self-reinforcing. The study illustrates that the seemingly neutral and empty advice posted on websites may enforce exclusions in the temporary work labour market.
The online lifeworld gives adolescents various opportunities to meet their developmental needs. Not all young people benefit from these opportunities. They encounter negative experiences, have difficulties fulfilling their needs and engage in risky and harmful behaviours in the online lifeworld. This poses challenges for Dutch youth work professionals, as little is known about the digital lives of Dutch adolescents and the challenges they encounter when meeting their developmental needs in the online lifeworld. In this qualitative study, a photovoice method was used to collect screenshots from adolescents (N = 175) concerning their experiences and needs in the online lifeworld. Six types of developmental needs in the online lifeworld were distinguished. The article concludes that understanding how adolescents use online affordances to fulfil their developmental needs is a starting point for all youth work professionals in providing adequate support to adolescents in the online lifeworld.
Patiëntdata uit vragenlijsten, fysieke testen en ‘wearables’ hebben veel potentie om fysiotherapie-behandelingen te personaliseren (zogeheten ‘datagedragen’ zorg) en gedeelde besluitvorming tussen fysiotherapeut en patiënt te faciliteren. Hiermee kan fysiotherapie mogelijk doelmatiger en effectiever worden. Veel fysiotherapeuten en hun patiënten zien echter nauwelijks meerwaarde in het verzamelen van patiëntdata, maar vooral toegenomen administratieve last. In de bestaande landelijke databases krijgen fysiotherapeuten en hun patiënten de door hen zelf verzamelde patiëntdata via een online dashboard weliswaar teruggekoppeld, maar op een weinig betekenisvolle manier doordat het dashboard primair gericht is op wensen van externe partijen (zoals zorgverzekeraars). Door gebruik te maken van technologische innovaties zoals gepersonaliseerde datavisualisaties op basis van geavanceerde data science analyses kunnen patiëntdata betekenisvoller teruggekoppeld en ingezet worden. Wij zetten technologie dus in om ‘datagedragen’, gepersonaliseerde zorg, in dit geval binnen de fysiotherapie, een stap dichterbij te brengen. De kennis opgedaan in de project is tevens relevant voor andere zorgberoepen. In dit KIEM-project worden eerst wensen van eindgebruikers, bestaande succesvolle datavisualisaties en de hiervoor vereiste data science analyses geïnventariseerd (werkpakket 1: inventarisatie). Op basis hiervan worden meerdere prototypes van inzichtelijke datavisualisaties ontwikkeld (bijvoorbeeld visualisatie van patiëntscores in vergelijking met (beoogde) normscores, of van voorspelling van verwacht herstel op basis van data van vergelijkbare eerdere patiënten). Middels focusgroepinterviews met fysiotherapeuten en patiënten worden hieruit de meest kansrijke (maximaal 5) prototypes geselecteerd. Voor deze geselecteerde prototypes worden vervolgens de vereiste data-analyses ontwikkeld die de datavisualisaties op de dashboards van de landelijke databases mogelijk maken (werkpakket 2: prototypes en data-analyses). In kleine pilots worden deze datavisualisaties door eindgebruikers toegepast in de praktijk om te bepalen of ze daadwerkelijk aan hun wensen voldoen (werkpakket 3: pilots). Uit dit 1-jarige project kan een groot vervolgonderzoek ‘ontkiemen’ naar het effect van betekenisvolle datavisualisaties op de uitkomsten van zorg.
Door producten en diensten inclusief te ontwerpen kunnen ontwerpers een belangrijke bijdrage leveren aan een inclusievere samenleving, waarin iedereen op eigen wijze kan participeren. In AID gaan negen mkb-ontwerpbureaus Afdeling Buitengewone Zaken (A/BZ), theRevolution, Design Innovation Group, Greenberry, Ideate, Keen Public, Muzus, Netrex Internet Solutions (Leer Zelf Online) en Vrienden van verandering) die rijke maar uiteenlopende ervaring hebben met inclusief ontwerpen op zoek naar antwoorden op de vraag hoe hun vermogen voor inclusief ontwerpen kan worden versterkt. Ze doen dit middels actie-onderzoek in hun eigen beroepspraktijk en door hun ervaringen te delen met onderzoekers, docenten en co-ontwerpers in een ‘learning community’.
Het AMUSE project streeft naar actieve samenwerking tussen Oekraïense en Europese instellingen voor hoger onderwijs (HEI) op het gebied van inclusief en speciaal onderwijs. Het voorziet leraren van augmentatieve en alternatieve communicatiemethoden (AAC) om kinderen met spraakproblemen te ondersteunen. Dit zal resulteren in een op AAC gebaseerd kleuterboek, een enorm open online course (MOOC) voor werkende leraren, en verbeterde curricula die inclusiviteit en toegankelijkheid in het Oekraïense onderwijssysteem bevorderen.