Publinova logo

Search results

Products 513

product

De psychologie van het dreamteam

In ‘samenwerking’ speelt de psychologische natuur van de mens een merkwaardige rol. Dat wat ons verbindt, kan ons ook verdelen. Zo kan taakherschikking tussen tandartsen en mondhygiënisten zowel een integrale samenwerking accommoderen als weerstand tussen deze beroepsgroepen faciliteren. Enerzijds kan taakherschikking meer flexibiliteit en aansluiting van behandelingen mogelijk maken. Anderzijds kunnen de groepsleden het als een bedreiging ervaren voor hun eigen beroepsidentiteit, voor het economisch bestaansrecht van hun beroepsgroep, of voor de kwaliteit van de mondzorg. Hoe ontwikkelt een team zich en hoe kunt u dat sturen?

DOCUMENT

12/31/2014
De psychologie van het dreamteam
product

Welvarenden sleutelrol in klimaattransitie?

Om de opwarming van de aarde onder de 1,5 graden te houden en ernstige gevolgen van klimaatverandering zoveel mogelijk te voorkomen, moeten we naar nul uitstoot in 2050 (Net Zero). Welvarenden kunnen hierin een sleutelrol vervullen. Mensen met een hoge sociaaleconomische positie (SEP) consumeren namelijk relatief veel en hebben een grote ecologische voetafdruk. Daarnaast heeft de hoge SEP groep grote invloed op de voetafdruk van anderen via hun sociale netwerk en financiële middelen, ook wel de ‘handafdruk’ genoemd. Aansturen op minder consumptie en veranderen van de sociale norm ten aanzien van duurzame keuzes, met name bij én door mensen met een hoge SEP, is tot dusverre nog relatief onderbelicht in onderzoek, beleid en uitvoering. In dit rapport delen we de resultaten van de 55 vragen die we deelnemers hebben gesteld verdeeld over vijf thema's: 1. Zorgen over klimaatverandering; 2. Percepties van rol(len); 3. Huidig gedrag, descriptieve norm, samenlevingsnorm; 4. Veranderbereidheid - vrijwillig en via regulerend beleid; 5. Kennis van klimaatimpact van gedrag.

DOCUMENT

10/15/2024
Welvarenden sleutelrol in klimaattransitie?
product

Innovatie 3.0

Dit artikel is gewijd aan de kernbegrippen van dit themanummer: innoveren, ondernemen, globalisering en de relaties daartussen. Uiteenlopende invalshoeken en disciplines zijn nodig om die verbanden te duiden. Gebruikmakend van kennis over innovaties en innovatieprocessen laten zich verschillende typen innovaties schetsen. Door innoveren in historisch perspectief te plaatsen laat zich de relatie leggen naar globalisering. Economie en economische wetenschap maken het mogelijk om de relatie tussen innoveren en ondernemen te expliciteren. Sociale psychologie tenslotte helpt bij het beantwoorden van een hele praktische vraag: innoveren – hoe doe je dat?1

