Anfang März 2007 hat die EU entschieden, die Effizienz der genutzten Energie bis 2020 um 20 % ansteigen zu lassen und den Anteil nachhaltiger Energiequellen auf 20 % zu erhöhen. Man strebt eine 20 %-ige Reduktion der von der EU ausge-stoßenen Treibhausgase bis 2020 unter das Niveau von 1990 an (die EU-3 x 20 %-Ziele). Um diese europäischen und nationalen Ziele umzusetzen, können und müssen auch die Kommunen einen beträchtlichen Beitrag leisten und in vielen unterschiedlichen Bereichen eine Vorbildfunktion übernehmen. Inzwischen wurde der Anteil nachhaltiger Energie im Jahre 2020 auf 14 % reduziert.
MULTIFILE
Uit diverse onderzoeken is naar voren gekomen dat de oudere patiënt extra kwetsbaar is voor medicatiegerelateerde problemen en sneller last van bijwerkingen heeft dan jongeren.Naar de manier waarop ouderen omgaan met hun medicatie is echter nog weinig onderzoek gedaan. Het doel van deze studie was inzicht te krijgen in de manier waarop oudere patiënten hun geneesmiddelengebruik en de begeleiding en voorlichting daarbij organiseren. Tevens is onderzocht in hoeverre deze patiënten therapietrouw waren en of er een relatie was tussen de woonvorm en de wijze waarop patiënten hun medicatiegebruik organiseerden.
Het samenwerkingsverband van a.s.r., Kropman, Hogeschool van Amsterdam en Venema E-mobility heeft een pilot DC Nanogrid ontworpen waarin de betrouwbaarheid en veiligheid gewaarborgd zijn. Speciale aandacht tijdens dit project is besteed aan zwerfstromen, kathodische bescherming en autonome aansturing van het living lab op het a.s.r. verzekeringen parkeerdek. Een autonome systeembalans wordt gevonden door een Droop Rate Control (DrC) regeling. In het actieve DC-net heeft ieder component in het systeem een “gedragscode”: een eenvoudige regelstrategie die bepaalt wat het apparaat doet bij welke netspanning uitgaande van een nominale spanning (opwek en verbruik zijn in balans een hogere spanning (er is meer opwekvermogen aanwezig) of een lagere spanning (er is opwekvermogen te kort). Venema E-mobility heeft in dit project drie DC/DC laders ontwikkeld die zelfstandig met een drooprate control gestuurd worden. Het living-lab is getest en gekoppeld aan het bij a.s.r. aanwezige duurzame PV-opweksysteem en is onderdeel geworden van het grotere laadsysteem in het parkeerdek inclusief energiemanagement en beheeromgeving in InsiteSuite. De onderzoeks- en testresultaten zijn omgezet in conceptrichtlijnen en actief ingebracht in de Nederlandse normalisatie werkgroepen (NEN TC 64 en TC 81).
Massafabricage in de (MKB) maakindustrie is aan het veranderen in flexibele fabricage en assemblage van kleine series, klantspecifieke onderdelen en eindproducten. Hiervoor zijn nieuwe systemen voor het MKB nodig, waarin robots en mensen samen kunnen werken en die zich snel kunnen aanpassen aan nieuwe productieomstandigheden met lage opstartkosten. De ambitie van het project ?(G)een Moer Aan!? is om het herconfigureren van een robotsysteem voor een nieuwe taak in een productieomgeving net zo eenvoudig en snel te maken als het gebruik van een smartphone. Zo?n benadering biedt kansen om de skills van de operator te benutten. De operator kent immers zijn processen en de robot wordt zijn hulpje. Op vraag van betrokken mkb partners is de focus gelegd op een repeterende productiehandeling die in veel sectoren voorkomt en die relatief veel arbeidstijd kost: het indraaien van moeren en bouten in een object. De centrale onderzoeksvraag van het project luidt: Hoe kan een operator een robot eenvoudig, snel en veilig inleren om assemblage handelingen te verrichten voor het snel en robuust verbinden van bouten, moeren en ringen met objecten? Resultaat van dit praktijkgerichte onderzoeksproject is een algemeen bruikbare en gevalideerde ontwerpmethodiek voor de opzet van een gebruiksvriendelijke user interface van een boutmontagerobot op de werkvloer. Door slim gebruik van geïntegreerde inzet van CAD productinformatie, vision technologie en compliant (meegaand) gripping en placing wordt de robot zo veel als mogelijk vooraf automatisch geconfigureerd. Het projectconsortium dat het onderzoek gaat uitvoeren bestaat uit: " 13 bedrijven (12 mkb) actief als toeleverancier, system integrator of gebruiker op het terrein van industriële robotica (Yaskawa, ABB, Smart Robotics, Hupico, Festo, CSi, Demcon, Heemskerk Innovate, WWA, Van Schijndel Metaal, Van Beek, Tegema en Zest Innovate); " Hogescholen Fontys (penvoerder), Avans, Utrecht en NHL; " Kennisinstellingen TNO en DIFFER; " Coöperaties Brainport Industries, FEDA en Koninklijke Metaalunie; " De gemeente Eindhoven is betrokken als partner in de klankbordgroep. De gemeente ondersteunt het belang van dit project voor behoud en verbetering van arbeidsplaatsen in de maakindustrie. Er zullen circa 20 (docent)onderzoekers van de hogescholen en ongeveer 80 studenten betrokken worden bij dit project, die in de vorm van stages en afstudeeronderzoeken werken aan interessante vraagstukken direct afkomstig uit de beroepspraktijk. Naast genoemde meerwaarde voor het bedrijfsleven beoogt het project een verdere verankering van kennis en kunde in onderwijs en lectoraten en een vergroting van de kwaliteit van docenten en afstudeerders.
