Om de participatie van volwassenen met visuele en (zeer) ernstige verstandelijke beperkingen ((Z)EVVB) te vergroten, is in een pilotproject de methodiek Zorg voor Participatie (ZVP) ontwikkeld. ZVP is een aanpassing van de Individuele Rehabilitatie Benadering (IRB). ZVP is een scholing op maat, ontwikkeld voorbegeleiders. De toepasbaarheid en de mogelijke resultaten van deze methodiek zijn nog onbekend. Om de toepasbaarheid van ZVP, de veranderingenvan de begeleiders in het kijken naar cliënten en de veranderingen in de activiteiten van cliënten te onderzoeken hebben begeleiders, zowel tijdens de cursus als zes maanden later, vragenlijsten ingevuld en persoonlijkeprofielen geschreven van de cliënten, voor wie ze ZVP toepasten. Deze gegevens zijn aangevuld met notities tijdens de cursusdagen endossieronderzoek.De resultaten laten zien dat de toepasbaarheid van ZVP goed is bij volwassenen met (Z)EVVB. De begeleiders kijken meer naar de mogelijkheden en minder naar de beperkingen van hun cliënten. Ook werd een toename van het aanbod van activiteiten gezien. Om de toepasbaarheid van ZVP te vergroten gaven debegeleiders aan dat het belangrijk is dat ZVP opgenomen wordt in de werkprocessen en in de besprekingen van cliënten. Verder onderzoek naar de inhoud van het begrip participatie van volwassenen met (Z)EVVB en naar de toepasbaarheid en de effecten, ook op langere termijn, van ZVP bij groteregroepen begeleiders en volwassenen met (Z)EVVB is aan te bevelen.
Na het uitbreken van de Covid-19 pandemie heeft digitale participatie een grote vlucht genomen. Door de pandemie was het niet of nauwelijks mogelijk om fysiek bij elkaar te komen. Informatie of inspraakbijeenkomsten konden niet langer op een locatie in de buurt worden georganiseerd. Noodgedwongen vond er een verschuiving plaats van offline naar online burgerparticipatie. Hierdoor is er de afgelopen jaren veel ervaring opgedaan met digitale participatie. De verwachting is dat nu er weer van alles mogelijk is, er vaker gebruik gemaakt zal blijven worden van online participatievormen en - instrumenten. De koudwatervrees voor online participatie lijkt definitief overwonnen. In de toekomst zullen participatiestrategieën worden ontwikkeld waarin online- en offline-instrumenten vaker afwisselend en in onderlinge samenhang worden ingezet. Deze geïntegreerde inzet roept vragen op over de doorontwikkeling van digitale participatie. Hoe kunnen professionals op basis van de ervaringen met digitale participatie de afgelopen jaren de mogelijkheden hiervan in de toekomst beter benutten? En hoe kan er op basis van de ervaring die is opgedaan richting worden gegeven aan de doorontwikkeling van digitale tools?
In het project ‘Landbouw in Klimaatrobuuste Beeklandschappen’ (SIA PVG.DZ21.03.004) zijn het bodem- en watersysteem, het agrarisch perspectief, de verdienmogelijkheden binnen dit landschap en de rol van governance uitgewerkt. De methodieken zijn aan de hand van drie verschillende casusgebieden opgesteld, getest en repliceerbaar gemaakt en hebben verschillende producten en rapportages opgeleverd. De gebruikte casusgebieden zijn het Koningsdiep (FR), de Buulder Aa (NB) en het Vechtdal (OV), drie verschillende maar wel vergelijkbare gebieden op zandgronden waar de aanwezigheid van lokale laagtes en hoogtes voor complexe dynamiek zorgen op het gebied van droogte en wateroverlast. Dit deelbestand is onderdeel van het grotere geheel. Houd er rekening mee dat deze informatie is gepubliceerd op 28-02-2025 en onderhevig kan zijn aan wijzigingen.
MULTIFILE
Langs verschillende kanalen halen participatieprofessionals inbreng op bij bewoners, maar door tal van redenen blijkt deze vaak moeilijk te verbinden aan interne processen van plan- en besluitvorming. Dat leidt tot teleurstelling bij zowel professionals als bewoners. Dit onderzoek zal helpen het handelingsrepertoire van participatie- en backofficeprofessionals te versterken, met als doel om deze verbinding te verbeteren.
Het is van groot belang dat burgers meebeslissen over acties die nodig zijn om klimaatdoelen te halen, zoals het gasvrij maken van wijken. Dit onderzoek richt zich op burgerparticipatie in duurzame transities, in het bijzonder op digitalisering van deze participatieprocessen, aangezien digitale hulpmiddelen kansen bieden om democratische participatie te vergroten. Niet alle burgers hebben echter dezelfde participatiebehoeften en het is belangrijk ervoor te zorgen dat digitale instrumenten zo zijn ontworpen dat ze inclusief zijn en kwetsbare groepen niet uitsluiten. Digitale platforms zoals online enquêtes en digitale dashboards worden vaak door gemeenten gebruikt om informatie te verzamelen, maar deze worden vaak in de eerste plaats ontworpen ten behoeve van beleidsmakers in plaats van burgers en kunnen daarom sommige burgers buitensluiten. Het onderzoek heeft tot doel manieren verkennen om tools te ontwerpen die inclusiever zijn doordat ze voldoende feedback en representatie bieden, toegankelijk zijn en co-creatie mogelijk maken.
Overheidsorganisaties worstelen met de vraag hoe er meer en andere burgers kunnen worden betrokken bij maatschappelijke vraagstukken. De inzet van digitale participatietools lijkt een oplossing. De keuze voor de inzet van online of offline participatietools wordt vaak intuïtief gemaakt, op basis van aannames of ervaringen. Om effectieve participatieprocessen te ontwerpen is het nodig om onderbouwde keuzes te maken voor de inzet van online en/of offline participatietools. Doel Doel van dit project is om meer inzicht te krijgen in de werking van online en offline participatietools. Hoe dragen tools bij aan de doelen van burgerparticipatie? Welke burgers worden bereikt? Hoe verlopen interacties? En met welke uitkomsten? Onze resultaten maken duidelijk in welke contexten online en offline participatietools bijdragen aan effectieve participatieprocessen. Resultaten Doel van het project is komen tot een (concept) strategie-instrument dat initiatiefnemers van participatieprocessen helpt bij het ontwikkelen van geïntegreerde online en offline participatiestrategieën. Keuzes voor participatietools kunnen hiermee worden gemaakt op basis van wetenschappelijke kennis. De resultaten zijn onder andere gedeeld via de slotbijeenkomst. Hierbij gaf Christine ook een minicollege over online en offline participatietools. Bekijk het minicollege. Downloads Longread keuzes maken voor participatietools Visual keuzes maken voor participatietools Blog Frankwatching Burgerparticipatie zo kies je de juiste tools Looptijd 01 januari 2020 - 01 april 2021 Aanpak In dit KIEM-project gebruiken we bestaande wetenschappelijke kennis over offline en online interacties voor de ontwikkeling van het concept strategie-instrument. Dit instrument wordt ontwikkeld aan de hand van inzichten in het verloop van, de wisselwerking tussen, en de inhoudelijke uitkomsten van online en offline interacties als onderdeel van participatieprocessen in drie gemeenten.