Dr. Anke de Veer, onderzoeker bij het NIVEL, won de Jaarprijs Palliatieve Zorg – Impact 2017 voor het project ‘Palliatieve zorg voor mensen die dak- of thuisloos zijn’. het NIVEL voerde dit project uit in samenwerking met de Hogeschool Inholland, VUmc / GGZ-inGeest en de Parnassia Groep. Palliatieve zorg voor mensen die dak- of thuisloos zijn is niet veel anders dan ‘gewone’ palliatieve zorg. Er zijn echter wel specifieke aandachtspunten. In dit artikel beschrijven we deze aandachtspunten, die zijn ontleend aan een recent ontwikkelde handreiking Palliatieve zorg voor mensen die dak- of thuisloos zijn.
DOCUMENT
In deze podcast presenteren we de initiële resultaten van ons tweejarig onderzoek genaamd 'Social Network First?'. We bieden een alternatieve kijk op de netwerken van daklozen en thuislozen. We delen hoe een netwerkondersteuner deze netwerken benadert en laten ook een cliënt aan het woord die zijn perspectief op zijn eigen netwerk deelt. Deze podcast is gemaakt door het Lectoraat Empowerment & Professionalisering van Hogeschool Inholland, HvO-Querido en Hogeschool van Amsterdam. De presentatoren zijn Josine Steenvoorde en Niels Hermens.
LINK
Deze telling brengt dak- en thuisloosheid in regio Breda in beeld. Daarbij is gebruik gemaakt van een nieuwe telmethode en een voor Nederland nieuwe definitie: ETHOS-Light. Het gaat om een daadwerkelijke telling van dak- en thuisloze personen die werd uitgevoerd door medewerkers van organisaties die met dak- en thuisloze mensen in contact staan. Voor het eerst zijn in regio Breda ook kinderen, mensen ouder dan 65 jaar, mensen zonder verblijfspapieren en mensen in een grote verscheidenheid aan leefsituaties van daken thuisloosheid in beeld gebracht. De telling geeft inzicht in het aantal dak- en thuisloze personen in de regio, de grote diversiteit aan leefsituaties van deze mensen en hun profielkenmerken. Uit de resultaten blijkt dat het betrekken van organisaties die zich niet specifiek richten op dak- en thuisloosheid van cruciaal belang is om zicht te krijgen op alle dak- en thuisloze personen. Meer dan de helft van de getelde personen kwam via deze organisaties in beeld.
DOCUMENT
In sociaal-wetenschappelijke studies over dakloosheid in Nederland ligt meestal de nadruk op de oorzaken van dakloosheid, en is er te weinig oog voor de gevolgen ervan. Daardoor worden specifieke gedragskenmerken van daklozen en thuislozen te zeer geïnterpreteerd als individuele dysfuncties, terwijl onvoldoende wordt nagegaan in hoeverre deze kenmerken duiden op aanpassingen van de betrokkenen aan hun omstandigheden. In deze studie gaat de aandacht met name uit naar de problemen waar dak- en thuislozen in hun dagelijks leven voor staan, de oplossingen die zij daarvoor trachten te vinden, de motieven en de redeneerpatronen achter hun gedrag en de manier waarop ze hun situatie zelf ervaren en verwoorden.
