Hoofdstuk 2 in Klinisch redeneren voor verpleegkundigen L. van Straalen & M. Schuurmans (redactie) Het boek geeft inzicht in het klinisch redeneerproces van de verpleegkundige, en helpt de verpleegkundige bij het kritisch leren gebruiken van verschillende soorten kennis in specifieke patiëntsituaties. Dit boek legt uit waarom het belangrijk is dat zowel studenten als verpleegkundigen aandacht besteden aan klinisch redeneren. Klinisch redeneren voor verpleegkundigen beschrijft hoe je klinisch redeneren kan leren en toepassen en hoe je daarbij gebruik maakt van kennis, ervaring en reflectie. Klinisch redeneren voor verpleegkundigen laat ook zien hoe je van gegevens tot een probleemstelling en interventies komt en waarom standaard diagnoses niet altijd passen. Als laatste gaat klinisch redeneren voor verpleegkundigen in op de relatie tussen indirecte zorg en klinisch redeneren. Ook het belang van continue professionele ontwikkeling voor het klinisch redeneren komt aan de orde
LINK
Neem ‘ethisch redeneren’ op als een filosofische vaardigheid in domein A, stelt Floor Rombout. Dat is niet alleen goed voor de leerlingen, maar ook voor het aanzien van ons vak.
DOCUMENT
Het proces van veroudering heeft effect op de functionele capaciteit van de mens. Daarnaast heeft elke afzonderlijke pathologie haar eigen impact, waarbij klassieke patronen gemaskeerd kunnen worden door verouderingssymptomen, door de aanwezigheid van een andere pathologie of zelfs door het effect van medicatie die gebruikt wordt voor een andere pathologie. Dit vergt in het diagnostische proces meer kennis en kunde van de fysiotherapeut, maar ook meer inzicht in dat proces zelf om kritisch te kunnen blijven reflecteren op het eigen handelen. Het proces waarmee de fysiotherapeut tot een fysiotherapeutische diagnose komt heet klinisch redeneren en is in de geriatrie van essentieel belang.
LINK
Voorbeelden en onderwijs lijken onlosmakelijk met elkaar verbonden. Het gebruik van voorbeelden is vaak zo vanzelfsprekend, dat zelfs in didactische opleidingen niet altijd aandacht wordt besteed aan de voorwaarden voor een optimal gebruik ervan. Voorbeelden blijken echter niet automatisch tot meer kennis en beter begrip te leiden. Leren van en door voorbeelden vereist bewuste aandacht en doet een beroep op analoog redeneren. Er is veel onderzoek gedaan naar de centrale rol van analoog redeneren in leren. De hieruit voortgekomen kennis en inzichten lijken echter nog niet algemeen bekend bij docenten noch breed geïmplementeerd in het onderwijs, zo komt ook naar voren uit een verkennend onderzoek aan De Haagse Hogeschool. Dit artikel vormt een eerste aanzet om kennis en inzichten in analoog redeneren en in het effectief gebruik van voorbeelden bredere bekendheid te geven. De aanbevelingen in het artikel zijn bedoeld om docenten te inspireren en uit te dagen. Abstract. The use of examples for teaching purposes would seem an obvious choice for teachers. This might be the reason why even courses intended to instruct teachers in their future profession sometimes skip over ways to make effective use of examples. However, research has shown that the use of examples does not automatically enhance a learner’s knowledge and understanding. Learning from examples requires conscious effort and attention and calls for analogical reasoning. Although the key role played by analogical reasoning in learning has been widely investigated, an exploratory study conducted among lecturers at The Hague University of Applied Sciences showed that not that many of them were familiar with the findings of these studies nor were these findings featured in their teaching. This article is an attempt to promote the acquisition of scientific knowledge and insights into analogical reasoning and the effective use of examples. The recommendations provided here are meant to inspire and challenge teachers.
DOCUMENT
Leren Redeneren en Experimenteren met Concept Cartoons. Onderzoek gepresenteerd op Symposium Amsterdams Onderzoek van Bèta Onderwijs, 7 December 2012
DOCUMENT
Het gezamenlijk oplossen van wiskundige problemen creëert de gelegenheid voor leerlingen om te leren redeneren. Doordat leerlingen aan elkaar uitleg geven, worden ze bewust van bestaande kennis en mogelijke misconcepties en kunnen ze daardoor eigen kennis aanpassen en aanvullen. Leerlingen kunnen elkaar ook helpen om uitspraken en aangedragen resultaten te verbeteren met wiskundige betekenis en richting wiskundig redeneren (Dekker, Elshout-Mohr, & Wood, 2006). Bij het oplossen van schooltaken omvat wiskundig redeneren cognitieve activiteiten zoals het herroepen van kennis, verbindingen maken tussen begrippen, wiskundige representaties gebruiken, generaliseren van concrete situaties en conclusies trekken op basis van wiskundige eigenschappen (Lithner, 2008; Schoenfeld, 1992). Veel onderzoek naar gezamenlijk redeneren betreft de manier waarop leerlingen op elkaars ideeën voortbouwen maar er is weinig bekend over hoe leerlingen deze ideeën valideren (Francisco, 2013). Het doel van dit onderzoek is meer inzicht krijgen in dit proces. Validatieprocessen bij wiskunde zijn voornamelijk onderzocht in de context van wiskundige bewijzen (Selden & Selden, 2003) en betreffen een zekere vorm van evaluatie zoals het beoordelen van wat goed is of fout, gevoelens van onzekerheid, twijfel en ondervraging van gezag. In deze studie breiden we deze definitie uit naar redenering in een collaboratieve setting en exploreren we hoe dit proces verloopt binnen een groep leerlingen zonder toezicht van de docent
DOCUMENT
Klinisch redeneren helpt verpleegkundigen om hun handelen te onderbouwen en de kwaliteit van zorg te verbeteren. Verschillende studies tonen aan dat je het klinisch redeneervermogen bij verpleegkundigen kunt vergroten als je er een speciale methodiek voor introduceert. De SBAR-methode is zo’n methodiek. Op de dia-lyseafdeling van het Slingeland Ziekenhuis en het Gelre Ziekenhuis werd het effect van deze methode onderzocht.
MULTIFILE
Het vroegtijdig kunnen signaleren van achteruitgang bij de patiënt en daarop goed kunnen reageren, heeft grote invloed op diens prognose. Daarom is het essentieel dat verpleegkundigen hiertoe worden opgeleid. Hoewel simulatietrainingen worden aanbevolen om klinisch redeneren aan te leren, worden de meeste verpleegkundestudenten opgeleid via traditionele lesmethoden (klassikaal, luisterend en schriftelijk). Blanié et al. (2020) vergelijken in hun onderzoek een traditionele lesmethode met een serious game waarin een simulatie inclusief nabespreking centraal stond. Beide lesvormen hadden als uitgangspunt het klinisch redeneren te verbeteren rondom het signaleren en handelen bij achteruitgang van een patiënt. Maar werkt een serious game nu beter?
DOCUMENT