1e alinea column: De (mobiele) digitale wereld dwingt bedrijven steeds meer zich op beweging en op de kern van hun toegevoegde waarde te organiseren. Met het toenemen van transparantie brengt internet als het ware de cent terug in de business. En we moeten weer terug naar het begrip waarom bedrijven eigenlijk bestaan, namelijk dat ze goedkoper dan de markt samenwerking kunnen organiseren.
LINK
1e alinea column: Wat is nieuw aan organiseren 2.0? Organiseren via internet is 70% goedkoper dan mechaniseren via hiërarchie en vaste structuren. Hiërarchie is vaak dus gewoon te duur als manier om samenwerking te structureren en te borgen. Zoals ik het zie is dit de driver naar het werkondernemerschap en de 'supertemp', de hoogopgeleide zelfstandig gevestigd professional. Bedrijven gaan dus gewoon anders werken. Hier komt 'het nieuwe organiseren' vandaan. Moeten wordt ont-moeten.
LINK
Dat LOB anders moet lijkt evident, maar hoe kunnen we op een stimulerende manier jongeren helpen te navigeren in de richting die henzelf vooruit brengt en tegelijkertijd rekening houdt met de veranderingen in de arbeidsmarkt? Deze lastige vraag was de aanleiding om dit LOB-Kompas voor de 21e eeuw te schrijven. Dit LOB-Kompas is een eerste aanzet om leerlingen, docenten èn ouders op een andere manier te laten kennismaken met veranderingen in de beroepspraktijk. Het doel van deze LOB 2.0. methode is te worden ingezet als aanvullende module op de ‘traditionele’ LOB-methodes, zodat keuzebegeleiding toekomstbestendig wordt ingestoken en deze de leerling optimaal voorbereidt op een loopbaan die bij hem/haar past.
DOCUMENT
(297) In de afgelopen jaren is veel onderzoek gedaan naar hoe werk verandert en wat dat betekent voor mens, organisatie en maatschappij. In periode één van het Breed Platform Arbeid (BPA-I, 1/9/2017-31/8/2019) is bij stakeholders opgehaald wat zij denken dat er op het terrein van werk veranderd zal zijn in 2030. Vervolgens zijn met lectoren en praktijkpartners drie werkateliers en twee conferenties gehouden rondom de opgehaalde thema’s namelijk: 1 (Her)waardering van werk 2) Leven lang ontwikkelen 3) Inclusiviteit. Aan de hand van de geformuleerde onderzoeksagenda zijn gemeenschappelijke onderzoeksprojecten aangevraagd, gehonoreerd en soms al uitgevoerd. Er zijn in de loop van deze periode 33 lectoren van 12 hogescholen en 14 praktijkpartners aangesloten bij het BPA. Aan het eind van BPA-I is helder geworden dat het belangrijk is om in BPA-II (2019 -2021) één thema toe te voegen, namelijk ‘vitaal werk(en)’. Bij de inventarisatie van projecten en uit signalen uit het werkveld bleek dit een doorkruisend thema te zijn. Om tot meer kennisuitwisseling en -deling, sociale innovaties en gezamenlijk praktijkgericht onderzoek te stimuleren, wordt tijdens BPA-II de ‘ontmoeting’ gefaciliteerd tussen lector(at)en en praktijkpartners. We streven naar (minimaal) acht (open) themabijeenkomsten (twee per thema). Ook wordt in BPA-II gewerkt aan een betere aansluiting van het onderwijs. Doelen zijn: 1. Verduurzamen van het BPA (netwerkontwikkeling) via het organiseren van ‘de ontmoeting’ 2. Creëren van themabijeenkomsten rondom de vier thema’s, met werkveld, onderwijs en onderzoek samen, waarbij (praktijk)vragen worden geformuleerd, kennis wordt gedeeld en nieuwe kennis wordt ontwikkeld. 3. Vanuit deze themabijeenkomsten genereren van (nieuwe) initiatieven en onderzoeksprojecten, waarin minimaal drie verschillende lectoraten, diverse praktijkpartners en onderwijspartners participeren 4. Vastleggen, beschikbaar stellen én doorontwikkelen van de opgedane kennis en inzichten, waarbij met praktijkpartners en onderwijs wordt bekeken of dit leidt tot nieuwe inzichten en instrumenten voor de praktijk en tot onderwijsvernieuwing leiden (kennisbasis vastleggen)
