Het wetsvoorstel om de AOW-leeftijd in Nederland te verhogen naar 67 jaar is door de val van het kabinet voorlopig uitgesteld. Na de verkiezingen zal het onderwerp bij de vorming van een nieuwe regering opnieuw op de agenda staan. Het is een thema dat voor de continuering van onze welvaart van groot belang is. Daarbij zou de aandacht niet eenzijdig gericht moeten zijn op de pensioenleeftijd. Uiteindelijk gaat het om het thema kwaliteit van de arbeid, en dat zou weer hoog op de agenda moeten komen te staan. Het gaat niet alleen om doorwerken, maar om het gezond en productief kunnen (blijven) deelnemen aan de snel veranderende arbeidsmarkt. Daarvoor moeten arbeidsorganisaties de arbeidsprocessen slimmer en duurzamer organiseren.
DOCUMENT
Door de nieuwe rekenrente regels lijkt de positie van pensioenfondsen te verbeteren maar de realiteit verandert er niet door.
DOCUMENT
Het percentage personen dat tussen 55 jaar en pensioenleeftijdbetaald werk heeft, is aanzienlijk: namelijk 70,5 procent in 2024.Helaas is discriminatie van medewerkers op grond van leeftijd,oftewel age-isme, een hardnekkig maatschappelijk probleemmet kansongelijkheid tot gevolg. Onderzoek liet zien datage-isme ook een relevant thema is in de arbeidsdeskundigepraktijk. Dit geldt mogelijk ook voor de bedrijfs- enverzekeringskundige praktijk.
LINK
De wettelijke verhoging van de AOW-leeftijd heeft een positief effect op de omvang van de werkende beroepsbevolking in Nederland. Mede daardoor vallen de maatschappelijke gevolgen van de vergrijzing minder negatief uit. Er zijn echter aanzienlijke verschillen in de gevolgen van de maatregel voor laag- en hoogopgeleide werknemers. Laagopgeleide oudere werknemers worden in het werk vaak gehinderd door gezondheidsklachten. Pensioenfondsen met veel laagopgeleiden zien een groei van de WAO-instroom van oudere werknemers. Ook bij het doorwerken na de pensioenleeftijd zijn er verschillen tussen laag- en hoogopgeleide werknemers. In dit artikel worden deze zaken onderbouwd. Tevens geven we enkele aandachtspunten voor HRM
LINK
Recently, the Dutch government raised the retirement age of workers in the Netherlands. In this study we focused on the work values of low-skilled older workers, the extent to which their jobs fulfill these values, and the effect of work values on the willingness of these workers to extend their working life. This study is based on a literature review and a secondary analysis on a large database of persons aged 45 and older (STREAM). The study shows that extrinsic work values are more important for low-skilled older workers, and intrinsic work values more relevant for high-skilled older workers. The most important work values for low-skilled older workers are fulfilled slightly more often than those of high-skilled older workers. The extent to which important work values are fulfilled in the jobs of low-skilled older workers is positively correlated with job satisfaction and with their own assessment of whether or not to continue working for another 12 months. Based on this research, we formulated recommendations for HR practices on the employability of low-skilled older workers
DOCUMENT
In deze notitie willen wij met betrekking tot het werken op oudere leeftijd in relatie tot het wetsvoorstel over de verhoging van de AOW-leeftijd een aantal conclusies trekken
DOCUMENT
Background: In many Western countries, the state pension age is being raised to stimulate the extension of working lives. It is not yet well understood whether the health of older adults supports this increase. In this study, future health of Dutch adults aged 60 to 68 (i.e., the expected state pension age) is explored up to 2040. Methods: Data are from the Dutch Health Interview Survey 1990–2017 (N ≈ 10,000 yearly) and the Dutch Public Health Monitor 2016 (N = 205,151). Health is operationalized using combined scores of self-reported health and limitations in mobility, hearing or seeing. Categories are: good, moderate and poor health. Based on historical health trends, two scenarios are explored: a stable health trend (neither improving nor declining) and an improving health trend. Results: In 2040, the health distribution among men aged 60–68 is estimated to be 63–71% in good, 17–28% in moderate and 9–12% in poor health. Among women, this is estimated to be 64–69%, 17–24% and 12–14%, respectively. Conclusions: This study’s explorations suggest that a substantial share of people will be in moderate or poor health and, thus, may have difficulty continuing working. Policy aiming at sustainable employability will, therefore, remain important, even in the case of the most favorable scenario.
DOCUMENT
De nieuwe Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo) dankt haar bestaansrecht deels aan een nakend gebrek aan zorgpersoneel. Deze tekst schetst waar deze zorg vandaan komt en welke oplossingsstrategieen beschikbaar zijn.
DOCUMENT