Designing cities that are socially sustainable has been a significant challenge until today. Lately, European Commission’s research agenda of Industy 5.0 has prioritised a sustainable, human-centric and resilient development over merely pursuing efficiency and productivity in societal transitions. The focus has been on searching for sustainable solutions to societal challenges, engaging part of the design industry. In architecture and urban design, whose common goal is to create a condition for human life, much effort was put into elevating the engineering process of physical space, making it more efficient. However, the natural process of social evolution has not been given priority in urban and architectural research on sustainable design. STEPS stems from the common interest of the project partners in accessible, diverse, and progressive public spaces, which is vital to socially sustainable urban development. The primary challenge lies in how to synthesise the standardised sustainable design techniques with unique social values of public space, propelling a transition from technical sustainability to social sustainability. Although a large number of social-oriented studies in urban design have been published in the academic domain, principles and guidelines that can be applied to practice are large missing. How can we generate operative principles guiding public space analysis and design to explore and achieve the social condition of sustainability, developing transferable ways of utilising research knowledge in design? STEPS will develop a design catalogue with operative principles guiding public space analysis and design. This will help designers apply cross-domain knowledge of social sustainability in practice.
De 2SHIFT SPRONG-groep is een samenwerkingsverband van HAN University of Applied Sciences en Fontys Hogescholen. Onze ambitie is het vergroten van eerlijke kansen op gezond leven. Dit doen we door het vormgeven en versterken van gemeenschappen als fundament voor het creëren van eerlijke kansen op gezond leven. Vanuit deze gemeenschappen wordt in co-creatie gewerkt aan structuur (i.e. systeem), sociale en technologische innovaties. Deze ambitie sluit aan bij de centrale missie KIA Gezondheid en Zorg om bij te dragen aan goede gezondheid en het verkleinen van sociaaleconomische gezondheidsverschillen. Ook draagt het bij aan deelmissie 1. het voorkomen van ziekte, waarbij wij uitgaan van het concept Positieve Gezondheid en Leefomgeving. Én het zorgt voor het verplaatsen van ondersteuning en zorg naar de leefomgeving (deelmissie 2), doordat gemeenschappen hiervoor een stevig fundament vormen. De gemeenschap is geoperationaliseerd als een samenwerking tussen inwonersinitiatieven (i.e. informele actoren) én professionals vanuit wonen, welzijn, zorg en gemeenten (i.e. formele actoren) die bestuurlijk en beleidsmatig worden ondersteund. Toenemend wordt een belangrijke rol en meer verantwoordelijkheid toebedeeld aan inwoners en wordt de noodzaak van sectoroverstijgende, inclusieve samenwerking tussen deze actoren in lokale fieldlabs benadrukt. 2SHIFT start daarom in vier fieldlabs: twee dorpen en twee wijken in (midden-)stedelijke gebieden, waar in vergelijking met groot-stedelijk gebied (zoals Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht) andere dynamieken en mechanismen een rol spelen bij het creëren van eerlijke kansen op een gezond leven. Om impact in onderwijs en praktijk te realiseren werken we nauw samen met studenten, docenten én met inwoners, professionals, bestuurders en beleidsmakers uit wonen, welzijn, zorg en gemeenten én landelijke kennispartners (“quadruple helix”). 2SHIFT brengt transdisciplinaire expertise én verschillende onderzoeksparadigma’s samen in een Learning Community (LC), waarin bestaande kennis en nieuwe kennis wordt samengebracht en ontwikkeld. Over 8 jaar is 2SHIFT een (inter)nationaal erkende onderzoeksgroep die het verschil maakt.