Kennisinstellingen en studenten zijn belangrijk voor de ontwikkeling van Arnhem en omgeving. Naast het reeds bestaande samenwerkingsverband Arnhem Studiestad - dat gericht is op het aantrekken en binden van studenten - willen we met de City Deal Kennis Maken in Arnhem meer multidisciplinair kennis en expertise voor complexe (lokale) maatschappelijke opgaven inzetten, en dit meer zichtbaar maken. Beoogd effect: kennisinstellingen gaan meer multidisciplinair aan complexe maatschappelijke opgaven werken, studenten zijn beter toegerust voor de Arnhemse arbeidsmarkt, kennisinstellingen en gemeente maken meer gebruik van elkaars kennis en kennis wordt meer zichtbaar. De strategische agenda geeft richting aan de inhoudelijke focus van Kennis Maken in Arnhem. We kiezen in Arnhem voor twee thema's: duurzaamheid en kansengelijkheid. Meer multidisciplinair samenwerken aan opgaven proberen we uit in projecten. We richten ons in 2019 op twee pilot projecten in de studentenwijk Spijkerkwartier, en sluiten ons hiervoor aan bij het in oprichting zijnde 'Sparkcentre Kennis Kwartier'. Daarnaast gaan we de zichtbaarheid vergroten van de projecten van dit sparkcentre en andere proeftuinen en living labs (en de innovaties en impact ervan) in Arnhem. Dit doen we door bij het Innovate Festival Arnhem (oktober 2019) aan te sluiten. Tot slot maken we in 2019 een plan hoe we opgedane leerervaringen uit deze projecten gaan gebruiken voor verdere opschaling/verduurzaming en meer samenwerking onderling. De drie hogescholen, Rijn IJssel en gemeente Arnhem zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor de programmatische sturing van Kennis Maken in Arnhem. Daarvoor wordt een compacte organisatie ingericht.
Goede ritplanning is cruciaal in de goederentransport vanwege smalle marges en CO2-reductie. Voor een toekomstbestendig mobiliteitssysteem dat in 2050 emissieloos is, is slimme software een uitkomst. Ook omdat het -in een sector die veelal operationeel gericht is- tijdwinst en rekencapaciteit oplevert voor meer tactische en strategische vraagstukken. Dit betekent een grotere verantwoordelijkheid van de ritplanner voor het eindresultaat. De transportsector kampt echter met twee personeelsplanningsvraagstukken: het beroep van transportplanner is moeilijk vervulbaar (kwantitatief vraagstuk) en het zal als gevolg van digitalisering veranderen en verdiepen (kwalitatieve uitdaging). Op verzoek van de landelijke brancheorganisatie TLN en pilot transportbedrijven wordt in dit project onderzocht in hoeverre een serious game het antwoord is op beide vraagstukken. Met deze serious game kunnen planners via assessment en training worden voorbereid op een emissieloze toekomst. Ook kan het uitdagende werk van de planner op deze manier aantrekkelijk en uitnodigend over het voetlicht kan worden gebracht. De centrale onderzoeksvraag naar de ontwerpcriteria van een dergelijke effectieve serious game wordt in een ontwerpgerichte onderzoekstraject door lectoraatsonderzoekers van HRM en Serious Games onderzocht. In de eerste fase van dit traject worden door middel van workshops met vertegenwoordigers van TLN, transportondernemingen, KennisDCLogistiek en de opleiding Logistiek ontwerpspecificaties bepaald en geanalyseerd. In de tweede fase wordt de bruikbaarheid in enkele pilotbedrijven getest, waardoor prototypes op iteratieve wijze naar een meer vaste vorm groeien. In de derde fase wordt met het resultaat van de testfase een gefundeerde prototype van een serious games interventie doorontwikkeld. Voor het feitelijk implementeren van deze doorontwikkelde prototype zal een vervolgproject nodig zijn.