DOCUMENT

12/31/2013
Innovatie 3.0

People 12

person

Gladys Akom Ankobrey

Lecturer/researcher

Gladys Akom Ankobrey
person

Eva Post

Lecturer/researcher

Eva Post
person

Laura Meijer

Onderzoeker

person

Marije Vrijmoeth

Onderzoeker

Projects 20

project

Brainstorm

Waarom ontstaat antisociaal of crimineel gedrag? Allerlei sociale, psychologische én neurobiologische factoren blijken hierbij van belang. Neurobiologische kennis is in de praktijk vaak afwezig. Professionals in het zorg- of veiligheidsdomein zouden gebaat zijn bij een toegankelijke onderwijsmodule. Brainstorm biedt kennisclips met basiskennis over het ontstaan van antisociaal en crimineel gedrag, met extra aandacht voor neurobiologische factoren.Wat? De Brainstormmodule behandelt negen thema’s: drie basisthema’s over ontwikkelingscriminologie en zes neurobiologische thema’s. Binnen elk thema wordt in een kennisclip kort basiskennis samengevat. Links naar de kennisclips zijn hieronder te vinden. Met bijbehorende opdrachten (zie docentenhandleiding) kan deze kennis verder worden verdiept. Uitgangspunt van de module is het biopsychosociale perspectief: het wetenschappelijk model waarbij neurobiologische, psychologische en sociale factoren op elkaar inwerken.  De kennisclips: 1. Wat is crimineel en antisociaal gedrag? 2. Psychische stoornissen en antisociaal gedrag 3. Hoe wordt iemand crimineel?  4. Ontwikkelingspaden van crimineel gedrag 5. Biopsychosociaal model 6. Hersenen en antisociaal gedrag 7. Puberbrein en antisociaal gedrag 8. Neuropsychologie en antisociaal gedrag 9. Fearlessness & sensation seeking 10. Hufters of helden 11. Genetica en antisociaal gedrag Voor wie? De Brainstormmodule is ontwikkeld voor professionals die zich bezighouden met antisociaal of crimineel gedrag in welke vorm dan ook (beleid, toezicht, interventie en preventie etc.). De module kan zowel bij hbo-bacheloropleidingen en post-initiële (master)opleidingen als voor professionals in-company, gebruikt worden. Ontwikkeling Brainstorm Brainstorm is ontwikkeld door dr. Evelien Platje en dr. Andrea Donker van het lectoraat Kennisanalyse Sociale Veiligheid en dr. Lucres Nauta-Jansen  van het AmsterdamUMC. Zij hebben veel onderzoek- en onderwijservaring op het gebied van neurobiologie van antisociaal en crimineel gedrag. Brainstorm is het eindproduct van het ZonMW-project ‘Onbekend maakt Onbemind. Leren werken met neuropsychobiologische kennis van en met jongeren met antisociaal gedrag’, een samenwerkingsproject met het lectoraat Jeugd van de Christelijke Hogeschool Windesheim. De kennisclips zijn vormgegeven door Bureau Nauta. Voor de ontwikkeling van de kennisclips zijn er feedbackmomenten geweest met zowel studenten als docenten van de opleidingen Social Work, Integrale Veiligheidskunde en Sociaal Juridische Dienstverlening van Hogeschool Utrecht.   

Unknown
project

Close encounters with co-bots

De transitie naar een gerobotiseerde industriële omgeving is in volle gang. Robots zijn zich aan het ontwikkelen tot collaboratieve robots (co-bots) en worden zo meer een collega dan een geïsoleerde machine in een kooi. Een goede co-bot-mens-samenwerking heeft positieve effecten op de werkbeleving, resulteert in minder stress, verzuim, minder ‘bijna-ongelukken’ en leidt tot hogere productiviteit en kwaliteit op de werkvloer. Onderling vertrouwen tussen medewerker en co-bot speelt een belangrijke rol in een goede samenwerking en voor effectieve teamprestaties. De interactie tussen medewerker en co-bot dient daartoe zo natuurlijk mogelijk, voorspelbaar en intuïtief te verlopen. Op dit terrein valt nog veel winst te boeken in het industriële MKB. Co-bots moeten leren anticiperen op wat in de directe omgeving komen gaat, zodat de medewerker nimmer in een onveilige situatie verkeert en zich comfortabel voelt in de samenwerking met de co-bot. Van de andere kant moeten medewerkers leren begrijpen hoe co-bots werken en wat ze van hen kunnen verwachten. Ambitie van het project “Close Encounters with Co-bots” is het verbeteren van de effectieve samenwerking tussen medewerker en co-bot op de industriële werkvloer en daarbij vertrouwen en beleefde veiligheid te borgen voor de medewerker. In het project wordt daartoe gewerkt aan begrip van de co-bot in de mens, begrip van de mens in de co-bot, het bouwen aan technische oplossingen voor effectieve communicatie, en prototyping en testing in relevante praktijkomgevingen in het MKB. Het bedrijfsleven kan met de resultaten van het project versneld de door hen gewenste leercurve doorlopen om samenwerkende industriële mens-co-bot-systemen substantieel te laten bijdragen aan operationele winst in economisch, (productie)technisch en sociaal opzicht. Het project is een interdisciplinair samenwerking tussen de vakgebieden psychologie, mechatronica en ICT binnen Fontys Hogescholen en Saxion Hogeschool. De negen participerende (MKB) bedrijven zijn actief als industrieel productiebedrijf, in robotica ontwikkeling, als systeem- en robotleverancier, in productieautomatisering en in de sociale werkvoorziening. Daarnaast zijn kennisinstelling TU/e, coöperatie Brainport Industries en samenwerkingsverband Holland Robotics nauw betrokken. In het project zal bestaande kennis toepasbaar worden gemaakt en zal nieuwe kennis worden ontwikkeld t.b.v. een natuurlijke, voorspelbare en intuïtieve samenwerking tussen medewerker en co-bot op de industriële werkvloer. Verder zal verankering van kennis en kunde in onderwijs en lectoraten plaatsvinden en een vergroting van de kwaliteit van docenten en afstudeerders. Er zullen circa 17 docent-onderzoekers van de hogescholen en circa 100 studenten betrokken worden, die in de vorm van studentenprojecten, stages en afstudeeronderzoeken werken aan interessante vraagstukken direct uit de beroepspraktijk.

