This thesis reports on an interpretative case study about student teachers’ and new teachers’ personal interpretations in their teaching practice, during and after an international teaching internship. The main aim of this study was to describe how an international teaching internship interrupts existing, familiar ways of thinking or acting. The findings are an interpretation of how this interruption influences student teachers’ and new teachers’ “personal interpretative frameworks” (Kelchtermans, 2009) during their teacher training programmes and transition from student to teacher. This framework reflects the basis on which a beginning teacher grounds their personal decisions or judgements for action and answers the questions: ‘how can I effectively deal with this particular situation? and ‘why would I work that way?’ (Vanassche & Kelchtermans, 2014, p. 118).
Research has shown that female students cannot profit as much as male students can from cooperative learning in physics, especially in mixed-gender dyads. This study has explored the influence of partner gender on female students’ learning achievement, interaction and the problem-solving process during cooperative learning. In Shanghai, a total of 50 students (26 females and 24 males), drawn from two classes of a high school, took part in the study. Students were randomly paired, and there were three research groups: mixed-gender dyads (MG), female–female dyads (FF) and male–male dyads (MM). Analysis of students’ pre- and post-test performances revealed that female students in the single-gender condition solved physics problems more effectively than did those in the mixed-gender condition, while the same was not the case for male students. We further explored the differences between female and male communication styles, and content among the three research groups. It showed that the females’ interaction content and problem-solving processes were more sensitive to partner gender than were those for males. This might explain why mixed-gender cooperation in physics disadvantages females in high schools.
MULTIFILE
One of the goals of this research is to arrive at an implementation of a CAN-bus that can be used for lab exercises in regular student courses. In this paper, an overview is given of our basic ideas concerning the CAN concept and its application to the control of a manufacturing system. This system consists of two robots, a milling machine and some transportation means. In this system, every workstation will have its own CAN controller. The concept consists of a specially designed hardware structure, embedded software for the protocol and initialisation and a high level production environment, that makes it possible to configure a production system in an easy way.
Wijk- en buurtgericht werken vanuit het perspectief van de burger is een belangrijk uitgangspunt in het sociaal en ruimtelijk domein. Echter, burgerparticipatie is vaak veeleisend en weinig inclusief en eindigen regelmatig in een teleurstelling (Verloo, 2023). Professionals hebben behoefte aan alternatieven om samen te werken met inwoners als gelijkwaardige bron van kennis. Bindkracht10 en het Lectoraat Versterken van Sociale Kwaliteit van de HAN hebben samen hiervoor de ‘Wijkwaardenkaart’ ontwikkeld. Dit is een narratieve gesprekstool voor professionals en wijkbewoners die buurt- of wijkgericht werken. De tool heeft twee onderdelen: de gesprekskaart en de praatplaat. Professionals ervaren dat de praatplaat relatief duur en arbeidsintensief is waardoor de dialoog over de wijkwaarden nauwelijks opgang komt. Deze dialoog is nodig om daadwerkelijk het eigenaarschap van inwoners over hun eigen leefomgeving te vergroten. Daarom willen professionals een digitale tool ontwikkelen die hier meer mogelijkheden toe biedt. Dit doen we samen met sociale professionals van Bindkracht10, woningcorporatie Talis, Frank Los Weer een Los, de wijkraad Venlo-Oost en het Lectoraat Media Design. De centrale vraagstelling is: Hoe kunnen we een digitale tool ontwikkelen voor sociale professionals om inwoners eigenaarschap te laten ervaren over hun eigen leefomgeving? We volgen het ‘design thinking proces’. In het eerste werkpakket verkennen we in een focusgroep de wensen en behoeften voor de digitale tool. We kijken hierbij ook naar toegankelijkheid en inclusie. In het tweede werkpakket werken we in een focusgroep de ontwerpprincipes uit en kiezen we concrete ideeën uit voor het ontwerp. Op basis hiervan wordt een prototype ontwikkeld. In het derde werkpakket testen we dit prototype uit in de Nijmeegse wijk Lindenholt en in Venlo-Oost en evalueren we. Op basis van de evaluatie wordt het prototype aangescherpt. In de laatste fase schrijven we een handreiking en delen we onze kennis en de tool in het netwerk en het onderwijs.
10.000 huishoudens in de Provincie Drenthe gaan aan de slag met energiebesparing binnen hun eigen huishouden. Samen versnellen zij de energietransitie in Drenthe. volgt10.000 huishoudens in de Provincie Drenthe gaan aan de slag met energiebesparing binnen hun eigen huishouden. Samen versnellen zij de energietransitie in Drenthe. In eerste instantie krijgen deze huishoudens de kans om mee te doen aan de actie "Speur de Energieslurper", waarin ze op zoek gaan naar de grootste energieslurpers in huis. Inzichten en tips worden met alle overige Drentse huishoudens gedeeld. In tweede instantie wordt met alle huishoudens die meedoen, een "beweging" gestart. Als je alleen een stap zet, bereik je mooie dingen, maar wat als 10.000 huishoudens samen stappen zetten?!
Mondkapjes, of mondmaskers, zijn door de SARS-COV-2 pandemie niet meer uit het straatbeeld weg te denken. De kwaliteit en comfort van de pasvorm van medische en niet-medische mondmaskers wordt bepaald door hoe goed het mondmasker overeenkomt met de afmetingen van het gezicht van de drager. Echter is er geen goed overzicht van de antropometrie van het gelaat van de Nederlandse bevolking waardoor de pasvorm van mondmaskers nu vaak niet optimaal is. Er is dus vraag naar een laagdrempelige en veilige manier om gezichtskenmerken in kaart te brengen en betere ontwerprichtlijnen voor mondkapjes. Driedimensionaal (3D) scannen doormiddel van Light Detection and Ranging (LiDaR) technologie in combinatie met slimme algoritmes lijkt wellicht een manier om gezichtskenmerken snel en laagdrempelig vast te leggen bij grote groepen mensen. Daarnaast geeft het 3D scannen van gezichten de mogelijkheid om niet enkel de afmetingen van gezichten te meten, maar ook 3D pasvisualisaties uit te voeren. Hoewel 3D scannen geen nieuwe technologie is, is de LiDaR technologie pas sinds 2020 geïntegreerd in de Ipad en Iphone waardoor het toegankelijk gemaakt is voor consumenten. Doormiddel van een research through design benadering zal onderzocht worden of deze technologie gebruikt kan worden om betrouwbare en valide opnames te maken van gezichten en of er op basis hiervan ontwerprichtlijnen ontwikkeld kunnen worden. In dit KIEM GoCi-project zal daarnaast ingezet worden om een kennisbasis en netwerk op te bouwen voor een vervolg aanvraag over de inzet van 3D technologieën in de mode-industrie.