DOCUMENT
Het rapport ‘Werken aan meedoen’ beschrijft een onderzoek dat in opdracht van de gemeente Leeuwarden is gedaan naar een drietal strategieën die zijn ingezet ten behoeve van (het bevorderen van) de maatschappelijke participatie van dak- en thuislozen. Getracht is een antwoord te vinden op de vraag wat deze strategieën hebben opgeleverd voor de direct betrokkenen en hun omgeving, om op basis daarvan iets te zeggen over de meerwaarde van deze strategieën. Uit de resultaten blijkt dat de strategieën in meer of mindere mate een meerwaarde hebben voor de betrokkenen zelf. Voor de omgeving is, in de onderzoeksperiode van 1,5 jaar, geen directe meerwaarde gevonden. Wellicht iets voor vervolgonderzoek
DOCUMENT
In Nederland zijn er op dit moment ruim 30 duizend mensen geregistreerd als 'dak- en thuisloos', dat wil zeggen zij hebben geen vaste woon- of verblijfplaats, slapen in de opvang, op straat, in openbare gebouwen of bij familie of vrienden. Die 30.000 betreffen mensen die in bevolkingsregisters staan geregistreerd. In werkelijkheid is de groep dus groter: denk aan de mensen die illegaal in Nederland verblijven en die geen vaste verblijfplaats hebben. Onderzoek laat zien dat mensen die dak- of thuisloos zijn (geweest) een kortere levensverwachting hebben dan de gemiddelde Nederlander. Voor vrouwen geldt dit nog sterker dan voor mannen (Nusselder e.a., 2014). Mannen leven naar schatting 11 jaar korter en vrouwen bijna 16 jaar korter. In de periode voor het overlijden is vaak palliatieve zorg nodig. Zij hebben in die laatste fase meestal wel een dak boven hun hoofd, bijvoorbeeld van een maatschappelijke opvangvoorziening, maar de problematiek blijft desalniettemin vaak complex door het samenkomen van lichamelijke, psychische en sociale problemen. Wat houdt palliatieve zorg voor mensen die dak- of thuisloos zijn (geweest) in? En hoe kan u deze zorg optimaal aan laten sluiten bij de zorgbehoeften en problemen van de doelgroep?
DOCUMENT
Wat werkt als je een dak- of thuisloze wil leren zonder schulden door het leven te gaan? De Hogeschool van Amsterdam deed onderzoek naar interventie s om dak- of thuislozen te motiveren financieel zelfredzaam te worden zodat zelfstandig wonen weer in zicht komt.
DOCUMENT
In het najaar van 2011 is de Hogeschool van Amsterdam gestart met een onderzoek naar ´wat werkt´ op het gebied van financiële educatie voor aandachtgroepen. Hiervoor is de samenwerking met acht werkveldorganisaties gezocht. Centrale onderzoeksvraag: met welke bestanddelen zijn doelstellingen als zelfwerkzaamheid en zelfredzaamheid voor deze groepen haalbaar. Er heeft een verkenning plaatsgevonden naar het Canadese 'Matched savings', naar een idee van Michael Sharradon. Wie aan het programma deelneemt, opent bij een bank een spaarrekening, een Individual Development Account, om de kosten te dekken van het verwerven van werk, huisvesting of opleiding. Op deze manier zouden mensen kunnen investeren in hun sociaal kapitaal en zich daardoor uit hun armoede bevrijden. Deze voor Nederland ongebruikelijke invalshoek roept de vraag op welke perspectieven deze aanpak voor ons land heeft. In het artikel wordt aandacht gegeven aan de wetenschappelijke bevindingen naar de effectiviteit en randvoorwaarden van het programma. Op de vraag welke perspectieven het model voor Nederland heeft, wordt geen eenduidig antwoord gegeven. Geconcludeerd wordt dat meer inzicht in het ILA programma en een studie naar de juridische(on)mogelijkheden nodig is.
DOCUMENT
Themanummer 'Dak- en thuislozen'. Overzien we de sociaal-wetenschappelijke benaderingen van onderzoekstudies naar dak- en thuisloosheid in Nederland en de accenten die daarin worden gelegd, dan blijkt dat de sociaal-psychologische benadering kan worden beschouwd als een dominant paradigma. Van een sociologische onderzoekstraditie op dit terrein is geen sprake. De eenzijdigheid in benadering kan leiden tot individualisering van thuisloosheid als sociaal probleem. De auteur pleit voor een accentverschuiving naar onderzoek vanuit een sociologisch perspectief met aandacht voor ‘sociale competenties’ van dak- en thuislozen. Ter illustratie worden een aantal bevindingen gepresenteerd uit een stadsetnografische studie waarin de betrokkenen worden benaderd als relatief competente actoren.
DOCUMENT