Finished
project

CoPain

In dit onderzoek ontwikkelen we een online leeromgeving voor interactie tussen zorgprofessionals en patiënten met chronische pijn. De aanleiding voor dit onderzoek zijn verzoeken van zorgprofessionals: in hun gesprek met patiënten komt men veelal niet tot overeenstemming over de oorzaken van die chronische pijn. Een dergelijke overeenstemming is echter noodzakelijk voor een succesvol behandelingstraject. Behandelaars geven aan dat veel patiënten terughoudend zijn in het bespreken van de psychologische en sociale oorzaken van hun pijn en de beperkingen die zij daarbij dagelijks ervaren. Patiënten weerleggen bijvoorbeeld voortdurend de ‘beschuldiging’ van zorgprofessionals dat hun klacht ‘tussen de oren’ zou zitten. Dit is een voorbeeld van een patroon in de interactie over chronische pijn. Het blijkt dat de zorgprofessional vaak onvoldoende inzicht heeft in de manier waarop patiënten met chronische pijn communiceren en de effecten van de eigen communicatiepraktijken. Hierdoor sluit de zorgprofessional te weinig aan bij deze doelgroep. Gevolg hiervan is dat er onvoldoende contact gemaakt wordt met de patiënt. Dit leidt er mogelijk toe dat de doeleinden van de behandeling niet gehaald worden. Dat kan beter: de zorgen van een patiënt over het gesprek kunnen onderdeel worden van dat gesprek. Online leeromgevingen voor het oefenen van deze gesprekken kunnen daarbij van pas komen. Behandelaars geven namelijk aan dat ze bij voorkeur tijds- en plaatsonafhankelijk leren. Deze behoefte is versterkt door de maatregelen tijdens de Coronapandemie. Bovendien blijkt uit onderzoek dat een dergelijke omgeving geschikt is voor het ontwikkelen van communicatieve vaardigheden en door gebruikers/lerenden ook als waardevol wordt beschouwd. In dit onderzoek verkennen we de voorwaarden waaraan een online leeromgeving voor de doelgroep ‘behandelaars van patiënten met chronische pijn’ moet voldoen. Daarnaast exploreren we de knelpunten in interactie tussen behandelaars en patiënten met chronische pijn, zodat we kunnen aangeven welke kansen er zijn tot verbetering van de gesprekken.

Finished

Editorials 6

editorial

Klimaatstress en eco-emoties onder jongeren

editorial

Een pleidooi voor kritische vorming: in gesprek met Tina ten Bruggencate

editorial

Innovatiewerkplaats Healthy Workplace bouwt aan gezonde werkomgevingen